electrische tandenborstel - poetsen

Top 10 elektrische tandenborstels

De Consumentenbond onderzocht elektrische tandenborstels en beoordeelde gebruiksgemak, oplaadtijd en de type borstels (sonisch of roterend).

Top 10 elektrische tandenborstels
1. Oral-B Triumph IQ 5000/D345455X. Prijs: €150
2. Philips Sonicare DiamondClean HX9332. Prijs: € 180
3. Oral-B Professional Care 500 Floss Action. Prijs: € 40
4. Philips Sonicare HealthyWhite HX6730/02. Prijs: € 80
5. Oral-B Professional Care 500 Precision Clean. Prijs: € 45
6. Philips Sonicare FlexCare+ HX6972/10. Prijs: € 130
7. Oral-B Vitality Precision Clean/D12.513PC. Prijs: € 30
8. Philips Sonicare CleanCare HX5350/02. Prijs: € 30
9. Oral-B Pulsonic S26.523. Prijs: € 100
10. Kruidvat UltraDent Power. Prijs: € 12

Lees meer over de details van het onderzoek

Bron:
Consumentenbond
RTL

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
glas, water

Waarom er geen fluoride in ons drinkwater zit

In 1946 werd drinkwaterfluoridering aangedragen als de oplossing van de ziekte cariës. Dit leek eerst een groot succes, maar tegenwoordig heeft niemand het er meer over. Hoe kan dat?

Dr. Dennis Edeler schreef een proefschrift over de drinkwaterfluoridering in Nederland gedurende 1946-1976. Waarom hebben we nu geen fluoride in het drinkwater terwijl de werking wel bewezen is? Op het najaarscongres van de Nederlandse Vereniging voor Kindertandheelkunde op 8 oktober 2011 presenteerde Edeler zijn proefschrift.

Amerika
Duitsland was sinds de negentiende eeuw het voorbeeld voor de Nederlandse gezondheidszorg. Maar na de Tweede Wereldoorlog kwam daar verandering in. In Amerika deed men reeds experimenteel onderzoek met het toevoegen van fluoride aan het drinkwater. De testresultaten in de Nieuwe Wereld genereerden een cariësreductie van 60%. De Gezondheidsraad in Nederland wilde kijken of de testresultaten uit deze Amerikaanse onderzoeken ook van toepassing waren op de Nederlandse situatie. Hieruit vloeide voort de in Tiel en Culemborg opgezette clinical trial.

De geringe hoeveelheid fluoride die van nature in het Nederlandse water zit, werd kunstmatig verhoogd tot 1,2 ppm. De resultaten waren na zesenhalf jaar vergelijkbaar met de onderzoeken in de Verenigde Staten. Het volksgezondheidsprobleem dat cariës heette kon niet langer wachten op een oplossing. Zodoende adviseerde de gezondheidsraad om niet de vijftien jaar van het onderzoek af te wachten, maar vanaf 1960 het Nederlandse drinkwater te gaan fluorideren.

Negatieve houding
In de periode 1960-1968 werd mondjesmaat waterfluoridering toegepast. Zonder de Tweede Kamer in te lichten werd per gemeente gefluorideerd drinkwater toegestaan als men een ontheffing aanvroeg bij de minister van Sociale Zaken. Zo’n tweeënhalf van de tien miljoen Nederlanders consumeerde reeds gefluorideerd drinkwater in 1968. De verwachting was dat heel Nederland binnen korte tijd zou worden voorzien van drinkwaterfluoridering.

Echter de maatschappelijke veranderingen uit de jaren vijftig en zestig ten gevolge van de toenemende individualisering van de samenleving, het anders denken over collectieve gezondheidspreventie en een nieuwe politieke context, klonken ook door in het debat over de drinkwaterfluoridering. De negatieve houding van sommige burgers kwam vanaf 1968 pregnanter tot uiting. Zij organiseerden zich in diverse verbanden en brachten hun bezwaren steeds beeldender naar voren door middel van acties, protesten en juridische procedures.

Heftig debat
Een heftig debat volgde. Sommige gemeenten trokken hun aanvraag bij het ministerie van Sociale Zaken en Volksgezondheid in. Na een juridische procedure gaf de Raad van State de aanvechter gelijk; men heeft het recht om te kunnen kiezen tussen gefluorideerd en ongefluorideerd drinkwater. Deze voorwaarde kwam te staan in de nieuwe ministeriële beschikkingen. De stad Amsterdam – met toentertijd bijna een miljoen inwoners – gaf gehoor aan deze nieuwe voorwaarde door het instellen van vijf tappunten met ongefluorideerd drinkwater. Weinig mensen waren zich echter bewust van wat nu precies in die tankwagens met water zat.

Dodelijk
In 1973 bepaalde de Hoge Raad tevens dat de drinkwaterfluoridering een aparte wettelijke regeling behoefde. Drie jaar lang debatteerde de Tweede Kamer hierover. Een maand voordat plenair zou worden gestemd over het wetsvoorstel, stelde de Amerikaanse kankerdeskundige Dr. Burk dat gefluorideerd water schadelijk zou zijn voor de menselijke gezondheid en zelfs kon leiden tot de dood.
Zijn onderzoek was reeds lange tijd weerlegd, maar toch kon hij door middel van een televisie-interview een duidelijk stempel drukken op de meningsvorming in Nederland. Fluoride zou volgens Burk kanker veroorzaken. De Kamerleden voelden de publieke druk. Het Kamerdebat in 1976 resulteerde ten slotte in een intrekking van het wetsvoorstel om drinkwaterfluoridering in Nederland van een wettelijke basis te voorzien.

Onaantastbaarheid
Als afsluiting van de discussie over de drinkwaterfluoridering werd in 1983 het sociale grondrecht artikel 11 opgenomen in de constitutie. Dit artikel stelde dat eenieder het recht heeft, behoudens bij of krachtens de wet te stellen beperkingen, op de onaantastbaarheid van zijn lichaam. De jurisprudentie van de Raad van State en de Hoge Raad uit de jaren zestig en zeventig over de drinkwaterfluoridering lag hieraan ten grondslag.

En zo komt het dat wij na 1976 geen extra fluoride in het water meer hebben ter voorkoming van cariës en dat het onwaarschijnlijk is dat eventuele fluorideverhogingen in het drinkwater ooit nog door de Nederlandse overheid zullen worden uitgevoerd.

 

Bron:
Verslag van het najaarscongres 2011 van de NVvK

Door: Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

 

 

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Onderzoek
check

Onafhankelijkheid geneesmiddelenonderzoek in het geding

Door overheidssubsidies voor academische onderzoekers afhankelijk te maken van matching door het bedrijfsleven, komt volgens prof. Rongen de onafhankelijkheid van geneesmiddelenonderzoek in het geding.

Oratie
Prof. dr. Gerard Rongen, hoogleraar Translationeel Cardiovasculair Onderzoek
Datum vrijdag 16 maart 2012, 13.00 uur
Locatie Radboud Universiteit, Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2

Onafhankelijk academisch geneesmiddelonderzoek is van groot belang voor zowel de patiënt als het bedrijfsleven. Voorwaarden zijn uitwisseling van kennis en ongelimiteerde beschikbaarheid van stoffen die door de industrie worden ontwikkeld voor medische toepassing. Dat stelt prof. dr. Rongen, hoogleraar Translationeel Cardiovasculair Onderzoek in zijn oratie.

Onafhankelijkheid
Wetgeving is nodig om intellectueel eigendom te beschermen en vrije publicatie van onderzoeksgegevens te garanderen, zonder de financiële belangen van het bedrijfsleven te schaden. Geneesmiddelenonderzoek moet volgens algemeen geaccepteerde kwaliteitseisen worden uitgevoerd. Het met publieke middelen financieren van de benodigde infrastructuur waarborgt de onafhankelijkheid ten opzichte van de industrie.

Cultuur
Een goede onderzoekscultuur, geborgd door goed onderwijs in ethiek en de uitvoering van mensgebonden onderzoek, is nog belangrijker dan wetgeving. Helaas ontbreekt dit onderwijs nu nog in de meeste medische curricula.
Een recente ontwikkeling betreft de toekenning van grote overheidssubsidies voor academisch onderzoekers. Door dergelijke subsidies afhankelijk te stellen van matching door het bedrijfsleven komt volgens Prof. Rongen de onafhankelijkheid van geneesmiddelenonderzoek in het geding.

Curriculum Vitae
Prof. dr. Gerard Rongen (1965) is hoogleraar Translationeel Cardiovasculair Onderzoek bij het UMC St Radboud. Hij studeerde Geneeskunde in Nijmegen en specialiseerde zich op het gebied van vasculaire farmacologie van purines, lichaamseigen stoffen die van belang zijn bij de energiehuishouding van cellen en bij de regulatie van diverse celfuncties. Hij promoveerde in 1996 cum laude aan de Radboud Universiteit.
Rongen werkt sinds 2000 als internist en onderzoeker bij de afdeling Algemene Interne Geneeskunde en Farmacologie-Toxicologie van het UMC St Radboud. Aanvankelijk als KNAW-onderzoeker en vanaf 2007 als Established Clinical Investigator van de Nederlandse Hartstichting.
Rongen coördineert het onderzoeksthema cardiovasculaire ziekten binnen het Nijmegen Centre for Evidence Based Practice. Zijn wetenschappelijk onderzoek richt zich op cardiovasculaire farmacologie van purines en de farmacologische beïnvloeding van de weerbaarheid van cellen tegen zuurstoftekort zoals dat optreedt tijdens hartinfarct, herseninfarct of shock.

Bron:
UMC St. Radboud Nijmegen

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Gebit

Maand van de Gezonde Tanden in Gent

Tijdens de maand maart 2012 wil de Gezondheidsdienst in samenwerking met de Wijkgezondheidscentra, vzw Jong en de UGent de nadruk leggen op gezonde tanden bij kinderen. Omdat tandhygiëne erg belangrijk is bij die doelgroep worden er tal van acties gepland om kinderen en hun ouders te sensibiliseren om goed te poetsen en om één keer per jaar op tandartsbezoek te gaan.

Meer dan kwart kinderen poetst onregelmatig of nooit
De Belgische gezondheidsenquête heeft uitgewezen dat maar liefst een op de drie kinderen jonger dan veertien nog nooit naar de tandarts is geweest. Recente gegevens van de Gentse Universiteit toonden aan dat 18% van de Gentse kleuters last hebben van cariës of tandbederf. Meer dan een kwart van de kinderen poetst zeer onregelmatig of bijna nooit hun tanden.

Bij kinderen is het belangrijk om al vanaf het eerste tandje te poetsen. Kinderen zijn extra gevoelig voor gaatjes en zo worden hun tanden beschermd van bij het begin. Elke ochtend en avond 2 minuten de tanden poetsen is noodzakelijk. Een grondige poetsbeurt zorgt ervoor dat er geen gaatjes kunnen ontstaan. Poetsen op zich is belangrijk, het is niet noodzakelijk dure tandenborstels of tandpasta in huis te halen.

Eenmaal per jaar op tandartsbezoek
Een jaarlijkse controle bij een vaste tandarts wordt grotendeels terugbetaald door het ziekenfonds. De meeste behandelingen worden bovendien tot de leeftijd van 18 jaar volledig terugbetaald. De officieel vastgelegde tarieven kunnen opgevraagd worden bij het ziekenfonds. Wie van een verhoogde tegemoetkoming of een omnio-statuut geniet, betaalt minder remgeld en kan gemakkelijker de derdebetalersregeling aanvragen.

Acties tijdens ‘de Maand van de Gezonde Tanden’
In de Wijkgezondheidscentra zijn er vormingsmomenten over tandhygiëne met oudergroepen. Hier wordt gebruik gemaakt van het door henzelf ontworpen ‘Tandenspel’. Het spel is gemaakt voor ouders en kinderen die op een aangename manier meer willen te weten komen over de verzorging van de mond en over de tandarts.

Vzw Jong zal met haar kinderwerking en de spelotheken in de verschillende wijken het ‘Tandenspel’ spelen. Tevens zullen ze tijdens knutselmomenten tandzorg onder de aandacht brengen van de kinderen.

De Wijkgezondheidscentra en vzw Jong zullen ook tandenpakketjes verspreiden. Zo’n pakketje bevat een flyer met tandenpoets-tips, een tandenbortel en tandpasta. Lidl sponsort die actie door 5.500 tandenborstels te schenken voor de actie.

Op woensdag 4, donderdag 5 en vrijdag 6 april 2012 komt de tandmobiel van Glimlachen.be langs bij de verschillende speelpleinwerkingen. Een tandarts van de Universiteit Gent screent hierbij het gebit van de aanwezige kinderen.

Ook de Gentse tandartsen worden bij deze acties betrokken. Affiches in de wachtzalen moeten ouders eraan herinneren dat hun oogappels best al vanaf twee jaar op tandartscontrole gaan.

Samenwerking
‘De Maand van de Gezonde Tanden’ is een samenwerkingsverband tussen de Gezondheidsdienst Stad Gent, vzw Jong, de afdeling Maatschappelijke Tandheelkunde van UGent en de Gentse Wijkgezondheidscentra.

Informatie
E-mail: gezondheidsdienst@gent.be

Bron:
Gent.be

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis
Slechte adem

Stinkende adem, na zweetlucht, de grootste afknapper

Het is voor Nederlanders, na zweetlucht, dé grootste afknapper. Ondanks dat iedereen er wel eens last van kan hebben, heerst er nog altijd een taboe op slechte adem. Iemand anders er rechtstreeks op aanspreken durft namelijk bijna niemand, zeker niet als het om een onbekende gaat. Waar een slechte adem echt vandaan komt, weten maar weinig mensen.

Onderzoek
Kien Onderzoek vroeg ruim 1.000 Nederlanders in opdracht van CB12 naar de meest voorkomende oorzaak. Wat blijkt is dat nog geen 20% weet dat het met name stinkende zwavelgassen zijn die zorgen dat je uit je mond ruikt.

Ten onrechte wordt vaak gedacht dat slechte adem vooral wordt veroorzaakt door het eten van kruidig voedsel, maagproblemen en/of koffie drinken. Echter het probleem ligt voor 90% van de gevallen in de mond; bacteriën die stinkende zwavelgassen produceren. Iedereen heeft deze bacteriën, want ze zijn nodig voor het schoon en gezond houden van de mond.

Vooral last van collega
Vier van de tien Nederlanders van 16 jaar en ouder komen in ieder geval één keer per week mensen tegen in hun omgeving die een slechte adem hebben. Vooral mannen en werkenden geven aan wekelijks last te hebben van mensen met een slechte adem. Maar collega’s daadwerkelijk aanspreken op hun adem durft maar 45% van de ondervraagden te doen. In het geval van een leidinggevende is het nog lager, namelijk 30%. Opvallend is dat vrouwen nog minder dan mannen collega’s durven aan te spreken. Een enkeling geeft aan het liever per e-mail te doen dan persoonlijk.

CB12
Kien Onderzoek voerde het onderzoek naar Nederlanders en slechte adem uit in opdracht van CB12. CB12 is een mondverzorgingsmiddel dat direct en 12 uur lang een slechte adem voorkomt en behandelt. Kauwgum, mintjes en andere ademverfrissers maskeren slechts tijdelijk een slechte adem. CB12 pakt een slechte adem bij de bron aan. Het voorkomt de productie van zwavelgassen en gaat daarmee de onaangename geur tegen met behoud van de mondflora.

Bron:
Mylan Healthcare, a Viatris company

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Kennis, Onderzoek, Thema A-Z
regels

Strengere regels voedingsmiddelenreclame

Kinderen worden nog steeds bedolven onder reclame voor ongezonde levensmiddelen, daarom pleit de Consumentenbond ervoor dat de Tweede Kamer ingrijpt. De reclamecode die de levensmiddelenindustrie heeft opgesteld, werkt niet, zo concludeert de Consumentenbond na onderzoek.

94% reclame voor ongezonde producten
Uit onderzoek van de Consumentenbond in opdracht van het Ministerie van VWS blijkt dat ondanks de beloofde terughoudendheid door de industrie, kinderen gedurende de 10 maanden van het onderzoek via televisie (tussen 6.00 en 21.30) werden blootgesteld aan 212.227 voedingsmiddelenreclames. Hiervan waren er 34.521 overduidelijk specifiek gericht op kinderen; 94% daarvan was voor ongezonde producten. Bart Combée, directeur Consumentenbond: ‘Door de levensmiddelenindustrie, verenigd in de FNLI is een reclamecode opgesteld, maar zonder goede spelregels. Zo spreekt men van een verbod voor reclame voor levensmiddelen gericht op kinderen onder de 7 jaar, maar de belangrijkste reclamedrager het verpakkingsmateriaal is hier vreemd genoeg van uitgezonderd’.

Overdosis
Ook de voedingsmiddelenreclames voor kinderen op internet zijn vrijwel allemaal voor ongezonde producten. In de supermarkt is reclame via productverpakkingen vooral te zien op snoep. Die producten lagen meestal onderin of in het midden van het schap, op ooghoogte van jonge kinderen. De Consumentenbond strijdt al jaren voor een stop op reclame voor ongezonde producten gericht op kinderen tot 12 jaar, omdat het aantal kinderen met overgewicht elk jaar toeneemt.

Bron:
Consumentenbond

Mrt 2012

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis, Thema A-Z, Voeding en mondgezondheid
tandenknarsen

Relatie tandenknarsen en been beweging

Donderdag 8 maart 2012 verdedigde Jacques van der Zaag zijn proefschrift: Sleep Bruxism – Contemporary insights in diagnosis, etiology, and management.

Jacques van der Zaag over zijn onderzoek
“Ik heb in mijn onderzoek gekeken naar bruxisme en dat kun je eigenlijk vrij vertalen naar tandenknarsen en tandenklemmen. Tandenknarsen en tandenklemmen kun je zowel overdag doen als ‘s nachts, maar iedereen doet het. Slechts een kleine groep doet het overmatig veel en dat kan belangrijke consequenties hebben voor het gebit: je tanden en kiezen gaan kapot of slijten en je vullingen kunnen breken. En als dat zo is, moet je vaak uitgebreide behandelingen ondergaan om dat weer goed te krijgen. In mijn onderzoek heb ik gekeken naar alle aspecten van dit probleem: Waar komt het vandaan? En hoe komt het dat die kleine groep het zo vaak doet? Je hebt meestal vrij snel door dat mensen tandenknarsen, maar hoe kun je het vervolgens kwantificeren, dus heel precies meten? Daar heb ik ook naar gekeken.

Relatie met beenbeweging
Slaaponderzoek bleek het beste middel om het te registreren; dus heb ik per deelonderzoek – bij zo’n 20-25 patiënten – ’s nachts het tandenknarsen en tandenklemmen gemeten. De meest interessante uitkomst uit mijn onderzoek is wel dat tandenknarsen en tandenklemmen veroorzaakt wordt door een onwillekeurige bewegingstoornis van je kaken, en niet – zoals vaak gedacht – door de anatomie van je tanden en kiezen of stress. En wat ook interessant is: er blijkt een relatie te bestaan met andere onwillekeurige bewegingen die mensen ’s nachts maken, zoals beenbewegingen.”

Centraal gestuurd
“Dit onderzoek heeft zeker een maatschappelijk belang, omdat je nu weet dat tandenknarsen en tandenklemmen vanuit de hersenen centraal gestuurd wordt. Dat betekent dat je mogelijke therapie ook in die richting moet zoeken en je bijvoorbeeld medicatie erop kunt aanpassen. Want de medicatie die helpt tegen beenbewegingen blijkt bijvoorbeeld ook te helpen voor het tandenknarsen. Tandartsen kunnen nu dus gerichter naar een oplossing zoeken.”

Dichtbij
“In mijn eigen tandartspraktijk wordt ik vaak geconfronteerd met patiënten die kapotte of versleten tanden en kiezen hebben. Dat dit door het tandenknarsen en tandenklemmen komt, wisten we al. Maar hoe het ontstaat nog niet. Dit onderzoek is zo interessant, omdat we nu weten waardoor het tandenknarsen en tandenklemmen wordt veroorzaakt. Bovendien staat dit onderwerp heel erg dicht bij mijn eigen werk als tandarts. Laboratorium onderzoek is ook ontzettend belangrijk, maar ik vind het juist leuk om in een klinische omgeving mijn onderzoek te verrichten.“

Bron:
ACTA

 

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
spoelen

Expositie: Spoelt u maar…

Expositie: “Spoelt u maar…” Een eeuw tandheelkunde in beeld.

Aan de hand van originele apparatuur, oude prenten en foto’s krijgt u een beeld van de ontwikkeling in de tandzorg.

Waar
De Vergulde Swaen
Rotterdamseweg 53-55
3332 AC te Zwijndrecht
T: 078- 612 5681 (alleen tijdens openingsuren)
W: www.swaen.org

Wanneer
Expositie tot en met 15 april 2012

De Vergulde Swaen is geopend elke woensdag en zaterdag van 10.00 tot 16.00 en ’s zondagmiddags van 14.00 tot 17.00 uur. Of op afspraak. Tevens gelegenheid voor het houden van bijeenkomsten.

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis
Congres

Congres: Medische aspecten in de tandartspraktijk

Praktijkgerichte lezingen over medische aspecten bij de behandeling van uw patiënten.

  • Antitrombotica: wat moet de tandarts/mondhygiënist weten?
    Drs. Jacques Baart
  • Lokale anesthesie
    Drs. Jacques Baart
  • Bijwerkingen van geneesmiddelen in en rond de mond
    Prof. dr. Arjan Vissink
  • Een zwelling in de hals: wat te doen?
    Drs. Hakki Karagozoglu
  • Acute medische situaties in de tandartspraktijk bij ogenschijnlijk gezonde patiënten en bij (chronisch) zieke patiënten
    Prof. dr. Armand Girbes
  • Het parodontium en de algemene gezondheid: zin en onzin
    Prof. dr. Bruno Loos
  • Mondaandoeningen: een diaquiz
    Prof. dr. Isaäc van der Waal

Tandartsen met een abonnement op het Nederlands Tijdschrift voor Tandheelkunde (NTvT) krijgen € 40,- korting op de congresfee van €425,-. De congresfee voor mondhygiënisten bedraagt €325,-

Een greep uit de onderwerpen
De tandarts/mondhygiënist heeft te maken met patiënten, die al dan niet gezond zijn. Patiënten slikken medicijnen, die op zichzelf een contra-indicatie kunnen zijn voor een bloedige tandheelkundige ingreep, of om speciale voorzorgsmaatregelen vragen. Sommige medicijnen kennen bijwerkingen die in en rond de mond zichtbaar zijn of voor de patiënt merkbaar.

De sprekers op dit congres hebben zich als doel gesteld om de tandarts/mondhygiënist in één dag weer helemaal ‘scherp’ te krijgen op een groot aantal medische aspecten in de tandartspraktijk. Een greep uit de onderwerpen waar zij u tijdens het congres over zullen bijpraten:

  • Patiënten zijn aan hun hart geopereerd of hebben een vaatstent: verdragen ze dan lokale verdoving en is antibioticumprofylaxe nodig bij een tand- of kiesextractie?
  • Maakt het uit of de patiënt op coumarinederivaten of trombocyten-aggregatieremmers is ingesteld?
  • Patiënten hebben atherosclerose of ouderdomsdiabetes. Heeft dat te maken met de ernst van hun langbestaande parodontitis?
  • Komen ze van hun diabetes af als ze parodontaal gezond worden?
  • Patiënten hebben een chronische ziekte onder de leden. Kom ik daar achter door patiënten een gezondheidsvragenlijst in te laten vullen of stel ik zelf een paar vragen?
  • Zie ik verschijnselen/afwijkingen in de mond die verband houden met deze chronische ziekte?
  • Had ik de chronische ziekte vermoed als ik alleen de mondafwijking had gezien?
  • Is er bij chronische ziekten een verhoogde kans op een acute medische situatie tijdens een routinebehandeling?
  • Kan ik mij als tandarts/mondhygiënist daar op prepareren?
  • Wat moet ik in huis hebben aan medicijnen?
  • Een patiënt wordt onwel in de stoel. Wat is er aan de hand en wat moet ik doen? Wie moet ik bellen? Wat doe ik in de wachttijd voor zo’n patiënt?

Op al deze praktische vragen wordt tijdens deze leerzame congresdag door ervaren tandheelkundige en medische collega’s een praktisch antwoord gegeven. Zes boeiende sprekers over belangrijke medische aspecten waarmee u in uw praktijk te maken kunt krijgen. Een volle dag over onderwerpen waarvan iedere tandarts/mondhygiënist goed op de hoogte moet zijn.
Een dag die u niet mag missen!

 

Lees meer over: Kennis, Scholing
Duurzaam

Punten verdienen met groene lach

Milieuvriendelijke mondverzorging kan tandartspatiënten in de Verenigde Staten een award opleveren. Sociale media spelen een belangrijke rol.

Patiënten kunnen punten verdienen als zij anderen aanmoedigen om milieuvriendelijke keuzes te maken op het gebied van mondverzorging. Het stimuleren van de volgende zaken levert punten op:

  • Een tandenborstel gebruiken van gerecycled of hernieuwbaar materiaal, en deze op de juiste manier recyclen als hij aan vervanging toe is.
  • De kraan dichtdraaien tijdens het tandenpoetsen.
  • Mondverzorgingsproducten zonder chemicaliën en alcohol gebruiken
  • Een milieuvriendelijke tandarts bezoeken, of de eigen tandarts aanmoedigen groener te werken.

De award – de Eco-Dentistry Badge – is een initiatief van de Eco-Dentistry Association (EDA) en Practically Green, een bedrijf dat sociale media inzet bij het motiveren van mensen om planeetvriendelijke keuzes te maken.
Deelnemers kunnen hun vorderingen in het verdienen van badges delen via hun sociale media. Practically Green laat consumenten weten welke andere deelnemers in hun netwerk ook een Eco-Dentistry badge hebben verdiend.

Vertrouwensband
Mede-oprichter Ina Pockrass van de EDA: “De Eco-Dentistry Badge is een leuke en makkelijke manier om duidelijk te maken dat iedere kleine stap een verschil kan maken. Deze actie zal ook de dentale wereld stimuleren milieuvriendelijker te gaan werken. Een milieubewuste tandarts heeft immers de kans een speciale vertrouwensband op te bouwen met patiënten voor wie het milieu belangrijk is.”

Meer informatie:
Eco Dentistry Assocation

Bron:
Dentistry

Lees meer over: Actueel, E-health, Kennis, Mondhygiëne, Thema A-Z
samenwerken

Taakdelegatie: leer een aap geen kunstjes

De wet staat toe dat u een aantal voorbehouden handelingen delegeert aan uw medewerkers. Hoever u daarin gaat, is aan uzelf. Maar ook assistent en patiënt hebben een belangrijke vinger in de pap.

De Wet BIG – niet voor niets een kaderwet – biedt veel ruimte voor het overdragen van taken. Maar wat zijn de spelregels, en waarop beoordeelt de Inspectie voor de Gezondheidszorg u? Gezondheidsjuriste mr. Jolanda van Boven schetste op het congres ‘Veiligheid en Regelgeving in de tandheelkundige praktijk’ op 25 november een beeld van de mogelijkheden en voorwaarden.

Rol van de tandarts
“Taakdelegatie leidt tot een grotere zorgcapaciteit en doelmatigheid, is het idee. Overweegt u om de taken in uw praktijk op verschillende bordjes te leggen, dan dient u zich steeds af te vragen : is het doeltreffend, doelmatig en patiëntgericht?
Ook moet u zich afvragen:

  • Is de nodige theoretische kennis aanwezig of te verwerven? (In veel gevallen mag u uw medewerkers verplichten tot nascholing).
  • Kan voldoende inzicht worden verwacht om de samenhang te begrijpen tussen het verrichten van de voorbehouden handeling en de context waarin die handeling plaatsvindt? Denk erom dat u ‘een aap geen kunstjes gaat leren’.
  • Is de benodigde praktische vaardigheid aanwezig of te verwerven en op peil te houden?

Van de wetgever mag u zelf de opleiding van uw medewerkers verzorgen. De Inspectie voor de Gezondheidszorg laat dat echter alleen toe als er een partij uit het opleidingscircuit bij betrokken is en u een duidelijk opleidingsplan kunt overleggen.”

Besluit u inderdaad tot het overdragen van taken, dan wordt u opdrachtgever en gelden de volgende wettelijke bepalingen:

  • U moet aannemelijk kunnen maken dat uw medewerker de nodige vakbekwaamheid heeft. De opmerking ‘Mijn medewerker zit al vijftien jaar in het vak’, is niet voldoende.
  • Voor zover nodig moet u aanwijzingen geven.
  • Voor zover nodig moet u toezicht houden en bereikbaar zijn.

De Inspectie heeft daaraan toegevoegd dat er te allen tijde een tandarts in de praktijk moet zijn.

Rol van de assistent
Voor de assistent (of student of tandarts met een diploma van buiten de EU) als opdrachtnemer, gelden de volgende bepalingen:

  • U kunt nee zeggen tegen het verrichten van een handeling. Zegt u ja, dan neemt u verantwoordelijkheid.
  • U moet zelf de overtuiging hebben voldoende bekwaam te zijn. Deze bekwaamheid zal afhangen van hoe vaak u de handeling heeft uitgevoerd en hoe lang het geleden is dat u die voor het laatst uitvoerde. Daarenboven geldt ‘weet u wat u doet?’; begrijpt u de context waarin de verrichtingen plaatsvinden?
  • De technische beheersing van een handeling moet objectief worden gemaakt , bijvoorbeeld door toetsing door een opleidingsinstituut.

Van Boven: “Er is dus sprake van een dubbele bekwaamheidstoets: zowel de tandarts als de assistent moeten overtuigd zijn van de bekwaamheid, en die kunnen aantonen.
Als de assistent aangeeft zich niet bekwaam te voelen, dan is dat – als uitgangspunt- geen werkweigering. De tandarts doet er goed aan daarnaar te luisteren, want ‘niet bekwaam’ staat voor de wet gelijk aan ‘niet bevoegd’. Voert de medewerker de handeling desondanks toch uit, dan is er sprake van een strafbaar feit.”

Van Boven benadrukt dat taakdelegatie schriftelijk moet worden vastgelegd. “Goede dossiervorming is van essentieel belang.”

Rol van de patiënt
De Inspectie voor de Gezondheidszorg stelt dat de patiënt geïnformeerd moet worden over wie de handeling uitvoert. Hij moet daarvoor bovendien expliciet toestemming geven. “Geeft de patiënt die niet, dan lijkt dus het logische gevolg dat de tandarts er zelf aan te pas moeten komen”, zegt Van Boven.

In de congreszaal zorgt deze stelling voor enige beroering. Want moet je nu echt voor iedere foto die gemaakt moet worden – en die de tandarts niet zelf maakt – expliciet toestemming vragen aan de patiënt voor het feit dat deze door een ander dan de tandarts wordt gemaakt?
Ja, zegt de inspecteur, maar een tandarts in het publiek meent dat een patiënt ook impliciet akkoord kan gaan. ”Als de patiënt meeloopt, wanneer ik zeg dat de assistente even een röntgenfoto gaat maken, dan ga ik er vanuit dat hij toestemming geeft.” Van Boven rondt de discussie af met de opmerking: “Zorg dat u ten opzichte van uw patiënt voldoende duidelijk bent en overtuig de patiënt dat de kwaliteit geborgd is.”

Handreiking Verantwoordelijkheidsverdeling
Hoewel niet getekend door de beroepsorganisaties van tandartsen, noemt Van Boven de ‘Handreiking Verantwoordelijkheidsverdeling bij samenwerking in de zorg’ als belangrijke onderlegger bij taakdelegatie. Het document belicht de inrichting van de taakverdeling zowel binnen als buiten de praktijk.

Bron:
Verslag door dental INFO, tijdens het congres Veiligheid en Regelgeving in de tandheelkundige praktijk, georganiseerd door Dental Best Practice, november 2011, RAI Amsterdam

Mr. Jolanda J.A. van Boven is gezondheidsjuriste en directeur van VAN BOVEN Juridisch Adviesbureau voor de Gezondheidszorg te Arnhem. Haar bureau geeft onderwijs, nascholing en adviezen op het gebied van gezondheidsrecht aan instellingen en beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg. Van Boven is daarnaast voorzitter van klachtencommissies.

 

Mrt 2012

 


Download brochure handreiking-verantwoordelijkheidsverdeling-bij-samenwerking-in-de-zorg-1[3].pdf
Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Taakdelegatie | Taakherschikking, Thema A-Z
app, telefoon

Engelse overheid stimuleert gebruik health apps

Het Engelse Department of Health heeft bijna 500 nieuwe en bestaande ideeën opgestuurd gekregen voor de ‘Maps en Apps’ campagne. Met de apps wil het Engelse ministerie voor Volksgezondheid ervoor zorgen dat mensen ook apps gebruiken om hun gezondheid te verbeteren en indien nodig de dichtstbijzijnde gezondheidsinstelling te vinden”, stelt Andrew Lansley, minister van Department of Health.

Bron:
Zorgvisie.nl

Lees meer over: E-health, Kennis
onderzoek - vergrootglas

Cementlaag zwakke schakel bij restauratie

Ernstig beschadigde gebitselementen worden vaak gerestaureerd met restauraties die met een composietcement worden verbonden aan het resterende tandweefsel. Deze adhesieve verbinding is vaak de zwakste schakel in de restauratie. Falen van de cementlaag resulteert in microlekkage of in het volledig loskomen van de restauratie.

Leontine Jongsma onderzocht het klinisch slagen en de overleving van indirecte composietrestauraties. Ook keek ze naar de invloed van de manier van polymerisatie, krimp en krimpspanning, en voorbehandeling van restauratiematerialen op de hechting tussen restauratiematerialen, cementen en tandweefsel.

Spanning
Uit haar onderzoek blijkt dat een hoge krimpspanning de adhesieve verbinding tussen dentine en cement zodanig onder spanning zet dat niet alleen de hechtsterkte lager wordt, maar ook het falen van deze verbinding (op termijn) zeer waarschijnlijk is. Haar onderzoek biedt een klinisch toepasbare oplossing om de krimpspanning bij het cementeren van een wortelstift te verminderen.

Promotie
Promovendus: Mw. L.A. Jongsma
Faculteit: Tandheelkunde
proefschrift: Cementation in adhesive dentistry. The weakest link
Promotor: dhr. prof. dr. A.J. Feilzer
Datum: Vrijdag 2 maart 2012, 14:00 uur
Locatie; Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231, 1012 EZ Amsterdam

Bron:
UvA

Lees meer over: Kennis, Onderzoek, Restaureren, Thema A-Z

Doe mee aan strijd tegen resistente bacteriën

Wereldwijd is toegenomen resistentie van bacteriën tegen antibiotica een probleem. Antibiotica hebben steeds minder effect. Microbioloog dr. John Hays van het Erasmus MC in Rotterdam luidt daarover de noodklok: ‘Het probleem is zo nijpend dat antibiotica binnen enkele tientallen jaren geen enkele werking meer zullen hebben’. Hays leidt een grootschalig internationaal onderzoek met als doel, nieuwe diagnostiek voor infectieziekten en multiresistente bacteriën te bevorderen. Hoe sneller de infectie bekend is, des te eerder die kan worden bestreden. Antimicrobiële behandelingen kunnen dan veel sneller aan de infectie worden aangepast, waardoor er minder kans is voor het ontwikkelen van resistentie.

Oorzaken
De belangrijkste oorzaken voor de wereldwijde toename van antibioticaresistentie zijn de vrije verkrijgbaarheid van antibiotica in veel landen in de wereld en dat artsen onvoldoende snel bacteriële infecties en hun antimicrobiële resistenties kunnen identificeren. Hierdoor worden antibiotica onvoldoende gericht toegepast wat op termijn de kans op resistentie vergroot. Snellere diagnostiek is een oplossing om de te snelle verspreiding van bacteriën en hun resistenties tegen te kunnen gaan. Het onderzoek betreft sneltests voor gebruik op de locatie waar de patiënt ziek is, zogenaamde Point-of-Care diagnostiek, dus bij huisartsen, naast het bed in het ziekenhuis of zelfs thuis.

Subsidie
John Hays heeft een Europese subsidie gekregen om het gebruik van sneltests die bacteriën en antimicrobiële resistenties kunnen identificeren, te stimuleren. Een van zijn hoofdtaken is het in kaart brengen van de meningen van verschillende groepen over snellere diagnostiek. Door middel van een online enquête willen Hays en zijn collega’s inzicht krijgen in die meningen over de obstakels en voordelen van snelle diagnostiek voor infectieziekten. Met deze informatie kunnen meer gerichte sneltests ontwikkeld worden, belangrijk in de strijd tegen infectieziekten.

Bron:
Erasmus MC

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
tanden bleken

Zoom-app voor de iPhone maakt tanden witter

Philips houdt zich allang niet meer alleen bezig met verlichting en televisies. Ook behandelingen bij de tandarts behoren tot het aandachtsgebied van het Eindhovense merk. Nu hebben ze een ludieke iPhone-applicatie op de markt gebracht, waarmee de Zoom-behandeling wordt gepromoot. Die behandeling moet leiden tot wittere tanden. Met Philips Zoom op de iPhone kan je een foto maken of selecteren en een gebit daarop eenvoudig witter maken.

Reclamestunt
Het is natuurlijk een reclamestuntje, maar wel een leuke. Je selecteert of maakt ter plekke een foto en zoomt de foto vervolgens zover in, dat je het te bewerken gebit groot in beeld hebt. Vervolgens zet je een knop op de linkerkant van het gebit en een op het rechter uiterste. De app zet voorts een paar detectiepunten op het gebit neer, waarmee het wordt geselecteerd. Je kan de punten zelf verschuiven om de vorm correcter te maken. De volgende stap leidt je naar het magische resultaat.

De foto wordt dan weer op zijn originele formaat in beeld gebracht en onderin beeld prijkt een schuifbalk waarmee je de kleur van de tanden kan bepalen. Helemaal rechts in beeld staan de meest mogelijk witte tanden die je kan bedenken. Schuif de slider volledig naar links en je gebit lijkt niet meer te redden, zo geel. Met name de gele of zelfs bruine tanden, zien er vaak afschrikwekkend overtuigend uit. Helemaal rechts zijn de tanden in onze testjes vaak net iets te wit. Schuiven we de slider naar iets minder wit, dan lijkt ook die gebitsaanpassing realistisch.

Als je tevreden bent met het resultaat, sla je de foto op, of zet je hem op Facebook of Twitter. Ook versturen per e-mail is mogelijk. Philips Zoom is een grappige reclamestunt.

Bron:
Iphoneclub

Lees meer over: E-health, Kennis, Thema A-Z
Studie

Verkorte studie Tandheelkunde

Vanaf september 2012 is het voor een selecte groep studenten of cursisten (maximaal 12 personen) mogelijk om verkort Tandheelkunde te studeren: de zogenaamde Zij-instroom Tandheelkunde.

Studiebeschrijving
Je wordt door middel van een brugjaar voorbereid op instroom in de driejarige masteropleiding Tandheelkunde. Gedurende dit brugjaar wordt deelgenomen aan grote delen van de onderwijsblokken van het tweede en derde jaar van de bacheloropleiding Tandheelkunde van het UMCG.

Gevraagd
Een WO- of HBO-bachelordiploma.
Een VWO-diploma met de vakken natuur- en scheikunde.

Toelatingsexamen
Het toelatingsexamen voor de ZIT vindt plaats op woensdag 18 april 2012.

De 12 personen met de hoogste score op de toetsen kunnen in mei/juni kennis maken met het skilslab van de opleiding Tandheelkunde. Daarna volgt nog een gesprek. Het brugjaar 2012-2013 start op 1 september 2012.

Meer informatie 
Dhr. Dr G.J. Deenen, telefoonnummer (050) 363 30 67

Solliciteren
Stuur je sollicitatiebrief met daarbij gewaarmerkte kopieën van je – voor de ZIT relevante – diploma’s (als je die hebt), o.v.v. “sollicitatie Zij-instroom Tandheelkunde”. Vermeld in je brief altijd je emailadres. Sollicitatiebrieven worden tot en met 19 maart 2012 in ontvangst genomen. Na ontvangst van de sollicitatiebrief wordt een ontvangstbevestiging gemaild met nadere informatie.

De sollicitatiebrief kun je sturen aan:
dhr. Dr. G. J. Deenen,
Onderwijsinstituut UMCG,
sector F, FB23
Postbus 196
9700 AD Groningen

Bron:
Tangris

Lees meer over: Kennis, Scholing
sollicitatie

Gezocht: Tandarts/mondhygiënist voor het maken van verslagen van dentale congressen

Gaat u graag naar een dentaal congres? En schrijft u graag? Dan komen wij graag in contact met u. dental INFO zoekt een tandarts en/of mondhygiënist voor het maken van verslagen van dentale congressen.

U bezoekt het dentale congres en schrijft hier een verslag van. dental INFO redigeert de tekst, waar nodig, en laat deze lezen door degene die de lezing gegeven heeft. Zo kunnen we op een efficiënte manier met elkaar zorgen voor een kwalitatief verslag voor de lezer van de dental INFO e-mailnieuwsbrief en website.

Klik hier voor enkele voorbeeld verslagen.

Meer informatie
Anita de Klerk
E: anita@dentalinfo.nl
T: 06-24268917

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis
Geld en financieel

E-health kan 1 miljard opleveren

De mogelijkheden voor e-health en selfmanagement worden nog onvoldoende benut. Er valt vooral buiten de zorg een productiviteitswinst van 1 miljard euro te behalen. Dat is de conclusie van twee onderzoeken die in opdracht van VWS zijn gedaan.

Het onderzoeksbureau APE heeft met de Universiteit van Maastricht voor vijf aandoeningen – astma, hartfalen, trombose, diabetes en depressie – in kaart gebracht wat de winst is van online dienstverlening, telezorg en andere ICT-toepassingen. Het leidt tot minder sterftes, minder ziekenhuisopnames en geeft patiënten meer regie over hun eigen leven. De onderzoekers becijferen in het rapport ‘E-health en selfmanagement’ dat grootschalige toepassing 1 miljard euro gezondheidswinst kan opleveren.

Profijt van e-health
Dat er niet voldoende wordt ingezet op e-health komt doordat het vooral partijen buiten de zorg zijn die de financiële voordelen van e-health genieten. Werkgevers, uitkeringsinstanties en verzuimverzekeraars profiteren als werknemers eerder en vaker aan het werk kunnen. Het ligt voor de hand om hen meer te betrekken bij de invoering van e-health en selfmanagement. Zorgverzekeraars en zorgaanbieders zijn soms huiverig om te investeren in e-health, omdat ze onvoldoende zicht hebben wat hun investering gaat opleveren qua doelmatigheid.

Ggz en e-health
In de ggz lijken de mogelijkheden voor e-health en selfmanagement onbegrensd. Wetenschappers van de Erasmus Universiteit noemen in het rapport ‘E-health: Face to Facebook’ talloze sites waar ggz-patiënten zelf testen kunnen doen. Van patiënten met een zwaardere problematiek, zoals eetstoornissen, is het mogelijk het eetpatroon te volgen. Psychiaters kunnen met die informatie veel sneller tot de kern van het probleem doordringen.

Keerzijde e-health
Maar e-health heeft een keerzijde als er niet goed is nagedacht wat de meerwaarde is voor een bepaalde doelgroep, waarschuwt hoogleraar Kim Putters. “Patiënten kunnen de hele dag hun eigen ziektebeeld volgen. Dat is bij bepaalde patiëntengroepen, zoals manisch depressieven, juist helemaal niet goed. Dan zijn ze nog meer met hun ziekte bezig en worden ze nog afhankelijker van artsen. E-health is meer dan techniek. Het krijgt alleen zin in de dialoog tussen patiënten en behandelaars. Artsen moeten er goed over nadenken voor wie ze e-health gebruiken en hoe ze dat doen.”

Bron:
Zorgvisie

Lees meer over: E-health, Kennis

Social media voor artsen: valkuilen en kansen

Gebruik van social media biedt kansen, maar de grenzen tussen professionele en persoonlijke communicatie kunnen vervagen. De KNMG zet de belangrijkste digitale valkuilen en kansen voor artsen op een rij in de Handreiking Artsen en Social Media.

Social media vormen vaak nog onontgonnen terrein voor artsen, terwijl ruim tien miljoen Nederlanders er gebruik van maken. Dit dringt langzaam maar zeker ook door in de zorg. Er komen steeds meer online platformen met sociale netwerken waarbinnen artsen onderling en met patiënten interactieve dialogen aangaan en kennis en ervaringen delen. Ook LinkedIn en twitter worden steeds populairder. De KNMG wil dat het gebruik van eHealth, inclusief social media, een vanzelfsprekend onderdeel van de gezondheidszorg is. Tegelijk is het van belang dat artsen zich bewust zijn van mogelijke valkuilen. Wie zich in social media als arts profileert, zal zich bijvoorbeeld moeten realiseren dat ook privé uitlatingen in die hoedanigheid worden gedaan.

De 9 aanbevelingen op een rij

  1. Benut kansen van social media
  2. Garandeer vertrouwelijkheid
  3. Geen vrienden met patiënten
  4. Onderscheid wat openbaar is en privé
  5. Denk aan de reikwijdte
  6. Toon respect
  7. Spreek uw collega aan
  8. Volg gedragsregels werkgever
  9. Let op disciplinaire risico’s

Lees de KNMG Handreiking Artsen en Social Media

De KNMG-handreiking is mede gebaseerd op richtlijnen van zusterorganisaties in de Verenigde Staten, Australië en Nieuw-Zeeland en het Verenigd Koninkrijk.

Bron:
KNMG



Download brochure knmg-handreiking-artsen-en-social-media-10-11-2011.pdf
Lees meer over: Communicatie, E-health, Kennis, Ondernemen
Checklijst

Consumentenbond: De vijf eisen aan transparantie

De Consumentenbond pleit voor het openbaar maken van gegevens die iets zeggen over de kwaliteit van de zorg. Wat de Consumentenbond betreft gaat dit over het toegankelijk maken van het register voor zorgverleners, het openbaar maken van sterftecijfers en over gegevens over de kwaliteit van zorg. Om de transparantie in de gezondheidszorg te bevorderen, is de Consumentenbond de campagne Kiezen moet Kunnen gestart. Nu deze campagne is afgesloten, zetten zij op een rij wat ze hebben gedaan en bereikt. Lees hieronder het bericht van de Consumentenbond.

Vijf speerpunten transparantie
Omdat transparantie een zeer breed onderwerp is, hebben wij binnen dit thema vijf speerpunten geformuleerd. Deze punten sluiten wat ons betreft aan bij een knelpunt in de zorgsector. Doelstelling van de campagne was om de aandacht te vestigen op deze verschillende knelpunten en bovendien een stap te zetten in de richting van verbetering hiervan, in de breedste zin van het woord.

Bij sommige speerpunten is de mogelijkheid om veranderingen te bewerkstelligen niet zo een-twee-drie te realiseren. Hiertoe moeten (politieke) trajecten worden ingezet die niet op korte termijn resultaat opleveren. Wel worden uiteraard deze trajecten in gang gezet en houden wij een vinger aan de pols ten aanzien van de successen en kansen.

Hieronder zetten wij, nu de campagne is afgesloten, op een rij wat wij op de vijf speerpunten hebben gedaan en bereikt.

1. Stop de doofpotcultuur
Ziekenhuizen en artsen moeten open zijn over fouten en incidenten en deze met de patiënt bespreken.

Wat is het probleem?

In Nederland lopen jaarlijks zo’n 40.000 mensen gezondheidsschade op en overlijden ruim 1950 mensen door vermijdbare fouten. Wie met een medische fout te maken krijgt, loopt vaak op tegen de in Nederland heersende doofpotcultuur. Bovendien is de weg om een klacht of claim in te dienen lang, tijdrovend en kostbaar!

Dit moet verbeteren door consumenten bewust te maken van de rechten en plichten die ze hebben en door het bestaan van de doofpotcultuur aan te tonen en zo mogelijk te veranderen.

Wat hebben we gedaan en bereikt?

In het kader van de campagne hebben wij een Meldactie medische missers gehouden. In korte tijd kregen wij veel reacties binnen over (de abominabele afhandeling van) medische missers. Met deze resultaten is een reportage gemaakt door KRO Brandpunt, waarin artsen zelf toegeven dat er een doofpotcultuur heerst in de Nederlandse zorgsector en waarin slachtoffers hun verhaal doen. Hiermee is het onderwerp op de kaart gezet en hebben wij de politiek opgeschud om dit onderwerp op te pakken.
Een selectie van deze verhalen is opgenomen in ons boek “Dokter, luister nou!”. Dit boek is aangeboden aan de vaste Kamercommissie van VWS, om duidelijk te maken dat er een probleem is dat niet ontkend mag worden.

2. Maak klagen makkelijk
Het moet eenvoudig worden voor patiënten om een klacht in te dienen.

Wat is het probleem?

Je recht halen in de zorg is niet eenvoudig. Enerzijds blijkt uit verschillende rapporten zoals van de Inspectie voor de gezondheidszorg (IGZ) en Raad voor de Volksgezondheid (RVZ) de tekortkomingen van het huidige systeem. Ook blijkt uit onderzoek van de Consumentenbond dat cliënten het moeilijk vinden de juiste weg te vinden in de zorg en vaak geen vertrouwen hebben in de afhandeling van hun klachten.

Een betere klacht- en geschillenbeslechting zou hier de oplossing kunnen bieden.

Wat hebben we gedaan en bereikt?

De Consumentenbond heeft de Minigids ‘Ken uw rechten als patiënt’ ontwikkeld. Zowel leden als niet-leden konden gratis de Minigids aanvragen, waarin veel informatie is opgenomen over de rechten en plichten van de cliënt. Zoals wat je kunt doen bij een klacht en hoe het verkrijgen van een second opinion in zijn werk gaat. In combinatie met de nodige uitingen om cliënten te wijzen op deze gids, is de afname groot geweest en hiermee hebben wij veel cliënten bekend gemaakt met belangrijke regels en mogelijkheden in de zorgsector. Gedurende de campagne heeft de Consumentenbond de mogelijke komst van een nieuwe wet; de Wet Cliëntenrechten Zorg, goed in de gaten gehouden en hierop gereageerd indien mogelijk. Deze nieuwe wet zou wat de Consumentenbond betreft zo snel mogelijk moeten worden ingevoerd, omdat de positie van de cliënt hierdoor sterk zal verbeteren. De Consumentenbond maakt zich hard om dit te realiseren.

Ter afsluiting van de campagne heeft het Campagneteam Kiezen moet Kunnen de wegwijzer voor zorgklachten geproduceerd en gepresenteerd. Deze online tool helpt mensen de juiste keuzes te maken wanneer zij een klacht hebben over een zorgaanbieder. Hiermee helpen wij concreet consumenten de weg te vinden bij hun zorgklacht. Om een betere positie te creëren voor consumenten die slachtoffer zijn geworden van een medische misser, heeft de Consumentenbond bepleit om de bewijslast te verschuiven bij een incompleet dossier. De Consumentenbond is van mening dat incidenten moeten worden opgenomen in het dossier en dat bij een onvolledig medisch dossier, de rechter uit zal moeten gaan van de stelling van het slachtoffer. De minister van VWS steunt de Consumentenbond hierin.

De Consumentenbond is in het kader van de afhandeling van medische missers van mening dat er een onafhankelijke kenniscommissie zou moeten komen, die de consument kan bijstaan wanneer er sprake is van een mogelijke medische misser. Het moet voor de consument makkelijker worden gemaakt om te achterhalen wat er is gebeurd en hoe de kaarten verdeeld zijn. De onafhankelijke kenniscommissie zou hierin goed kunnen helpen.
Meer overkoepelend dan enkel campagnebreed, is de Consumentenbond binnen veel sectoren in de zorg druk bezig met het opstellen van tweezijdige Algemene Voorwaarden. Hierin worden over en weer de rechten en plichten weergegeven van de zorgaanbieder en de cliënt en is het tevens de bedoeling duidelijkheid te creëren over de klachtafhandeling.

3. Maak kwaliteit zichtbaar

Cijfers over onder andere ervaring van artsen, resultaten van behandelingen, complicaties en sterftecijfers moeten openbaar gemaakt worden.

Wat is het probleem?

Er gebeurt veel en er zijn ook vrij veel cijfers bekend, maar daar gebeurt hoe dan ook te weinig mee en sommige sectoren blijven ook lelijk achter met cijfers. Keuze-informatie is een eerste vereiste voor de ‘zorgconsument’ om zijn positie op de zorgmarkt invulling te kunnen geven. Zonder keuze-informatie kan een zorgconsument geen weloverwogen keuze maken. De druk op zorgverzekeraars en zorgaanbieders om cliëntgericht te werken komt dan niet tot stand. Het recht op keuze-informatie zou erkend moeten worden!

Wat hebben we gedaan en bereikt?

Op onze campagnesite hebben wij een verwijzing opgenomen naar de informatie die beschikbaar is over de kwaliteit op de website van de Inspectie voor de Gezondheidszorg.
De Consumentenbond participeert in meerdere trajecten ten aanzien van het verkrijgen van informatie over de zorg. Op meerdere manieren zal de Consumentenbond de mogelijkheden benutten om zoveel mogelijk informatie te verkrijgen en openbaar te maken voor het maken van een weloverwogen keuze in de zorg.

Ten aanzien van het openbaar maken van sterftecijfers van ziekenhuizen, houdt de CB ook een vinger aan de pols. Hier zijn nog steeds geen bruikbare vergelijkingen te maken. De CB blijft hier de aandacht op vestigen.

4. Zorg voor goed geïnformeerde patiënten
Patiënten moeten voor de behandeling weten wat hen te wachten staat.

Wat is het probleem?

Cliënten zijn niet goed op de hoogte van hun rechten en plichten in de zorg en ook zijn zij vaak niet goed genoeg geïnformeerd voorafgaand aan een behandeling. Onvoldoende informatie zorgt voor onbegrip en ontevredenheid, dat op zijn beurt weer leidt tot klachten. Zowel artsen als consumenten moeten alles in het werk stellen elkaar zo goed mogelijk op de hoogte te brengen van belangrijke informatie.

Wat hebben we gedaan en bereikt?

De Consumentenbond heeft vraagwijzers ontwikkeld. Op deze vraagwijzers staan de belangrijkste vragen die je aan je arts kunt stellen. Deze vraagwijzers zijn gratis verspreid, door ze in te plakken in de Gezondgids van de Consumentenbond. Ook niet-leden konden gratis een vraagwijzer aanvragen. Hiernaast is deze vraagwijzer ook meegestuurd met de Margriet, waarmee wij zo’n 200.000 consumenten hebben weten te bereiken, en zijn ze momenteel te vinden op onze website. Met deze vraagwijzers willen wij consumenten duidelijk maken dat zij ook een belangrijke rol spelen in het verkrijgen van de juiste informatie. Met dit hulpmiddel zijn consumenten concreet geholpen.

Het campagneteam heeft onder Nederlandse ziekenhuizen posters verspreid met de belangrijkste vragen die een cliënt aan zijn arts zou moeten stellen om goed geïnformeerd te raken. Hiermee wil de Consumentenbond aantonen dat vragen kan en mag. Deze posteractie roept artsen hopelijk tegelijkertijd op om zich er bewust van te zijn dat cliënten recht hebben op informatie. Hoe beter de arts de consument van tevoren instrueert, hoe minder communicatiestoringen en ontevreden consumenten er zijn.

5. Stop het BIG-geheim
Patiënten moeten makkelijker hun medisch hulpverlener kunnen opzoeken in het Big-register, het kwaliteitsregister voor zorgverleners.

Wat is het probleem?

Het Big-register is niet goed toegankelijk. Dit blijkt ook uit onderzoek van de Consumentenbond (Gezondgids juni/juli 2011) waar een derde van de gezochte hulpverleners niet te vinden was. Ook heeft het onderzoekspanel meerdere verbeterpunten aangedragen die het zoeken makkelijker maken en de controle of je echt de juiste zorgverlener hebt gevonden, verbeteren.

Het tweede probleem is dat op dit moment waarschuwingen van het tuchtcollege nog niet openbaar zijn. Uit eigen onderzoek blijkt dat driekwart van de respondenten wil dat de naam van de arts openbaar wordt gemaakt. Daarnaast zijn de uitspraken niet gekoppeld aan het Big-register, waardoor het dus niet duidelijk is waarvoor iemand precies is veroordeeld.

Wat hebben we gedaan en bereikt?

In het begin van de campagne is er een grote BIG-meldactie geweest. Consumenten konden met hulp van de Consumentenbond hun zorgverlener opzoeken in het BIG-register. Hiermee wil de CB niet alleen dit belangrijke register onder de aandacht brengen, ook wil de CB aantonen dat het gebruik van dit register hard aan verbetering toe is. Ruim 800 mensen hebben via ons hun hulpverlener gezocht in het BIG-register, omdat zij zelf moeite hadden met het vinden van hun zorgverlener. Naar aanleiding van deze BIG-actie was het voor ons heel duidelijk waar de verbeterpunten lagen en deze zijn besproken met de beheerder van het BIG-register, het CIBG.

We houden de ontwikkelingen op gebied van de Wet Cliëntenrechten Zorg (WCZ) nauw in de gaten. In deze WCZ is namelijk opgenomen dat het register verplicht moet worden geraadpleegd bij nieuwe werknemers. Al met al is het campagneteam Kiezen moet Kunnen trots op de behaalde resultaten. De Consumentenbond zal dit onderwerp zeker nog op de agenda laten staan, want deze stappen in de goede richting mogen niet meer terug gezet worden. Het campagneteam is blij met de steun die zij heeft gekregen van alle consumenten die de campagne een warm hart toedragen door de campagne te steunen en de grote interesse in de nieuwsbrief.

Bron:
Consumentenbond

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis, Kwaliteit