U komt het, onder uw patiënten, waarschijnlijk een aantal keer per dag tegen in de praktijk. Slechte adem wordt veelal veroorzaakt door vluchtige zwavelgassen. Ook concludeerden onderzoekers dat een slechte adem ook door een gen kan worden veroorzaakt. Op deze pagina leest u meer over halitose (slechte adem).

Combinatie van bacteriën kan zorgen voor voorzaken van halitose

Combinatie van bacteriën kan halitose veroorzaken

Volgens een studie gepubliceerd in mSystems kan de interactie tussen twee veel voorkomende bacteriën leiden tot de vorming van een chemische verbinding. Deze chemische verbinding staat in verband met een slechte adem en tandvleesaandoeningen zoals parodontitis.

Bacteriën

De bacterie Streptococcus gordinii (S. gordinii) produceert een metaboliet die de Fusobacterium nucleatum (F. nucleatum) aanzet tot de productie van methylmercaptaan (CH3SH). Methylmercaptaan is de stof die een slechte adem kan veroorzaken.

Onderzoek

Om strategieën te ontwikkelen voor halitose is het belangrijk om de mechanismen te onderzoeken die in verband staan met de productie van CH3SH. Onderzoekers hebben een anaëroob co-cultuursysteem bedacht om de interacties tussen verschillende mondbacteriën te onderzoeken. De bacteriën A. naeslundii, S. gordonii, F. nucleatum, P. intermedia, F. alocis en P. gingivalis werden geselecteerd voor het onderzoek.

Resultaten

Uit het onderzoek is gebleken dat de bacterie S. gordonii het aminozuur ornithine vrij geeft en de bacterie F. nucleatum wordt gestimuleerd tot de productie van polyamine. Polyamine is een stof die zorgt voor cellulaire en genetische functies en dit veroorzaakt de methionine-reddingsroute. De methionine-reddingsroute is een proces dat zwavelhoudende metabolieten recycleert tot methione en dit leidt tot een verhoging van de productie van CH3SH.

Conclusie

Verder onderzoek is nodig om de microbiële metabolische interacties die kunnen leiden tot halitose te begrijpen omdat verschillende metabolieten worden uitgewisseld tussen orale bacteriën.

Bron:
mSystems

 

 

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Thema A-Z
Slechte adem

Patiënten met een slechte adem in China zijn mogelijk meer introvert

Patiënten in China met een slechte adem zijn meer introvert en hebben meer kans op sociale vermijding en angst dan degenen zonder halitose, aldus een artikel in Oral Diseases. Er zou daarom ook aandacht moeten worden besteed aan de psychologische toestand van deze patiënten, naast het behandelen van hun halitose.

Drie soorten

Wereldwijd heeft tot zo’n 65% van de bevolking last van halitose. Halitose kan worden onderverdeeld in drie hoofdtypen: objectieve halitose, subjectieve halitose en halitofobie. Objectieve halitose treedt op wanneer een persoon klaagt over halitose en een duidelijke geur heeft die door anderen kan worden waargenomen.

Effect op geestelijke gezondheid

Halitose heeft een significant effect op de geestelijke gezondheid. Er bestaan studies die suggereren dat de psychologische toestand van patiënten met een slechte adem gerelateerd is aan persoonlijkheid. Het aantal studies hiernaar is echter beperkt en de beoordelingsschalen die worden gebruikt zijn niet uniform.

Karaktereigenschappen en halitose

Wetenschappers van de Shanghai Jiao Tong University in China hebben daarom de associatie onderzocht tussen karaktereigenschappen, psychologische toestand en halitose. In totaal vulden 280 patiënten de Eysenck Personality Questionnaire (EPQ) en Social Avoidance and Distress (SAD) Scale in. Hiervan waren 146 personen gediagnosticeerd met halitose, de rest niet.

Minder extravert

Deelnemers met een slechte adem hadden significant lagere extraversiescores dan de controlegroep (51.82 ± 9.86 versus 55.93 ± 10.57, p = 0.001). Ook werd 18% van de halitosepatiënten getypeerd als introvert, terwijl dit 13% was bij degenen zonder slechte adem. Daarnaast was er een negatieve correlatie tussen de extraversiescore en de totale SAD-schaal.

Hogere SAD-scores

Op de SAD-schaal was de totale score in de objectieve halitosegroep significant hoger dan die in de controlegroep (11,71 ± 6,73 vs. 9,87 ± 6,62, p = 0,022). Ook op de subschaal sociale nood was de score van de objectieve halitosegroep significant hoger dan die van de controlegroep (5,74 ± 3,79 vs. 4,54 ± 3,79, p = 0,009). Er waren geen significante verschillen op de subschaal sociale vermijding (p = 0,125).

Een beperking van de studie is dat informatie over de mondverzorgingsgewoonten van de patiënten niet werd meegenomen.

Samenwerken met andere zorgprofessionals

De auteurs concluderen dat tandartsen er mogelijk rekening mee moeten houden dat patiënten met halitose meer introverte persoonlijkheden hebben. Daarom zouden ze samen moeten werken met andere gezondheidszorgprofessionals.

Analyse van karaktereigenschappen

“Analyse van de persoonlijkheidskenmerken van patiënten met objectieve halitose wordt voorgesteld om artsen te helpen hun psychologische status te bepalen en geschikte onderwerpen en gerelateerde psychologische counseling te bespreken”, schrijven de auteurs.

Bron:
Oral Diseases

 

 

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Thema A-Z
Meerdere factoren geassocieerd met halitose bij ouderen volwassenen

Meerdere factoren geassocieerd met halitose bij ouderen volwassenen

Oudere volwassenen vertonen een hoge prevalentie van zelfgerapporteerde halitose, volgens een onderzoek dat werd gepubliceerd in het Journal of Oral Biology and Craniofacial Research. Deze aandoening bleek samen te hangen met een lagere leeftijd en een lager opleidingsniveau, geen toegang tot tandheelkundige zorg en een hoger aantal aanwezige tanden.

Ernstig gezondheidsprobleem

Het hebben van een slechte adem beïnvloedt miljoenen mensen wereldwijd en wordt beschouwd als een ernstig gezondheidsprobleem. Veranderingen in de geur van de adem kunnen leiden tot een grote sociale impact, met persoonlijk ongemak en sociale verlegenheid tot gevolg. Deze veelvoorkomende aandoening kan ook van invloed zijn op de kwaliteit van leven en kan een indicator zijn van belangrijke systemische ziekten.

Tongbeslag en parodontitis

Hoewel veel producten voor mondhygiëne een slechte adem kunnen verbeteren of maskeren, pakken deze middelen het kernprobleem niet aan. De twee belangrijkste oorzaken van halitose zijn tongbeslag en parodontitis. Bovendien kan leeftijd van invloed zijn op het vermogen van een persoon om een goede mondhygiëne uit te voeren, inclusief het verwijderen van tongcoating.

Zelfgerapporteerde halitose

Onderzoekers evalueerden de prevalentie van zelfgerapporteerde halitose en bijbehorende factoren bij 569 volwassenen ouder dan 60 jaar. Ze onderzochten onder andere de invloed van sociodemografische factoren, aanwezigheid van andere gezondheidsproblemen, medicijngebruik, roken en alcoholgebruik, toegang tot tandheelkundige zorg, frequentie van tandenpoetsen, en aantal aanwezige tanden.

Een derde meldt slechte adem

Zo’n 35% van de deelnemers rapporteerde halitose. In totaal meldde 85% van de deelnemers gezondheidsproblemen en het medicatiegebruik. Er was geen significant verband tussen zelfgerapporteerde halitose en deze variabelen.

Verband met opleidingsniveau

Bevindingen in de studie wezen op een verband tussen hogere opleidingsniveaus en lagere zelfgerapporteerde halitose. Opleidingsniveau is een van de belangrijkste factoren die verband houden met mondgezondheid, omdat het wordt geassocieerd met meer kennis, betere mondhygiënepraktijken en het vaker bezoeken van een tandarts.

Aanwezigheid van tanden

Evenzo rapporteerden deelnemers zonder toegang tot tandheelkundige zorg vaker halitose. Een andere factor die verband houdt met halitose was het aantal aanwezige tanden. De aandoening kan een orale of niet-orale oorsprong hebben, en van sommige oorzaken wordt volgens de auteurs aangenomen dat ze afhankelijk zijn van de aanwezigheid van tanden in de mond.

Beperkingen

Deze studie hield geen rekening met cariës of parodontitis. Ook is het belangrijk om te benadrukken dat halitose in deze studie werd gemeten aan de hand van zelfperceptie. Dit zijn mogelijke beperkingen van deze studie.

Evaluatie is belangrijk

Toch wordt de kwaliteit van leven vaak beïnvloed wanneer het individu zich bewust is van het probleem, en de validiteit van dit onderzoek is dan ook aanzienlijk. “De evaluatie van halitose is belangrijk vanwege de hoge prevalentie van deze aandoening, inclusief de gevolgen, sterke sociale beperkingen, impact op de kwaliteit van leven en mogelijke associatie met systemische ziekten”, schreven de auteurs van het onderzoek.

Bron:
Journal of Oral Biology and Craniofacial Research

 

 

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Thema A-Z
Slechte adem

Nieuwe uitvinding kan een slechte adem meten

Onderzoekers uit Korea hebben een apparaat ter grootte van een duim uitgevonden dat halitose kan diagnosticeren. Door in uitgeademde lucht het gas dat de slechte geur veroorzaakt te detecteren identificeerde het apparaat 86% van de tijd nauwkeurig een slechte adem tijdens blaastesten, staat in een artikel in ACS Nano.

Teken van aandoeningen

Halitose is van groot belang op het gebied van medisch welzijn en persoonlijke hygiëne. Het hebben van een slechte adem kan worden veroorzaakt door tongplaque of micro-organismen tussen de tanden die onder andere het gas waterstofsulfide (H2S) afgeven. Mondgeur wordt vaak beschouwd als een teken van medische aandoeningen als parodontitis.

Waterstofsulfide

Als het niveau van halitose continu zou worden gemonitord zou een snelle en betrouwbare zelfdiagnose van dergelijke aandoeningen mogelijk zijn. Dit niveau kan worden bepaald door de concentratie van H2S-gas in de uitgeademde adem van een patiënt te meten. De waterstofsulfideconcentratie neemt normaal gesproken toe met de ernst van de halitose. Een kwantitatieve analyse ervan “is daarom cruciaal voor de vroege detectie van gerelateerde mondziekten”, schrijven de onderzoekers.

Snelle zelfdiagnose

Tot nu toe bestonden er alleen apparaten die kleine hoeveelheden waterstofsulfide maten uit uitgeademde adem die wordt verzameld en getest met laboratoriuminstrumenten. Daarom ontwikkelden ze een real-time ademanalysator ter grootte van een duim voor een snelle zelfdiagnose van een slechte adem.

Hoe het werkt

De werking van het apparaat is gebaseerd op eerdere onderzoeken die hebben aangetoond dat wanneer sommige metaaloxiden reageren met zwavelhoudende gassen hun elektrische geleidbaarheid verandert. Bovendien maakt het combineren van metaaloxiden met edelmetaalkatalysatoren ze gevoeliger en selectiever, schreven de auteurs.
De onderzoekers mengden natriumchloride en platinananodeeltjes met wolfraam en spinden de oplossing elektrisch in nanovezels die werden verwarmd. Hier bij werd het wolfraam omgezet in zijn metaaloxidevorm. Vervolgens bekleedden ze in elkaar grijpende gouden elektroden met de nanovezels en combineerden ze de gassensor met vochtigheids-, temperatuur- en druksensoren tot een klein prototype.

Hoge nauwkeurigheid

Het prototype werd getest door tachtig directe en real-time menselijkeademexperimenten. Het apparaat had een hoge nauwkeurigheid van 86,3% met betrekking tot de werkelijke H2S-gasconcentraties gemeten met een gaschromatografiesysteem.

Kwaliteit van leven verbeteren

“De resultaten demonstreren de uitstekende haalbaarheid van ons sensormateriaal als real-time menselijkeademmonitor, die mogelijk kan worden toegepast om onaangename orale geur en tandziekten in een vroeg stadium te voorkomen […], wat binnenkort zou kunnen helpen om de kwaliteit van ons dagelijks leven te verbeteren”, aldus de onderzoekers.

Bron: ACS Nano

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Thema A-Z
mondgezondheid - stinkende adem

De werkwijze en ervaringen van mondhygiënisten in Nederland met behandeling van patiënten met halitose

83.4% van de mondhygiënisten is alert op halitose tijdens patiëntencontact maar slechts 37.8% informeert patiënten met halitose hier daadwerkelijk over. Dit is de belangrijkste conclusie van het onderzoek van mondzorgkunde student Sana Sidiqi en thesisbegeleider Karen Elsenberg van de hogeschool Inholland. Het onderzoek is gepubliceerd in de International Journal dental hygiene.

Het doel van dit onderzoek was om te achterhalen wat de werkwijze en ervaring van mondhygiënisten in Nederland zijn betreft de behandeling van patiënten met halitose.

Materiaal en methode

92 mondhygiënisten hebben de vragenlijst volledig ingevuld. De vragenlijst bestaat uit 19 vragen over persoonlijke en professionele kenmerken, klinische observaties en behandeling van halitose, het verwijzen van patiënten met halitose en over de aanwezigheid en bruikbaarheid van een protocol over halitose. De vragenlijst was uitgezet middels een sociaal media platform voor mondzorgmedewerkers in Nederland.

Resultaten

83.4% van de 90 mondhygiënisten is alert op halitose tijdens patiëntencontact. 37.8% van de mondhygiënisten informeert patiënten met halitose hier daadwerkelijk over. Redenen om de patiënt niet te informeren zijn de angst voor een mogelijk reactie van een patiënt of andere mond gerelateerde problemen zijn op dit moment belangrijker. Van de geïncludeerde mondhygiënisten heeft 67.8% nog nooit een patiënt verwezen voor behandeling van halitose. 86.7% van de mondhygiënisten geeft aan dat er geen protocol is voor het diagnosticeren en behandelen van patiënten met halitose. Terwijl 90% van de mondhygiënisten het nuttig vindt om over een protocol over halitose te beschikken.
Conclusie
De meeste geïncludeerde mondhygiënisten in Nederland zijn alert op de mondgeur van een patiënt, maar alleen een kleine groep mondhygiënisten informeren de patiënten met halitose hierover. In veel tandartspraktijken is halitose een onderschat probleem, terwijl tijdens de corona pandemie mensen zich meer bewust zijn van hun eigen mondgeur. Mondhygiënisten indiceren een gebitsreiniging en geven patiënten met halitose voorlichting en instructie.

Elsenberg, C. P. M., Sidiqi, S. Buunk-Werkhoven, Y. A. B.
(2021). Halitosis, what experiences and methods apply Dutch dental hygienist.. International Journal dental hygiene, 00:1-6
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/34547173/

Dit artikel is tot stand gekomen door een samenwerking met aspirant mondzorgkunde student Sana Sidiqi en thesisbegeleider Karen Elsenberg van de hogeschool Inholland.
Sana Sidiqi heeft tijdens haar thesis traject contact opgenomen met Yvonne Buunk Werkhoven voor het vrijgeven van haar vragenlijst uit een eerdere publicatie¹. Na het afronden van de thesis was er meteen belangstelling voor dit onderwerp en daarom besloten Karen Elsenberg en Sana Sidiqi om onder begeleiding van Yvonne Buunk-Werkhoven het onderzoek internationaal te publiceren.

Door:
Catharina P.M. Elsenberg, Sana Sidiqi, Yvonne A.B. Buunk-Werkhoven

Buunk-Werkhoven, Y. A. B., Buls, J. G., Osinga, E., & Bruers, J. J. M. (2014). Diagnosis and treatment of patients with halitosis by dental hygienists and dentists in the Netherlands. International Dental Journal, 62(2), 65-70.

 

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Thema A-Z
Wat vertelt je ademgeur?

Wat vertelt je ademgeur?

Ademgeur diagnostiek is een van de oudste vormen van diagnostiek. Wat zijn de laatste ontwikkelingen op het gebied van slechte ademgeur en welke behandelmogelijkheden zijn er in een algemene praktijk?

Verslag van de lezing van dr. Marja Laine.

Dr. Marja Laine maakte haar presentatie prachtig rond. Ze begon te vertellen dat ademgeur diagnostiek een van de oudste vormen van diagnostiek is. Diabetes, lever en nieraandoeningen werden hiermee vastgesteld. Ze kennen namelijk allen hun typische geur. Zo geeft een nieraandoening een fruitige geur en diabetes een acetongeur af. Op het einde van haar presentatie bleek dat deze vorm van diagnostiek met nieuwe technieken ook de toekomst is.

Geuren

Adem bestaat uit 80% stikstof, 15% zuurstof, 3% koolstofdioxide en verder uit waterdamp, inerte gassen, micro-organismen en vluchtige organische stoffen. Deze vluchtige organische stoffen weerspiegelen lichaamsprocessen. Een mens kan zelfs biljoenen geuren onderscheiden, maar om het goed waar te kunnen nemen moet men wel een erg goed reukvermogen hebben. Rokers, mannen en ouderen ruiken in het algemeen minder goed. De vluchtige organische stoffen kunnen bestaan uit zwavelverbindingen zoals watersulfide, methylmercaptaan en dimethylsulfide. Watersulfide geeft de geur van rotte eieren, methylmercaptaan die van rotte kool en dimethylsulfide kan onaangenaam zoet ruiken zoals overkookte broccoli. Dit komt doordat bacteriën eiwitten afbreken naar aminozuren waarbij de vluchtige zwavelgassen vrijkomen. Niet alleen hierdoor kan mondgeur ontstaan maar ook door voedsel zoals de overbekende knoflook en alcohol. En ook in de ochtend kan men door verlaagde speekselproductie niet lekker ruiken maar dit noemen we niet echte halitose.

Oorzaken halitose

Uit een onderzoek bij de Universiteit van Leeuwen onder 2000 patiënten die het halitose spreekuur bezochten (Quirynen en medewerkers, 2009) lag in ongeveer 80% van de gevallen de oorzaak van halitose in de mondholte:

  • 30% door parodontitis en/of gingivitis
  • 62% door tongbeslag
  • 8% was afkomstig van cariës, candida infecties, pericoronitis, peri-implantitis of van een slecht zittende prothese.

4% had een extra-orale oorzaak, 16% geen halitose en bij 4% werd geen oorzaak gevonden. Bij die 16% noemen we het een pseudohalitose of halitofobie. De patiënt heeft pseudohalitose als hij denkt een slechte adem te hebben maar dat niet heeft. Als een patiënt een halitofobie ontwikkelt moet hij doorverwezen worden naar de psycholoog.

Amandelsteentjes

Laine stond wat langer stil bij een van de extra-orale oorzaken, namelijk tonsilliths. Hierbij meldt de patiënt dat hij witte steentjes of korrels op kan hoesten die vreselijk stinken. Dit noemen we amandelsteentjes die verborgen zitten in de tonsillen. Deze patiënten kunnen terecht bij de KNO-arts.

Achterhalen

Een goede tip die Laine gaf: “Vraag altijd of uw patiënt last heeft van ademgeur”. Niet iedereen zal bedenken dat een tandheelkundige kan helpen bij deze kwaal. Het eerste wat we dan zullen moeten doen, is iets wat Laine ‘sniffen’ noemt, om ademgeur vast te stellen. De patiënt zal eerst de mond een poosje gesloten moeten houden en vervolgens moeten openen. Dus niet blazen. Bij blazen ruiken we de longgeur. Prominente neusgeur is een teken dat de oorzaak extra-oraal is.

Vraag altijd of uw patiënt last heeft van ademgeur

Scoren

De geur kunnen we scoren:
0) Geen geur
1) Bijna niet te ruiken geur
2) Lichte geur
3) Matige geur
4) Sterke geur
5) Sterke offensieve geur

Deze laatste scores kunnen moeilijk zijn voor de zorgverlener! “Het is me een keer overkomen dat ik werd geroepen door een medewerker omdat ze de mondgeur niet kon verdragen.” De geur kan niet alleen door eigen waarneming worden vastgesteld maar ook door een apparaat zoals de Halimeter en de Oralchroma. De therapie bij halitose is de oorzaak wegnemen. 82% van de paropatiënten kan halitose hebben. De behandeling voor tongbeslag is het schapen van de tong en gorgelen (dus niet spoelen!) met de tong naar buiten met een anti-halitosemiddel. Op het moment zijn diverse apparaten in ontwikkeling om wederom medische diagnostiek te bedrijven met behulp van adem.

Dr. Marja Laine is universitair docent bij de sectie Parodontologie van de ACTA. Zij behaalde haar tandartsdiploma in 1989 in Helsinki, Finland, waarna zij als algemeen tandarts in Finland en in Nederland werkte. Zij was vanaf 1992 tot 2010 werkzaam bij de sectie Orale Microbiologie van ACTA en promoveerde in 2000. Vanaf 2010 verzorgt zij voor het halitose onderwijs en spreekuur bij de sectie Parodontologie van ACTA. Haar onderzoeksonderwerpen zijn multicausaliteit van parodontitis en peri-implantitis, met name de rol van microbiologische, genetische en immunologische factoren, en halitose. Zij heeft veelvuldig over deze onderwerpen gepubliceerd.

Verslag door Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist, voor dental INFO van de lezing van dr. Marja Laine tijdens het ANT-congres Dental Studie Update.

Dit verslag is voor het eerst in mei 2015 op dental INFO geplaatst en gezien interesse hiervoor in september 2020 opnieuw onder de aandacht gebracht.

Lees meer over: Congresverslagen, Halitose (slechte adem), Kennis, Mondhygiëne, Thema A-Z
halitose

Voor diagnose en behandeling halitose meestal geen protocol aanwezig in mondzorgpraktijk

Eén op de zeven mensen in Nederland heeft last van halitose, maar er lijkt nog steeds een taboe op te liggen. Hoe gaan mondhygiënisten om met halitose en werken zij met een protocol hiervoor? Sana Sidiqi, student mondzorgkunde aan Hogeschool Inholland, deed haar afstudeeronderzoek over dit onderwerp.

Doel onderzoek

Doel van het onderzoek was om te achterhalen wat bij mondhygiënisten in Nederland de werkwijze is voor en ervaring is met de behandeling van patiënten met halitose. Halitose is een onaangenaam ruikende geur van de mond, die negatieve gevolgen kan hebben op het sociale leven van de patiënt, maar goed te behandelen is. Sana heeft heel bewust voor dit onderwerp gekozen. Zij vertelt: “Tijdens verschillende stages viel het mij op, dat mondhygiënisten patiënten met een slecht ruikende adem niet snel benaderen en er meestal vanuit gaan, dat dit door paro-problematiek komt. Ik heb mij toen verder verdiept in dit onderwerp en kwam terecht bij een onderzoek van Yvonne Buunk-Werkhoven*. Er is vermoedelijk weinig gedaan met de resultaten van dit onderzoek. Om stappen te kunnen zetten in de richting van verbetering heb ik dit onderwerp opnieuw onderzocht.”

Resultaten

Aan het onderzoek hebben 103 mondhygiënisten deelgenomen. Zij kregen een vragenlijst toegestuurd over hun werkwijze en ervaring met betrekking tot halitose. Uit de antwoorden bleek onder andere dat 40,8% van de respondenten altijd let op halitose en dat 34% patiënten met halitose hierover informeert. 35,9% neemt het onderwerp halitose alleen mee in de anamnese wanneer de patiënt het zelf aangeeft.

Ruim 60% van de mondhygiënisten heeft nog nooit een patiënt met halitose doorverwezen, omdat zij vinden dat ze zelf voldoende zorg kunnen bieden of omdat ze niet op de hoogte zijn van eventuele verwijsmogelijkheden. Door 14,6% van de mondhygiënisten wordt de patiënt doorverwezen, wanneer eigen behandeling geen effect heeft.

Het opmerkelijkste resultaat vindt Sana dat bij 77,7% van praktijken waar mondhygiënisten werkzaam zijn geen protocol aanwezig is voor het vaststellen van de diagnose en de behandeling van halitose, terwijl 80,6% van de mondhygiënisten aangeeft dit wel wenselijk te vinden.

Online verdedigen

In verband met de coronamaatregelen kon Sana haar scriptie niet op de gebruikelijke manier verdedigen, maar gebeurde dit online. Sana vertelt hierover:

“Gelukkig ging dit erg goed. Het was wel anders dan het presenteren voor een klas, maar ik ben erg blij dat ik het op deze manier kon doen waardoor ik zo min mogelijk studievertraging oploop. Tijdens mijn verdediging werd ik door twee docenten beoordeeld op zowel de inhoud van mijn verdediging als mijn presentatie-skills. Tijdens het presenteren moest ik in de camera blijven kijken in plaats van naar mijn beeldscherm. Dit was moeilijker dan ik dacht, omdat ik erg geneigd was mijn docenten aan te kijken. Verder waren er ook medestudenten aanwezig. Van hen werd verwacht om actief deel te nemen en na afloop vragen te stellen.”

* Bij haar afstudeeronderzoek heeft Sana Sidiqi gebruik gemaakt van de vragenlijst uit een eerder onderzoek van o.a. Yvonne Buunk-Werkhoven: Buunk-Werkhoven, Y.A.B., Buls, J.G., Osinga, E. & Bruers, J.J.M. (2015). Diagnosis and treatment of halitosis by dental hygienists and dentists in the Netherlands. International Dental Journal, 65, 65-70. DOI 10.1111/idj.12145.

 

 

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Thema A-Z
Chronisch slechte adem ook veroorzaakt door gen

Chronisch slechte adem ook veroorzaakt door gen

Onderzoekers hebben ontdekt dat een slechte adem ook door een genetische fout kan worden veroorzaakt. Mensen met een defect in het gen SELENBP1 hebben geen eiwit dat de de zwavelverbinding methaanthiol omzet. Dit concluderen onderzoekers van het Radboudumc en de Radboud Universiteit in Nature Genetics.

Een slechte adem (halitose) wordt meestal veroorzaakt door bacteriën in de mondholte die zwavelverbindingen vormen. Over andere oorzaken van een slechte adem is nog weinig bekend, maar er wordt al lang gedacht dat er ook een genetische oorzaak mogelijk is. Al in de jaren negentig Dr Albert Tangerman (Radboudumc, interne geneeskunde) een Nederlandse familie waarvan meerdere mensen een slechte adem hadden. Samen met hoogleraar Erfelijke Stofwisselingsziekten Ron Wevers zocht hij naar de oorzaak, waarbij ze uiteindelijk bij deze mensen op enkele zwavelverbindingen stuitten, waaronder het sterk stinkende methaanthiol. Die stof verspreidt een sterke koolachtige lucht. ‘Methaanthiol wordt in grote hoeveelheden in de darm geproduceerd en kan ook uit voeding afkomstig zijn. We dachten dat het eiwit dat deze stof moet opruimen bij deze mensen kapot was’, zegt Wevers, ‘maar konden daar geen aanknopingspunten in de stofwisseling voor vinden. Het proces waarmee het lichaam deze stof onschadelijk maakt was onbekend, dus zaten we op dat moment vast.’

Zwavelomzetting in bateriën

Wevers presenteerde het probleem op congressen en kwam zo in contact met families uit Duitsland en Portugal met hetzelfde probleem. Daarnaast ontstond er een samenwerking met hoogleraar Microbiologie Huub Op den Camp, die onder andere gespecialiseerd is in zwavelomzettingen in bacteriën. Samen met onderzoekers van de Universiteit van Warwick vonden ze onlangs in de bacterie Hyphomicrobium een eiwit dat zorgt voor de omzetting van methaanthiol: het methaanthiol oxidase.

De bacterie gebruikt de verontreinigingen in het rioolwater, waaronder zwavelverbindingen zoals methaanthiol, als voedsel, waardoor deze uit het rioolwater worden verwijderd. Vervolgens werd gekeken of het gen dat codeert voor het methaanthiol oxidase eiwit van de bacterie, ook in de mens aanwezig was. Het menselijke gen dat de meest overeenkomsten vertoonde was het gen SELENBP1. Hoogleraar Microbiologie Huub Op den Camp: ‘De functie van het bijbehorende menselijk eiwit SELENBP1 was echter nog onbekend. Daarmee was ook onbekend in welke stoffen ons lichaam het methaanthiol omzet. Het SELENBP1 gen staat in de literatuur wel te boek als een tumorsuppressor gen. Maar we dachten meteen dat de afwezigheid van dit eiwit wel eens de oorzaak van de stinkende adem zou kunnen zijn bij deze mensen’.

Veel voorkomend defect in stofwisseling

Dus onderzochten Wevers en Op den Camp adem, bloed en urine van de patiënten en bleken ze inderdaad een verhoogde hoeveelheid van vooral methaanthiol en dimethylsulfide te hebben. Wevers: ‘Dat was een duidelijke aanwijzing dat er bij deze patiënten dus iets fout gaat in de stofwisseling waardoor een viertal zwavelverbindingen zich ophopen in het bloed waaronder het methaanthiol. Deze stof en het dimethylsulfide zijn zeer vluchtig en komen daardoor via de longen makkelijk in de uitademingslucht. Nu bekend was dat er een menselijke variant bestaat van het eiwit dat zwavelverbindingen omzet, namelijk SELENBP1, bekeken wij ook het DNA van deze patiënten. Ze bleken inderdaad allemaal mutaties in het SELENBP1 gen te hebben.’

Verder onderzoek leverde nog meer bewijs op voor hun nieuwe ontdekking. De huidcellen van de patiënten bleken bijvoorbeeld een sterk verminderde hoeveelheid van het eiwit en weinig tot geen enzymactiviteit te vertonen. Hetzelfde zagen ze bij een muis waarbij het gen uitgeschakeld werd. Dat leidde tot de conclusie dat SELENBP1 inderdaad een methaanthiol oxidase is en mutaties in dat gen een chronisch slechte adem kunnen veroorzaken. Iets wat waarschijnlijk veel vaker voorkomt dan gedacht. De onderzoekers hebben berekend dat ongeveer 1 op de 90.000 mensen de mutatie hebben. Voor deze patiënten is nog geen therapie beschikbaar. Voorlopig kunnen ze een stinkende adem eigenlijk alleen verminderen met dieetmaatregelen. Verder onderzoek zal zich richten op het ontwikkelen van een mogelijke therapie en op de rol van de stoffen die uit methaanthiol ontstaan bij een niet verstoorde stofwisseling.

Bron:
Radboudumc en Nature Genetics

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Mondhygiëne, Thema A-Z
Slechte adem

Slechte adem invloed op levenskwaliteit

Uit onderzoek kwam naar voren dat mensen met slechte adem twee keer zo ongelukkig zijn als mensen zonder dit probleem. Het onderzoek werd gepubliceerd in ‘the International Journal of Dental Hygiene.’

Een grote groep deelnemers werd ondervraagd over specifieke aspecten in het dagelijks leven zoals zelfverzekerdheid en gevoel van geluk, en hun mondgezondheid. Er kwam naar voren dat mensen met slechte adem 500% meer negatieve ervaringen meemaakte. Ook rapporteerde deze groep mensen dat het hun negatief beïnvloedde op psychologisch gebied.

Link mondgezondheid en geestelijke gezondheid

Deze resultaten bevestigen ook eerder vastgestelde links tussen mondgezondheid en geestelijke gezondheid. CEO van de Britse Oral Health Foundation, Nigel Carter, sprak over het onderzoek.

“Het hebben van een goede routine voor het behouden van de mondgezondheid kan op een positieve manier bijdragen aan andere aspecten in het leven zoals een positieve kijk hebben en een beter professioneel leven. Van slechte adem af komen is hierbij ook belangrijk en dit kan vaak relatief makkelijk bereikt worden. Vaak is de slechte adem een resultaat van bacteriën in de mond en etensresten. Het is daarom belangrijk om minstens twee keer per dag de tanden te poetsen met fluoridetandpasta. Ook kan het gebruik van mondwater of suikervrije kauwgom helpen.”

Bron:
Dentistry.co.uk

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Mondhygiëne, Thema A-Z
Mondverzorging: de evolutie en het verschil tussen mannen en vrouwen

Mondverzorging: de evolutie en het verschil tussen mannen en vrouwen

De mens is de enige diersoort die niet zonder dagelijkse mondverzorging kan. Dat vereist gewoontegedrag wat moeilijk aan te leren en vol te houden is. Wat hierbij goed werkt is het wijzen op de sociale gevolgen van een ongezonde mond. Vrouwen zijn meer dan mannen alert op een slechte adem. Ook wijzen zij een potentiële partner af wanneer deze uit zijn mond ruikt.

Evolutie
Het gebit is het meest robuuste onderdeel van het lichaam. Fossielen van tanden en kiezen zijn heel belangrijk voor inzicht in de evolutie van de mens. De hoektanden vallen op in de evolutie want die werden al heel snel veel kleiner. Dat wijst waarschijnlijk op vermindering van agressieve competitie tussen mannen.

Samenwerking tussen mannen werd steeds belangrijker om roofdieren te weren en om te jagen. De ontwikkeling ging van promiscuïteit naar paarvorming waarbij mannen betrokken raakten bij de ouderlijke zorg. Daarbij werd de juiste partnerkeuze belangrijker en werd er meer gelet op goede genen en gezondheid. Voorheen draaide het enkel om seks en dus om ‘scoren’. “Sommige mannen doen dit nog steeds en kunnen hiermee ver komen, zoals we bij zagen bij de verkiezing van Trump”, grapte Buunk.

Afname van variëteit in mondbacterieën
Om de gezondheid van een ander te bepalen is het heel zinvol af te gaan op het gebit en dat heeft alles te maken met het robuuste karakter van het gebit. Ook de verandering van voedselinname had invloed op het gebit. Er is een afname van de variëteit in mondbacteriën en dat betekent dat de mond nu minder in staat is om allerlei ziektes tegen te houden dan de mond van onze voorouders. De hedendaagse mens heeft ook meer onregelmatigheden en crowding in het gebit. Door al deze veranderingen heeft de mond steeds meer structurele zorg nodig. Volgens Buunk is onze mond steeds lelijker geworden. Gelukkig zijn er wel allerlei tandheelkundige beroepen om de mond te verfraaien.

Buunk denkt dat er een aangeboren evolutionair bepaalde neiging is om te letten op de kwaliteit van het gebit van een ander. Het vreemde is dat er erg veel onderzoeken zijn gedaan naar partnerkeuze maar dat er hierbij vrijwel geen aandacht besteed is aan de mond.

Beoordeling gebit

Er is onderzoek gedaan naar tanden waarbij iedere proefpersoon een foto van een man of een vrouw en hun gebit moest beoordelen. Op een foto was crowding, diastemen of een normale stand te zien en de foto’s varieerden tevens in  kleur: een natuurlijke kleur, een geel gebit of een gebleekt gebit. Het effect op de beoordeling van de aantrekkelijkheid werd gemeten. De normale stand werd in het algemeen het beste beoordeeld, de crowding wat minder en die met de diastemen als minste. Bovendien bleek dat de kleur heel belangrijk was. De natuurlijke kleur werd als meest aantrekkelijk beoordeeld, gebleekt iets minder aantrekkelijk en geel allerminst aantrekkelijk.

Dus mensen met diastemen en ook nog gele tanden doen het het slechtst op de liefdesmarkt.

Uit onderzoek blijkt verder dat vooral vrouwen op de mooiheid van hun gebit worden beoordeeld. Dat heeft er mee te maken dat voor mannen een vrouw eerder een potentiële partner is en voor vrouwen eerder een potentiële concurrent. Vrouwen kunnen onderling daarom buitengewoon venijnig zijn, terwijl mannen eerder sportief omgaan met hun onderlinge concurrentie.

Missende tanden
Het effect van het missen van een of enkele boventanden op de beoordeling van een persoon van het andere geslacht is heel groot. Een missende tand is al genoeg om uitgeschakeld te worden als potentiele partner.

“Investeer niet in een datingbureau maar in een implantaat bij het missen van een voortand”, aldus het verstandige advies van Buunk, wat grinnikend ter ore werd genomen.

Inschatten gezondheid
Ook schaalt men de gezondheid van iemand die een enkele tand of meer mist laag in. Vaak  denkt men ook dat iemand een stuk minder intelligent is als hij of zij een of meerdere voortanden mist. Ook is gebleken dat we iemand met een of meerdere missende voortanden soms minder vertrouwen.

Belang van mondgezondheid in sociale interactie
Buunk en zijn vrouw Yvonne Buunk-Werkhoven hebben onderzoek gedaan naar halitose bij 1466 volwassenen. Er werd onderzocht wat het belang is van de mondgezondheid bij afwijzing van een partner en het belang van de mondgezondheid in sociale interactie in het algemeen.

Wat zijn nu de meest afstotelijke dingen die bepalend zijn voor de partnerkeus? Het allerergste vinden we een vieze lichaamsgeur, ten tweede halitose en ten derde een lelijk gebit. Pas daarna komen smakeloze kleren, overgewicht, een onaantrekkelijk gezicht, een slecht figuur, een lage opleiding, weinig geld en een andere sociale achtergrond.

Angst voor afwijzing wegens halitose
Niet enkel jongeren vinden persoonlijke hygiëne belangrijk maar ouderen zeker ook. Ouderen zijn veel vaker van plan om hun gebit op de juiste wijze te verzorgen dan jongeren. Vrouwen zijn ten opzichte van mannen eenvoudiger te motiveren tot goede mondzelfzorg. De vrees om als partner afgewezen te worden op basis van de mondgeur is ook voor ouderen een goede motivator om hun gebit goed te verzorgen.

De angst om afgewezen te worden wegens halitose is behoorlijk aanwezig, sterker dan de angst om afgewezen te worden op basis van een slecht of lelijk gebit.

Wederom ligt deze angst bij ouderen het hoogst. Jongeren zijn zich wel het meest bewust ervan dat anderen letten op hun gebit en ze zijn bezorgd om sociale afwijzing wegens een slecht gebit, maar ze laten zich hierdoor niet leiden in hun keuze om hun gebit wel of niet goed te verzorgen.

Prof. dr. Abraham (Bram) P. Buunk is sociaal psycholoog en werd in 2005 benoemd tot Akademiehoogleraar namens de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW). Behalve honorair hoogleraar aan de Rijksuniversiteit Groningen, is hij ook hoogleraar Sociale en Organisatiepsycholoog aan de University of Curaçao. Hij doet veel internationaal onderzoek en publiceerde over tal van toegepaste sociaal psychologische onderwerpen, waaronder succesvol ouder worden, kwaliteit van leven bij kankerpatiënten, partnerkeuze, jaloezie, huwelijksproblemen, burn-out en Aids-preventie. Hij richt zich nu primair op de evolutionaire benadering van menselijk gedrag. In 2010 verscheen zijn boek Oerdriften op de werkvloer en in 2014 Applying Social Psychology: From Problems to Solutions.

Verslag door Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist, van de lezing van prof. dr. A.P. Buunk tijdens het NVM-Philips pre-congres 2016.

Lees meer over: Communicatie patiënt, Halitose (slechte adem), Kennis, Thema A-Z
wortelkanaalvulling

Slechte wortelkanaalvulling kan resultaat zijn van stress en financiële redenen

Slechts de helft van de wortelkanaalvullingen die worden gedaan in de Zweedse openbare dentale service zijn goed van kwaliteit. Een nieuwe studie concludeerde dat stress en financiële redenen hiervan de oorzaak kunnen zijn.

Negatieve gevoelens
De interviews toonden aan dat de reden hiervoor zou kunnen zijn dat tandartsen wortelkanaalbehandelingen technisch gezien lastig en complex vinden. De behandeling werd vaak geassocieerd met negatieve gevoelens zoals stress en frustratie.

Veel gebrekkige vullingen
Te veel vullingen zijn gebrekkig en brengen een groot risico met zich mee om bacteriën binnen te laten. Voormalige studies hebben al aangetoond dat meer dan een derde van de wortelkanaalvullingen tekenen tonen van besmetting, die tot pijn en zwellingen zouden kunnen lijden.

Waarom?
Een nieuwe studie onderzocht waardoor het kan komen dat deze slechte vullingstechnieken door tandartsen worden geaccepteerd, door middel van het afnemen van een focusgroep met 33 tandartsen in de Zweedse openbare dentale service.

Economie
Een andere mogelijke bevonden reden voor het accepteren van het toebrengen van slechte vullingen is dat andere behandelingen vaak meer tijd kosten en vooral ook duurder zijn. Het kan een dilemma voor de tandarts zijn om te kiezen tussen de beste kwaliteit of de patiënt een gunstigere prijs aan te bieden, maar daarmee ook meer risico te geven.

Goed genoeg niet altijd goed genoeg
Ook bleek er onzekerheid bij de geïnterviewde tandartsen over wat nou precies een acceptabele kwaliteit is. ‘Goed genoeg’ werd vaak beoordeeld als realistischer dan ‘het beste van het beste’. Wel bleek ook dat tandartsen wel degelijk goede behandelingen wilden leveren en het beste met hun patiënten voor hadden. Dit biedt dus potentie voor het verbeteren van de kwaliteit van de behandelingen en het tegengaan van besmettingen.

Bron:
Sahlgrenska Academy

Lees meer over: Endodontie, Halitose (slechte adem), Thema A-Z

Water drinken tegen slechte adem

Nieuw onderzoek beweert dat elke dag beginnen met een glas water een goede manier is om slechte adem te weren.

60% minder bacteriën
Het Nederlandse onderzoek, dat werd gepubliceerd in het International Journal of Dental Hygiene, heeft aangetoond dat je dag beginnen met het drinken van of spoelen met een glas water tot wel 60% van de bacteriën die bijdragen aan een slechte adem kan verwijderen.
De studie werd uitgevoerd door E. van der Sluijs, D.E. Slot, E.W.P. Bakker en G.A. van der Weijden.

Geen uitsluitsel
De studie heeft aangetoond dat water drinken kan helpen, wat helaas niet betekent dat dit een slechte adem ook echt kan bannen. Michaela ONeill, voorzitter van de British Society of Dental Hygiene and Therapy zegt: “Een glas water elke ochtend spoelt de bacteriën die een slechte adem veroorzaken weg, maar dat betekent niet dat dit gelijk alle problemen oplost.” ONeill legt ook uit dat een effectieve mondverzorgingsroutine vooral van groot belang is.

Bron: The International Journal of Dental Hygiëne 

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Kennis, Onderzoek, Thema A-Z

TV-campagne NVM-mondhygiënisten over slechte adem


Na de succesvolle opzet van de afgelopen jaren, wordt de invulling van de actieweek breder getrokken. Aangesloten NVM-mondhygiënisten organiseren nu activiteiten in het gehele land op verschillende locaties en geven voorlichting over mondgezondheid en het belang van de mondhygiënist.

Het is tijdens de Week van de Mondhygiënist aan de consument om kennis te maken met de NVM-mondhygiënist, de specialist in preventieve mondzorg! Een gezonde mond is belangrijk, het is de basis voor een gezond lichaam.

www.weekvandemondhygienist.nl.

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Video
Rookverbod in huis leidt tot minder rokers

Rookverbod in huis leidt tot minder rokers

Roken kan leiden tot ernstige mondgezondheidsproblemen. Het gebruik van tabak veroorzaakt ziektes aan het tandvlees, voortijdig verlies van tanden, verkleuring van tanden, slechte adem en het reuk- en smaakvermogen wordt aangetast. Volgens nieuw onderzoek wordt de kans groter dat mensen stoppen met roken, als roken in- en buitenshuis wordt verboden.

Onderzoek
Amerikaanse onderzoekers hebben 1718 rokers ondervraagd. Hieruit blijkt dat mannelijke rokers stoppogingen ondernemen als zij niet in huis mogen roken. Vrouwelijke rokers niet. Verder blijkt het rookverbod bij huishoudens zonder kinderen effectiever. Dit komt mogelijk omdat het ultieme doel is om te stoppen met roken, en niet om de blootstelling aan omgevingsrook te verminderen.

Effectief
Volgens de onderzoekers zijn mensen eerder geneigd te stoppen met roken, als er een wet komt die die het roken in eigen huis verbiedt. Een compleet rookverbod, zowel in- als buitenshuis, zou het meest effectief zijn.

Bron:
BDJ Team 

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Kennis, Onderzoek, Thema A-Z

Grootste afknapper: slechte adem

Een slechte adem is een grote afknapper bij een eerste date. Dit blijkt uit een onderzoek van de British Dental Health Foundation.

Onderzoek
2000 Britten hebben een survey ingevuld waaruit blijkt dat slechte adem (34%), zweetlucht (34%), gele tanden (7%), gezichtshaar (6%) en tegengestelde politieke overtuigingen (5%) de top 5 vormen van de grootste afknappers bij een eerste date. Eerder onderzoek heeft al aangetoond dat meer dan de helft zich ergert aan een date met slechte, scheve en/of ontbrekende tanden.

Slechte adem
Slechte adem kan verschillende oorzaken hebben. Zo kan slechte adem het gevolg zijn van het eten, het drinken van alcohol of roken. Daarnaast kan slechte adem ook worden veroorzaakt door onvoldoende afsluiting van de maag. Maar meestal komt het door een ophoping van bacteriën door slechte mondhygiëne.

Bron: Dentistry.co.uk

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Mondhygiëne, Thema A-Z
At the phone

Slikproblemen en slechte mondgezondheid: risicofactoren voor aspiratiepneumonie

Claar van der Maarel-Wierink beschrijft in haar promotieonderzoek de rol van slikproblemen en een slechte mondgezondheid bij de ontwikkeling van aspiratiepneumonie (longontsteking door het inhaleren van materiaal uit de mond of maag), een ernstige en onder kwetsbare ouderen regelmatig voorkomende aandoening.

Associatie
De resultaten tonen aan dat slikproblemen in sterke mate en slechte mondgezondheid in minder sterke mate geassocieerd zijn met aspiratiepneumonie bij kwetsbare ouderen. De relatie tussen slikproblemen en aspiratiepneumonie blijkt sterker te zijn bij ouderen die zijn getroffen door een beroerte. Verbetering van de dagelijkse mondverzorging kan het risico op een aspiratiepneumonie verminderen.

In de Landelijke Prevalentiemeting Zorgproblemen geeft 9 procent van de verpleeghuisbewoners zelf aan slikproblemen te hebben. In aanvullend onderzoek onderzochten logopedisten verpleeghuisbewoners, in de eerste week na opname, op de aanwezigheid van slikproblematiek; zij vonden zelfs bij 21 procent slikproblemen. Daarmee wordt slikproblematiek een zeer relevant probleem binnen deze doelgroep.

Claar van der Maarel-Wierink (Amsterdam, 1979) studeerde Tandheelkunde in Amsterdam. In 2004 specialiseerde ze zich tot tandarts-geriatrie in het UMC St Radboud. Ze verrichtte haar promotieonderzoek op de afdeling Orale Functieleer van het UMC St Radboud, binnen het onderzoeksinstituut Nijmegen Centre for Evidence Based Practice. Ze werkt binnen de groepspraktijk de Aemstelgroep Tandartsen te Amstelveen als ‘algemeen’ tandarts en tandarts-geriatrie. Ook verzorgt ze scholing en lezingen om haar kennis uit te dragen over tandheelkunde bij ouderen.

Promotie
Tijd
Donderdag 21 maart 2013, 10.30 uur

Locatie
Academiezaal Aula
Comeniuslaan 2
FaculteitFaculteit der Medische Wetenschappen

Promovendus
Mevrouw drs. C.D. van der Maarel – Wierink

Promotores
prof. dr. C. de Baat, prof. dr. J.M.G.A. Schols, prof. dr. J.N.O. Vanobbergen

Copromotores
dr. G.J. van der Putten

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Kennis, Onderzoek, Ouderentandheelkunde, Thema A-Z
Slechte adem

Stinkende adem, na zweetlucht, de grootste afknapper

Het is voor Nederlanders, na zweetlucht, dé grootste afknapper. Ondanks dat iedereen er wel eens last van kan hebben, heerst er nog altijd een taboe op slechte adem. Iemand anders er rechtstreeks op aanspreken durft namelijk bijna niemand, zeker niet als het om een onbekende gaat. Waar een slechte adem echt vandaan komt, weten maar weinig mensen.

Onderzoek
Kien Onderzoek vroeg ruim 1.000 Nederlanders in opdracht van CB12 naar de meest voorkomende oorzaak. Wat blijkt is dat nog geen 20% weet dat het met name stinkende zwavelgassen zijn die zorgen dat je uit je mond ruikt.

Ten onrechte wordt vaak gedacht dat slechte adem vooral wordt veroorzaakt door het eten van kruidig voedsel, maagproblemen en/of koffie drinken. Echter het probleem ligt voor 90% van de gevallen in de mond; bacteriën die stinkende zwavelgassen produceren. Iedereen heeft deze bacteriën, want ze zijn nodig voor het schoon en gezond houden van de mond.

Vooral last van collega
Vier van de tien Nederlanders van 16 jaar en ouder komen in ieder geval één keer per week mensen tegen in hun omgeving die een slechte adem hebben. Vooral mannen en werkenden geven aan wekelijks last te hebben van mensen met een slechte adem. Maar collega’s daadwerkelijk aanspreken op hun adem durft maar 45% van de ondervraagden te doen. In het geval van een leidinggevende is het nog lager, namelijk 30%. Opvallend is dat vrouwen nog minder dan mannen collega’s durven aan te spreken. Een enkeling geeft aan het liever per e-mail te doen dan persoonlijk.

CB12
Kien Onderzoek voerde het onderzoek naar Nederlanders en slechte adem uit in opdracht van CB12. CB12 is een mondverzorgingsmiddel dat direct en 12 uur lang een slechte adem voorkomt en behandelt. Kauwgum, mintjes en andere ademverfrissers maskeren slechts tijdelijk een slechte adem. CB12 pakt een slechte adem bij de bron aan. Het voorkomt de productie van zwavelgassen en gaat daarmee de onaangename geur tegen met behoud van de mondflora.

Bron:
Mylan Healthcare, a Viatris company

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Kennis, Onderzoek, Thema A-Z
Slechte adem

Verhelpen slechte adem ook tandartstaak

Wat doet u als u bij een patiënt een slechte adem opmerkt? Maak het bespreekbaar, adviseert universitair hoofddocent tandheelkunde Edwin Winkel. Uw patiënt zal er waarschijnlijk blij mee zijn.

Edwin Winkel deed vorig jaar met collega Albert Tangerman een internetonderzoek naar slechte adem (halitose). Zij ondervroegen daarvoor 50.000 respondenten van het TROS Radar-panel.

Resultaten
Een kwart van de respondenten zei last te hebben van slechte adem. Ook (bijna) een kwart gaf aan daar géén last van te hebben. De overige helft van de respondenten antwoordde met ‘Soms’, of ‘Ik weet het niet’. Verder bleek: hoe ouder de respondenten, hoe minder last zij hebben van ademgeurproblematiek.

Slechts 8,4% van alle respondenten stelde dagelijks te kampen met een slechte adem. Een percentage dat meevalt, volgens Winkel. “In veel publicaties ligt dat cijfer hoger. Maar deze uitslag ontheft tandartsen niet van de taak om de patiënten met slechte adem in hun praktijk op te merken en aan te spreken. Patiënten brengen het onderwerp zelf niet ter sprake, omdat zij niet weten dat u als tandarts het probleem kunt helpen oplossen.”

Tongcoating
De oplossing ligt meestal in het verminderen van de tongcoating, met behulp van een tongschraper (www.TheScrapy.com) of – voor de zwaardere gevallen – een mondspoelmiddel (Halita). De laag bacteriën op de tong is in bijna alle gevallen verantwoordelijk voor de slechte adem, door de productie van drie zwavelhoudende gassen:

  • Methylmercaptaan
  • Waterstofsulfide
  • Dimethylsulfide

Deze gassen lijken ook een rol te spelen bij gingivitis (met name waterstofsulfide) en parodontitis (met name methylmercaptaan). De aanwezigheid van deze gassen in de ademlucht kan worden aangetoond met een gaschromatograaf als de Oral Chroma.


Andere oorzaak
In tien procent van de gevallen heeft de slechte adem een andere oorzaak zoals bijvoorbeeld:

  • een leverstoornis
  • diabetes (dan is er sprake van een acetongeur )
  • uremie (niervergiftiging, waarbij er sprake is van een ammoniakgeur)
  • een KNO-probleem (om dit uit te sluiten laat u de patiënt een minuut lang met gesloten mond ademen door de neus. Ruikt u niets, dan is er geen sprake van een KNO-probleem)
  • het visluchtsyndroom (veroorzaakt door een slechte afbraak van trimethylamine in het lichaam)
  • Er moet nog veel onderzoek gedaan worden aan de zogenaamde ‘bloodborn halitose’, maar daar zijn Winkel en Tangerman hard mee bezig.

Bron:
Verslag door dental INFO, gemaakt tijdens de Dental Review 2011, georganiseerd door Mark Two Communications, 30 september 2011, Jaarbeurs Utrecht

Dr. Edwin Winkel studeerde tandheelkunde aan de Rijks Universiteit Groningen. Van 1981 tot en met 1990 was hij als tandarts algemeen practicus werkzaam in diverse praktijken in Amsterdam. In 1985 was hij een van de oprichters van de Kliniek voor Parodontologie Amsterdam (KvPA) waar hij werkzaam is op het gebied van de parodontologie, implantologie en halitose. Sinds 2005 is Winkel universitair hoofddocent bij de afdeling parodontologie van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Kijk voor verdere info op www.kvpa.nl.


Jan 2012

Lees meer over: Communicatie patiënt, Congresverslagen, Halitose (slechte adem), Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
Slechte adem

Video sexy vampier met slechte adem moet tandartsen opnieuw populair maken

Britse jonge mannen die weigerachtig tegenover de tandarts staan, worden met een ‘bloederig’ filmpje overtuigd om toch te gaan. Een exotische schone wijst een sexy vampier af omdat hij een slechte adem en rotte tanden heeft.
De Britse Nationale Gezondheidsdienst NHS maakte het filmpje aanvankelijk enkel voor het graafschap Northamptonshire. Door het succes wordt het nu ook in andere streken ge(her)lanceerd.

Het reclamefilmpje speelt goed in op het succesrijke vampierthema. Actrice Lola Molar wijst de vampier krachtig af. ‘Je adem stinkt. Heb je de toestand van je tanden al eens gezien? Het kost toch niet zoveel om naar een tandarts te gaan. Het lijkt alsof er daar iets in gestorven is.’

Volgens Simon Bryant van NHS moesten ze wel zo’n bizar filmpje gebruiken. ‘Mannen gaan minder graag naar de tandarts. Traditionele beelden werken niet meer. Er moet een beetje geprovoceerd worden. We weten daarbij dat jonge mannen gevoelig zijn voor alles wat met hun partner te maken heeft.’ Onderzoek van NHS wees uit dat jonge mannen tussen 16 en 35 jaar pas naar de tandarts gaan als hun moeder of vriendin er hen toe aanzette. Een mooie glimlach vinden ze belangrijker dan preventie.

Bekijk de video

Bron:
De Standaard.be

Lees meer over: Communicatie patiënt, Halitose (slechte adem), Kennis
Slechte adem

Slechte adem

Een frisse adem. Dat wil iedereen. De meeste mensen met een slechte adem, ook wel halitose genoemd, merken het zelf niet. In de folder is te lezen dat halitose geen zeldzaam verschijnsel is en niet vanzelf voorbij gaat. Hoe het probleem kan worden verholpen wordt bovendien helder toegelicht.

Bestellen bij Ivoren Kruis

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Patiëntenfolders volwassenen, Thema A-Z