check

Onafhankelijkheid geneesmiddelenonderzoek in het geding

Door overheidssubsidies voor academische onderzoekers afhankelijk te maken van matching door het bedrijfsleven, komt volgens prof. Rongen de onafhankelijkheid van geneesmiddelenonderzoek in het geding.

Oratie
Prof. dr. Gerard Rongen, hoogleraar Translationeel Cardiovasculair Onderzoek
Datum vrijdag 16 maart 2012, 13.00 uur
Locatie Radboud Universiteit, Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2

Onafhankelijk academisch geneesmiddelonderzoek is van groot belang voor zowel de patiënt als het bedrijfsleven. Voorwaarden zijn uitwisseling van kennis en ongelimiteerde beschikbaarheid van stoffen die door de industrie worden ontwikkeld voor medische toepassing. Dat stelt prof. dr. Rongen, hoogleraar Translationeel Cardiovasculair Onderzoek in zijn oratie.

Onafhankelijkheid
Wetgeving is nodig om intellectueel eigendom te beschermen en vrije publicatie van onderzoeksgegevens te garanderen, zonder de financiële belangen van het bedrijfsleven te schaden. Geneesmiddelenonderzoek moet volgens algemeen geaccepteerde kwaliteitseisen worden uitgevoerd. Het met publieke middelen financieren van de benodigde infrastructuur waarborgt de onafhankelijkheid ten opzichte van de industrie.

Cultuur
Een goede onderzoekscultuur, geborgd door goed onderwijs in ethiek en de uitvoering van mensgebonden onderzoek, is nog belangrijker dan wetgeving. Helaas ontbreekt dit onderwijs nu nog in de meeste medische curricula.
Een recente ontwikkeling betreft de toekenning van grote overheidssubsidies voor academisch onderzoekers. Door dergelijke subsidies afhankelijk te stellen van matching door het bedrijfsleven komt volgens Prof. Rongen de onafhankelijkheid van geneesmiddelenonderzoek in het geding.

Curriculum Vitae
Prof. dr. Gerard Rongen (1965) is hoogleraar Translationeel Cardiovasculair Onderzoek bij het UMC St Radboud. Hij studeerde Geneeskunde in Nijmegen en specialiseerde zich op het gebied van vasculaire farmacologie van purines, lichaamseigen stoffen die van belang zijn bij de energiehuishouding van cellen en bij de regulatie van diverse celfuncties. Hij promoveerde in 1996 cum laude aan de Radboud Universiteit.
Rongen werkt sinds 2000 als internist en onderzoeker bij de afdeling Algemene Interne Geneeskunde en Farmacologie-Toxicologie van het UMC St Radboud. Aanvankelijk als KNAW-onderzoeker en vanaf 2007 als Established Clinical Investigator van de Nederlandse Hartstichting.
Rongen coördineert het onderzoeksthema cardiovasculaire ziekten binnen het Nijmegen Centre for Evidence Based Practice. Zijn wetenschappelijk onderzoek richt zich op cardiovasculaire farmacologie van purines en de farmacologische beïnvloeding van de weerbaarheid van cellen tegen zuurstoftekort zoals dat optreedt tijdens hartinfarct, herseninfarct of shock.

Bron:
UMC St. Radboud Nijmegen

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Slechte adem

Stinkende adem, na zweetlucht, de grootste afknapper

Het is voor Nederlanders, na zweetlucht, dé grootste afknapper. Ondanks dat iedereen er wel eens last van kan hebben, heerst er nog altijd een taboe op slechte adem. Iemand anders er rechtstreeks op aanspreken durft namelijk bijna niemand, zeker niet als het om een onbekende gaat. Waar een slechte adem echt vandaan komt, weten maar weinig mensen.

Onderzoek
Kien Onderzoek vroeg ruim 1.000 Nederlanders in opdracht van CB12 naar de meest voorkomende oorzaak. Wat blijkt is dat nog geen 20% weet dat het met name stinkende zwavelgassen zijn die zorgen dat je uit je mond ruikt.

Ten onrechte wordt vaak gedacht dat slechte adem vooral wordt veroorzaakt door het eten van kruidig voedsel, maagproblemen en/of koffie drinken. Echter het probleem ligt voor 90% van de gevallen in de mond; bacteriën die stinkende zwavelgassen produceren. Iedereen heeft deze bacteriën, want ze zijn nodig voor het schoon en gezond houden van de mond.

Vooral last van collega
Vier van de tien Nederlanders van 16 jaar en ouder komen in ieder geval één keer per week mensen tegen in hun omgeving die een slechte adem hebben. Vooral mannen en werkenden geven aan wekelijks last te hebben van mensen met een slechte adem. Maar collega’s daadwerkelijk aanspreken op hun adem durft maar 45% van de ondervraagden te doen. In het geval van een leidinggevende is het nog lager, namelijk 30%. Opvallend is dat vrouwen nog minder dan mannen collega’s durven aan te spreken. Een enkeling geeft aan het liever per e-mail te doen dan persoonlijk.

CB12
Kien Onderzoek voerde het onderzoek naar Nederlanders en slechte adem uit in opdracht van CB12. CB12 is een mondverzorgingsmiddel dat direct en 12 uur lang een slechte adem voorkomt en behandelt. Kauwgum, mintjes en andere ademverfrissers maskeren slechts tijdelijk een slechte adem. CB12 pakt een slechte adem bij de bron aan. Het voorkomt de productie van zwavelgassen en gaat daarmee de onaangename geur tegen met behoud van de mondflora.

Bron:
Mylan Healthcare, a Viatris company

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Kennis, Onderzoek, Thema A-Z
tandenknarsen

Relatie tandenknarsen en been beweging

Donderdag 8 maart 2012 verdedigde Jacques van der Zaag zijn proefschrift: Sleep Bruxism – Contemporary insights in diagnosis, etiology, and management.

Jacques van der Zaag over zijn onderzoek
“Ik heb in mijn onderzoek gekeken naar bruxisme en dat kun je eigenlijk vrij vertalen naar tandenknarsen en tandenklemmen. Tandenknarsen en tandenklemmen kun je zowel overdag doen als ‘s nachts, maar iedereen doet het. Slechts een kleine groep doet het overmatig veel en dat kan belangrijke consequenties hebben voor het gebit: je tanden en kiezen gaan kapot of slijten en je vullingen kunnen breken. En als dat zo is, moet je vaak uitgebreide behandelingen ondergaan om dat weer goed te krijgen. In mijn onderzoek heb ik gekeken naar alle aspecten van dit probleem: Waar komt het vandaan? En hoe komt het dat die kleine groep het zo vaak doet? Je hebt meestal vrij snel door dat mensen tandenknarsen, maar hoe kun je het vervolgens kwantificeren, dus heel precies meten? Daar heb ik ook naar gekeken.

Relatie met beenbeweging
Slaaponderzoek bleek het beste middel om het te registreren; dus heb ik per deelonderzoek – bij zo’n 20-25 patiënten – ’s nachts het tandenknarsen en tandenklemmen gemeten. De meest interessante uitkomst uit mijn onderzoek is wel dat tandenknarsen en tandenklemmen veroorzaakt wordt door een onwillekeurige bewegingstoornis van je kaken, en niet – zoals vaak gedacht – door de anatomie van je tanden en kiezen of stress. En wat ook interessant is: er blijkt een relatie te bestaan met andere onwillekeurige bewegingen die mensen ’s nachts maken, zoals beenbewegingen.”

Centraal gestuurd
“Dit onderzoek heeft zeker een maatschappelijk belang, omdat je nu weet dat tandenknarsen en tandenklemmen vanuit de hersenen centraal gestuurd wordt. Dat betekent dat je mogelijke therapie ook in die richting moet zoeken en je bijvoorbeeld medicatie erop kunt aanpassen. Want de medicatie die helpt tegen beenbewegingen blijkt bijvoorbeeld ook te helpen voor het tandenknarsen. Tandartsen kunnen nu dus gerichter naar een oplossing zoeken.”

Dichtbij
“In mijn eigen tandartspraktijk wordt ik vaak geconfronteerd met patiënten die kapotte of versleten tanden en kiezen hebben. Dat dit door het tandenknarsen en tandenklemmen komt, wisten we al. Maar hoe het ontstaat nog niet. Dit onderzoek is zo interessant, omdat we nu weten waardoor het tandenknarsen en tandenklemmen wordt veroorzaakt. Bovendien staat dit onderwerp heel erg dicht bij mijn eigen werk als tandarts. Laboratorium onderzoek is ook ontzettend belangrijk, maar ik vind het juist leuk om in een klinische omgeving mijn onderzoek te verrichten.“

Bron:
ACTA

 

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
onderzoek - vergrootglas

Cementlaag zwakke schakel bij restauratie

Ernstig beschadigde gebitselementen worden vaak gerestaureerd met restauraties die met een composietcement worden verbonden aan het resterende tandweefsel. Deze adhesieve verbinding is vaak de zwakste schakel in de restauratie. Falen van de cementlaag resulteert in microlekkage of in het volledig loskomen van de restauratie.

Leontine Jongsma onderzocht het klinisch slagen en de overleving van indirecte composietrestauraties. Ook keek ze naar de invloed van de manier van polymerisatie, krimp en krimpspanning, en voorbehandeling van restauratiematerialen op de hechting tussen restauratiematerialen, cementen en tandweefsel.

Spanning
Uit haar onderzoek blijkt dat een hoge krimpspanning de adhesieve verbinding tussen dentine en cement zodanig onder spanning zet dat niet alleen de hechtsterkte lager wordt, maar ook het falen van deze verbinding (op termijn) zeer waarschijnlijk is. Haar onderzoek biedt een klinisch toepasbare oplossing om de krimpspanning bij het cementeren van een wortelstift te verminderen.

Promotie
Promovendus: Mw. L.A. Jongsma
Faculteit: Tandheelkunde
proefschrift: Cementation in adhesive dentistry. The weakest link
Promotor: dhr. prof. dr. A.J. Feilzer
Datum: Vrijdag 2 maart 2012, 14:00 uur
Locatie; Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231, 1012 EZ Amsterdam

Bron:
UvA

Lees meer over: Kennis, Onderzoek, Restaureren, Thema A-Z

Doe mee aan strijd tegen resistente bacteriën

Wereldwijd is toegenomen resistentie van bacteriën tegen antibiotica een probleem. Antibiotica hebben steeds minder effect. Microbioloog dr. John Hays van het Erasmus MC in Rotterdam luidt daarover de noodklok: ‘Het probleem is zo nijpend dat antibiotica binnen enkele tientallen jaren geen enkele werking meer zullen hebben’. Hays leidt een grootschalig internationaal onderzoek met als doel, nieuwe diagnostiek voor infectieziekten en multiresistente bacteriën te bevorderen. Hoe sneller de infectie bekend is, des te eerder die kan worden bestreden. Antimicrobiële behandelingen kunnen dan veel sneller aan de infectie worden aangepast, waardoor er minder kans is voor het ontwikkelen van resistentie.

Oorzaken
De belangrijkste oorzaken voor de wereldwijde toename van antibioticaresistentie zijn de vrije verkrijgbaarheid van antibiotica in veel landen in de wereld en dat artsen onvoldoende snel bacteriële infecties en hun antimicrobiële resistenties kunnen identificeren. Hierdoor worden antibiotica onvoldoende gericht toegepast wat op termijn de kans op resistentie vergroot. Snellere diagnostiek is een oplossing om de te snelle verspreiding van bacteriën en hun resistenties tegen te kunnen gaan. Het onderzoek betreft sneltests voor gebruik op de locatie waar de patiënt ziek is, zogenaamde Point-of-Care diagnostiek, dus bij huisartsen, naast het bed in het ziekenhuis of zelfs thuis.

Subsidie
John Hays heeft een Europese subsidie gekregen om het gebruik van sneltests die bacteriën en antimicrobiële resistenties kunnen identificeren, te stimuleren. Een van zijn hoofdtaken is het in kaart brengen van de meningen van verschillende groepen over snellere diagnostiek. Door middel van een online enquête willen Hays en zijn collega’s inzicht krijgen in die meningen over de obstakels en voordelen van snelle diagnostiek voor infectieziekten. Met deze informatie kunnen meer gerichte sneltests ontwikkeld worden, belangrijk in de strijd tegen infectieziekten.

Bron:
Erasmus MC

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Glimlach

Lach verslaat kapsel bij eerste indruk

De uitdrukking ‘als je haar maar goed zit’ heeft zijn beste tijd gehad. Met een stralende glimlach maak je namelijk een betere eerste indruk dan met een verzorgd kapsel. Dat blijkt uit onderzoek van Vrouwonline.nl onder ruim 150 vrouwelijke respondenten, in opdracht van Aquafresh. 54 procent van de respondenten gaat bij een eerste ontmoeting af op de mond. Slechts 2 procent laat zich voornamelijk leiden door de coupe.

Bron:
Aquafresh
Onderzoek door Vrouwonline.nl onder 150 vrouwelijke respondenten, na een proefperiode met Aquafresh Intense White van minimaal een week.

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
facings - tanden

Facings ook mogelijk over bestaande vullingen

Bij mensen met oude, verkleurde vullingen op de voortanden kan het plakken van een dun schildje, een zogeheten facing, uitkomst bieden als alternatief voor het plaatsen van een kroon. Marco Gresnigt, tandarts-onderzoeker in het Universitair Medisch Centrum Groningen, heeft dit aangetoond.

Uit zijn onderzoek blijkt dat het mogelijk is om facings aan te brengen na voorbehandeling van de oude vullingen, zodat het plaatsen van een kroon niet nodig is.

Voor het aanbrengen van een facing hoeft minder gezond glazuur weggeslepen te worden dan bij kronen het geval is. Hierdoor is er minder kans op zenuwpijn wat prettiger is voor de patiënt. Het esthetische effect van facings is vergelijkbaar met, of soms zelfs beter, dan dat van kronen. Gresnigt promoveert op 18 januari aan de Rijksuniversiteit Groningen op dit onderzoek.

Hechting
Gresnigt heeft onderzoek gedaan naar de manier waarop facings gehecht kunnen worden op oude, probleemloze vullingen die niet zijn aangetast door cariës (tandbederf). Tot nu toe was het plaatsen van facings op oude vullingen niet goed mogelijk, waardoor tandartsen weinig keuze hadden dan de oude, verkleurde vullingen weg te halen of een kroon te plaatsen.

Gresnigt heeft onderzocht hoe tandartsen deze (tand)oppervlakken kunnen voorbehandelen om ze geschikt te maken voor facings. Na de voorbewerking wordt een facing van composiet of porselein aangebracht en met cement vastgehecht. Facings hebben een lange levensduur; na 10 jaar is 90% van de facings nog steeds goed gehecht.

Vergelijkend onderzoek
Om de kwaliteit van de meest gebruikte materialen voor facings – porselein en composiet – goed met elkaar te kunnen vergelijken, heeft Gresnigt de zogenaamde ‘split mouth’ methode toegepast. Bij de patiënten werd aan de ene kant van de mond een facing van porselein aangebracht en aan de andere kant een facing van composiet. De omstandigheden waaronder de facings met elkaar werden vergeleken waren op deze manier identiek.

De facings werden direct na plaatsing geëvalueerd en tot 4 jaar daarna. Uit het onderzoek bleek dat beide materialen goed gebruikt kunnen worden voor facings.

Esthetiek
De verfraaiing van het gebit, ofwel de esthetische behandeling, is een belangrijk onderdeel van het tandartsenwerk. Gresnigt verwacht dat steeds meer tandartsen het plaatsen van facings op de voortanden als een welkome aanvulling op de mogelijkheden zullen zien.

Een belangrijk voordeel is dat minder gezond glazuur weggeslepen hoeft te worden dan bij het plaatsen van een kroon het geval is. De kans op zenuwpijn wordt daarmee verkleind. Gresnigt verwacht dat patiënten steeds bewuster met hun gebit zullen omgaan en daarom eerder voor facings zullen kiezen dan voor kronen.

Bron:
UMCG

Marco Gresnigt (Zeist, 1978) studeerde tandheelkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij voerde zijn onderzoek uit in het Universitair Medisch Centrum Groningen bij het Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde (CTM). De titel van het proefschrift van Gresnigt is ‘Clinical and laboratory evaluation of laminate veneers.’

 

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Studie

Sponsors gezocht voor tweetal proefschriften UMC St Radboud

Daniël Oortgiesen en Reinoud Klijn werken aan een academische promotie bij UMC st Radboud en zoeken sponsors voor hun proefschriften. Zij deden de onderstaande oproep.

Met dit schrijven willen wij u aanbieden om een bijdrage te leveren aan de kosten van onze academische promotie. Uit ervaring en op grond van de publiciteit die bereikt wordt met een promotie, kunnen we met zekerheid voorspellen dat vakinhoudelijke specialisten die geïnteresseerd zijn in uw producten op deze wijze geïnformeerd worden.

Wij doen u daarom het aanbod om aangemerkt te worden als officiële sponsor. In ruil hiervoor krijgt u afhankelijk van de pakketkeuze een vermelding op het drukwerk van twee afzonderlijke proefschriften. Bovendien kunt u een full color logo plaatsen op de achterzijde van de uitnodiging tot de feestelijkheden rondom de promotiegelegenheid. In de bijlage leest u meer over deze aanbieding.

Proefschrift Daniel Oortgiesen
Het proefschrift van drs. D.A.W. Oortgiesen heeft als titel: “A Tissue Engineering Approach to the Regeneration of Periodontal Tissues.” Daniël is in 2002 als tandarts afgestudeerd aan de Radboud Universiteit Nijmegen en heeft vervolgens een 3-jarige opleiding tot Parodontoloog en Implantoloog gevolgd. Naast zijn werkzaamheden in de kliniek zal hij in deeltijd werkzaam blijven aan de Universiteit.

Proefschrift Reinoud Klijn
Het proefschrift van ir. R.J. Klijn heeft als titel “Bone Augmentation for Oral and Maxillofacial Applications.” Reinoud is in 2009 afgestudeerd als Technisch Geneeskundige aan de Universiteit Twente en is vervolgens ingestroomd in de verkorte opleiding Geneeskunde aan de Radboud Universiteit Nijmegen. In 2013 zal hij in Nijmegen starten met het traject tot Mond-Kaak en Aangezichtschirurg onder leiding van prof. dr. S.J. Bergé.

Meer informatie
Voor uitgebreide informatie over de inhoud van de beide proefschriften die onder begeleiding van prof. dr. John Jansen en prof. dr. Gert Meijer zijn geschreven kunt u contact met hen opnemen via e-mail.

 

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Bot

Betere botgroei rondom een implantaat

Door de vergrijzing neemt het aantal mensen met ouderdomsziektes zoals diabetes, reuma en osteoporose, toe. Deze ziektes tasten de kwaliteit van het bot aan. Wanneer patiënten met deze ziektes botimplantaten zoals een kunstknie of tandimplantaat krijgen, kan dit voor problemen zorgen. Er wordt te weinig nieuw bot wordt gevormd, met als resultaat dat een implantaat afgestoten wordt. Met minuscule (nanometer)patronen, zoals groeven, op het oppervlak van een implantaat, is nieuwe botvorming mogelijk te stimuleren.

Edwin Lamers deed onderzoek naar de reactie van bot- en afweercellen op deze minuscule patronen. Hij stelde vast dat deze patronen de groei van botcellen en de botvorming bevorderen. Daarnaast stimuleren de patronen niet de afweerreactie, maar de wondgenezing. En dat kan zorgen voor een snellere botgroei aan de prothese. Minuscule patronen, zijn veelbelovend voor de botgroei rondom een implantaat, concludeert Lamers. Mogelijk blijven implantaten daarmee steviger in het omliggende bot zitten en gaan zo langer mee.

Promotie
Datum: woensdag 11 januari 2012, 15.30 uur
Locatie: Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2, Nijmegen
Provendus: de heer drs. E. Lamers
Promotors: prof. dr. J.A. Jansen, prof. dr. J.G.E. Gardeniers
Copromotors: dr. X.F. Walboomers, dr. R. Luttge

Biografie
Edwin Lamers (Asten, 1980) studeerde Biomedische Wetenschappen in Nijmegen. Hij verrichtte bovenstaand onderzoek op de afdeling Tandheelkunde van het UMC St Radboud, binnen het onderzoeksinstituut Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences. Hij werkt als postdoc bij de Technische Universiteit in Eindhoven.

Bron:
Radboud Universiteit Nijmegen

Lees meer over: Implantologie, Kennis, Onderzoek, Thema A-Z
Tanden, mond open

Mensentanden genezen rattendwarslaesie

Uitgevallen melktanden en getrokken verstandskiezen zijn een bron van waardevolle stamcellen. Japanse onderzoekers genazen er een dwarslaesie mee. Vooralsnog alleen bij ratten.

De onderzoekers publiceerden hun bevindingen begin december in het medische blad Journal of Clinical Investigation.

Al eerder werden stamcellen uit beenmerg gebruikt om een dwarslaesie te repareren. Deze cellen droegen echter maar beperkt bij aan de vorming van nieuwe cellen of bleken niet lang te overleven.

De stamcellen uit tandmerg zijn succesvoller: de behandelde ratten met een dwarslaesie konden na vijf weken de drie gewrichten van hun achterpoten weer gecoördineerd bewegen en zonder hulp lopen. Controleratten die beenmergstamcellen kregen, konden na die periode maar een of twee van de gewrichten bewegen.

Het verschil tussen tandmerg- en andere type stamcellen zit ‘m volgens de Japanners in de uitscheiding van signaalstoffen. Die zijn cruciaal bij het beperken van weefselschade en het op gang brengen van genezing.

Bron:
NRC Handelsblad

 

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Werk - deal

Werkgevers letten te veel op extraverte kandidaten

In sollicitatiegesprekken letten werkgevers er vooral op of iemand extravert is. Niet slim, is de conclusie van het proefschrift dat Rutger Kappe op 29 november verdedigde aan de Vrije Universiteit Amsterdam.

Uitbundigheid, durf in nieuwe situaties: het zijn eigenschappen waar werkgevers in sollicitatiegespekken veel waarde aan hechten. Maar extraversie is geen garantie voor succes, weet Kappe: “Ik ontdekte dat extraverten over het algemeen een hoger startsalaris krijgen, maar zij doen het niet beter in hun loopbaan. Werkgevers verliezen dus potentieel goede werknemers door zich te veel te richten op extraverte kandidaten.”

Kwestie van karakter
Kappe deed onderzoek onder studenten van Hogeschool Inholland en volgde ze tot aan het begin van hun werkende carrière. Hij concludeert dat succes een kwestie van karakter is. Studenten met een grote dosis zelfdiscipline en doorzettingsvermogen zijn succesvoller tijdens hun studie. Zo halen zij hogere cijfers en studeren zij sneller af.

Hoewel Kappe bewijs vond dat intelligentie een rol speelt bij studiesucces, blijkt dat karaktertrekken als doorzettings- en organisatievermogen vijf maal zo belangrijk zijn. Motivatie is twee maal zo belangrijk als intelligentie.

Leerstijlen overschat
Op basis van zijn onderzoek adviseert Kappe onderwijsinstellingen om de persoonlijkheid en motivatie van studenten in kaart te brengen: “De tijd dat alle studenten dezelfde (studieloopbaan-) begeleiding krijgen is wat mij betreft voorbij. Op basis van iemands profiel kunnen opleidingen specifieke interventies ontwikkelen en inzetten.”
Kappe’s onderzoek toont tevens aan dat de relatie tussen de leerstijl(en) van studenten en hun studieprestaties overschat wordt. “Veel docenten en studiebegeleiders vinden leerstijlen belangrijk, terwijl dit onderzoek aantoont dat leerstijlen geen effect hebben op cijfers of studieduur. Voor leerstijlen geldt dus: het schaadt niet, maar het baat ook niet”, aldus Kappe.

Bron:
Vrije Universiteit Amsterdam

 

Lees meer over: Kennis, Ondernemen, Onderzoek, Personeel
tandenborstels

Magnetron ideaal voor ontsmetting tandenborstel en tongschraper

Gebruikte tandenborstels of tongschrapers bevatten bacteriën die infecties kunnen veroorzaken. Als de tandenborstels en tongschrapers gezamenlijk worden bewaard, kunnen deze bacteriën bovendien over en weer worden overgebracht. Van alle beschikbare middelen bleek de magnetron de meest ideale manier voor ontsmetting.

Bron:
Spolidorio DMP, et al. Evaluation of two alternative methods for disinfection of toothbrushes and tongue scrapers. Int J Dent Hygiene 2011; 9: 279-283. doi: 10.1111/j.1601-5037.2011.00503.x.

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Onderzoek, Thema A-Z
lopen, ouderen

Betere mondzorg voor kwetsbare en zorgafhankelijke ouderen nodig

Door een verbeterde preventieve en curatieve mondzorg gedurende de afgelopen decennia is het aantal tandeloze ouderen afgenomen en is het percentage ouderen dat tot op hoge leeftijd gebitselementen heeft flink gestegen. Ondanks verschillende inspanningen laten de resultaten van internationaal onderzoek zien dat de mondgezondheid van ouderen, en in het bijzonder van kwetsbare en zorgafhankelijke ouderen, nog steeds slecht is.

Oorzaken
Verschillende oorzaken zorgen ervoor dat kwetsbare en zorgafhankelijke ouderen gevoeliger zijn voor het krijgen van mondproblemen dan jongere mensen. Vijf belangrijke mondzorggerelateerde problemen bij ouderen zijn:

  • Parodontitis
  • Droge mond
  • Speekselsecretiesnelheid
  • Zuurgraad van speeksel
  • Mondverzorging door verzorgenden

Om zorgverleners meer bewust te laten worden van deze belangrijke mondzorggerelateerde problemen en om richting te geven aan oplossingen voor of beheersbaarheid ervan, deed Gert-Jan van der Putten onderzoek onder voornamelijk verpleeghuisbewoners. Daaruit bleek dat de vijf belangrijke mondzorggerelateerde problemen bij verpleeghuisbewoners frequent voorkomen en dat deze kunnen worden verminderd door een betere mondzorg. Hij waarschuwt dat als de mondzorg niet aanzienlijk verbetert, tienduizenden ouderen per jaar hun gebitselementen zullen verliezen, het aantal mondziekten en mondgezondheidgerelateerde problemen zullen stijgen met grote gevolgen voor de algemene gezondheid en de levenskwaliteit van kwetsbare en zorgafhankelijke ouderen.

Promotie
Datum: donderdag 1 december, 13.00 uur
Locatie: Radboud Universiteit Nijmegen, Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2
Promovendus: de heer drs. G.J. van der Putten
Promotors: prof. dr. C. de Baat, prof. dr. J.M.G.A. Schols, prof. dr. J.N.O.

Biografie
Gert-Jan van der Putten (Beverwijk, 1960) studeerde geneeskunde aan de Universiteit van Amsterdam, volgde de opleiding tot verpleeghuisarts aan de Vrije Universiteit en ging eind 2002 werken in het Eduard Douwes Dekkerhuis in Amsterdam. In 2006 kreeg hij de gelegenheid voor wetenschappelijk onderzoek en implementatie van de Richtlijn Mondzorg. Hij werkte twee jaar als onderzoeker bij de vakgroep Orale Functieleer van het Universitair Medisch Centrum St Radboud in Nijmegen en is sinds 2008 verbonden aan Birkhoven Zorggoed in Amersfoort. Dit promotieonderzoek is begeleid vanuit het Nijmegen Centre for Evidence-Based Practice. Van der Putten behaalde verschillende prijzen voor zijn wetenschappelijk onderzoek op het gebied van de Gerodontologie. Hij geeft les aan studenten mondzorgkunde en aan specialisten ouderengeneeskunde in opleiding aan de Radboud Universiteit Nijmegen en hij verzorgt symposia, lezingen en postacademisch onderwijs aan artsen en tandartsen.

Bron:
RU

Lees meer over: Kennis, Onderzoek, Ouderentandheelkunde, Thema A-Z
cola, snoep

Appels slechter voor tanden dan koolzuurhoudende drank

Uit onderzoek door het Dental Institute van het Londens King’s College blijkt dat het eten van appels tot vier keer meer schade kan veroorzaken voor de tanden dan koolzuurhoudende dranken. Het onderzoeksteam onderzocht 1000 mannen en vrouwen om het verband tussen schade aan het glazuur en het dentine te vinden en vergeleek dit met wat ze aten en dronken.

Meer schade
Uit het onderzoek bleek ook dat mensen die appels aten 3,7 keer meer kans op schade aan het gebit hebben, terwijl degenen die een koolzuurhoudende drank hadden gedronken geen extra risico liepen. Ze ontdekten ook dat sommige appels meer dan vier theelepels suiker bevatten.

Manier van eten
Onderzoeksleider professor David Bartlett zei: “Het gaat niet alleen over wat we eten, maar hoe we het eten”. Hij voegde eraan toe: “Artsen zeggen terecht dat het eten van appels goed is, maar als je ze langzaam eet kan de hoge zuurgraad schade doen aan je tanden. De drankjes die het meest geassocieerd worden met tandbederf, vooral cola, toonden geen verhoogd risico. ”

De onderzoekers vonden ook dat wijn en bier het risico van tandheelkundige schade kan vergroten en dat vruchtensap meer schade aan het glazuur in de buurt van het tandvlees veroorzaakt. Voedingsdeskundige Glenys Jones suggereert dat mensen niet zouden moeten afzien van het eten van appels en het drinken van zure vruchtensappen, maar in plaats daarvan alternatieven zoeken voor het minimaliseren van de tandheelkundige schade.

Bron:
AGF

 

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
mond, lachen, man

Eerste tand groeide buiten het lijf

Nieuw onderzoek wijst erop dat de eerste tanden buiten het lichaam groeiden en pas veel later in de mond belandden.

De onderzoekers baseren die opmerkelijke conclusie op een onderzoek naar onder meer de diersoort Ischnacanthid acanthodians. Dit zijn vissen die veel weg hebben van haaien. Ze leefden heel lang geleden: tussen de 416 en 397 miljoen jaar terug.

Bijzonder
Met deze vis is iets bijzonders aan de hand. Hij bevindt zich namelijk in een soort overgangsfase en is bezig om puntige structuren op zijn lippen te ontwikkelen. Het wijst erop dat de eerste tanden buiten de mond (ergens nabij de lippen) ontstonden en later pas in de mond terechtkwamen, zo schrijven de onderzoekers in het blad Journal of Vertebrate Paleontology.

Vasthouden
Waarschijnlijk hielpen de tanden de dieren eerst om hun prooi te pakken en vast te houden totdat ze de gelegenheid hadden om deze heel door te slikken. Dankzij die tanden (en de kaken, die al eerder ontstonden) hoefden vissen niet langer water te filteren en zo tamelijk passief aan voedsel te komen. Ze konden echt op jacht. “Omdat tanden gewervelden in staat stelden om betere jagers en uiteindelijk goede vleeseters te worden, bleven ze en werden ze in de meeste groepen van generatie op generatie doorgegeven,” legt onderzoeker Stephanie Blais uit.

Uiteindelijk kregen ook de voorouders van de mens en de mens zelf dus tanden. En die tanden werden naarmate de tijd vorderde steeds belangrijker voor dieren en mensen. Tanden werden ook steeds gespecialiseerder: zo hebben dieren vaak tanden die helemaal zijn afgestemd op hun dieet.

Bron:
Scientias

Lees meer over: Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Onderzoek, Thema A-Z
Meer duidelijkheid over invulling nieuwe beroepsgroep “mondhygiënist” in België

Resultaten over mondgezondheid Belgische bevolking

In opdracht van het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV) werd voor de eerste keer een onderzoek gevoerd naar de mondgezondheid van de Belgische bevolking. Het doel was een representatief en actueel beeld te schetsen van de mondgezondheid, gerelateerd gedrag en impact op levenskwaliteit voor de periode 2009-2010. Het onderzoek werd uitgevoerd bij 3057 personen die hiervoor een mondgezondheidsvragenlijst invulden en een mondonderzoek ondergingen. Hieronder vindt u enkele resultaten:

  • Het aantal personen met een gaaf gebit daalt in functie van de leeftijd.
  • Onbehandeld tandbederf komt opmerkelijk minder voor bij mensen met een hoge opleiding (15 %) dan bij mensen met een lagere scholing (45 %).
  • 34,7 % van de onderzochte personen heeft enige vorm van tandslijtage. De tekenen van slijtage waren duidelijk frequenter bij mannen (42,1 %) dan bij vrouwen (28,7 %).
  • Bij ongeveer een kwart van de onderzochten werd een lichte vorm van tandvleesontsteking opgemerkt. Bij ruim 18 % was er sprake van een erge vorm van tandvleesontsteking.
  • 50,4 % van de deelnemers poetst zijn tanden minstens tweemaal per dag, 40,5 % poetst zijn tanden eenmaal per dag en minder dan 3 % gaf aan de tanden nooit te poetsen.
  • De meest voorkomende klacht in verband met mondgezondheid is bloedend tandvlees.

Bron:
Nieuwsbank

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Kaak, skelet, schedel, bot

Technieken repareren grote kaakdefecten voldoen niet

De technieken voor het repareren van grote kaakdefecten als gevolg van een ongeluk of na verwijdering van een kaaktumor, voldoen niet. Een zogenaamde mandibulaire endoprothese is mogelijk een oplossing voor de bestaande problemen. Deze endoprothese wordt met cement vastgezet in het resterende kaakbot.

Kok Weng Lye deed voor zijn proefschrift onderzoek naar: het risico van thermische schade; de weefselrespons bij botcement van gecementeerde endoprotheses met en zonder invloedsfactoren zoals straling; het gebruik van nieuwe cementen met een verbeterde bioactiviteit op basis van polymethylmethacrylaat (PMMA). Uit het onderzoek van Weng blijkt dat het gebruikte botcement geen significante invloed heeft op het omliggende mandibulaire weefsel. Zelfs niet bij toepassing van postoperatieve straling. Daarnaast vertoonden de gemodificeerde cementen verminderde mechanische integriteit. Dat betekent dat de cementen niet in staat zijn om zonder extra ondersteuning de initiële stabilisatie te bieden van een endoprothese. De zoektocht naar het ideale botcement is derhalve nog lang niet voorbij, aldus Weng.

Promotieonderzoek
Vrijdag 11 november 2011, 10.30 uur

Radboud Universiteit Nijmegen
Academiezaal Aula
Comeniuslaan 2

Faculteit der Medische Wetenschappen
Promovendus de heer Kok Weng Lye
Promotorsprof dr. J.A. Jansen, prof. dr. M.A.W. Merkx, prof. dr. H. Tideman

Kok Weng Lye (Singapore, Indonesie, 1973) studeerde Tandheelkunde aan de Universiteit van Singapore. Hij geeft nu leiding aan het Department of Oral & Maxillofacial Surgery in het Chnagi General Hospital in Singapore en doceert aan de Universiteit van Singapore. Het promotieonderzoek van Weng is mede mogelijk gemaakt door de Radboud Universiteit Nijmegen.

Bron:
RU

Lees meer over: Chirurgie, Endodontie, Kennis, Onderzoek, Thema A-Z
Poetsen - tanden - schoon

Hoe vaak poetsen Nederlanders en Belgen hun tanden?

Een oogverblindende lach met stralend witte tanden, net zoals in de film. Wie wil dat nou niet? Blijkbaar veel minder mensen dan je denkt. Zo blijkt uit onderzoek dat slechts de helft van onze Zuiderburen hun tanden twee keer per dag poetst. Vooral mannen hebben een broertje dood aan tanden poetsen.

Dit blijkt uit onderzoek naar mond- en gebitsgezondheid van het Belgische Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering. De enquête werd uitgevoerd onder 3.057 mannen en vrouwen.

Slechts eenmaal
Verder kwam naar voren dat iets meer dan 40 procent slechts eenmaal per dag de tanden poetst. Minder dan 3 procent gaf toe de tanden nooit te poetsen en 5,6 procent poets het gebit niet dagelijks.

Nederland
Wij Nederlanders doen het trouwens niet veel beter. Uit eerder onderzoek bleek dat De helft van de Nederlanders poetst wel eens langer dan een dag zijn tanden niet.

Bron:
Telegraaf

Lees meer over: Kennis, Onderzoek

Nieuwe methode slik- en kauwrevalidatie effectief

Een intensief revalidatieprogramma van slik- en kauwspieroefeningen is goed uitvoerbaar en heeft een hoge therapietrouw. De preventie methode beperkt slik- en kaakproblemen en vermindert stem- en spraakproblemen.

Dit concludeert promovenda Lisette van der Molen. Zij heeft de revalidatiemethode opgenomen in een hoofd-halsrevalidatieprogramma dat ze in het NKI-AVL ontwikkelde.

Tumor
Van der Molen onderzocht twee methoden. Ze deed dit bij patiënten met een kwaadaardige tumor in het hoofd-halsgebied die worden behandeld met chemotherapie en bestraling.

Proefschrift
Lisette van der Molen promoveert 4 november op haar proefschrift ‘Preventive rehabilitation in patients treated with chemoradiation for advanced head and neck cancer’ aan de Universiteit van Amsterdam.

Bron:
Universiteit van Amsterdam


Nov 2011

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
tandpasta

Nog veel onduidelijkheid over werking van whitening-tandpasta

Nederlanders hechten minder waarde aan een witte glimlach dan Belgen: 30 procent van de Belgen vindt het belangrijk dat een tandpasta een witmakende werking heeft, tegenover 16 procent van de Nederlanders. Belgen (34 procent) gebruiken dan ook vaker een whitening-tandpasta dan Nederlanders (24 procent). Dat blijkt uit recent representatief onderzoek[1] naar poetsgedrag in Nederland en België, afgenomen door DirectResearch.nl.

36% gebruikt geen whitening-tandpasta
Het onderzoek toont ook aan dat 36 procent van de ondervraagden geen whitening–tandpasta gebruikt, uit bezorgdheid dat whitening-tandpasta slecht is voor de tanden of het tandglazuur. Een kleiner deel (14 procent) gelooft helemaal niet dat whitening-tandpasta’s werken. Uit deze gegevens blijkt dat mensen niet goed op de hoogte zijn van de precieze werking van whitening-tandpasta.

Poetsweetjes

 

  • 49% van de Nederlanders én Belgen heeft behoefte aan wittere tanden.
  • 54% van de Belgen poetst direct na de maaltijd, terwijl 65% van de Nederlanders een uur of langer wacht.

Hoe werkt whitening?
De meeste whitening-tandpasta’s brengen de natuurlijke witheid van de tanden terug. Die bleken je tanden dus niet, zoals soms gedacht wordt, maar bevatten microdeeltjes die het makkelijker maken om de gelige aanslag van voedingsmiddelen, zoals koffie en rode wijn, te verwijderen. De microdeeltjes in whitening-tandpasta’s doorbreken de hechting van de aanslag aan het glazuur, zodat je die makkelijk kunt wegpoetsen.

Aquafresh heeft haar whitening-tandpasta’s vernieuwd. De nieuwe formule bevat fijne microdeeltjes die je tanden op een zachte manier reinigen en glad maken. Bovendien brengen ze een beschermend laagje aan op de buitenste laag van het glazuur. Hierdoor behouden je tanden langer[2] hun stralend witte glans, en blijft jouw glimlach stralend wit. Het nieuwe whitening-assortiment bestaat uit drie varianten: Aquafresh Intense White maakt de tanden tot 50 procent witter.[2] Aquafresh Whitening + Complete Care beschermt tegen plakvorming, voor witte tanden én gezond tandvlees.

1 Representatief onderzoek naar gebitsverzorging onder ruim 1.000 Nederlanders en Belgen van 18 jaar en ouder, uitgevoerd door DirectResearch in opdracht van Aquafresh.
2 Bij regelmatig poetsen, in vergelijking met Aquafresh 3-voudige Bescherming/Freshmint

Bron:
GlaxoSmithKline Consumer Healthcare

Lees meer over: Kennis, Onderzoek