Klinische thema-avond: Gebitsslijtage! En nu? & Digitaal afdrukken: schrijf u snel in

Klinische thema-avond: Gebitsslijtage! En nu? & Digitaal afdrukken: schrijf u snel in

4Dental Tandtechniek organiseert 4 klinische avonden voor tandartsen over de thema’s gebitsslijtage en digitaal afdrukken. Wij nodigen u graag uit om hierbij aanwezig te zijn.

Gebitsslijtage

Gebitsslijtage is een veelvoorkomend probleem, dat tijd en aandacht vraagt. Hoe herstelt u de beethoogte en de esthetiek bij uw patiënt? Direct, chairside met composiet, of indirect met behulp van CAD/CAM-techniek “table tops” uit hooggevulde en industrieel gepolymeriseerde composiet? Onze tandtechnici delen graag hun ervaringen met u.
Intra oraal scannen
Wilt u kennismaken met de uitgebreide mogelijkheden van een intra orale scanner? Wilt u zelf ervaren hoe het is om een mondscan te maken? Dan is deze presentatie echt wat voor u!

Programma:

19.00 uur Inloop
19.30 uur Behandeling gebitsslijtage met indirecte methode Charles Steneker, 4Dental Arnhem
20.15 uur Digitaal afdrukken Frank Tromp, Straumann
21.00 uur Pauze
21.15 uur Hands-on training mondscanner Frank Tromp, Straumann
Afsluitende borrel

Data en locaties:

Donderdag 19 september 4Dental Zwolle (vol)
Dinsdag 24 september 4Dental Amsterdam (vol)
Donderdag 3 oktober Hotel Breda Princeville, Breda
Donderdag 10 oktober 4Dental Service Lab Waalre

U kunt zich kosteloos aanmelden tot uiterlijk 1 week voor aanvang van betreffende datum, via de website: www.4dental.nl/education.

Bent u verhinderd, maar heeft u wel interesse in de onderwerpen? E-mail uw contactgegevens naar marketing@4dental.nl en wij nemen contact met u op.

Met vriendelijke groet,
4Dental Tandtechniek

Meer informatie en inschrijven Klinische thema-avond: Gebitsslijtage! En nu? &
Digitaal afdrukken: schrijf u snel in

Lees meer over: Afdrukmaterialen, Kennis, Partnernieuws, Partnernieuws, Producten, Scholing

NVvE Najaarscongres: de endo start – 12 oktober, Amsterdam

De ‘start’ volgens Van Dale: start (de; m; meervoud: starts 1. (punt van) vertrek bij een wedstrijd: van start gaan beginnen. 2. wijze van vertrekken: een valse start; een vliegende start (a) start waarbij het punt dat als begin geldt in volle vaart verlaten wordt; (b) zeer voortvarend begin 3. begin: een start maken met iets.

Bij de endo-start hebben we het over het begin van de endodontische behandeling. En u weet, daar komt veel meer bij kijken dan even een element openen. Voorafgaand aan een endo-start stelt u onder andere differentiaaldiagnoses, bekijkt u röntgenbeelden, schat u de moeilijkheidsgraad in met bijvoorbeeld de DETI-score, loopt u occlusie en articulatie na en informeert u de patiënt zo goed mogelijk, en pas dan: starten maar!

Alles is goed voorbereid, het element lijkt verdoofd en u pakt de boor. Maar dan blijkt: het element is toch niet helemaal verdoofd, de kanalen zijn niet te vinden, het zicht is beperkt…

Hoe verdoof je eigenlijk optimaal? Met welke vijl kom je net wat makkelijker in dat kleine vierde kanaal? Welk instrument kun je nu het beste gebruiken om voorbij een extreme kromming te komen?

De klok tikt verder… Hoe krijg je de patiënt zo snel mogelijk pijnvrij? De wachtkamer zit vol, de druk is hoog!

Tijdens het NVvE-najaarscongres ‘De Endo Start’ op zaterdag 12 oktober komen de genoemde vragen en onderwerpen aan de orde. Want een goede start is het halve werk. Tot ziens op 12 oktober in Hotel Okura Amsterdam!

Ellemieke Hin
Voorzitter NVvE

Datum en locatie De endo start

12 oktober 2019
Hotel Okura Amsterdam

Programma

8:00 – 9:00
Ontvangst
Registratiebalie open

9:00 – 9:15
Opening
Inleiding door voorzitter Ellemieke Hin en voorstellen moderator dr. Peter Wetselaar

9:15 – 09:45
Hans Genet Lezing: genezing na revascularisatie; (on)voorspelbaar?
door Edwin Eggink

09:45 – 10:30
Endodontische radiologie: 2D versus 3D, casuïstiek en regelgeving
door Frédérique San Giorgi en dr. Reinier Hoogeveen

10:30 – 11:00
Pauze en bezoek exposanten

11:00 – 11:45
Anesthesie anno 2019: wat, hoe en waarmee?
door Luc Berden

11:45 – 12:30
De endo-start bij spoedgevallen
door Roberto Cristescu

12:30 – 13:45
Lunch en bezoek exposanten

13:45 – 14:30
De endodontische opening
door Roberto Cristescu

Endodontic file systems – parameters that influence file characteristics
door dr. Janine Conde

15:30 – 16:00
Pauze en bezoek exposanten

16:00 – 16:45
Occusale aanpassingen met behulp van een digitale occlusie-analyse kunnen pulpitisachtige klachten verhelpen
door dr. Hans van Pelt

16:45 – 17:00
Vragenronde en discussie
Uitwisseling van vragen, aanvullingen en ideeën.

17:00
Borrel

Meer informatie en inschrijven Najaarscongres NVvE

Lees meer over: Kennis, Partnernieuws, Partnernieuws, Scholing
Kidsfabriek

Mondhoek en Toothcamp werken samen bij de Kidsfabriek

Op 31 augustus is de Mondhoek voor de zesde keer bij de Kidsfabriek, een gratis evenement in Ulft waar kinderen workshops kunnen volgen op gebieden als sport, spel, techniek en cultuur. In de Mondhoek worden workshops gegeven over mondgezondheid door mondhygiënisten, tandartsen, preventieassistenten en studenten mondzorgkunde. Toothcamp komt dit jaar ook naar de Kidsfabriek en werkt dan samen met de Mondhoek.

Zesde keer Mondhoek

Mondhygiënist Lieneke Steverink-Jorna was zes jaar geleden voor het eerst bij Kidsfabriek waar zij samen met een collega poetsles gaf aan de kinderen. Ze kwam erachter dat veel kinderen maar één keer per dag poetsen.
“Met de plakverklikkers werd al snel duidelijk dat we niet voor niks waren gekomen. We hadden nog een fout gemaakt; we hadden alleen maar handtandenborstels bij ons”, vertelde zij aan de Gelderse Post. Het jaar erna had ze elektrische tandenborstel van een fabrikant kunnen regelen. Elk jaar verbeterde zij het concept. Het team van vrijwilligers is inmiddels uitgegroeid tot zo’n twintig mondzorgprofessionals.

Lieneke: “In diverse studentensteden heb ik al een presentatie mogen geven over Kidsfabriek. Bij de laatste keer kenden ze het allemaal al. Het is echt een uniek concept. Door het wetenschappelijk onderzoek weten we nu dat kinderen zich na hun bezoek aan de Mondhoek echt voornemen om hun gedrag rondom tanden poetsen en eten/drinken aan te passen. Ook vinden ze het ontzettend leuk om onze workshops te volgen. We kunnen hiermee een doelgroep bereiken die niet zo snel vanzelf naar de praktijk komt. Nu zien we juist de groep kinderen die vaak grote problemen krijgen en die kunnen we met onze preventie voor zijn.”

Toothcamp

Ira van Eelen startte vijf jaar geleden met de organisatie van Toothcamp, een groot evenement met name gericht op kinderen uit groep 8 over mondgezondheid, in samenwerking met scholen en praktijken.  Het programma is gevuld met allerlei activiteiten waaronder scheikunde proefjes, spelletjes en theater. In de puberteit krijgen kinderen ineens veel cariës en Ira van Eelen vond dat ze hieraan iets moest doen.

Professioneler

De afgelopen jaren waren er alleen mondhygiënisten en studenten als vrijwilliger in de Mondhoek. Dit jaar lukte het Lieneke en Ira om ook preventieassistenten en tandartsen in te schakelen. “Zo kunnen we elkaar versterken en van elkaar leren.”

De Mondhoek wordt elk jaar professioneler. Voor dit jaar komt er een soort rad van fortuin waaraan kinderen kunnen draaien. “Het rad kan stilstaan bij een quizvraag, opdracht of bij een hoofdprijs. Op goede quizvragen en opdrachten volgen beloningen, iets kleins. De hoofdprijs is een elektrische tandenborstel die bij de leeftijd van het kind past. We hebben dit jaar nieuwe opdrachten zoals De Krokodil Die Bijt In Je….Vinger en een item over het wisselen van tanden. Ik verheug me ontzettend op al die lachende gezichten. Niet alleen van de kinderen, ook van de vrijwillige professionals en studenten. Het is echt elk jaar weer een feestje”, zegt Lieneke Steverink-Jorna in de Gelderse Post.

Lieneke wil dat het concept van de Mondhoek en Kidsfabriek ook in andere plaatsen in Nederland wordt georganiseerd. Elk jaar kost de organisatie haar geld en voor collega’s wil ze het wat makkelijker maken. Dit jaar wordt hun initiatief zowel in geld als in mankracht gesteund door de KNMT en NVM-mondhygiënisten. Via het RIVM zou Lieneke ervoor willen zorgen dat hun interventie erkend wordt voor fondsenwerving.

 

 

 

 

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis
Meer duidelijkheid over invulling nieuwe beroepsgroep “mondhygiënist” in België

Recessiebedekkende chirurgie

Terugtrekkend tandvlees wordt door zowel de patiënt als de tandarts als een probleem gezien. De vaak ontsierende blootliggende tandhalzen kunnen pijnklachten veroorzaken en poetsdefecten in de hand werken. Het is daarom van belang een goede inschatting te kunnen maken wat de etiologie en de prognose van deze recessie is. Met de juiste parodontale chirurgische technieken kan in veel gevallen het verloren/missende tandvlees worden hersteld.

Waarom lijken recessies toe te nemen?

Enkele oorzaken: evolutie, biotypes tandvlees, meer orthodontie, kaken worden steeds kleiner, spieren worden kleiner. We hoeven het minder te gebruiken daardoor atrofie.

De alveolaire ontwikkeling blijft achter, echter de elementen blijven even groot waardoor er meer crowding is in gebitten.

Er is aangetoond dat er bij een niet-goede neusademhaling malocclusie kan ontstaan. Dit blijkt uit een studie bij apen uit Noorwegen. De studie werd uitgevoerd door een orthodontist die bij aapjes de neus dichtmaakte.

Een recessie kan ook ontstaan door een draad van spalk geplaatst na een orthodontische behandeling. Bij orthodontisch behandelde patiënten wordt meer recessie gezien d an bij onbehandelde patiënten. Bij 2.7% van de patiënten met twisflexdraad krijgt verschuivingen van met name ondertanden.

Waarom recessietherapie?

  1. Esthetiek
  2. Dentine sensitiviteit
  3. Preventie cervicale abrasie/erosie
  4. Vereenvoudiging tandpreparatie
  5. Behoud element!

Miller classificatie

  1. Gingivarecessie die begrensd wordt door gekeratiniseerde gingiva
  2. Gingivarecessie voorbij mucogingivale grens (omslagplooi)
  3. Interdentale papil degenereert, er is sprake van een bepaald proces (bijvoorbeeld parodontitis)
  4. Interdentale papil is volledig afwezig

Miller classificatie 3 is nog wel goed te behandelen. Bij Miller classificatie 4 is het chirurgisch niet meer mogelijk een papil te creëren.

Er is nu in plaats van Miller een nieuwe classificatie.

Orthodontie kan goed samengaan met recessiebedekking. Door middel van strippen en torquen kun je interdentaal weefsel terugkrijgen. Staat het element buiten de ‘’biologic envelope’’? Met orthodontische verplaatsing verdwijnt recessie dan soms al.

Intake en diagnose

Intake

  • Hoe snel is het ontstaan?
  • Hoe lang al?
  • Gevoeligheid?
  • Medische en tandheelkundige anamnese
  • Lifestyle (roken, piercings)

 Lichtfotografie: buccaal en incisaal

Röntgenopname

Korte beoordeling smile dynamics

DPSI (parodontitis uitsluiten)

Beoordeling mondhygiëne

Voorlopig behandelplan

Etiologie

  • Traumatisch tandenpoetsen
  • Restauratieve tandheelkunde, gingivaretractie
  • Excessieve scaling en rootplaning
  • Chronische marginale parodontitis
  • Endodontisch aanhechtingsverlies

Risicofactoren

  • Biotype
  • Buccale botdehiscentie
  • Frenulumaanhechting
  • Piercings

Bij een recessie is het biotype vaak het probleem. Dun tandvlees is gevoeliger voor recessies dan een dikker biotype. Voorkomen van recessies is beter dan genezen. Het is daarom belangrijk om naar de preventie-assistente te gaan. Veel recessies ontstaan namelijk door een poetstrauma.  Daarnaast kan een recessie door een buccale botdehiscentie na orthodontie (eenvoudiger) ontstaan. Ook tractie van een frenulumaanhechting kan resulteren in een recessie. Piercings zijn ook een risicofactor omdat deze de gingiva kunnen beschadigen.

Chirurgische technieken

Er zijn verschillende chirurgische technieken die voor recessiebedekking worden toegepast.

De Quincey laat aan de hand van veel casussen de mogelijkheden zien, met ook met lange termijn resultaten. Door goede diagnostiek en behandeling is het resultaat erg stabiel. Ook door gebruik van microchirurgie, onder andere eigen ontwikkelde microblades, kan erg nauwkeurig gewerkt worden en zijn de succespercentages van de ingrepen hoger.

Bij een recessie linguaal wordt vaak ook tongriemcorrectie uitgevoerd. Te veel tractie van de tongriem kan namelijk ook een recessie in de hand werken.

Amelogenine kun je aanbrengen bij de behandeling. Dit zorgt voor een mooi resultaat en bevordering van de parodontale wondgenezing.

Je wilt niet alleen recessie bedekken, je wilt ook nieuw parodontium. Bij parodontale regeneratie zijn er drie eisen: nieuw cement, nieuw parodontaal ligament en nieuw kaakbot.

De nieuwe technieken met scannen zorgen ervoor dat je beter kunt meten hoe succesvol je behandeling is. Je kunt bijvoorbeeld een voor-scan met een eind-scan vergelijken.

Er zijn ook mogelijkheden voor andere materialen dan het het autologe bindweefseltransplantaat voor de recessiebedekking. Een indicatie hiervoor zou kunnen zijn als je veel tanden moet bedekken. Het trauma is dan erg groot voor het oogsten van autoloog materiaal. Naar deze nieuwe materialen wordt nog veel onderzoek gedaan.

Meestal is het goed om zes maanden te wachten voordat je prothetisch gaat behandelen na een recessiebedekking.

Giles de Quincey is in 1987 afgestudeerd als tandarts aan de KU Nijmegen. Na een korte tijd als algemeen-practicus in Eindhoven gewerkt te hebben, is hij in 1988 een 2-jarige Post-graduate opleiding Parodontologie begonnen aan de University of Southern California in Los Angeles. Na succesvolle afronding hiervan is Giles in 1990 een verwijspraktijk voor Parodontologie en Implantologie in ‘s-Hertogenbosch gestart. Sinds 2009 is de praktijk ook uitgebreid met endodontie op verwijzing. In 1994 is Giles erkend als Diplomate of the American Academy of Periodontology, verder heeft hij ook zitting gehad in het Consilium Parodontologicum van de NVvP. Sinds 1992 is Giles verbonden als docent aan de destijds EFP-erkende Post-graduate opleiding voor Parodontologie in Nijmegen.  Na terminatie van het Post-graduate onderwijs is hij kort betrokken geweest bij het chirurgisch profiel in de master fase van tandheelkunde. Sinds begin 2017 is hij Assistant Clinical Professor in de EFP-erkende Post-graduate opleiding Parodontologie aan de Universiteit van Bern, Zwitserland. Giles is actief lid van de Dutch Academy of Esthetic Dentistry en heeft in binnen- en buitenland nascholing gegeven, waarbij zijn voorliefde uitgaat naar parodontale plastische regeneratieve chirurgie en multidisciplinaire casuïstiek.

Verslag door Joanne de Roos, tandarts, voor dental INFO van de lezing van Giles de Quincey tijdens het congres Chirurgie van Bureau Kalker.

 

 

Lees meer over: Congresverslagen, Cosmetische tandheelkunde, Kennis, Thema A-Z

Mondhygiënisten hebben onvoldoende kennis behandeling zwangere vrouw

Mondzorgkunde studenten Angélique Alting Siberg en Nathalie Campfens onderzochten de mondhygiëne behandeling van de zwangere vrouw door mondhygiënisten in Nederland. De kennis, attitude, handelswijze en behoefte aan een Nederlandse richtlijn of bijscholing is tevens onderzocht om een aanbeveling te kunnen doen om de kwaliteit van de (mond)zorg te verbeteren.

Door heel Nederland werden mondhygiënisten verzocht deel te nemen, waaronder ook de lezers van dental INFO, met behulp van een publicatie met de link naar de enquête. Dertig korte enquêtevragen onderzochten de kennis, attitude, handelswijze en behoeften van de respondenten. Van de 58 respondenten waren er 54 vrouw en 4 man. Leeftijden lagen tussen de 20-40 of ouder dan 50 jaar.

Positieve attitude, onvoldoende kennis

Overall was de attitude over het behandelen van de zwangere vrouw positief (79%). Goede mondzorg tijdens de zwangerschap vonden de respondenten belangrijk. Echter bezaten de respondenten onvoldoende kennis, waarbij de kennisvragen over het antibioticagebruik tetracycline tijdens de zwangerschap (71%), het anders uitvoeren van de cariësbehandeling (79%) en de inhoud van de voedingsvoorlichting (71%) het meest incorrect zijn beantwoord.

38% van de respondenten die de 3-jarige opleiding Mondzorg volgden beantwoordden de vraag over de röntgenfoto’s tijdens de zwangerschap niet correct.

Alle 58 respondenten pasten onvoldoende de handelswijze toe; niemand had alle handelswijze vragen correct beantwoord. De vragen over het indien nodig aanbieden van een andere ligpositie van de patiënt (50%), door verwijzen naar de diëtist (62%) en doorvragen naar de thuissituatie (38%) werden het meest met ‘nooit’ beantwoord.

Verder bleek er behoefte te zijn aan een Nederlandse richtlijn (76%) en aan bijscholing (55%) over dit onderwerp. De onderzoekers zijn tevens van mening dat er meer onderzoek naar dit onderwerp nodig is.

Door:
Angélique Alting Siberg en Nathalie Campfens, mondzorgkunde studenten, Hogeschool Utrecht

Lees meer over: Kennis, Scholing
apps - social media

#motivatie: de kracht van “social media” in de mondzorg

Er wordt door zowel zorgprofessionals, als patiënten, uitgebreid gebruik gemaakt van social media. Patiënten gebruiken social media vooral voor het vergaren van informatie en voor sociale steun. Wat zijn de voor- en nadelen van social media voor zowel patiënten als zorgprofessionals? Hoe zet je social media in?

Verslag van de lezing van tandarts-parodontoloog Elmira Boloori tijdens het NVvP-congres Dentech.

Voor het laten slagen van een behandeling is het van groot belang de patiënt gemotiveerd te krijgen.

Factoren voor motivatie

  • Bewustwording van consequenties van gedrag. Patiënt kan óf succes zoeken, óf mislukking vermijden.
  • Keuzes. Het hebben van keuzes zorgt voor een gevoel van controle. Omgekeerd werkt dit ook; als je geen keuzes hebt, zorgt dit ervoor dat je je gecontroleerd voelt.
  • Gemeenschap: Sociale steun. Steun uit de omgeving van de patiënt is belangrijk, juist ten tijde van tegenslagen.
  • Bekwaamheid: Zorg als zorgprofessional voor feedback en aanmoediging, en geef de patiënt complimenten. Zet samen kleine stapjes vooruit.

Social media

Er wordt door zowel zorgprofessionals, als patiënten, uitgebreid gebruik gemaakt van social media. Echter, de social media die de patiënten raadplegen, zijn van andere origine dan de social media die tandartsen inzetten; patiënten zitten vooral op Twitter en Facebook, zorgprofessionals zitten vooral op LinkedIn en Twitter. Zorgprofessionals gebruiken social media vooral voor marketingdoeleinden, en voor communicatie met collega’s. Patiënten gebruiken social media vooral voor het vergaren van informatie en voor sociale steun.

Voordelen social media

Patiënten

  • Uitwisseling van informatie
  • Beter begrip van de ziekte/aandoening
  • Meer zelfvertrouwen
  • Betere communicatie patiënt – arts
  • In gesprek gaan met lotgenoten

Zorgprofessionals

  • Meer betrokkenheid van patiënt bij de behandelingen en zelfzorg
  • Meer aanmoediging patiënt
  • Betere communicatie patiënt – arts
  • Inspringen bij onduidelijkheden patiënt
  • Beter begrip van problemen en obstakels van patiënt

Nadelen social media

Patiënten

  • Privacy
  • Onbetrouwbare informatie
  • Geen behoefte aan

Zorgprofessionals

  • Inefficiënt
  • Gebrek aan vaardigheden
  • Legale redenen (geen vergoeding)
  • Inefficiënt (teveel informatie, kost teveel tijd)
  • Privacy
  • Geen behoefte aan

Sociale steun

Social media werken voor de patiënt goed op het gebied van sociale steun:

  • Emotionele steun: gevoel van warmte en betrokkenheid, verhoogt zelfbekwaamheid
  • Steun in zelfvertrouwen: verhoogt zelfbekwaamheid
  • Informatieve steun (adviezen): verbetert de gezondheid
  • Tastbare steun: verbetert de gezondheid

Hoe kan een zorgprofessional social media inzetten?

  • Focus op een specifieke doelgroep
  • Zorg voor een duidelijk doel, de patiënt moet succes willen gaan nastreven
  • Wees begripvol, betrek de patiënt erbij
  • Gebruik interactieve middelen, filmpje is educatiever en werkt beter dan een stuk tekst.

Elmira Boloori is in 2004 afgestudeerd voor de opleiding mondhygiëne; vervolgens heeft zij in 2013 succesvol de opleiding tandarts algemeen practicus afgerond. In 2017 is ze cum laude geslaagd voor specialisatie opleiding voor parodontologie aan Academisch centrum voor tandheelkunde Amsterdam (ACTA).

Verslag door Jacolien Wismeijer, tandarts, voor Dental INFO van de lezing van Elmira Boloori, tandarts-parodontoloog, tijdens het congres Dentech, innovatie in de parodontologie van de NVVP.

Lees meer over: Communicatie patiënt, Congresverslagen, Kennis
Tandarts kan helpen coeliakie op te sporen

Tandarts kan helpen coeliakie op te sporen

Coeliakie is de meest onontdekte ziekte van Nederland: onderdiagnose is een groot probleem. De tandarts kan helpen om deze onontdekte coeliakie op te sporen.

In de onlangs verschenen nieuwe Europese coeliakie richtlijn staat een aantal aanbevelingen voor de tandarts. Als de tandarts terugkerende mondgezondheidsproblemen constateert – zoals tandglazuurdefecten en terugkerende aften – zonder dat daar een verklaring voor is, dan is het raadzaam dat de tandarts dit met de huisarts bespreekt.

Bekijk de Europese richtlijn coeliakie

Lees meer over: Kennis, Richtlijnen
Congres over micro-algen

Congres Micro-organisme: Vriend en vijand, 7 oktober, Utrecht.

Het microbioom is de verzamelnaam voor alle bacteriën, schimmels en virussen op de huid en in de mond, darmen, longen en vagina. Dus overal waar het lichaam grenst aan de buitenwereld. De mens wordt steriel geboren maar direct daarna begint de ontwikkeling van het menselijk microbioom en raakt het lichaam bevolkt met miljarden bacteriën, schimmels en virussen.

Goede samenstelling microbioom

Een juiste ontwikkeling van het microbioom in het vroege leven blijkt van grote invloed op de gezondheid later. Bij ouderen wordt gezien dat de biodiversiteit van het darmmicrobioom  afneemt en dit kan negatieve gevolgen voor de gezondheid met zich mee kan brengen.
Het microbioom blijkt geen statisch geheel; medicamenten, beweging en voeding kunnen het microbioom (on)gunstig beïnvloeden.
Er zijn steeds meer aanwijzingen dat een goede samenstelling van het microbioom een gunstig effect heeft op het immuunsysteem en de mondgezondheid. Een ongunstig microbioom daarentegen wordt in verband gebracht met huid- en darmaandoeningen, allergieën, obesitas en het metabool syndroom.

Inhoud en sprekers congres Micro-organisme: vriend en vijand

Tijdens het congres ‘Micro-organisme: vriend en vijand’ op 7 oktober vinden in de ochtend plenaire lezingen plaats terwijl in de middag subsessies gevolgd kunnen worden. De dagvoorzitter van het congres is wetenschapsjournalist Job de Vrieze, bekend van onder andere het BNN televisieprogramma Katja’s Bodyscan met Katja Schuurman.
Michiel Kleerebezem staat in de ochtend stil bij het microbioom in zijn algemeenheid. Wat houdt het exact in? In de middag kunt u onder andere de subsessie van Bart Keijser volgen die meer komt vertellen over de invloed van het microbioom op de mondgezondheid.

Datum en locatie

7 oktober, 09:00 – 16:30
Van der Valk, Breukelen

Organisator

Hogeschool Utrecht

 

Het KRM heeft dit congres geaccrediteerd met 5 punten.

Lees ook het interview met Liesbeth Haverkort over het Congres Micro-organismen 

 

 

Lees meer over: Kennis, Partnernieuws, Partnernieuws, Scholing
Microsoft stopt met HealthVault en verlaat daarmee consumentenzorgmarkt

Microsoft stopt met HealthVault en verlaat daarmee consumentenzorgmarkt

Microsoft stopt definitief met HealthVault en verlaat daarmee de consumentenzorgmarkt.

HealthVault geen succes

HealthVault werd in 2009 gelanceerd als dienst waar zorgprofessionals gezondheids- en medische gegevens konden opslaan. Ondanks de lange productieperiode en investeringen die hieraan voorafgingen, is het product nooit een succes geworden.

Verouderd systeem

“Het was in kern een verouderd systeem,” zegt Hans Niendieker, CEO van de Nederlandse pgo Ivido. Gegevens konden opgeslagen en gedeeld worden met zorgverleners. Deze werden volgens Niendieker echter niet opgenomen in epd’s en andere informatiesystemen. “Dan is er natuurlijk geen reden om ermee door te gaan.”

Veiligheid onbekend

Ook de veiligheid van de gegevens was onbekend. Deze werden opgeslagen bij Microsoft, maar wat er daarna mee gebeurde bleef onduidelijk. “Ook dat roept natuurlijk vragen op,” zegt Niendieker.

Definitief verlaten

Microsoft kondigde eerder al aan te stoppen met het Health Dashboard, waar HealthVault verbonden aan was. Het lijkt er dus op dat Microsoft de consumentenzorgmarkt definitief verlaat en deze overlaat aan Apple, Google en Amazon.

Amazon, Apple en Google

Binnen de Verenigde Staten verwachten de meeste zorgbestuurders dat Amazon de grootste veranderingen binnen de zorg zal gaan bewerkstelligen. Toch maken ook Apple en Google grote ontwikkelingen door. Voorbeelden hiervan zijn de Apple Watch en nauwkeurige overlijdensrisico schattingen.

Bron:
zorgvisie.nl
ZDN.com

 

Lees ook: Grootste veranderingen in zorg naar verwachting door Amazon

Lees meer over: E-health, Kennis
Onderzoek: Er moet nodig wat veranderen aan de Nederlandse tand- en mondzorg

Publicaties Lancet: Er moet nodig wat veranderen in de mondzorg, ook in Nederland

Er moet nodig wat veranderen aan de Nederlandse tand- en mondzorg, vindt Stefan Listl, hoogleraar bij de afdeling tandheelkunde in het Radboudumc. Anders dan in veel andere landen in Europa zit de mondzorg niet in het basispakket.  Ook zijn sociale ongelijkheden in toegang tot mondzorg voor vijftigplussers in Nederland veel groter dan in veel andere Europese landen. Het productiviteitsverlies door tandziekten in Nederland wordt geschat op 3 miljard euro per jaar.

In een serie artikelen in the Lancet schrijven Listl en internationale collega’s waarom ons huidige mondiale systeem van mondzorg vastloopt en hoe we dit kunnen oplossen.

The Lancet publiceert een serie artikelen (Lancet Oral Health Series) waarin de enorme, wereldwijde uitdagingen voor een betere mondgezondheid worden beschreven. Een van de onderzoekers-auteurs is Stefan Listl, hoogleraar bij de afdeling tandheelkunde in het Radboudumc. Mondziekten treffen vooral de armere en gemarginaliseerde groepen in de samenleving. Mondziekten hebben een grote invloed op zowel individuen als de maatschappij. Denk aan pijn, sepsis, verminderde kwaliteit van leven, verloren schooldagen, verminderde arbeidsproductiviteit en de kosten van tandheelkundige behandelingen.

Productiviteitsverliezen van 3 miljard per jaar

Listl: “Ook in Nederland kan nog het nodige verbeterd worden. Uit recent onderzoek blijkt dat sociale ongelijkheden in de mondgezondheid van 50-plussers in Nederland zelfs groter zijn dan in veel andere Europese landen. De productiviteitsverliezen door tandziektes in Nederland worden geschat op meer dan drie miljard euro per jaar.“ Mondziekten hangen ook samen met zaken als suikerconsumptie, tabaksgebruik en schadelijk alcoholgebruik. De suikerconsumptie vergroot de kans op zowel cariës als overgewicht, obesitas en aanverwante aandoeningen zoals diabetes. Het wordt steeds duidelijker dat de invloed, macht en impact van de mondiale suikerindustrie een bedreiging vormt voor de volksgezondheid, zodat strengere regelgeving en wetgeving door overheden vereist is.

Mondzorg beter integreren in bredere gezondheidssysteem

De tandheelkundige zorg kenmerkt zich vooral door hoogtechnologische en gespecialiseerde zorg. De auteurs in de Lancet Oral Health Series schrijven dat die aanpak er niet in geslaagd is de wereldwijde last van mondziekten aan te pakken. Daarom is een uitgebreide hervorming van tandheelkundige zorgsystemen nu dringend nodig. Universal Health Coverage moet de mondzorg beter integreren in het bredere gezondheidszorgsysteem, waardoor ze toegankelijker wordt en beter kan inspelen op de mondgezondheidsbehoeften van de bevolking.

Betaling meer richten op preventie

Betalingssystemen voor mondzorgverleners zouden meer de nadruk moeten leggen op het stimuleren van preventie in plaats van het belonen van herstellende zorg. Een preventieve benadering voor de gehele bevolking is volgens de auteurs nodig om aanhoudende verbeteringen in de mondgezondheid te bereiken en ongelijkheden aan te pakken. Geïntegreerd volksgezondheidsbeleid is nodig om de gezamenlijke risico’s (vrije suikers, tabaks- en alcoholgebruik en sociale en commerciële determinanten) van mondziekten en andere niet-overdraagbare ziekten aan te pakken.

Andere aanpak mondzorg

„Ook in Nederland is behoefte aan een andere aanpak voor de mondzorg“, zegt Listl. „Dat de mondzorg voor volwassenen helemaal niet in het basispakket zit lijkt me maatschappelijk gezien geen geschikte oplossing. Maar de kwaliteit en doelmatigheid van de mondzorg kan ook nog duidelijk omhoog als je kijkt naar op preventie gerichte beloningssystemen, meer integrale samenwerking van verschillende zorgprofessionals, meer public health preventie en een meer op de mondgezondheid-behoeftes van de bevolking gerichte capaciteitsplanning.“

Belangen van de suikerindustrie

De wereldwijde suikerindustrie gebruikt volgens de auteurs strategieën om de omzet en winst te verhogen en de inspanningen van de volksgezondheid te ondermijnen om de consumptie van vrije suikers te verminderen. In de Lancet Oral Health Series schrijven ze dat er een dringende behoefte is aan het ontwikkelen van duidelijker en transparanter beleid en procedures voor belangenconflicten om de invloed van de suikerindustrie op tandheelkundig onderzoek en mondgezondheidsbeleid te beperken en te verduidelijken.

Meest voorkomende ziekte wereldwijd
Mondgezondheid is een integraal onderdeel van de algemene gezondheid en het welzijn. Mondziekten hebben effect op de tanden en de mond, waaronder tandbederf (cariës), ziekte van het tandvlees en tumoren in de mond kunnen ontstaan. Hoewel grotendeels te voorkomen, zijn mondziekten veel voorkomende aandoeningen die wereldwijd meer dan 3,5 miljard mensen treffen. Tandbederf is de meest voorkomende ziekte wereldwijd. Het aantal mensen dat daar last van heeft neemt in veel lage- en middeninkomenslanden nog altijd toe.

Bron:
The Lancet
Radboud UMC

Lees meer over: Kennis, Kwaliteit
Hoe maak je contact met een puber

Hoe maak je contact met een puber?

De informatie die de mondzorgverlener geeft doet de puber ‘niets’. Er is geen contact. Te zien is hoe de mondzorgverlener contact maakt met de puber. Als het contact er eenmaal is, kan de mondzorgverlener de puber wel bereiken en stimuleren meer zijn best te doen bij de verzorging van zijn gebit.

Het Ivoren Kruis maakte deze video voor het programma Gewoon Gaaf.

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis, Thema A-Z, Video
Luxaties van tanden als gevolg van dentaal trauma

Luxaties van tanden als gevolg van dentaal trauma

Luxaties van tanden als gevolg van trauma komen vaak voor en kunnen variëren van een op het oog onschuldige subluxatie tot een hopeloos lijkende avulsie. Bij de behandeling ervan is afwachten vaak een goede keus. In andere gevallen is razend snel ingrijpen juist van doorslaggevend belang. Michiel de Cleen liet in deze lezing zien hoe u als tandarts snel en betrouwbaar de schade aan parodontium en pulpa in kaart kunt brengen en hoe u op grond van de beschikbare diagnostische informatie de juiste behandeling op het juiste moment kunt uitvoeren.

Tandletsel

Niet alle tandletsels komen even vaak voor. Kroonfracturen komen het vaakst voor (26-76%), gevolgd door subluxaties (21%), laterale luxaties (11%) en extrusie luxaties (7%).  Wortelfracturen (0,5-7%), avulsies (0,5-3%) en intrusie luxaties (0,3-1,9%) komen het minst vaak voor. Tijdens zijn lezing ging Michiel de Cleen vooral in op de luxaties.

Luxaties

Er bestaan verschillende soorten luxaties:

  1. Contusie

Er is sprake van kneuzing van het parodontaal ligament, zonder mobiliteit van het element.

  1. Subluxatie

Er is sprake van kneuzing van het parodontaal ligament, met mobiliteit van het element.

  1. Extrusie luxatie

Het element is verplaatst úit de tandkas.

  1. Laterale luxatie

Het element is zijwaarts verplaatst in de tandkas.

  1. Intrusie luxatie

Het element is ín de tandkas verplaatst.

  1. Avulsie

Het element is in zijn geheel uit de tandkas.

Welke weefsels raken beschadigd bij een (laterale) luxatie?

Bij een luxatie is het element vaak zelf onbeschadigd maar zijn de volgende omringende weefsels wel degelijk beschadigd:

  • Parodontale vezels. Deze vezels genezen binnen paar dagen tot 2-3 weken.
  • Wortelcement kan afstropen/afbreken. Dit heeft als consequenties dat het dentine bloot komt te liggen. Cement kan wel weer terugkomen, cementoblasten zijn echter wel trager dan fibroblasten.
  • Alveolair bot. Bot is goed in staat te herstellen.
  • Pulpa. De pulpa ligt veilig beschermd in het element en daarom is er bij een luxatie dus geen direct letsel aan de pulpa. Er is echter wel sprake van indirect letsel door het kneuzen van vaatzenuwstreng en mogelijk ook door barsten in kroon waardoor bacteriën de pulpa kunnen bereiken door blootliggende tubuli.

Overleving van de pulpa na luxatie

De overleving van de pulpa verschilt per soort luxatie (Andreasen et al. 1985):

  • Contusie: 95-100%
  • Subluxatie: 75-98%
  • Extrusie luxatie: 40-95%
  • Laterale luxatie: 20-95%
  • Intrusie luxatie: 0-40%

Laterale luxatie

Bij de laterale luxatie is de overlevingsrange erg breed. Dit komt omdat de overleving van de pulpa sterk afhankelijk is van de mate van wortel-afvorming. Hoe meer de wortels zijn afgevormd, hoe slechter de prognose. De overleving van de pulpa is dus afhankelijk van zowel het type luxatie als de mate van wortel-afvorming.

Daarnaast is er vaak sprake van een combinatie van letsels. Lauridsen et al. (2012) heeft dit onderzocht en concludeerde dat de mate van ernst van het letsel aan de kroon de kans op pulpanecrose vergroot. Waarbij er ook een grote verschil was tussen elementen met en zonder afgevormde wortels.

Bij een laterale luxatie is de kroon van het element naar palatinaal verplaatst, dit betekent automatisch dat de wortel naar vestibulair is verplaatst. Het element kan het beste worden gereponeerd met twee vingers: één bij de apex en één vinger bij de kroon. Het is goed om te beseffen dat het element vlak na het trauma meestal niet op de koude-test reageert (dit is niet verwonderlijk, het heeft immers een enorme klap gehad) maar dat de pulpa zich nog wel kan regenereren.

Mogelijkheden om de genezing na luxatie positief te beïnvloeden

Welke factoren hebben mogelijk een positieve invloed op de genezing na een luxatie?

  1. Vermijden uitstel van behandeling

Uit onderzoek van Andreasen et al. (2002) bleek dat, met uitzondering van avulsies(!), het verreweg bij de meeste trauma’s niet uitmaakt of u binnen of na 24 na het trauma het element behandelt. Voor de patiënt is het echter vaak wel prettiger om het op dezelfde dag te behandelen. Het vermijden van uitstel heeft dus alleen positieve invloed wanneer er sprake is van een avulsie.

  1. Goede repositie

Uit onderzoek van Andreasen et al. (2019) blijkt dat het goed repositioneren van een element niet van belang is voor de genezing. Een goede repositie is echter wel van belang voor het eindresultaat: wanneer het element niet goed gerepositioneerd is dan geneest het namelijk niet in de goede positie. In veel gevallen kan dit op een later moment orthodontisch hersteld worden.

  1. Antibiotica

Antibiotica dragen niet bij aan de genezing (Andreasen et al. 2006). Antibiotica hoeven alleen voorgeschreven te worden bij patiënten met bijvoorbeeld hartproblemen waarbij normaliter een endocarditis profylaxe geïndiceerd is.

  1. Spalken

Het spalken van elementen draagt niet bij aan een betere genezing. Het kan echter wel bijdragen aan een slechte genezing! Zorg er dus voor dat uw spalk goed zit, de patiënt moet er goed mee kunnen eten en de spalk moet goed reinigbaar zijn. Vraag uzelf dus altijd af of een spalk essentieel is voor de genezing. Daarnaast is het meestal voldoende om één element aan weerszijde van het getraumatiseerde element te spalken. Dit voorkomt (onnodig) etsen van de buurelementen en ook is er geen kans op schade bij het verwijderen van het composiet.

De bovenstaande vier factoren hebben dus vrijwel geen invloed op de genezing. Geconcludeerd kan worden dat de genezing hoofdzakelijk bepaald wordt door de aard van de luxatie en het stadium van wortel-afvorming.

Diagnostiek en follow-up

Koude-test en röntgenonderzoek – reproduceerbaarheid

Patiënten moeten meerdere malen terugkomen na een dentaal trauma. De koude-test moet dan herhaald worden en ook worden er opnieuw röntgenfoto’s gemaakt. Het is sterk aan te raden om daarom zo reproduceerbaar mogelijk te werken. Hiervoor is het verstandig om gebruik te maken van instelapparatuur bij het maken van röntgenfoto’s. Ook kan er het beste voor één merk koude-test gekozen worden omdat de gevoelstemperatuur per merk verschilt.

Fotografie

Fotografie is essentieel voor de diagnostiek en de follow-up. Foto’s geven veel informatie. Na een trauma kan een tand verkleuren, om deze verkleuring goed te monitoren is het aan te raden om gestandaardiseerde lichtfoto’s te maken.

Transiet apical breakdown (TAB)

Soms is er vlak na een trauma een zwarting zichtbaar aan de apex terwijl de sensibiliteitstest positief en/of twijfelachtig is. In dat geval kan er sprake zijn van ‘transiet apical breakdown (TAB)’. Het is dan goed om eerst niets te doen aangezien dit defect zich vanzelf kan herstellen. Bij twijfel is het aan te raden om te overleggen met een endodontoloog.

Mogelijke gevolgen na luxatie

  • Verkleuring element

Andreasen et al. (1988) heeft in haar onderzoek gekeken naar wat een verkleuring precies betekent voor het element: moet u wel of geen wortelkanaalbehandeling uitvoeren?

Wanneer een element is verkleurd dan is dit op zich geen reden voor het uitvoeren van een wortelkanaalbehandeling. Ook een verkleurd element dat niet reageert op een koude-test is geen reden voor een wortelkanaalbehandeling. Dit is anders wanneer het element na drie tot vier maanden na het trauma nog steeds niet reageert op een koude-test. Uit het onderzoek kwam namelijk naar voren dat in dat geval in 90% van de gevallen sprake is van een dode pulpa. Bij een verkleurd element met een apicale zwarting is er nooit sprake van twijfel en moet er altijd een wortelkanaalbehandeling gestart worden.

  •  Obliteratie

Een obliteratie kan worden ontdekt door nieuwe röntgenfoto’s met oude te vergelijken. Daarnaast kan de pulpaholte van het getraumatiseerde element ook met die van een buurelement worden vergeleken.

De kans op een obliteratie van de pulpa holte na luxatie is vooral groot bij subluxatie van elementen met een open apex (Andreasen et al. 1987). Bij minder dan 10% treedt er pulpanecrose op na een kanaalobliteratie (Robertson et al. 1996). Een CBCT kan behulpzaam zijn bij het opsporen van een kanaal wanneer er sprake is van een obliteratie. Ook bestaat tegenwoordig de mogelijkheid om een boormal te printen aan de hand van het beeld op de CBCT.

  • Oppervlakteresorptie

Het optreden van oppervlakteresorptie kan geen kwaad. Het beeld op de röntgenfoto ziet er vaak anders uit en daarom kan oppervlakte resorptie gezien worden als een ‘litteken’. Typerend voor oppervlakteresorptie is dat de parodontaal-spleet gewoon doorloopt.

  • Externe ontstekingresorptie

Externe ontstekingsresorptie is een snel voortschrijdend proces en is altijd het gevolg van zowel een geïnfecteerde pulpa als een beschadigd worteloppervlak. Wanneer er dus sprake is van een vitale pulpa, kan er geen sprake zijn van externe ontstekingsresorptie. Het is dus goed om bij elke controle na trauma de volgende twee vragen te stellen:

  • Hoe zit het met de vitaliteit van pulpa?
  • Wat was de schade aan het worteloppervlakte tijdens het trauma?

Bij een intrusie luxatie is er veel schade aan het worteloppervlak waardoor er een grotere kans bestaat op ontstekingsresorptie in vergelijking met andere luxaties. Ontstekingsresorptie treedt al in snel op na een trauma. Uit onderzoek van Andreasen et al. (2018) blijkt dat na 3 maanden 68% van de gevallen zichtbaar zijn en na 6 maanden al 79%. Het (kunnen) optreden van ontstekingsresorptie is dan ook hoofdzakelijk de reden dat u vooral in de beginperiode na een trauma de patiënt vaak terug moet zien. Als er na een jaar geen problemen zijn opgetreden dan kunt u er wat meer gerust op zijn dat er geen ontstekingsresorptie op zal treden. Daarnaast is het goed om te beseffen dat cementoblasten externe ontstekingsresorptie kunnen repareren wanneer het defect klein is.

Michiel de Cleen is tandarts-endodontoloog te Amsterdam. Naast zijn werkzaamheden in de praktijk geeft hij regelmatig lezingen en cursussen op het gebied van de endodontologie. Zijn bijzondere belangstelling gaat uit naar de diagnostiek en behandeling van tandletsels.


Verslag voor dental INFO door Marieke Filius, tandarts, van de lezing van Michiel de Cleen tijdens het NVvE-congres Trauma… Oh nee! Wat nu?

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Restaureren, Thema A-Z

Banen zijn er volop voor de eerste lichting mondhygiënisten in België

In België is onlangs de eerste lichting mondhygiënisten afgestudeerd. De banen liggen voor hen voor het opscheppen. Dental INFO sprak met Thekla Roose, coördinator van de opleiding op de Arteveldehogeschool, over de opleiding en het toekomstperspectief.

Eerste lichting afgestudeerden

In 2016 ging de opleiding mondzorg van start met 100 studenten in Gent. Hetzelfde jaar startte Leuven met 120 studenten. De opleiding duurt in Vlaanderen drie jaar, de eerste lichting is nu dus afgestudeerd. Om hoeveel afgestudeerden gaat het? Thekla: “Er zijn nu 31 mondhygiënisten afgestudeerd. Niet alle studenten die in het derde jaar zaten, zijn ook daadwerkelijk afgestudeerd. Sommigen hebben hun studie met een half jaar verlengd en moeten hun bachelorproef (afstudeerscriptie) nog doen.”
Komend jaar begint er ook een Franstalige opleiding in België, in Brussel en in Luik. Tot nu toe bestond ook in Wallonië het beroep mondhygiënist nog niet.

Volop banen

De opleiding is drie jaar geleden gestart omdat er een groot tekort aan tandartsen is in Vlaanderen. Door de toelatingsbeperking bij de opleidingen tandheelkunde in Vlaanderen is de groep die uitstroomt groter dan de groep die instroomt. Voor de afgestudeerde mondhygiënisten is het dan ook niet moeilijk om een baan te vinden volgens Thekla: “Het valt ons op dat studenten kunnen kiezen momenteel, er zijn volop banen. Veel hebben nog geen contract getekend, omdat ze nog aan het twijfelen zijn welke baan ze het beste kunnen nemen. Een paar studenten gaan een master doen, maar gaan dat combineren met een parttime baan. Het is een luxepositie momenteel.”
Ook een stageplaats vinden is geen probleem. “We waren erg verbaasd dat zoveel tandartsen bereid waren om een stageplaats te bieden. Er waren bij ons natuurlijk nog geen stageplaatsen bij mondhygiënisten beschikbaar. Sommigen deden dat wel via het Erasmus-programma of net over de grens. Tandartsen waren er echter enorm toe bereid en vandaaruit zijn ook veel contacten geboren voor na de stage.”

Nieuwe inschrijvingen

Of de opleiding populair blijft onder studenten, valt nog niet te zeggen. De inschrijvingen zijn pas eind juni begonnen en lopen door tot eind september. Het is dus nog niet bekend hoeveel aanmeldingen er voor het nieuwe jaar zullen zijn. Tot nu toe is de uitval bij de opleiding groot. “We kunnen geen toelatingseisen stellen, dat heeft de overheid zo bepaald. Er is wel een instroomgesprek, waarbij de student code rood, oranje of groen krijgt. Bij de coderoodstudenten geven we eigenlijk aan dat de opleiding voor hen niet haalbaar is, maar we kunnen hen niet verbieden zich in te schrijven. Mensen moeten zelf inschatten of ze capabel genoeg zijn of niet. We hebben wel direct na de herfstvakantie examens ingesteld van drie zware vakken, zodat de studenten dan gelijk een signaal krijgen of de studie haalbaar is. Er worden wel eisen gesteld aan de resultaten in het eerste jaar om te kunnen doorstromen naar het tweede jaar.”

Financiering nog niet rond

Het handelingskader voor de mondhygiënist in België is vorig jaar wettelijk vastgesteld, het financiële kader echter nog niet. Is daar inmiddels meer duidelijkheid over? “De financiering is nog steeds niet rond. Toch willen de tandartsen dat er mondhygiënisten bij hen komen werken. Er is een tekort aan tandartsen, waardoor ze met enorme wachtlijsten zitten. Maar dat de financiering nog niet rond is, is daarbij wel lastig.”
Wat niet meehelpt is dat er verkiezingen zijn geweest en dat er nog geen nieuwe regering is. Er worden nu vooral lopende zaken afgehandeld. “We hopen dat de minister toch nog het initiatief zal nemen. Ook een cao is er nog niet. Maar eerst moet de financiering er komen, daarna volgt de rest.”

Curriculumverandering

Met de eerste afgestudeerden die in de praktijk gaan werken wordt het ook tijd voor aanpassing van het curriculum van de opleiding. “Tijdens de drie jaar dat we bezig zijn, zijn er wel al veel wijzigingen in de opleiding aangebracht, maar nu zijn we gestart met de fundamentele doorlichting van ons eigen curriculum. We willen weten wat de tekorten in de opleiding zijn en hoe we deze kunnen verbeteren. Aan het einde van de opleiding hebben we verschillende afstudeeropdrachten, een praktijkexamen en een bachelorproef. Daar hebben we telkens buitenlandse mondhygiënisten aan gekoppeld en gevraagd om feedback, ook van mondhygiënisten die het wetenschappelijke traject van bijvoorbeeld de Nederlandse hogescholen kennen. Dat is heel belangrijke input voor ons. Daarnaast vragen we aan de studenten wat er verbeterd kan worden. Drie studenten, die parttime gaan werken om praktijkervaring op te doen, gaan ons helpen nadenken over de curriculumverandering”.

Beroepsvereniging BBM

De nieuwe mondhygiënisten staan er niet alleen voor als ze het voor België nieuwe beroep gaan uitoefenen. Er is een alumniwerking en een beroepsvereniging: de Belgische Beroepsvereniging voor Mondhygiënisten (BBM). Deze is opgericht door vijf studenten uit Gent en vijf studenten uit Leuven. De beroepsvereniging gaat ook de nascholing bekijken. “Maar ook wij als hogeschool gaan ons daar mee bezig houden. Dat is sowieso een van onze taken. We willen ook dat de link tussen de opleiding met de afgestudeerden en de beroepsvereniging heel sterk blijft.”

Internationaal congres

De Arteveldehogeschool blijft actief betrokken bij de ontwikkelingen in het vakgebied. “In september zijn we medeorganisator van het congres van de European Association of Dental Public Health (EADPH), dat dit keer in Gent wordt gehouden. De beroepsvereniging zal daar ook een stand krijgen, zodat ze meer naamsbekendheid krijgt.”

Interview door Yvette in ’t Velt met Thekla Roose, coördinator bachelor in de mondzorg van de opleiding op de Arteveldehogeschool te Gent.

 

 

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Opinie, Scholing, Thema A-Z
weigeren - accepteren

Schrap- en verbeteragenda mondzorg aangeboden aan VWS

Op 11 juli werd de schap- en verbeteragenda voor de mondzorg van (Ont)regel de Zorg aangeboden aan het ministerie van VWS. In deze schrap- en verbeteragenda staan negen regels die geschrapt of verbeterd worden om ervoor te zorgen dat tandartsen minder tijd kwijt zijn aan administratie en meer tijd overhouden voor hun patiënten.

Voor de schrap- en verbeteragenda werken tandartsen, het ministerie van VWS, toezichthouders, zorgverzekeraars en andere belanghebbenden in de mondzorg samen. In de agenda zijn bijvoorbeeld regels overgenomen voor:

  • Aanvragen van machtigingen bij zorgverzekeraars
  • Aanvragen van machtigingen voor röntgenopnamen
  • Contact over onjuiste declaraties
  • Prijslijst van tandtechnische prestaties
  • Invullen risico-inventariastie en -evaluatie
  • Opgeven van de reden bij restauratie en kronen
  • Verplichte invulvelden in het patiëntendossier
  • Stickeren van steriele instrumenten

Minister Bruno Bruins zei over de agenda: “Goed dat de KNMT dit initiatief heeft genomen. Elke overbodige regel die geschrapt kan worden waardoor er meer tijd beschikbaar is voor de patiënt, juich ik toe. Ik ben benieuwd wat over pakweg een jaar het effect zal zijn van de agenda in de dagelijkse praktijk. Ik kijk uit naar de ervaringen van zorgverleners en patiënten”, schrijft de KNMT op haar website.

De KNMT is initiatiefnemer van de schrap- en verbeteragenda voor de mondzorg en sloot aan bij het landelijke programma (Ont)Regel de zorg, een initiatief van het ministerie van VWS.
In een onderzoek onder meer dan 400 tandartsen werd bekeken welke regels zij onnodig of niet goed werkbaar vonden. In drie sessies, waaraan tandartsen, zorgverzekeraars, toezichthouders, het ministerie van VWS en Patiëntenfederatie Nederland deelnamen, werden deze regels uitvoerig besproken en bleven er negen over die nu op de agenda staan die komende tijd worden verbeterd of geschrapt.

Bekijk een PDF waarin de negen schrap- en verbeterpunten zijn opgenomen. 

Bron:
KNMT

Lees meer over: Kennis, Kwaliteit
Omgaan met neppe negatieve Google recensies

Omgaan met neppe negatieve Google recensies

Online recensies spelen een grote rol in de hedendaagse digitale wereld en kunnen een grote rol spelen in het keuzeproces van potentiële klanten. Ook de meeste tandartspraktijken zullen regelmatig te maken krijgen met zowel positieve als negatieve als neppe recensies. In dit artikel wordt toegelicht waarom het raadzaam is om op beiden te reageren en hoe dit het beste kan worden gedaan.

Neppe negatieve recensies

Ook al kan het lastig zijn, het is erg belangrijk dat klachten die in recensies worden gegeven goed worden afgehandeld. Dit wordt echter nog lastiger op het moment dat een recensie wordt achtergelaten door iemand die niet daadwerkelijk klant is bij de praktijk. Helaas gebeurt dit vaker dan het geval zou moeten zijn en kunnen een aantal mensen die hun tijd verdoen met het plaatsen van neppe negatieve recensies veel kwaad aanrichten voor het online imago van bijvoorbeeld een tandartspraktijk.

Markeren als ongepast

Indien er met dergelijke neppe recensies niet goed wordt omgegaan, of als deze simpelweg worden verwijderd, kan dit negatieve effecten met zich mee brengen. Om goede met deze recensies om te gaan is het slim om als eerste te kijken wat precies wel en niet is toegestaan bij Google recensies. Bij discutabele recensies kan deze worden gemarkeerd als ongepast, door bij de recensie op de drie puntjes recht bovenin de recensie te klikken, en hier ‘Markeren als ongepast’ te selecteren.

Direct reageren op de juiste manier

Hiernaast is het raadzaam om direct te reageren op de recensie. Indien de recensent zeker geen patiënt is bij de praktijk is het belangrijk dat dit duidelijk wordt in de reactie, zowel voor de recensent als voor eventuele mensen die het bericht lezen. Vijf voorbeelden van slimme reacties op neppe negatieve recensies zijn als volgt:

  1. Bedankt voor de feedback. We hebben ons systeem gecheckt en zien dat u geen patiënt bent bij onze praktijk. U bent meer dan welkom om eens langs te komen!
  2. Wij vinden het erg belangrijk om al onze patiënten goed te kennen en weten daarom dat we u nog nooit hebben gezien. Wij verzekeren al onze patiënten van zorg en behandelingen van de hoogste standaard. Twijfel daarom niet om met ons in contact te komen om dit zelf te ervaren.
  3. Heel jammer om te zien dat u negatieve feedback heeft achtergelaten zonder onze diensten zelf te hebben ervaren. Bekijk bijvoorbeeld eens onze vijf sterren recensies om een idee te krijgen van het aantal blije patiënten dat onze praktijk verlaat.
  4. Wij vinden het oprecht heel belangrijk wat onze patiënten vinden van onze praktijk maar zien dat uw recensie niet oprecht is. Laten we alleen maar authentieke recensies plaatsen om anderen te kunnen inspireren!
  5. Weet u zeker dat u het over onze praktijk heeft? Het lijkt er namelijk op dat u tot op heden niet bij ons langs bent geweest. Aangezien we de ervaringen met onze praktijk graag laten definiëren door de mensen die hier daadwerkelijk ervaring mee hebben zouden we het fijn zijn als u kunt checken of u aan het juiste adres bent.

Balans tussen positief en negatief

Al met al is het niet erg om zo nu en dan een negatieve recensie te ontvangen, zolang deze maar goed worden behandeld en in balans zijn met het aantal positieve recensies. Hiervoor is het slim om naast in de praktijk ook te proberen om digitaal de relatie met patiënten goed te onderhouden. Op deze manier kunnen recensies juist een goede online marketing tool zijn die helpen met opbouwen van een stabiele online basis voor de toekomst.

Bron:
Dentistry.co.uk

Lees meer over: Communicatie, E-health, Kennis, Ondernemen

KNMT doneert cheque aan DHIN voor preventie in lagelonenlanden

Dental Health International Nederland (DHIN) ontving onlangs van de KNMT een cheque ter waarde van 18.000 euro voor het project ‘Brush, Wash and Smile’. Dit is het nieuwe project waarmee DHIN kinderen in lagelonenlanden op school aanleert hun tanden te poetsen en hun handen te wassen.
KNMT-voorzitter Wolter Brands overhandigde de check aan Ineke van Lent, secretaris van Dental Health International Nederland (DHIN) (foto).

Tandheelkunde wereldwijd

Vrijwilligers van DHIN zorgen er wereldwijd al meer dan veertig jaar voor dat er basis mondzorg kan worden verleend. In de beginperiode distribueerde de vrijwilligersorganisatie overtollige apparaten en instrumentarium wat inmiddels is uitgegroeid naar het faciliteren van tandheelkunde in breder verband.

Minder schoolverzuim door mondverzorging en hygiëne

De boodschap van het nieuwe project ‘Brush, Wash and Smile’ is simpel: hoe meer kinderen in lagelonenlanden leren om twee keer per dag hun tanden te poetsen met fluoridetandpasta én na toiletgebruik en voor het koken en eten de handen te wassen, hoe minder kinderen op school uitvallen. Uit onderzoek blijkt dat bij kinderen in lagelonenlanden de helft minder schoolverzuim optreedt als ze hun tanden poetsen en hun handen wassen.

Preventie is de toekomst

DHIN-secretaris en oud-tandarts Ineke van Lent is blij verrast met de extra gift van de KNMT. “Deze donatie van de tandartsen in Nederland gaat heel goed terecht komen. Preventie is de toekomst, zeker als je bedenkt dat er nog steeds landen zijn waar mensen soms overlijden aan complicaties als gevolg van problemen in de mond. Ik heb het zelf recent nog gezien in Sierra Leone. Ze hebben daar 8 tandartsen op 8 miljoen mensen! Je kunt het je nauwelijks voorstellen maar er zijn nog kinderen die nog nooit een tandenborstel gezien hebben of zeep gebruikt. En daar willen wij wat aan doen met ‘Brush, Wash and Smile’.”

Steun in de rug

KNMT-voorzitter Wolter Brands: “De KNMT draagt DHIN al jaren een warm hart toe en weten wat de vrijwilligers kunnen betekenen voor mensen in landen waar de mondzorg minder goed geregeld is dan hier. Met de extra donatie hopen we ook het project ‘Brush, Wash and Smile’ een flinke steun in de rug te geven.”

Lees meer over: Kennis

Mondhygiënist is een prachtig beroep!

Samen hebben ze honderdvijftig jaar ervaring in de mondzorg. Vijf mondhygiënisten vertellen dertig jaar na hun afstuderen aan de Hogeschool van Utrecht over hun opleiding en werkervaring. Hoe kijken zij aan tegen de rol van mondhygiënist in het huidige werkveld?

Dertig jaar na afstuderen

Ze begonnen hun opleiding in 1987 in het gebouw van de studie Tandheelkunde in Utrecht, maar na het eerste jaar verdween die studie uit Utrecht en verhuisde de opleiding tot mondhygiënist naar de Hogeschool van Utrecht (HU). In 1989 studeerden ze af. Nu is het dertig jaar later; op 29 juni hielden ze een reünie. dental INFO sprak met vijf van de afstudeerders van dertig jaar geleden: Yvonne Buunk-Werkhoven, Elice van Berkel, Claudy Ennik-Peeters, Luke Lunter en Jacoline Baggerman-de Waal.

Divers werkveld

Het blijkt hoe divers het werkveld van een mondhygiënist is, als je ziet waar de vijf afgestudeerden van 1989 zijn terechtgekomen. Yvonne doet toegepast wetenschappelijk onderzoek: “Als onafhankelijk gedragswetenschapper (gepromoveerd sociaal psycholoog en mondhygiënist) en adviseur ben ik (inter)nationaal betrokken bij promotie- en preventiemaatregelen, voorlichting en gedragsverandering op het raakvlak van de gezondheidspsychologie en de preventieve mondzorg.”
Elice heeft jarenlang als mondhygiënist in de solopraktijk van haar partner gewerkt. Sinds die drie jaar geleden is verkocht aan een jonge tandarts is ze met vervroegd pensioen.
Claudy is na haar afstuderen gelijk bij een orthodontist gaan werken. En dat doet ze nog steeds, niet meer bij dezelfde overigens. Daarnaast werkt ze sinds een jaar een dag in de maand in de ouderen(mond)zorg: “Erg schattig om te doen, maar ook heel erg nodig!”
Jacoline werkt als praktijkmanager en Luke als officemanager in een tandheelkundige praktijk. Zij kan door een blessure niet zelf meer aan de stoel werken en ondersteunt nu de tandarts met het aansturen het team, bestaande uit tandartsassistentes, preventieassistente en mondhygiënist. Daarnaast houdt ze zich bezig met aligners. Ze is daar erg enthousiast over en heeft begin dit jaar een website gemaakt voor de behandeling met aligners.

Akademie voor mondhygiëne

Alle vijf zijn ze positief over hun opleiding aan de ‘Akademie voor mondhygiëne’. De onderlinge sfeer was erg goed. Doordat de opleiding maar twee jaar duurde was het wel een overvol programma. Het jaar daarna werd de opleiding uitgebreid naar drie jaar. Yvonne vertelt: “Het eerste jaar samen met de studenten tandheelkunde was top en is de basis geweest voor mijn visie op samenwerken. Het tweede jaar was bijzonder, omdat de kliniek bij de Hogeschool nog niet gereed was en we de klinische vaardigheden bij tandartsen in de regio moesten uitvoeren. Ook hadden we op zaterdagochtend practica röntgenologie.” Claudy vond het tweede jaar in het hogeschoolgebouw wat minder: “De opstelling naar studenten toe was erg ‘schools’ en niet gelijkwaardig.”

Verwachtingen

De verwachtingen die ze na het afronden van hun studie hadden zijn voor Jacoline, Luke en Claudy zeker uitgekomen. Zij zijn nog steeds met plezier in hun beroep aan het werk. Claudy: “Ik heb nooit iets anders willen doen. Rond mijn veertigste gingen veel vriendinnen omscholen, maar ik vind het nog steeds erg leuk.”
Bij Elice zijn haar verwachtingen niet helemaal uitgekomen. Zij ging bij haar partner in de tandartspraktijk werken. Ze vertelt: “In 1989 was de bekendheid met parodontologie bij de tandartsen, waaronder ook mijn partner, zeer gering. Hun opleiding was gericht op restaureren. Cariës was het enige probleem. Daarbij waren de patiënten ook sceptisch over de mondhygiënist. Het was nog zo nieuw. Waarom moet dat ineens, was hun reactie. Dat vroeg om een goede uitleg van de tandarts. Mondjesmaat kwam de bewustwording in de loop der jaren.”
Yvonne had geen concrete verwachtingen. Ze besloot al snel niet fulltime te gaan werken, maar een baan als mondhygiënist te combineren met studeren en reizen. Ze studeerde psychologie, werkte als docent bij de opleidingen tandheelkunde en mondhygiëne in Groningen, deed promotieonderzoek en was gedetacheerd bij een forensisch psychiatrisch ziekenhuis (Tbs-kliniek).

Rol van de mondhygiënist in het huidige werkveld

Met al hun ervaring hebben de vijf een duidelijke mening over de rol van de mondhygiënist in het huidige werkveld. Yvonne vindt de huidige ontwikkelingen zorgelijk:

“Een gezamenlijke visie op mondzorgbeleid en praktisch handelen mis ik. Onderlinge afstemming in wie welke zorg biedt, blijkt evenmin duidelijk of gelijkwaardig.”

Elice, Claudy en Jacoline wijzen op de preventieve taak van mondhygiënisten. Elice: Ik zie de rol van mondhygiënist als voorlichting gevend over mondgezondheid en het doen van gebitsreiniging. Boren vind ik persoonlijk NIET iets voor de mondhygiënist. Laat dat bij de tandarts, denk ik.” Graag zou ze zien dat er geld vrijkomt voor voorlichting aan de basis van het leven: bij de zwangere vrouw, het zuigelingenbureau, de basisschool, in de PABO-opleiding en voor verpleegkundigen. “Uiteindelijk zal dan de gezondheidszorg goedkoper worden.”
Claudy is het daarmee eens: “Ik hoop dat de mondhygiënisten vooral hun preventieve taak niet laten verslonzen. Ik denk dat de aandacht nu vooral uitgaat naar (be)handelen, omdat daar meer geld mee te verdienen valt. Met voorlichting op bijvoorbeeld scholen, opleidingen van verzorgenden en verpleegkundigen zou je een hele grote groep snel kunnen bereiken.” Volgens Jacoline is er voldoende werk voor de mondhygiënist op het gebied van preventie, paro en ortho-behandelingen. Ze geeft als tip: “Schoenmaker blijf bij je leest”.
Luke ziet een tweedeling in mondhygiënisten: “Er is een groep die net zo enthousiast en bevlogen is als wij. Zij stellen het belang van de patiënt centraal en scholen zich voortdurend bij. Daarnaast is er een groep die vooral wil boren en al snel tevreden is met zijn/haar kunnen en kennis.”

Toenemende vraag naar mondhygiënisten

Elice, Claudy, Luke en Jacoline denken dat de vraag naar mondhygiënisten de komende jaren zal blijven toenemen. Volgens Elice willen mensen tegenwoordig zelf graag naar de mondhygiënist, omdat ze mondbewuster zijn geworden. Claudy verwacht dat door het tekort aan tandartsen de (half)jaarlijkse controles en primaire vullingen helemaal door een mondhygiënist gedaan gaan worden en dat de tandarts dan de meer specialistische curatieve behandelingen doet. Luke benadrukt het belang van een gezonde mond:

“Ook uit studies blijkt steeds weer opnieuw hoe belangrijk een gezonde mond is. Een gezonde mond draagt in grote mate bij aan de preventie en een beter behandelresultaat van uiteenlopende (chronische) ziektebeelden.”

Yvonne vraagt zich af of de vraag naar mondhygiënisten daadwerkelijk is toegenomen, of dat het een organische ontwikkeling is. Volgens haar zou een adequate zorgverdeling (aanbod en afstemming op doelgroepen) een transparant beeld kunnen bieden, waarna er een betere inzet van krachten en zorgaanbod kan worden bewerkstelligd.

Taakherschikking

Over het experiment van de taakherschikking zijn ze geen van allen erg enthousiast. Yvonne: ”De tijd zal het leren. Ik vind het een vreemde move en kan de koers van de overheid, NVM-mondhygiënisten en de opleidingen Mondzorgkunde niet geheel steunen. In internationale contacten heb ik veelal het idee, dat ik me moet verantwoorden voor de ingezette mondzorgkoers in Nederland, en soms ervaar ik plaatsvervangende schaamte.”
Elice vindt boren niet bij een mondhygiënist passen en Jacoline zegt:

“Restauraties passen niet in het profiel van de mondhygiënist. We zijn niet voldoende opgeleid en hebben te weinig ervaring en routine. Waarom deze verandering? Ik verwacht dat er nog veel mis zal gaan op dit gebied.”

Luke vindt het takenpakket van de mondhygiënist groot genoeg en heeft geen behoefte aan een taakherschikking. Ze vindt het voor de patiënt niet duidelijk als er een gedeeltelijke overlap is bij verschillende behandelaren. “Daarnaast vind ik het jammer dat er eilandjes ontstaan en zie ik liever een intensievere interdisciplinaire samenwerking. Met respect voor elkaars expertise, zo heb ik het ook altijd zelf ingevuld en ervaren.”
Claudy is iets positiever: “Als men een gedegen opleiding krijgt, is het goed te doen. Maar wie controleert of je door de juiste persoon behandeld wordt?” Ze pleit er voor dat de titel van mondhygiënist beter beschermd wordt: “Nu al weten patiënten door alle (preventie)assistenten, assistenten-plus, mondhygiënisten, mondzorgkundigen niet meer wie waarvoor is opgeleid en wie er dan welke verrichtingen mag doen.”

Plannen

Wat hun plannen voor de komende jaren zijn? Elice is al gestopt met werken en ook Jacoline zal over een poosje het stokje overdragen, maar blijft tot die tijd nog bezig als praktijkmanager. Luke wil binnen haar praktijk de behandeling met aligners organisatorisch opzetten en ondersteunen. Claudy is tevreden met hoe het nu gaat. Ze wil misschien wel een dag per week bij de ortho inwisselen voor de ouderenmondzorg, en ooit nog eens in een schisisteam aan het AMC of VU-ziekenhuis in Amsterdam werken. Ook Yvonne wil gewoon verder waarmee ze nu bezig is: “Internationaal gezien heb ik met mijn toegepast wetenschappelijk mondzorgonderzoek school gemaakt. Ik zal mijn expertise en ervaringen vooral blijven uitdragen (samenwerken en publiceren) onder het motto ‘Pas als je kunt delen, kun je vermenigvuldigen’. Reizen is hiervan een onderdeel, dus je hoort mij niet klagen…”

Tips voor beginnende collega’s

Als afsluiting vroegen we de zeer ervaren mondhygiënisten om tips voor hun beginnende collega’s. En tips hadden ze! Yvonne: “Doe vooral wat je leuk vindt; zorg dat je natuurlijke talenten en persoonlijke passie volledig tot uiting komen; blijf nieuwsgierig en ontdekken en geniet vooral van het leven!” Elice: “Volg je hart en doe het!” Claudy: “Probeer veel verschillende werkvlakken uit. Ligt je interesse in de paro, zorg dan dat je basis goed is. Begin in een paro-praktijk en daarna pas in de algemene praktijk of als zelfstandige. Je moet namelijk nog heel veel leren in de praktijk.”
Jacoline: “Blijf kritisch op jezelf, werk netjes, collegiaal en streef naar voldoende aandacht voor de patiënt. Je zult zien dat je op deze manier heel veel voldoening uit je werk haalt!” En tenslotte Luke: “Het is een prachtig beroep! Hou je passie vast en blijf je vooral door bij- en nascholing verder ontwikkelen!”

Interview door Yvette in ‘t Velt

 

 

Lees meer over: Kennis, Opinie, Thema A-Z
‘De tandtechniek heeft ingeboet aan kwaliteit’

Kraak de code: hoe gaan mensen hun mondgezondheid belangrijk vinden?

Tijdens het SCEM-symposium Mondzorg bij het kind IX sprak Dagmar Vriends onder de titel ‘Kraak de code’ over motiverende gespreksvoering. Op welke manier kun je mensen aanzetten tot gedragsverandering, bijvoorbeeld om hun mond beter te verzorgen? Hierbij een verslag van haar presentatie

Mensen in beweging krijgen

De presentatie begon met een filmpje, waarin iemand heel hard om hulp riep. Wat bleek het geval? De roltrap stond stil… De meeste problemen zijn makkelijk op te lossen door zelf in beweging te komen. Hoe krijg je mensen in beweging vanuit een interne motivatie zonder te manipuleren? Dat was de vraag die centraal stond in de presentatie.

Externe versus interne motivatie

Een van de manieren om mensen in beweging te krijgen is via externe prikkels. Maar als de externe prikkel verdwijnt, verdwijnt ook de goede gewoonte. Zo is het krijgen van een flossdraad een soort ‘Oprah-Winfrey-momentje’. Je patiënt gaat hier wellicht enkele dagen enthousiast mee aan de slag. Maar dit enthousiasme verdwijnt. Daarom is de vraag hoe je iemand intern gemotiveerd krijgt in plaats van extern. Hoe zorg je ervoor dat mensen zelf hun gebit echt belangrijk gaan vinden?

Bedenk zelf eens wanneer je iets bent gaan doen wat je in eerste instantie niet wilde doen. Waarom ben je het gaat doen? Wat heeft je gemotiveerd? Zo houd je misschien helemaal niet van sporten, maar ben je gemotiveerd geraakt omdat je spieren moest krijgen omdat je rugpijn kreeg. Motivatie bestaat uit:

  • wens;
  • mogelijkheden;
  • redenen;

De code

Het interessante is dat voor iedereen motivatie anders is, dat is zijn code. De een heeft een wens en doet het gelijk en een ander heeft tien redenen. maar doet het niet. Je kent vast ook patiënten die redenen genoeg hebben om hun gedrag aan te passen, maar het niet doen. Of waarbij het zelfs noodzakelijk is, maar er niks gebeurt. Deze mensen hebben vaak het vertrouwen niet dat het gaat lukken of ze hebben de mogelijkheden niet. Zo kan het gebeuren dat mensen die dreigen dood te gaan doordat ze roken, toch niet stoppen met roken, zelfs artsen. Niet omdat ze niet willen, maar omdat ze ervan overtuigd zijn dat ze het niet kunnen. Deze code kun je kraken door goed te luisteren.

Stop met overtuigen

We vragen onze patiënten constant om iets te doen wat ze niet gewend zijn. Dat voelt oncomfortabel. Dus je hoeft ze niet meer te overtuigen van het nut. Mensen veranderen niet door wat andere mensen zeggen, maar door wat ze zelf bedenken en door wat ze zelf zeggen. “Als de tandarts tegen mij zegt dat het beter is om twee keer tanden te poetsen, dan zeg ik nee. Ik poets maar een keer per dag, maar heb geen gaatjes. Maar als ik mezelf hoor zeggen dat mijn kinderen wel eens klagen dat ik niet fris ruik, dan raak ik gemotiveerd. Als je me dat laat zeggen, dan trek je mijn triggers open.” Ontlokken van verandertaal van de patiënt is een van de belangrijkste dingen die je moet doen in een motiverend gesprek.

Ontlok verandertaal

Hoe ontlok je verandertaal bij mensen? Door open vragen te stellen, te reflecteren en te bekrachtigen. Door het Google-brein te gebruiken. Iedereen heeft een Google-brein. Stel bijvoorbeeld de vraag: “Hoe belangrijk is het voor je en geef een dit een cijfer.” Vraag dan niet waarom die 8 geen 9 is, maar speel met de cijfers. Vraag juist hierbij waarom het geen 6 is. Dan krijg je al het positieve te horen in plaats van al het negatieve. Vraag naar oplossingen in plaats van problemen. Dus als iemand je vertelt dat ze in elk geval wel een keer daags poetsen, omdat ze dat belangrijk vinden, vraag dan waarom ze dat zo belangrijk vinden. En vraag toestemming of je mag meedenken.

Omzeil weerstand

Mensen zijn eigenlijk altijd bereid om te veranderen. De een natuurlijk wel veel meer dan de ander. Ze staan hierbij voor de keuze om wel of niet te veranderen. Die twijfel is er continu. Zo wil men graag afvallen, maar ook heel graag lekker chocola eten. Deze mensen vinden zichzelf al een ‘loser’ omdat ze niet trouw naar de sportschool gaan, dus dat hoef je er niet meer in te wrijven. Als je dat gaat doen, dan zet je enkel de patiënt in de weerstand. Je pusht als je probeert te overtuigen. Neem patiënten serieus in wat ze te vertellen hebben door te herhalen wat ze zeggen en stel vervolgens een vraag. Dus bijvoorbeeld: “Wat ik zie, is tandplak en ik maak me er zorgen over.” De patiënt reageert met: “Maar dat hoeft niet, want…” Je kunt reageren met: “U vindt dat het goed gaat en maakt zich geen zorgen om de hoeveelheid tandplak!” Hiermee zorg je dat de patiënt het zichzelf gaat afvragen. Vraag vervolgens of je iets mag vertellen vanuit je expertise.

Wat kun je vanaf morgen doen?

  1. Stop met overtuigen.
  2. Ga van adviseren naar motiveren; onderzoek de ambivalentie.
  3. Kraak de code: wens, mogelijkheden, reden en noodzaak.
  4. Stel bewust vragen, maak gebruik van het Google-brein.
  5. Laat het de ander zeggen!

Dagmar Vriends is eigenaar, hoofdtrainer en -coach van Siss trainingen. Zij is gecertificeerd trainer in Agression Replacement Training (ART), Trainer Huiselijk Geweld (BORG), Cognitieve Vaardigheden (CoVa), Cognitieve Vaardigheden voor mensen met een licht verstandelijke beperking (CoVa+), Sociale Vaardigheden (SoVa) en Gedragstrainer.

 Verslag door Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist, voor dental INFO van de lezing Kraak de code – De volgende stap in motiverende gespreksvoering van Dagmar Vriends tijdens het SCEM-symposium Mondzorg bij het kind IX.

Lees meer over: Communicatie patiënt, Congresverslagen, Kennis, Thema A-Z
Virtual reality in plaats van leerboeken voor tandheelkunde studenten

Virtual reality in plaats van leerboeken voor tandheelkunde studenten

Hoewel tandheelkundige illustraties in handboeken nuttig zijn, bereiken ze hun limiet vanwege het 2D formaat. Aan de universiteit van San Francisco (UCSF), Californië, kunnen studenten zich daarom tijdens hun studie onderdompelen in de wereld van de tandheelkunde via Virtual Reality.

Simuleren

Virtual Reality wordt al lang gebruikt voor vliegtuigsimulatoren, maar ook steeds vaker voor het simuleren van natuurlijke werkprocessen en in de entertainment media. In deze laatste sector worden er VR-brillen gebruikt om de realiteit met virtualiteit te combineren.

Tastbaar onderzoek

De UCSF heeft deze technologie aan hun studenten voorgesteld om het leren tastbaarder te maken. In plaats van het vaste bovenaanzicht in de tekstboeken kunnen studenten de 3D-technologie gebruiken om zo alle aspecten van de mond te bestuderen.

Ontwikkeling

De 3D-tandatlas is ontwikkeld door het Amerikaanse bedrijf eHuman. Het leermiddel bevat 550 verschillende tandmodellen en bestrijkt zo een breed scala van verschillende pathologen van mogelijke patiënten.

Verdieping

De tandmodellen kunnen in elke richting worden bewogen. Tevens kunnen de buitenste lagen worden verwijderd. Op deze manier kunnen ze de tandanatomie van dichtbij bekijken, zelfs als een tandarts dat normaal niet doet.

Uitvoering

Voor de concrete uitvoering hebben de studenten alleen hun smartphone en een eenvoudige kartonnen bril nodig. De software wordt beheerd door de docent.

 

Bron:
University of California San Francisco

Lees meer over: Kennis, Scholing
vragenlijst

KIMO onderzoek: Welk onderwerp voor twaalfde Klinische Praktijk Richtlijn?

Het KIMO heeft de KNMT gevraagd via een peiling te onderzoeken over welk onderwerp de twaalfde Klinische Praktijk Richtlijn (KPR) zou moeten gaan. Het programma van het Kennisinstituut Mondzorg (KIMO) bestaat uit de ontwikkeling / instroom van twaalf klinische praktijkrichtlijnen. Voor de twaalfde – en laatste – richtlijn van dit programma was nog geen onderwerp gekozen.

De KIMO-leden (ANT, FTWV en KNMT) hebben gevraagd om voor de keuze van dit onderwerp een vragenlijst uit te zetten onder mondzorgverleners. De Richtlijn Advies Commissie (RAC) van het KIMO heeft hiervoor een selectie van 10 onderwerpen gemaakt – op basis resultaten van een eerder onderzoek – waarover mondzorgverleners meer kennis en/of praktische adviezen zouden willen hebben.

Onderzoek KIMO onder 1.500 mondzorgverleners

De vragenlijst wordt nu door de KNMT uitgezet onder 1.500 mondzorgverleners, ad-random gekozen uit de ANT (400), KNMT (700), NVM-mondhygiënisten (300) en ONT (100) aangeleverde gegevens. De onderzoeksdeelnemers kunnen één onderwerp uit de lijst van tien onderwerpen kiezen. Het onderzoek start deze week en eindigt in de eerste week van juli 2019. Het KIMO ontvangt daarna de geanonimiseerde uitkomsten en zal de uitkomst van het onderzoek delen met mondzorgmedia.

Bron:
KIMO

Lees meer over: Kennis, Richtlijnen