Geld, pot

Beloon zorgverlener die investeert in mondige patiënt

De rol van de Nederlandse patiënt verandert snel; door gebruik van digitale media is hij mondiger dan ooit. Daar kleven voor- en nadelen aan. En, zoals bij elke verandering, zijn er in dit maatschappelijk debat felle voor- en tegenstanders.

Onderzoek
Rachel Gerads, economisch psychologe en informatiemanager, heeft voor de Raad voor Volksgezondheid & Zorg (RVZ) en het Nationaal ICT Instituut in de Zorg (Nictiz) een onderzoek uitgevoerd naar deze verandering. Gerads belangrijkste conclusie is dat er een groep patiënten is die graag meer regie over hun zorg wil en kan nemen, maar dat enkele aspecten van het zorgsysteem dit belemmeren. En dat is nadelig, omdat er geen enkele mogelijkheid of kans om de kosten van de gezondheidzorg in Nederland ook in de toekomst houdbaar te houden, op dit moment moet worden uitgesloten.

Aanbevelingen
De zorgverlener moet in zijn dienstverlening ondersteuning geven aan het zelfmanagement van de patiënt. De huidige financieringsstructuur in de zorg biedt daar weinig ruimte voor. Om die reden doet Rachel Gerads aanbevelingen aan beleidsmakers, opleidinginstituten, zorgverzekeraars en bestuurders van zorginstellingen:

  • Beloon zorgverleners die nu al investeren in de patiënt om hem te begeleiden bij het nemen van regie. Flexibiliseer bijvoorbeeld de tijd per consult. De DBC-structuur houdt bij de beloning hier geen rekening mee. Zorgverzekeraars hebben hier een taak.
  • Formuleer duidelijke afspraken over verantwoordelijkheden van de zorgverlener en de patiënt bij het verleggen van de regie naar de patiënt. Hier ligt een taak van beleidsmakers. Ook jurisprudentie helpt hierbij.
  • Stimuleer het gebruik van ICT, health 2.0, het elektronisch patiënten dossier (EPD) en persoonlijke gezondheidsdossier (PGD) door zorgverleners. Het is de taak van het bestuur van zorginstellingen om te zorgen dat deze werkwijze onderdeel wordt van de strategie en ook daadwerkelijk in de praktijk wordt gebracht.
  • Ondersteun het verder ontwikkelen van coachende vaardigheden van zorgverleners. Investeer in het nieuwe patiëntbeeld en patiëntbenadering bij zorgverleners. Hier ligt een taak voor de opleidingsinstituten.
    Gert-Jan van Boven, arts en directeur van Nictiz: ‘Coachen betekent dat de zorgverlener een patiënt soms moet loslaten en moet accepteren dat hij of zij een eigen, afwijkende keuze maakt. Dat is niet altijd makkelijk. Deze verandering gaat niet over ICT, het gaat over mensen, over samenwerken en het vermogen om open te staan voor veranderingen.’

Pieter Vos, psycholoog en algemeen secretaris van RVZ: ‘We hopen dat de aanbevelingen die in het rapport staan hun weg vinden en kunnen bijdragen aan de grote verandering die nu al begonnen is; van ‘ziekte en zorg’ naar ‘gezondheid en gedrag’. Maar laten we niet vergeten dat een zorgverlener zich altijd verantwoordelijk blijft voelen voor de patiënt, in welk tijdperk we ook leven!’

Bron:
Nictiz

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Sealen van molaren van jonge kinderen houdt ze langer cariësvrij en bespaart geld

Leerkrachten: Door poetslessen gaan kinderen beter hun tanden poetsen

Leerkrachten van basisscholen en leidsters van peuterspeelzalen die hebben meegedaan aan het landelijke onderwijsproject ‘Hou je mond gezond!’ zijn er lovend over. Dat blijkt uit online onderzoek dat recent werd uitgevoerd door het Ivoren Kruis, de Nederlandse Vereniging voor Mondgezondheid. Van de leerkrachten en leidsters denkt 66% dat kinderen na de poetsles beter hun tanden gaan poetsen. Van de tandheelkundig zorgverleners denkt zelfs 77% dat kinderen beter zullen gaan poetsen. Van de ondervraagde leerkrachten verwacht 38% verder dat het bezoek van kinderen aan de tandheelkundige praktijk door de poetsles een impuls krijgt. Het resultaat: een gezonde mond. En dat is niet alleen prettig om te kunnen eten en drinken. Kinderen die de juiste houding, kennis en vaardigheden aanleren om hun gebit en mond goed te verzorgen, zijn ook vaardiger in preventie en zelfzorg bij het voorkomen van ernstige vermijdbare ziektes.

Tandarts of mondhygiënist bezoekt klas
Centraal onderdeel van het lesproject over mondgezondheid is het bezoek van een tandheelkundig zorgverlener (tandarts, mondhygiënist, (preventie)assistent, GGD-medewerker, student tandheelkunde, mondzorg of assistentenopleiding) aan een schoolklas of een kennismakingsbezoek van een schoolklas aan een tandheelkundige praktijk. Daarnaast bestaat de mogelijkheid dat een leerkracht de les Hou je mond gezond! zelfstandig geeft. Doel van het lesproject is het bevorderen van een gezonde mond door het terugdringen van gaatjes (cariës) en tanderosie, het stimuleren van tandartsbezoek en het bij kinderen creëren van bewustwording van de eigen invloed op de (mond)gezondheid. Zowel het lesmateriaal als de waardering van het bezoek werden onderzocht.

Gastlessen tandheelkundig zorgverlener positief beoordeeld
Van de totaal 348 respondenten geeft 74% les in het basisonderwijs en 26% op een peuterspeelzaal. Bij de meeste leerkrachten (64%) kwam de tandheelkundig zorgverlener in de klas. 33% gaf de les zelfstandig en 3% bezocht met de klas een tandheelkundige praktijk. Van de leerkrachten die een gastles kregen, zegt 61% daarover zeer tevreden te zijn en 36% is hierover tevreden! Over het maken van de afspraak met de zorgverlener is 63% zeer tevreden en 33% tevreden. Nadat de groep was aangemeld vond 75% dat de afspraak met de tandheelkundig zorgverlener snel was geregeld. Voor het schriftelijke lesmateriaal geven de leerkrachten de waardering ‘goed’ (74%). Bij het project hoort een poetspakket met daarin tandenborstels, tandpasta en ouderfolders. Van de leerkrachten vindt 97% dit poetspakket een goede aanvulling op de poetsles.

Nog een keer voor de klas
Ook de tandheelkundig zorgverleners die aan het project hebben meegewerkt, zijn ondervraagd. De meeste tandheelkundig zorgverleners zijn zo enthousiast over hun medewerking aan het project dat ze graag nog een keertje voor de klas zouden willen staan of nogmaals een groep zouden willen ontvangen in hun praktijk. Van de 184 respondenten geeft 69% aan zelfs een poetsles te willen geven op een school waarvan men weet dat het noodzakelijk is aandacht te besteden aan mondgezondheid!

Aantal aanmeldingen groeit nog steeds
Het aantal aanmeldingen is sinds de introductie in november 2009 boven verwachting en stijgt nog steeds. Tot nu toe hebben 3.700 scholen zich aangemeld. Ook in schooljaar 2010-2011 loopt het project door. Het Ivoren Kruis heeft in ieder geval tot eind 2011 budget beschikbaar het project voort te zetten. Ook partner Aquafresh heeft tot eind 2011 poetspakketten toegezegd. Het Ivoren Kruis streeft er bij blijvend succes naar, het project permanent onderdeel te maken van zijn voorlichting.

Bron:
Perssupport

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Onderzoek

Reiniging gebitsprothesen – uitkomsten van marktonderzoek

Wanneer adviseren dental professionals over reiniging van (partiële) gebitsprothesen en wat adviseren zij?
Uitkomsten van marktonderzoek.

Eerder plaatsten we een artikel over informatieverstrekking aan mensen met een (partiële) gebitsprothese. Uit onderzoek* bleek namelijk dat een groot deel (40%) van de volwassenen met een gebitsprothese nooit door iemand geadviseerd is over mondverzorging. Logisch dat deze groep mensen dan ook onvoldoende op de hoogte is van de effecten van bepaalde producten op de gladde oppervlakten van hun prothesen.
*Bron: Multiscope, augustus 2009

In dit voorjaar hebben wij middels meerdere oproepen in de dental INFO e-mailnieuwsbrief de proef op de som genomen. Onderzocht is in hoeverre u als dental professional advies geeft over mondverzorging en waaruit dit advies vervolgens bestaat. De respons op ons onderzoek was ietwat teleurstellend, de antwoorden eensluidend.

Wanneer advies?
Lezers van dental INFO geven allemaal advies over schoonmaken en schoonhouden van (partiële) gebitsprothesen.

  • Een deel van u (~17%) altijd bij het eerste bezoek of op het moment dat de (partiële) prothese wordt afgeleverd.
  • Een kleiner deel (~7%) geeft advies bij ieder bezoek.
  • Het overgrote deel geeft advies op die momenten dat dit nodig is.

Welk advies?
Bijna ¾ van u adviseert huishoudelijke schoonmaak producten, zogenaamde detergenten. Gevolgd door een detergent – zoals Ecosym – speciaal ontwikkeld voor het schoonmaken en schoonhouden van gebitsprothesen. Nog ~36% geeft de voorkeur aan bruistabletten en ~28% aan tandpasta. Deze laatste cijfers verbaast de onderzoekers enigszins aangezien ~88% van u aangeeft juist die producten te adviseren die niet agressief/schadelijk zijn voor de gladde oppervlakten van een prothese. Eerlijkheidshalve moet gezegd worden dat de groep die het gebruik van bruistabletten en tandpasta’s adviseert ongeveer even groot is als de groep die het gebruik van deze producten juist ontmoedigt (~59%). Wat dit laatste punt is er dus duidelijk verdeeldheid onder uw beroepsgroep.

In dit kader willen wij u graag nogmaals verwijzen naar het artikel ‘het reinigen van een prothese’ dat eerder in de dental INFO e-mailnieuwsbrief verscheen.

Reageren op dit artikel? Stuur ons een e-mail

Bron:
Nycomed

Lees meer over: Kennis, Onderzoek, Tandprothese | techniek, Thema A-Z
Orale-piercing

Tongpiercing is slecht voor de tanden

Wie houdt van een gaaf gebit, heeft beter geen tongpiercing. Dat metalen balletje in de mond vergroot het risico op het krijgen van spleten tussen de voorste tanden.

De gevolgen van tongpiercings
Een tongpiercing mag volgens sommigen dan wel modieus, stoer en trendy ogen, gezond voor de tanden is het niet. Cosmetisch oplapwerk, infecties, beschadigd tandglazuur en afgebroken tanden zijn slechts enkele van de mogelijke gevolgen voor dragers van tongpiercings. Nieuw Amerikaans onderzoek voegt nu ook spleten tussen de voorste tanden aan het rijtje gevolgen toe.

Constante druk
Professor in de orthodontie Sawsan Tabbaa beschrijft het geval van een 26-jarige vrouw die 7 jaar een tongpiercing droeg. Toen ze die net had, had ze geen spleten tussen haar tanden. 7 jaar later wel.
De spleet ontstaat omdat het metalen balletje constant tegen de voorste tanden drukt. Tongpiercings worden immers zelden uitgedaan omdat de tong snel geneest en het risico reëel is dat het gemaakte gaatje snel dichtgroeit.

Meer dan tandproblemen
De kwalijke effecten van tongpiercings reiken verder dan de tanden, weet de orthodontiste. Bloeduitstortingen, infecties en zelfs hersenabcessen kunnen door een tongpiercing worden veroorzaakt.

Bron:
Gezondheidsnet.be
BBC

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Clear alignerbehandelingen leiden mogelijk tot alveolaire botdefecten

Gel laat gaatjes in tanden dichtgroeien

Franse wetenschappers hebben met succes een gel getest die de groei van nieuwe cellen in tanden stimuleert.

De gel met melanocyt-stimulerende hormonen (MSH) zou moeten worden aangebracht rondom een gaatje. Het middel moedigt de groei van nieuwe cellen aan en kan er mogelijk voor zorgen dat het tandweefsel zich binnen een maand volledig herstelt. Dat schrijven onderzoekers van het Nationaal Instituut voor Gezondheid en Medisch Onderzoek in Frankrijk in het wetenschappelijk tijdschrift ACS Nano.

Geen tandpasta
Volgens de wetenschappers zou de MSH-gel het repareren van gaatjes doormiddel van vullingen in sommige gevallen overbodig kunnen maken. Het middel kan echter niet voorkomen dat er nieuwe gaatjes ontstaan. Tanden poetsen blijft dus noodzakelijk.

“Het is geen tandpasta”, verklaart onderzoekster Nadia Benkirane-Jessel op Discovery News. “We kunnen er alleen gaatjes mee dichten.” Uit eerdere onderzoeken is al gebleken dat melanocyt-stimulerende hormonen de groei van nieuwe cellen in botten kunnen aanmoedigen. De Franse wetenschappers hebben de werking van de hormonen voor het eerst getest op tanden.

Meer onderzoek
De onderzoekers brachten de MSH-gel op de tanden van muizen, die veel gaatjes hadden. Na een maand smeren, waren bijna alle gaatjes in het gebit van de dieren verdwenen.

Meer onderzoek moet uitwijzen of de gel ook geschikt is om gaatjes in de tanden van mensen te behandelen. De wetenschappers verwachten niet dat de tandartsboor helemaal overbodig zal worden. Het middel is volgens hen waarschijnlijk alleen geschikt om bepaalde soorten gaatjes te dichten.

Bron:
NU

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Onderzoek, Producten, Restaureren, Thema A-Z
tandenborstels

Tandenborstel broedplaats voor bacteriën

Tandenborstels blijken vaak veel smeriger dan mensen denken.

Bijna 45 procent van de tandenpoetsende Nederlanders denkt elke dag zijn of haar gebit goed te reinigen, maar in werkelijkheid verspreiden zij miljoenen bacteriën via hun tandenborstel

Onderzoek TNO
Volgens het onderzoeksinstituut TNO is dit het percentage mensen dat langer dan drie maanden met dezelfde borstel poetst. Situaties waarbij mensen een jaar of langer dezelfde tandenborstel gebruiken zijn geen uitzondering.

Met de hygiëne van tandenborstels is het in Nederland dus buitengewoon slecht gesteld, stelt TNO die deze studie eerder dit jaar uitvoerde in opdracht van een grote producent van tandpasta en tandenborstels. “Tandenborstels die langer dan drie maanden in gebruik zijn, blijken broedplaatsen voor bacteriën.” Analyse toonde zelfs een gemiddeld aantal van zeven miljoen potentiële ziekteverwekkers per tandenborstel aan.

Vervangen na 3 maanden
Veel tandartsen en mondhygiënisten raden al langer aan een tandenborstel na drie maanden te vervangen vanwege gezondheidsrisico’s. Maar heel veel mensen doen dat niet en besluiten pas tot de aankoop van een nieuwe poetser op het moment dat het ding aan het slijten is en haartjes in de mond los laat. Opmerkelijk is dat ongeveer 70 procent van de mensen wel ziek denkt te kunnen worden van een oude tandenborstel.

Naast streptokokken en schimmels werd ook de E.coli-bacterie aangetroffen in borstels, hetgeen volgens de onderzoekers mogelijk duidt op besmetting vanuit de omgeving. E.coli wordt aangetroffen in de darmen van zoogdieren, waaronder ook de mens.

Bron:
Telegraaf

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Onderzoek, Thema A-Z
sigaretten - roken

Binnen twee jaar komt het eerst vaccin tegen roken

Onno van Schayck, directeur van Caphri, een wetenschappelijk centrum voor gezondheidszorg van Universiteit Maastricht,
voorspelt de komst van een vaccin tegen roken. ‘Binnen 1,5 tot 2 jaar is het op de markt. Er is 40 jaar aan gewerkt vanwege de complexiteit.’

Antilichamen breken nicotine af
Het vaccin geeft een nicotinestoot in de lymfen zodat die antilichamen maken die de nicotine afbreken. Daarmee wordt voorkomen dat nicotine via het bloed in de hersenen komt en dopamine wordt afgegeven dat verantwoordelijk is voor het ernstige verslavende gevoel van gelukzaligheid.

Een keer of vijf toedienen
‘Nicotine is tot tien keer verslavender dan cacaïne en morfine’, stelt Van Schayck. ‘Want elk trekje aan een sigaret leidt tot dopamineaanmaak wat de roker een gevoel van beloning geeeft. Vandaar dat hooguit 5% van de rokers op wilskracht definitief kan stoppen. De rest van de 4 miljoen rokers in Nederland valt terug in de gewoonte.’ Daarom moet het vaccin met tussenpozen een keer of vijf worden toegediend in combinatie met ‘counseling’. Dan vallen rokers na 6 tot 12 maanden niet terug in hun gewoonte, zo blijkt uit proeven.

Onderzoek
Caphri leidt het finale onderzoek in Europa met een doelgroep van 600 rokers. Het Amerikaanse bedrijf Nabi, patenthouder van het NicVAX-vaccin, doet dat in de VS om goedkeuring te krijgen voor marktintroductie. Daarnaast is er aandacht voor de ethische aspecten. Van Schayk: ‘Want voor het eerst wordt een vaccin toegepast als therapeutisch en niet preventief.’

Bron:
Fd.

Lees meer over: Actueel, Kennis, Onderzoek, Thema A-Z
Casus - mond

Bizarre mondhygiëne gewoonten

Een op de vier Engelse consumenten gebruikt een lucifer als tandenstoker. Dit is één van de uitkomsten van een Brits onderzoek van de Dental Health Foundation. Het onderzoek werd gehouden onder 1.000 consumenten in het kader van de National Smile Month.

Andere bizarre materialen
Andere bizarre materialen die als gebitsreiniger gebruikt werden waren bankbiljetten, punaises, naalden, cocktail prikkers en de achterkant van oorbellen. Slechts 6 procent gaf aan een tandenstoker of floss te gebruiken.

Een schokkende uitkomst, volgens voorzitter Carter van de Britse Dental Health Foundation. ‘Het onderzoek geeft aan dat mensen elk dicht bij de hand liggend instrument gebruiken waarbij ze zich niet realiseren dat ze hun gebit zo kunnen beschadigen’, zegt Carter.

Meest gebruikt
Een op de drie consumenten gaf aan dat zij hun nagel gebruikte voor reiniging.

Bron:
Dentistry.co.uk

 

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Onderzoek, Thema A-Z
yoghurt

Yoghurt vermindert kans op cariës bij kinderen

Kinderen die regelmatig yoghurt eten zouden minder kans op cariës hebben volgens een recent Japans onderzoek.
Een driejarig kind dat vier keer per week yoghurt eet, heeft volgens de onderzoekers 22% minder kans op cariës. Dit  vergeleken met kinderen die minder dan één keer per week yoghurt eten. De onderzoeksresultaten zijn gepubliceerd in de Journal of Dentistry.

Werkzame proteïnen
Sommige wetenschappers denken dat yoghurt werkzaam is doordat de proteïnen hierin aan het tandoppervlak hechten en de tanden zo beschermen tegen schadelijke zuren.

Onderzoek
Het onderzoek is uitgevoerd door de Fukuoaka Universiteit en de Universiteit van Tokyo. Zij onderzochten het verband tussen het eten van zuivelproducten en het ontstaan van cariës bij jonge kinderen. Aan het onderzoek deden 2.058 drie-jarige kinderen mee. De consumptie van zuivelproducten werd in drie categorieën gedeeld en via een visueel onderzoek werd de aanwezigheid van cariës bij de kinderen vastgesteld.

Bron:
Dentistry

Lees meer over: Cariës, Kennis, Kindertandheelkunde, Mondhygiëne, Onderzoek, Thema A-Z
Parodontale aandoeningen en coronaire hartziekten hebben zelfde genetische basis

Onderzoek bevestigt link slechte mondgezondheid en hartkwalen

Mensen die hun gebit slecht verzorgen, hebben een verhoogd risico op hartkwalen, vergeleken met mensen die hun tanden twee keer per dag poetsen. Dit is de uitkomst van een Schots gezondheidsonderzoek gepubliceerd op bmj.com

Er wordt steeds meer aandacht gegeven aan de relatie tussen hartproblemen en tandvleesaandoeningen.
Volgens de onderzoekers is dit het eerste onderzoek waarbij bekeken is of het aantal keren tandenpoetsen effect heeft op het ontstaan van hartziekten.

Schots onderzoek onder 11.000 volwassenen
De onderzoekers, analyseerden de gegevens van meer dan 11.000 volwassenen die aan het Schotse gezondheidsonderzoek deelnamen. Zij bekeken gegevens over levensstijl, zoals roken, lichamelijke beweging en mondverzorgingsgewoonten. Deelnemers werd gevraagd hoe vaak zij de tandarts bezochten en hoe vaak zij hun tanden poetsten. Bij een vervolgbezoek verzamelden verpleegkundigen informatie over de gezondheid, aanwezigheid van hartziekten binnen de familie en bloeddruk. Ook namen zij een bloedmonster af. Aan de hand hiervan konden de onderzoekers eventuele ontstekingen in het lichaam vaststellen.

Resultaten
De resultaten lieten zien dat het niveau van mondverzorging goed was bij de deelnemers:

  • 62% bezocht de tandarts elk half jaar
  • 71% poetste twee keer per dag de tanden

Na correctie van de gegevens voor risico factoren voor hartkwalen, zoals sociale klasse, obesitas, roken en erfelijkheid constateerden de onderzoekers dat deelnemers die minder vaak hun tanden poetsten 70% extra risico hadden op hartkwalen vergeleken met mensen die twee keer per dag hun tanden poetsten.

Bron:
BMJ.com
Department of Epidemiology and Public Health, University College London
Cesar de Oliveira, research fellow in epidemiology and public health
Richard Watt, professor and honorary consultant in dental public health
Mark Hamer, senior research fellow in epidemiology and public health

 

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Casus en uitleg de oorzaken van gebitsproblemen 400 230

Preventief beleid: wittevlekleasies bij orthontische behandeling

Tijdens een orthodontische behandeling met vaste apparatuur is het risico op het ontstaan van wittevleklaesies groot. Het doel van dit onderzoek was drieledig: inzicht verkrijgen in:

  • De preventieve maatregelen die in Nederland standaard in de orthodontische praktijk worden toegepast
  • Wanneer begonnen wordt met het gebruik van een fluoridespoelmiddel
  • Welke concentratie en frequentie van gebruik van een fluoridespoelmiddel worden aanbevolen

Hiervoor werd een schriftelijke enquête onder orthodontisten in Nederland gehouden. De vragenlijst werd door 154 orthodontisten (81%) ingevuld geretourneerd.

Resultaten

 

  • Een basisprotocol mondhygiëne werd door 93% bij aanvang van de behandeling toegepast.
  • Het merendeel (90%) adviseerde 1 keer per dag te spoelen met een fluoridespoelmiddel.
  • Meestal (85%) werd aanbevolen dit ’s avonds direct na het tandenpoetsen te doen.

Aanbeveling auteurs
De auteurs bevelen aan op een ander tijdstip dan na het tandenpoetsen te spoelen met fluoridespoelmiddel, waardoor het aantal fluoridemomenten per dag stijgt. Dit verhoogt de effectiviteit van deze preventieve maatregel tegen cariës.

Bron:
NTvT mei 2010
Auteurs: A.E.G. Kerbusch, A.M. Kuijpers-Jagtman, J. Mulder, W.J.M. van der Sanden

Lees meer over: Kennis, Onderzoek, Orthodontie, Thema A-Z
VGZ en KNMT in gesprek over inkoopbeleid

Wat vertelt u mij daar?!

Een enquête* onder mensen met een (partiële) prothese heeft voor de onderzoekers de bekende ‘open deuren’ maar ook opmerkelijke bevinden opgeleverd. Één belangrijke conclusie willen wij u niet onthouden. Wellicht vindt u hierin zelfs een aanknopingspunt voor de informatieverstrekking vanuit uw praktijk.
Aan volwassenen – mannen en vrouwen – met een (partiële) gebitsprothesen zijn vragen voorgelegd over mondhygiëne. De resultaten waren:

  • Het overgrote deel (ongeveer 65%) van de respondenten in de leeftijd 45-70 poetst nog dagelijks zijn prothese met tandpasta en de gewone tandenborstel.
  • Bijna 50% van de respondenten geeft aan (daarnaast) bruistabletten te gebruiken voor het reinigen van de prothese.
  • Slechts een kleine 10% van de mensen geeft aan een detergent (vloeibare reiniging) te gebruiken speciaal ontwikkelt voor het schoonpoetsen of -spoelen van hun prothese.

Top 3 kenmerken voor keuze reinigingsproduct prothese
De belangrijkste kenmerken (top 3) bij het maken van de keuze voor een product waarmee de prothese schoongemaakt wordt zijn volgens diezelfde respondenten:

  • Verwijderen van hardnekkige aanslag (72%)
  • Doden van bacteriën (49%)
  • Niet agressieve werking op gladde oppervlakten (45%)

Prothese dragers weten onvoldoende over effecten reinigingsproducten
Hoe komt het dan toch dat de gewone tandenborstel in combinatie met tandpasta nog steeds de meest populaire producten zijn om de prothese schoon te maken? Respondenten –die over het algemeen al meer dan 3 jaar een prothese dragen – weten onvoldoende de effecten van bepaalde producten op de gladde oppervlakten van hun prothese. Dit maakt voorlichting aan mensen met een prothese nog steeds een actueel onderwerp in de dienstverlening vanuit uw praktijk.

Voorlichting dental professional belangrijk
De tandarts is de belangrijkste bron van informatie over het schoonmaken en schoonhouden van de prothese. Toch is er ook een groep met dezelfde grootte (ongeveer 40%) die aangeeft nooit door iemand geadviseerd te zijn over mondverzorging bij een prothese. Ondanks dat men hier wel behoefte aan heeft en het, zoals eerder bleek, ook noodzakelijk is.
Wordt vervolgd …

*Bron: Multiscope, augustus 2009

Door: Nycomed

Lees meer over: Kennis, Onderzoek, Tandprothese | techniek, Thema A-Z
Gebruik van e-sigaret vergroot kans op roken bij jongeren

Twee keer zo groot risico tanduitval rokers

Uit een Duits onderzoek blijkt dat rokers een twee keer zo hoog risico lopen om hun tanden te verliezen in vergelijking met niet-rokers. De resultaten van het onderzoek werden afgelopen woensdag gepresenteerd in Berlijn. Het rapport werd opgesteld door deskundigen van een landelijke tandartsenorganisatie en wetenschappers van het kankeronderzoekscentrum.

Rokers kampen veel vaker met tandvleesproblemen en overlijden ook vaker aan mond- en keelkanker. Jaarlijks sterven circa 4500 Duitsers aan de gevolgen van deze ziekte, vooral mannen. In Duitsland rookt circa een op de drie volwassenen. De Duitse tandartsen worden opgeroepen hun klanten te adviseren om te stoppen met de ongezonde gewoonte.

Bron:
Nu.nl

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Nieuwe opleiding levert eerste endodontologen af

Lager opgeleiden vatbaarder voor gezondheidsproblemen

Korter leven en verlies relatief groot deel van inkomsten
Lager opgeleiden zijn vatbaarder voor gezondheidsproblemen. Dat stelt Hans van Kippersluis is zijn proefschrift ‘Sociaaleconomische verschillen in de gezondheid: een economische analyse’. Lager opgeleiden verliezen daardoor een relatief groter deel van hun inkomsten, aldus de promovendus, en leven gemiddeld korter. Van Kippersluis promoveert op donderdag 29 april 2010 aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Er bestaan enorme verschillen in gezondheid en levensverwachting naar sociaaleconomische status. Zo bestempelt één op de drie 55-jarigen in de laagste inkomensgroepen zijn of haar gezondheid als slecht, tegen één op de twintig in de hoogste inkomensgroepen. Ook blijkt dat het verschil in levensverwachting tussen de hoogste en laagste inkomensgroepen gemiddeld maar liefst vijf jaar is. Het terugdringen van de ongelijkheden in gezondheid is één van de voornaamste doelstellingen van het ministerie van VWS. Echter, ondanks de gestegen levensverwachting ervaart de huidige generatie Nederlanders haar gezondheid niet beter dan vroeger en over de laatste generaties zijn de verschillen in gezondheid en levensverwachting tussen inkomensgroepen niet kleiner geworden.

Effecten van gezondheid op inkomen
In zijn proefschrift paste Van Kippersluis econometrische analyses toe op de oorsprong van deze ongelijkheden in gezondheid. Het blijkt dat verschillen in gezondheid en levensverwachting naar sociaaleconomische status grotendeels worden veroorzaakt door twee effecten: dat van gezondheid op inkomen, en dat van opleiding op gezondheid en levensverwachting. Het effect van gezondheid op inkomen is het belangrijkst. Een slechte of afnemende gezondheid leidt tot verminderde arbeidsparticipatie en een permanent inkomensverlies. In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, is het tegenovergestelde effect van inkomen op gezondheid bij volwassenen maar zeer beperkt. Een slechte gezondheid veroordeelt dus tot een lager inkomen, terwijl een hoger inkomen niet automatisch tot een betere gezondheid leidt.
Een interessante bevinding daarbij is dat arbeidsongeschiktheidsverzekeringen gemiddeld genomen het verlies aan persoonlijk inkomen redelijk weten te beperken, maar dat het verlies aan inkomen voor het huishouden groter is dan voor het zieke individu. Vaak moet namelijk de partner van de arbeidsongeschikte stoppen met werken om de verzorging op zich te nemen, iets wat niet is verzekerd.

Effect van opleiding op gezondheid
De tweede belangrijke oorzaak van sociaaleconomische verschillen in gezondheid is het effect van opleiding op gezondheid en levensverwachting. Dit is de eerste studie die aantoont dat een extra jaar opleiding de kans op vroegtijdig overlijden verlaagt – en dat dit effect zelfs tot na de leeftijd van 80 jaar doorwerkt. Van Kippersluis schetst een beeld van cumulatief nadeel voor de lagere sociaaleconomische groepen. Het blijkt dat de meest kwetsbare groepen in de samenleving – de lager opgeleiden en de laagste inkomensgroepen – de grootste risicogroepen zijn voor gezondheidsproblemen. Daarnaast dragen ze relatief gezien ook het grootste inkomensverlies na zulke problemen.

Bron:
Erasmus Universiteit

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Meerdere tandartsen in een gebouw: eerste groepspraktijk België

Mondhygiënische interventies beter afstemmen op doelgroepen

Preventie is de basis van mondhygiënische zorg, daar zijn mensen het wereldwijd over eens. Toch blijken programma’s en interventies van gezondheidsorganisaties minder effectief te zijn dan aanvankelijk werd gedacht. Ze dragen bij aan het verlagen van het aantal mensen met mondgerelateerde ziekten, maar blijken niet alle doelgroepen te bereiken. Interventies moeten daarom beter afgestemd worden op de doelgroepen die men wil beïnvloeden, stelt Yvonne Buunk-Werkhoven. Zij promoveert 1 april 2010 aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Hebben mensen last van hun gebit, dan lijdt hun psychisch welzijn daaronder. Hebben mensen een verzorgd en esthetisch gezien mooi gebit dan voelen ze zich daar juist goed bij. Toch staan mensen pas stil bij het belang van een goede mondverzorging als ze last krijgen van hun gebit.

Echt motiveren
Buunk-Werkhoven: “Vrijwel iedereen poetst zijn tanden en vindt een goede verzorging belangrijk, maar dat betekent niet per se dat iedereen het ook goed doet. Veel mensen moeten nog steeds leren hoe je eigenlijk moet poetsen. Je kunt het een beetje vergelijken met stoppen met roken. Iedereen weet dat het slecht is, maar toch blijf je het doen. Zo weet iedereen dat tanden poetsen goed is, maar om mensen écht te motiveren is het belangrijk om ze voor te lichten op een manier die hen aanspreekt.’

Interventie afstemmen
In haar proefschrift beschrijft Buunk-Werkhoven enkele interventiestudies die gericht zijn op de verbetering van persoonlijk mondhygiënegedrag, onder meer in Spanje en Uruguay. De effecten van een positieve motiverende boodschap blijken af te hangen van het land, het opleidingsniveau en van het belang dat mensen hechten aan gezondheid. Stem de interventie af op dat wat mensen belangrijk vinden, aldus Buunk-Werkhoven.

Positief motiverende boodschap
Zo blijken bij de volwassen Nederlandse bevolking een positieve houding, sociale druk, het gevoel in staat te zijn tot gewenste gedragsuitvoering en kennis over mondverzorging de belangrijkste voorspellers van mondhygiënegedrag. Buunk-Werkhoven: ’Een positief motiverende boodschap blijkt bij deze doelgroep het beste te werken.’

Bevorderen gedragscontrole
Bij landmachtmilitairen, een andere groep die Buunk-Werkhoven opnam in haar onderzoek, is het vooral belangrijk om te focussen op het bevorderen van waargenomen gedragscontrole, opdat ze een adequate mondhygiëne kunnen uitvoeren. Onder militairen blijken namelijk alleen een positieve houding en het gevoel in staat te zijn tot gewenste gedragsuitvoering ertoe te doen. ’Dental fitness is binnen defensie heel belangrijk, al ligt de focus vooral op opknappen, niet op preventie. Als iemand uitgezonden wordt, moet het gebit helemaal in orde zijn. Wil je een goed interventieprogramma ontwikkelen voor militairen dan is het dus vooral belangrijk om een positieve houding tegenover mondhygiëne te bevorderen.’

Cultureel bepaald
Om ook culturele verschillen mee te nemen, deed Buunk-Werkhoven ook onderzoek buiten Nederland. ‘Het is vaak cultureel bepaald wat belangrijk is. Iemand in Nepal die één of twee tanden mist, vindt dat niet leuk, maar het speelt geen grote rol in zijn of haar leven. Op de Nederlandse Antillen en in Uruguay speelt naast een positieve houding, vooral de sociale druk een belangrijke rol. Hiërarchie is daar heel belangrijk, terwijl in Nepal juist het gevoel in staat te zijn tot gewenste gedragsuitvoering van belang blijkt. De gemiddelde leeftijd waarop mensen in Nepal voor het eerst bij de tandarts komen is 36 jaar en tandenborstels zijn er lang niet overal verkrijgbaar. Op zo’n plek moet je voorlichting dus heel anders aanpakken dan in een westers land als Nederland.’

Curriculum vitae
Yvonne Buunk-Werkhoven (Gieten, 1967) werkte als mondhygiëniste en hogeschooldocent Centrum Tandheelkunde en Mondzorgkunde van het UMCG en was van 2003 tot 2009 gedetacheerd bij het Forensisch Psychiatrisch Centrum Dr. S. van Mesdag te Groningen. Daarnaast studeerde ze sociale psychologie aan de RUG. Ze promoveert in de Gedrags- en Maatschappijwetenschappen bij prof.dr. A. Dijkstra en dr. C.P. van der Schans. De titel van haar proefschrift is World White Teeth: Determinants and promotion of oral hygiene behavior in diverse contexts. Momenteel werkt Buunk-Werkhoven als docent bij de opleiding Toegepaste Psychologie van de Hanzehogeschool Groningen. Zij zit in de redactieraad van het NTvM en is als kandidaat bestuurslid zeer betrokken bij de Nederlandse Vereniging van Mondhygiënisten. Op 16 april wordt een congres over dit onderwerp gehouden in Hoorn, waarbij Buunk-Werkhoven dagvoorzitter is.

Bron:
www.rug.nl

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Onderzoek, Thema A-Z
tandartsfobie

Patiënten meer controle geven om fobie tegen te gaan

Angst voor de tandheelkundige behandeling is een veelvoorkomend probleem waar een flink aantal mensen dagelijks onder lijdt. Floor Oosterink-Wubbe vond in een steekproef van bijna tweeduizend Nederlanders dat een fobie voor de tandheelkundige behandeling in vergelijking met tien andere fobieën met 3,7 % de meest voorkomende fobie in Nederland is.

Tandheelkundige fobie heeft meeste emotionele invloed op dagelijks leven
Daarnaast vond ze dat van alle andere fobieën, de tandheelkundige fobie de meest sterke emotionele invloed heeft op het dagelijks leven van mensen. Uit eerder onderzoek kwam naar voren dat de oorzaak van angst voor de tandheelkundige behandeling vaak toegeschreven kan worden aan een of meer traumatische (tandheelkundige) ervaringen in het verleden. Tot voor kort was er echter geen methode beschikbaar om deze traumatische ervaringen te inventariseren. Hiertoe ontwikkelde en valideerde Oosterink-Wubbe een vragenlijst en onderzocht welke ervaringen het sterkst samenhangen met
bestaande angst voor de tandheelkundige behandeling.

Meer controle geven over behandeling om fobie tegen te gaan

Ze concludeert dat niet zozeer extreme pijn, maar emotionele reacties, zoals hulpeloosheid en schaamte, en interoceptieve reacties, waaronder misselijkheid, een belangrijke rol spelen. Oosterink-Wubbe wijst op de rol die tandartsen kunnen spelen in de preventie van de ontwikkeling van angst voor de tandheelkundige behandeling. Tandartsen zouden hun patiënten meer controle over de behandeling kunnen geven met de bedoeling een gevoel van hulpeloosheid te voorkomen om daarmee de kans op het ontwikkelen van angstgevoelens op langere termijn te verkleinen.

Bron:
Promotie: Mw. F.M.D. Wubbe/ Tandheelkunde, 3 februari 2010
Promotor: Dhr. prof. dr. A. de Jongh en dhr. prof. dr. J. Hoogstraten
Universiteit van Amsterdam

 

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Tanden, mond open

Tanden zijn ook botjes

Verschillende onderzoeken hebben een verband aangetoond tussen het verlies van gebitselementen en resorptie van de kaak enerzijds en gegeneraliseerde osteoporose anderzijds.

Vanuit Californië is een groot cohort postmenopauzale vrouwen prospectief gevolgd (8.877 vrouwen). Na elf jaar retourneerden 3.921 vrouwen (van de 5.935 nog levende) een vragenlijst over hun gebit. Bij gebruiksters van oestrogenen bleek minder verlies van gebitselementen te zijn opgetreden en kregen minder vrouwen een kunstgebit: relatief risico van respectievelijk 0,64 (95%-bi. 0,51 0,79) en 0,81 (95%-bi. 0,71 0,93).

Bron
Journal Medisch Farmaceutische Mededelingen, Bohn Stafleu van Loghum

Lees meer over: Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Onderzoek, Thema A-Z
T-cellen mogelijk verantwoordelijk voor orale disfunctie bij hiv-patiënten

Genmutaties ondermijnen afweer tegen schimmelinfecties

Onderzoek in Engeland en Nijmegen
DNA-onderzoek bij een Nederlandse en een Iraanse familie waarin regelmatig gruwelijke schimmelinfecties voorkomen heeft geresulteerd in de vondst van twee genmutaties die de afweer ondermijnen. Alle familieleden leken normaal werkende afweersystemen te hebben. Van bacteriën en virussen hebben ze niet meer last dan andere mensen, maar sommige familieleden, met de genmutaties, hielden maar last van schimmelinfecties. Binnen de Iraanse familie waren er zelfs mensen aan overleden. Engelse en Nijmeegse onderzoekers ontdekten de mutaties onafhankelijk van elkaar (The New England Journal of Medicine, 29 oktober).

Immunologisch raadsel
Candidaschimmels veroorzaken soms hardnekkige infecties van huid en nagels en van het slijmvlies in de mond en geslachtsorganen. Patiënten met een zwak immuunsysteem, zoals hiv-patiënten, lopen vaak dit soort infecties op. Bij de patiënten uit beide onderzochte families was het echter een immunologisch raadsel waarom  zij steeds weer geinfecteerd raakten.

Afweersysteem
Het afweersysteem herkent eiwitten op de celwand van de schimmel Candida albicans. De herkenning gebeurt met een eiwit (dectine-1) op de buitenkant van afweercellen. Dectine-1 geeft signalen door aan CARD9, een eiwit in de afweercel. Deze signalering activeert afweercellen om schimmels op te ruimen. De ene mutatie zit in het CARD9 gen en de andere in het dectine-1 gen.

Genmutaties
De groep van het University College Londen ontdekte de CARD9 mutatie. Dat bleek recessief: leden van de Iraanse familie die tegenover het gemuteerde gen ook een gaaf CARD9-gen bezaten, hadden nergens last van. De familieleden met twee gemuteerde CARD9-genen hadden vaak schimmelinfecties. Het effect van de dectine-1 genmutatie, ontdekt door een groep van de Radboud Universiteit Nijmegen, was complexer. Drie dochters uit een Nederlands gezin bezaten de mutatie op beide chromosomen en kregen al in hun jeugd last van infecties. Hun ouders hadden de mutatie slechts op één chromosoom. Zij kregen pas op latere leeftijd klachten. Die infecties waren bovendien minder ernstig.

Mogelijk nieuw medicijn
Patiënten met chronische schimmelinfecties zijn nu voortdurend afhankelijk van schimmeldodende medicijnen. De ontdekkking van de genmutaties kan leiden tot een nieuw medicijn dat dieper ingrijpt in het ziektemechanisme.

Bron: NRC handelsblad Wetenschap

Lees meer over: Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Onderzoek, Thema A-Z
website

Informatiebronnen tandheelkunde op internet

Evidence based handelen in de dagelijkse praktijk


Om evidence based te kunnen handelen in de dagelijkse praktijk moet je over de kennis en vaardigheden beschikken om:
– de juiste vraagstelling over klinische onderwerpen te kunnen opstellen
– de verkregen antwoorden te kunnen toetsen aan de validiteit voor de praktijk.

Waar en hoe?
Wetenschappers zijn bedreven in het zoeken naar literatuur in databanken zoals PubMed in MEDLINE. Maar als je als dental professional in de dagelijkse praktijk evidence based wilt handelen en betrouwbare informatie wilt zoeken, waar en hoe doe je dat dan?

Training voor het hele team
Intute, een website opgezet door een aantal Britse universiteiten en wetenschappelijke organisaties, biedt betrouwbare informatie voor wetenschappelijk onderwijs en onderzoek, o.a. over tandheelkunde.
Op de website is ook een “internet training” te volgen. De “Virtual Training Suite” is een zeer toegankelijk instructieprogramma om doelgericht informatie op internet te leren zoeken met een maximaal resultaat.

Meer informatie:
Intute
Intute Virtual Training Suite

Overzicht overige websites 

 

Cochrane Collaboration
Cochrane Collaboration (Nederlands)
Centre for Evidencebased Dentistry
Journal of Evidencebased Dentistry
MEDLINE PubMed

Bronnen en meer informatie:
Themanummer “Evidence based tandheelkunde” Ned. Tijdschr Tandheelkd 2007, april
Liem SL. Online zoeken in een databank over tandheelkunde Ned Tijdschr Tandheelkd 2009; 116; 266-267
Liem SL. Evidence-based literatuurbronnen op internet Ned Tijdschr Tandheelkd 2007;114 mei  231-232

Lees meer over: Kennis, Onderzoek, Thema A-Z

Kennis delen?

Mail je afstudeeropdracht of onderzoek naar redactie@dentalinfo.nl

Wij plaatsen een selectie van interessante onderwerpen.

Lees meer over: Kennis, Onderzoek