Belangrijke medische anamnese vaak overgeslagen

Te weinig mondzorgers nemen de medische anamnese af. Niet verstandig, vindt Denise van Diermen. “Iedereen kan iets onder de leden hebben.”

Ziektes kunnen verschijnselen in de mond teweegbrengen. Ziektes kunnen verslechteren door een gebrek aan tandheelkundige behandeling. Bij sommige ziektes zijn voorzorgsmaatregelen nodig. Daarom is de medische anamnese erg belangrijk.

Inspectie
De ervaring van ACTA-docent Denise van Diermen is dat de medische anamnese nog veel te weinig wordt afgenomen. Meestal steekt slechts 20% van de eerstejaars tandheelkunde studenten de hand op als ze vraagt wie zelf een tandarts heeft dit wel doet. “En dat terwijl ook de inspectie oplet of u de anamnese bij elke patiënt uitvoert.”

Eerste bezoek
Een eerste bezoek van een nieuwe patiënt is een goed moment voor de anamnese. U neemt de tandheelkundige anamnese af, maar ook de medische vragenlijst.
Vaak krijgt u al een indruk van de patiënt bij binnenkomst. Dit kan vragen oproepen. Stel deze dan ook: breidt de standaardvragenlijst hiermee uit en vraag goed verder. Een zwerver bijvoorbeeld, zult u meer vragen stellen over alcohol- en drugsgebruik.

Meegeven
“Laat u niet foppen!”, zegt Van Diermen, “Let op dat u ook bij jonge frisse mensen goed vraagt hoe de gezondheid is. Iedereen kan iets onder de leden hebben.”
De reden dat veel mondzorgers de lijst niet afnemen, is dat hij veel tijd in beslag neemt. “Ja, de lijst is lang, de patiënt kletst lang. Soms komt zelfs de gezondheid van de hond naar voren! Maar u kunt het ook voor thuis meegeven en het later inscannen.”

Tips
Een aantal tips van Denise van Diermen:

  •  Zorg ervoor dat de anamnese systematisch is. Zo slaat u niets over. Herhaal de medische anamnese minstens 1 x per jaar en altijd voordat u verdoving geeft en een ingreep uitvoert.
  • Interacties kunt u opzoeken in het farmacotherapeutisch kompas. In de Richtlijn overdracht van medicatiegegevens in de keten kunt u vinden welke informatie over geneesmiddelen u in elk geval beschikbaar dient te hebben.
  • De folder Preventie Bacteriële Endocarditis wordt elke vijf jaar herzien. De laatste versie is van 2008.
  • Orthopeden zijn het onderling niet altijd eens over wanneer een profylaxe moet worden gegeven als een patiënt een kunstgewricht heeft. Het moet bij risicopatiënten zoals patiënten met HIV, reuma, ouderen boven de 80 etc. En bij behandeling van geïnfecteerd gebied dat gaat bloeden. Meer informatie is te vinden in de richtlijn Totale heupprothese uit 2010 van de Nederlandse Orthopedische Vereniging.
    Of het dan ook moet bij gingivitis? De artsen hebben vaak onvoldoende kennis over de mond en de ingrepen in de mond, waardoor er soms tegenstrijdige adviezen gegeven worden.
  • Het is logischer om de patiënt eerst door de mondhygiënist te laten behandelen, voordat er een kunstgewricht wordt geplaatst.
  • Er zijn haast nooit ernstige nabloedingen bij het gebruik van antitrombotica/antistolling na ingrepen in de mond. Bij 1 trombocyten aggregatieremmer (TAR) hoeft die niet gestopt te worden bij bloederige ingrepen.
  • Bij het gecombineerd gebruik van Plavix en Ascal kan er overlegd worden met de voorschrijvend arts. Maar misschien is het achterhaald dat in dat geval een van beide middelen gestopt hoeft.
  • Bij sterkere orale antistolling (acenocoumarol/fenprocoumon) moet de INR 24-48 uur van tevoren worden bepaald. Deze moet onder de 3,5 zijn. Het advies is om een paar dagen na afloop van de ingreep te gaan spoelen met 5% tranexaminzuur mondspoeling bij bloederige ingrepen.
  • Als er een nabloeding zou kunnen optreden, doet u er goed aan om voorzichtig te werk te gaan. Dus een kwadrant tegelijkertijd en de patiënt in de wachtkamer laten plaatsnemen tot de bloeding staakt.
  • Zorg ervoor dat patiënten met dit soort medicijnen geen ibuprofen of andere “sterkere” pijnstillers gaan gebruiken. Paracetamol is een goed alternatief.

Door: Lieneke Steverink-Jorna
Bron: Congres Vereniging Promotie Mondhygiëne,  feb 2012

Denise van Diermen (1963) behaalde in 1993 haar artsenexamen en startte als arts-onderzoeker bij de afdeling Hemostase, Trombose, Atherosclerose en Ontstekingsonderzoek bij Prof. J.J.P. Kastelein. Vanaf 1994 was zij werkzaam als arts-assistent niet-in-opleiding bij de afdeling Interne Geneeskunde van het Slotervaart Ziekenhuis te Amsterdam. En vanaf 1995 tot heden is zij werkzaam als universitair docent bij de vakgroep Mondziekten en Kaakchirurgie/Ziektenleer en Medisch Tandheelkundige Interactie van het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA). Ook was zij van 2001 tot 2008 actief als bestuurslid van de Vereniging voor Medisch-Tandheelkundige Interactie (VMTI) en startte zij in 2007 haar promotie onderzoeksproject: Richtlijn invasieve tandheelkundige ingrepen bij patiënten met antistolling. Vanaf 2009 is Denise van Diermen lid van de werkgroep Landelijke Eerstelijns Samenwerkingsafspraak (LESA) “Antistolling” en “Medicatieoverdracht”. In 2005 won zij de tweejaarlijkse ACTA-Onderwijsprijs en in 2010 de NtvT publicatieprijs 2010. Denise van Diermen publiceert regelmatig artikelen in Nederlandstalige en buitenlandse tijdschriften en is mederedacteur van het boek ‘Ziekteleer voor Tandartsen’.

 

Mei 2012

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Wat is je functie?

Lees meer over: Kennis, Scholing