onderzoek - vergrootglas

Onderzoek naar de relatie tussen gebitsproblemen en blessuregevoeligheid

FC Twente en AZ werken mee aan een grootschalig wetenschappelijk onderzoek naar de relatie tussen gebitsproblemen en blessuregevoeligheid.

Thiemo de Bakker meldde zich dinsdag af voor het tennistoernooi in Miami, omdat hij ontstoken verstandskiezen heeft. De tennisser was in Florida om zich op te maken voor het toernooi in Key Biscayne toen hij te maken kreeg met ontstekingen. Verder spelen was geen optie. In de toekomst kunnen die ongemakken voorkomen worden.

Gebit en sportblessures
Het gebit wordt namelijk steeds belangrijker bij wetenschappers die onderzoek doen naar sportblessures. Henny Solleveld, sportfysiotherapeut en stoorvelddiagnosticus, is in september 2010 in Nederland, België en Denemarken begonnen met een grootschalige inventarisatie in de sportwereld. Onder anderen FC Twente, AZ, AA Gent, Anderlecht en Germinal Beerschot werken mee aan zijn zoektocht naar de relatie tussen kaak- en gebitsproblemen en blessuregevoeligheid. Ze vullen van alle selectiespelers lijstjes in met de toestand van het gebit en de kwetsuren die er zijn. ‘Met name FC Twente is hier heel innovatief in’, zegt Solleveld, die op 5 april weer een afspraak heeft bij AZ.

Hersenen
Solleveld legt uit wat het probleem zou kunnen zijn van gebitsproblemen. ‘Vaak zie je bij voetballers één of meerdere ingeklemde verstandskiezen die geen kant meer op kunnen. Daardoor raakt het normale doorbraakproces verstoord. De trek- en duwprikkels geven dan een bepaalde input aan de hersenen. Dat kan de oorzaak zijn van allerlei blessures, want de hersencentra sturen het bewegingsapparaat in het lichaam aan.’

In de sportwereld is bekend dat het gebit de oorzaak van blessures kán zijn. Arjen Robben moest bij Chelsea al zijn verstandskiezen laten trekken toen hij van de ene naar de andere kwetsuur sukkelde, Robin van Persie moest van zijn manager Arsène Wenger naar Parijs om zijn verstandskiezen te laten trekken, diezelfde Wenger heeft de helft van zijn selectie al naar de kaakchirurg gestuurd voor een behandeling en de Nederlandse waterpolodames die in Peking goud haalden moesten voor het toernooi ook allemaal hun kiezen laten trekken.

In 2009 leek het erop dat Aly Cissokho van FC Porto naar AC Milan zou vertrekken, maar die transfer ketste uiteindelijk af, omdat de Italiaanse medische staf zijn gebit niet in orde vond.

Volgens Solleveld is het preventief verwijderen van alle verstandskiezen een rigoureuze maatregel. Hij wil eerst onderzoeken wat nu exact de relatie is tussen gebit en blessures. Resultaten zijn er al wel. ‘Uit onderzoeken blijkt dat jonge sporters met verstandskiesproblemen extra blessuregevoelig zijn. Ook komt het voor dat atleten die jarenlang aan de top hebben gestaan opeens last hebben van allerlei blessures. Als daarvoor geen duidelijke aanwijzingen zijn, kijken we nu naar de wortels, tanden en kiezen. Zijn die ontstoken, dan kan dat de reden zijn van de blessures. Het onderzoek dat we nu aan het doen zijn, is een primeur.’

Bron:
De Pers

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
Studie

Kamervragen over studente mondhygiëne uit Oostelbeers

De Tweede Kamerfractie van de PvdA heeft vragen gesteld over Minke Scheepens uit Oostelbeers.

De rechtbank in Den Bosch bepaalde onlangs dat de mbo-studente ten onrechte in een lagere plaatsingscategorie was opgenomen bij de loting voor een opleiding tot mondhygiënist. Ze werd twee keer uitgeloot.

Minister Maria van Bijsterveldt-Vliegenthart van Onderwijs moet hierover opheldering geven, zo vindt de Kamerfractie van de PvdA. Ook zou ze de kansen van mbo-ers om verder te studeren ‘maximaal’ moeten garanderen.

De ongelukkige situatie voor Minke Scheepens werd vorige week door de Volkskrant aan de orde gesteld. Ze had in haar opleiding tot tandartsassistente net zo goed gepresteerd als haar zus, maar kwam in tegenstelling tot haar niet in de hoogste lotingscategorie. Minke’s zus werd vervolgens wel toegelaten tot de opleiding mondhygiëne van de Hogeschool Arnhem en Nijmegen.

Bron:
Omroep Brabant

Lees meer over: Kennis
sigaretten - roken

Nederlanders ontwetend over risico’s van meeroken

Nederlandse rokers kennen de risico’s van meeroken veel minder goed dan rokers in andere landen. Dit blijkt uit onderzoek van de Universiteit Maastricht.

Slechts 61 procent van de rokende Nederlands is zich bewust van de risico’s van meeroken. Hierin scoort Nederland het laagst van alle onderzochte landen. Frankrijk en Mauritius scoren het hoogst met 96 procent.

Longkanker
Verder weet 70 procent van de rokers in Nederland dat roken kan leiden tot longkanker. In China, dat geen publieksvoorlichting geeft over roken, is dit maar iets lager met 68 procent.

Maatregelen tegen roken
‘Als de kennis toeneemt, neemt het draagvlak voor maatregelen, zoals de rookvrije horeca, ook toe’, zegt hoogleraar tabaksontmoediging Marc Willemsen. ‘In andere landen is men allang overtuigd van de schade door roken. Maatregelen worden daardoor goed ontvangen.’

Bron:
Artsennet

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis
mond, lachen, man

Interview Men’s Health: 7 tips voor een stralende glimlach

Mondhygiëniste Lieneke Steverink-Jorna gaf aan Men’s Health een interview met 7 tips voor een gezond gebit.

Dit interview is niet meer beschikbaar

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis
tandenpoetsen

Poetsverhalen door Susan Smit

Poetsverhalen is een spannend kort verhaal, geschreven door Susan Smit, voor gebruikers van Parodontax.

Bij aankoop van een probeertube Parodontax kan de consument het eerste hoofdstuk verkrijgen. Voor de volgende hoofdstukken kan de consument bellen met het gratis telefoonnummer 0800-2828141.

Bron:
Parodontax

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis
mondwater

Het belang van parodontale nazorg

Onvoldoende bestrijding van plaque en het ontbreken van de benodigde nazorg zijn de voornaamste oorzaken van tegenvallende resultaten en mislukking van parodontale behandeling. Artikel met casus.

Door J.P. van Hoeve

Parodontale nazorg is een essentieel onderdeel van elke parodontale behandeling. Onvoldoende bestrijding van de plaque en het ontbreken van de benodigde nazorg zijn in de meeste gevallen de voornaamste oorzaken van tegenvallende resultaten en mislukking van parodontale behandeling. In de parodontale literatuur zijn talloze artikelen verschenen waarin het belang van nazorg of secondaire preventie (Engels: maintenance care, supportive treatment) aangetoond wordt. Regelmatige professionele gebitsreiniging en begeleiding zijn nodig om parodontale gezondheid in stand te houden.

Tijdens elke recall behandeling moet het belang van het gewenste niveau van mondhygiëne opnieuw benadrukt en zo nodig geïnstrueerd worden en alle elementen moeten van plaque en tandsteen ontdaan worden. Alleen meten en gegevens verzamelen is niet voldoende. De behandelende tandarts of mondhygiënist moet ook de benodigde behandeling uitvoeren.

Inhoud parodontale nazorgbehandeling
Een parodontale nazorgbehandeling behoort te bestaan uit controle van de medische gegevens van de patiënt, gevolgd door controle op afwijkingen van de elementen, de weke delen en de occlusie en articulatie. Vervolgens dient het parodontium gesondeerd te worden, waarbij wijzigingen in sondeerdieptes en aanhechtingsniveaus, bloeding en pusafvloed worden genoteerd.

Op grond van de bevindingen wordt de mate van eventuele ontstekingsactiviteit vastgesteld en de behandelbehoefte bepaald. Naast de professionele reiniging kan aanvullende therapie, zoals extra rootplaning, lokale chirurgie of inslijpen van occlusie en articulatie nodig blijken. Soms is spalken van mobiele elementen of het plaatsen van een anti-bruxisme of een stabilisatiespalk nodig om overbelasting als secondaire factor te elimineren.

Een terugkerende ontstekingsactiviteit kan aanleiding zijn voor een bacterieanalyse.

Frequentie
De benodigde frequentie van de nazorgbehandelingen dient individueel per patiënt vastgesteld te worden. Gedurende de eerste twee jaar na actieve behandeling zal het om de drie à vier maanden zijn, daarna is het aan de hand van het bereikte resultaat en de omstandigheden individueel te bepalen. Sommige patiënten zullen altijd drie keer per jaar moeten komen, anderen kunnen zonder problemen om het jaar voor nazorg komen.

Als je als behandelaar met parodontale behandeling begint, houdt dat automatisch in dat je ook voor de nazorg moet zorgen – de nazorg is immers een onlosmakelijk deel van de behandeling. Eventueel kan een deel van de behandeling uitbesteed worden aan hulpkrachten, maar de controle en diagnostiek blijven wel de verantwoordelijkheid van de tandarts.

Motivatie patiënt
De patiënt moet er van doordrongen zijn dat het deelnemen aan het nazorgprogramma een wezenlijk onderdeel van de behandeling is. Hier spelen evidence based behandelen met informed consent van de patiënt een grote rol! Een eindstadium bereiken bij parodontale behandeling is eigenlijk niet mogelijk, op totale gebitsextractie na.

In de verwijspraktijk voor parodontologie zien we regelmatig dat patiënten na enige jaren het door ons geboden nazorgprogramma willen beëindigen. We raden dan altijd aan elders voor de benodigde nazorg te laten zorgen.

Een aantal patiënten zien we vaak na een jaar of vijf weer terug, waarbij de toestand van het parodontium dan weer vergelijkbaar is met die van het allereerste onderzoek – of slechter. Vrijwel altijd betreft het dan recidief van adulte parodontitis.

Patiënten met refractaire parodontitis of agressieve parodontitis zijn meestal al als risicopatiënten herkend en zijn daar zelf van op de hoogte. Zij zullen niet zo snel van nazorg afzien.

De oorzaak van het recidief van adulte parodontitis is altijd onvoldoende plaque beheersing en niet toereikende regelmatige professionele reiniging en begeleiding. Het steeds maar weer motiveren, instrueren en subgingivaal reinigen van de patiënt blijkt in de algemene tandarts- en mondhygiënepraktijk vaak lastig. Een nazorgbehandeling vraagt veel inzet en tijd. Het kan niet in een kwartier.

Casus als voorbeeld
Klik hier voor de casus

Publicaties
De twee onderstaande publicaties vermelden onder andere in de conclusies het belang van nazorg voor behoud van parodontaal aangedane elementen:

  • Peter Eickholz et all: Tooth loss after active periodontal therapy. 1: Patient-related factors for risk, prognosis, and quality of outcome. Journal of Clinical Periodontology (2008) 35(2): 165–174.
  • Bernadette Pretzl et all: Tooth loss after active periodontal therapy. 2: Tooth-related factors. Journal of Clinical Periodonto-logy (2008), 35(2):175–182.

Conclusies
De conclusies van het onderzoek en de klinische relevantie zijn:

  1. Principal findings: The following factors increase the risk for tooth: ineffective oral hygiene, irregular supportive periodontal therapy, IL-1 polymorphism, initial diagnosis, smoking, age and female sex.Practical implications: Regular supportive periodontal therapy and effective plaque control are the most effective tools to prevent tooth loss and maintain a favourable periodontal status. Assessment of IL-1 polymorphism contributes to the individual periodontal risk profile.
  2. Principal findings: Baseline bone loss, furcation involvement, and use as an abutment tooth contribute to the risk of tooth loss.Practical implications: Even accounting for tooth-related factors regular supportive periodontal therapy and effective plaque control are the most valid tools to prevent tooth loss.

Tot slot het Consensus Statement of the 6th European Workshop on Periodontology.
‘The long-term stability of successfully treated chronic periodontitis demands the introduction of, and compliance with an effective programme of SPC.’ (Journal of Clinical Periodontology (2008), 35 (8 Suppl):1-2.

Kortom: Nazorg móet.

Door: J.P. van Hoeve

De heer J.P. van Hoeve is tandarts-parodontoloog. Van Hoeve werkte geruime tijd in de algemene praktijk. Later legde hij in zijn werkzaamheden de nadruk op parodontologie en prothetiek. Naast zijn werkzaamheden in de praktijk werkte Van Hoeve enkele jaren als medewerker in de vakgroep Parodontologie, studentenonderwijs en en PAOT aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Ook is Van Hoeve jarenlang bestuurslid geweest van diverse tandheelkundige verenigingen. Sinds 2006 geeft Van Hoeve postacademisch onderwijs en cursussen aan mondhygiënisten en assistenten. Ook schreef hij het boek ‘Parodontologie in de praktijk’.

Lees meer over: Casus, Kennis, Parodontologie, Thema A-Z
mondwater

Casus: het belang van parodontale nazorg

Onvoldoende bestrijding van plaque en het ontbreken van de benodigde nazorg zijn de voornaamste oorzaken van tegenvallende resultaten en mislukking van parodontale behandeling. Bekijk de casus.

Het betreft een patiënte van 21 jaar met ernstige, postjuveniele parodontitis, die in 1985 ingestuurd wordt. We vinden actieve ontsteking, diepe tot zeer diepe pockets, beginnende furcatie-aandoeningen en gegeneraliseerde botafbraak, lokaal tot meer dan 50 %. De derde molaren zijn nog niet doorgebroken.


Afbeelding 1


Afbeelding 2

Afbeelding 1 en 2: 1985. Klinisch beeld bij het eerste bezoek van de patiënte: verkleurde, gezwollen marginale gingiva en interdentale papillen. De stippeling van de gingiva ontbreekt en er is bloeding.


Afbeelding 3
De pocketstatus toont de grotendeels zeer diepe pockets, de verhoogde bewegelijkheid van de elementen en de furcatie aandoeningen.


Afbeelding 4
De voortgeschreden bot afbraak met de furcatieproblematiek is overduidelijk, evenals de combinatie verticale botafbraak en de ongelukkige wortelvorm van de 14 en 24.

Behandeling
De behandeling is traditioneel: initiële therapie gevolgd door pocketeliminatiechirurgie. De bacteriologische kennis van parodontale ontstekingen is in die tijd nog beperkt, waardoor het gebruik van antibiotica niet overwogen wordt.

In de volgende jaren zien we na een periode van stabiliteit ondanks de goede plaquebestrijding door de patiënte en een goede nazorg toch een terugval.

In 1990, vier jaar na de chirurgie, zijn er een aantal te diepe actieve pockets te sonderen. De 47 gaat verloren. De röntgenfoto’s laten ten opzichte van 1985 geen verslechtering zien, op meerdere plaatsen zelfs verbetering.

Wat aan de röntgenstatus opvalt, is dat aan de 11, om voor ons onduidelijke redenen, een apexresectie met een retro-grade amalgaamrestauratie is uitgevoerd. Vanwege de ernstige botafbraak is een dergelijke behandeling hier gecontra-indiceerd, zeker daar bij een centrale bovenincisief een orthograde endodontische behandeling toch succesvol uitgevoerd kan worden. Het niet-gevulde kanaal en een apicale afsluiting met een grote kans op lekkage verslechteren de prognose van het element.

Afbeelding 5
1990. Pocketstatus vier jaar na aanvang van de behandeling: bij de 47 is de afbraak progressief.

 


Afbeelding 6
De röntgenstatus laat dan geen verdere botafbraak zien. De 11 heeft na een apexresectie weer wat houvast verloren.

De parodontale relaps behandelen we met extra subgingivale reiniging van de elementen met de diepe pockets ondersteund met een kuur tetracycline. Het gewenste resultaat, een blijvende pocketreductie, wordt hiermee niet bereikt. Door betere kennis van de bacteriologie wordt de behandeling in 1993 herhaald en nu ondersteund met een gecombineerde kuur metronidazol en amoxicilline. Hiermee bereiken we een stabiel en in de nazorg beheersbaar resultaat, er blijven alleen nog enige lokale pockets zoals bij de 14 en 24, die een ongelukkige wortelvorm hebben. Klinisch blijft alles jarenlang gezond, zelfs de 11.



Afbeelding 7
1998. Het beeld van een klinisch gezonde gingiva, acht jaar na de combikuur.

Afbeelding 8
Het botniveau rond de elementen is nagenoeg onveranderd in vergelijking met de status uit 1999 (afb. 6).

Afbeelding 9
2000. Pocketstatus, vijftien jaar na het begin van de behandeling: geen onbeheersbare pockets; zelfs de 24 is stabiel te houden.

In 2005 is er nauwelijks verandering opgetreden in vergelijking met de in 1993 bereikte toestand. De frequentie van nazorg is nu al zeven jaar beperkt tot tweemaal per jaar waarbij het parodontium stabiel blijft. Door de consequente nazorg en aanvullende behandelingen is het parodontium na 20 jaar gezond. Alles dankzij de samenwerking tussen behandelaar en patiënt.

Afbeelding 10

Afbeelding 11

Afbeelding 12

Afbeelding 13

Afbeelding 10-13. 2005. Twintig jaar na het begin van de behandeling. De klinische beelden, de pocketstatus en het OPG geven het beeld van een gebit in een klinisch gezond gereduceerd parodontium.

Lees het gehele artikel ‘Belang van parodontale nazorg’.

Door: J.P. van Hoeve

De heer J.P. van Hoeve is tandarts-parodontoloog. Van Hoeve werkte geruime tijd in de algemene praktijk. Later legde hij in zijn werkzaamheden de nadruk op parodontologie en prothetiek. Naast zijn werkzaamheden in de praktijk werkte Van Hoeve enkele jaren als medewerker in de vakgroep Parodontologie, studentenonderwijs en en PAOT aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Ook is Van Hoeve jarenlang bestuurslid geweest van diverse tandheelkundige verenigingen. Sinds 2006 geeft Van Hoeve postacademisch onderwijs en cursussen aan mondhygiënisten en assistenten. Hij schreef het boek Parodontologie in de praktijk.

Lees meer over: Casus, Kennis, Parodontologie, Thema A-Z

De mond als spiegel van de algemene gezondheid

Verslag van de lezing van prof. dr. Isaäc van der Waal over aandoeningen in de mond die een spiegel zijn van de algemene gezondheid.

HIV
Professor Van der Waal begint z’n presentatie met een wat minder smakelijke foto. Namelijk een afbeelding van anup. Hij vraagt de zaal wat dit voor de algemene gezondheid zou kunnen betekenen. We antwoorden dat deze persoon wel eens HIV zou kunnen hebben. De professor adviseert ons de patiënt voorzichtig te vragen of deze besmetting mogelijk zou kunnen zijn. Dit zijn altijd nare gesprekken, maar het is onze verantwoordelijkheid om de patiënt hierover te informeren. U kunt uw patiënt aanraden zich te laten testen. Soms vertelt de patiënt dan ineens wel eerlijk dat er sprake is van HIV…

Harige leukoplakie
Hetzelfde geldt voor een witte afwijking aan de tongrand die dubbelzijdig is. Het kan een “harige leukoplakie” (Hairy leukoplakia) zijn, veroorzaakt door corticosteroïdengebruik of andere immunosupressiva’s. Vraag de patiënt naar medicijngebruik. Gebruikt de patiënt de genoemde medicijnen niet, dan is dit een sterke aanwijzing voor HIV. In dit geval is het geen gewone leukoplakie maar een zogenaamde ‘hairy leukoplakie’, terwijl het er niet erg harig uitziet en ook het niet premaligne is. Hairy leukoplakia komt – vreemd genoeg – vaak voor onder HIV-besmette homoseksuelen en biseksuele mannen. Bij andere HIV-besmette mensen komt het beduidend minder vaak voor.

Candidose
Orae candidose ontstaat bij een verstoring van het microbiële evenwicht. Dat kan worden veroorzaakt door roken, medicijnen als Ventolin en inwendige ziektes zoals diabetes en HIV. Ook kan er sprake zijn van bloedarmoede. Daarnaast kan candidose ontstaan door langdurig antibioticagebruik. Het gaat er dus niet alleen om de candidose te bestrijden, maar uit te laten zoeken wat de oorzaak is.

Kaposi sarcoom
Het kaposi sarcoom is vrijwel altijd AIDS-gerelateerd. Het kan in de mond de eerste uiting zijn van een HIV-infectie. Dit sarcoom heeft een blauw/rode kleur en komt het meest voor op het palatum, gingiva en tong. Het kan in beginsel verward worden met een abces als u dit klinisch tegenkomt. Als u verder kijkt, vindt u geen pocket, een normale sensibiliteit van het betreffende gebitselement en er komt geen vocht uit bij incisie. Het kaposi sarcoom voelt vast-elastisch aan. De diagnose kan alleen maar worden gesteld aan de hand van weefselonderzoek door de patholoog.

Zwellingen
Vervolgens wordt ons een foto voorgeschoteld van een enorme zwelling van het tandvlees. Van de tweede molaar is enkel nog het occlusale vlak zichtbaar. Hier is duidelijk iets niet in de haak. Het blijkt zelfs een uiting van chronische leukemie te zijn.

Epulis
Bij het zien van een epulis roepen we met z’n allen: ‘Zwanger!’. De professor beaamt dat het regelmatig voorkomt bij graviditeit, maar dat het ook, weliswaar zeldzaam, iets anders kan zijn en zelfs een uitzaaiing (metastase) kan zijn van een elders in het lichaam gelegen gezwel. Dus ook als de patiënte zwanger is, stuur haar dan toch door. Ook door bepaalde medicijnen kan de gingiva flink gezwollen raken. Overleg dan met de huisarts of de voorschrijvende specialist of de medicatie misschien kan worden aangepast.

Reuscel-arteriitis
Een andere, nogal ongewone, laesie is plotseling weefselverlies dat kan optreden bij reuscel arteriitis, een ontsteking in de wand van slagaderen. Het komt meestal voor na het 50e levensjaar bij vrouwen. De oorzaak is niet precies bekend. Het kan leiden tot plotselinge ulceraties (zweren) van tong, gehemelte en lippen. Onmiddellijke behandeling met corticosteroïden kan blindheid voorkomen.

Cheilitis granulomatosa
Een voorbeeld dat bij ons op de lachspieren werkt, is van een man met cheilitis granulomatosa. Zijn onderlip was gigantisch opgezwollen. De man eiste onmiddellijke chirurgische correctie. Hierop ging Van der Waal eigenlijk met veel tegenzin in – omdat het resultaat niet goed is te voorspellen – en dacht een verbluffend resultaat te hebben geleverd. Na de operatie bleek de bovenlip echter in volume te zijn toegenomen. De man werd kwaad en eiste wederom een chirurgische ingreep. Dit weigerde de professor en hij liet de man na een tijdje terugkomen voor controle. De bovenlip was duidelijk geslonken maar de man was nog steeds erg kwaad. Van der Waal nam angstig de ‘artiestenuitgang’ van het ziekenhuis om de boze patiënt te ontlopen. “Soms denk je een enorm goed resultaat te hebben behaald en denkt de patiënt daar totaal anders over. En vice versa….”

Pigmentaties
Kleine bruine vlekjes op de lippen en/of het wangslijmvlies en de huid kunnen duiden op het Peutz-Jeghers syndroom, een genetische ziekte. Bij een dergelijke patiënt is er een grote kans op het krijgen van allerlei soorten kanker.

Malariapillen (Plaquenil ®) worden tegenwoordig voor allerlei ziektes en aandoeningen gebruikt. Het kan een blauwe verkleuring geven, vreemd genoeg vooral op het gehemelte.

Ziekte van Crohn
De ziekte van Crohn is een chronisch, recidiverende ziekte ontsteking die op elke plaats in het maagdarmkanaal (van mond tot anus) kan voorkomen.

Als u langwerpige, aften-achtige ulceraties ziet in de onderkaak die dubbelzijdig zijn, dan kunt u er bijna van uitgaan dat er sprake is van deze ziekte. De ziekte van Crohn kan zich ook uiten in de vorm van cheilitis granulomatosa. De ziekte uit zich soms enkel in de mond en niet in de darmen.

Afsluitend
Van der Waal haalde nog meer voorbeelden aan van aandoeningen in de mond die een spiegel zijn van de algemene gezondheid. Deze zijn ook te zien in het nascholingstijdschrift voor mondhygiënisten: Quality Practice – Orale pathologie in de mondzorg.

Door:
Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Bron:
Quality Practice

Prof. dr. I. van der Waal is hoofd van de afdeling mondziekten, kaak- en aangezichtschirurgie van ACTA / VU medisch centrum te Amsterdam en is expert op het gebied van mondziekten en voorstadia daarvan, zowel klinisch als histopathologisch.

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
stress

Stress is ongezond, ook voor de mond

Wat is stress nu precies en wat betekent dit voor de mondzorger? Verslag van een lezing van tandarts-implantoloog H. Strooker voor de Nederlandse Vereniging van Mondhygiënisten.

Stress heeft men nodig, maar te veel ervan is schadelijk voor de gezondheid. We realiseren ons vaak niet hoeveel impact stress kan hebben in de mond. Strooker gaf een verhelderende presentatie over wat stress nu precies is en wat dit betekent voor de mondzorger.

Anamnese
Vroeger deden we de medische anamnese, dan stelden we een diagnose en vervolgens gingen we over tot therapie. Een goede therapie geven kan enkel als je een goede diagnose hebt. Een goede diagnose stellen kan alleen na afname van een goede algehele anamnese. Die anamnese moet vaak opnieuw worden gedaan, zeker als je niet begrijpt waarom een ontsteking maar niet geneest. Zo’n anamnese brengt bijvoorbeeld ook aan het licht dat een patiënt bij een psychiater is geweest.

Voorbeeld
Hoe belangrijk de anamnese is, bleek uit het volgende voorbeeld. De spreker noemde deze casus de verzwegen anamnese. Een mevrouw met progressieve parodontitis kreeg een antibiotica kuur. Vervolgens belde na een tijdje haar man op dat het heel slecht met zijn vrouw ging. Wat bleek: Metronidazol is in principe neuro-toxisch. Bij het gebruik van antipsychotica kan men sterke interactie krijgen. De patiënte die dit medicijngebruik niet had gemeld, had er een zware depressie en een psychose door gekregen.

Wat is stress?
Het lichaam wordt omgeven door miljarden bacteriën: 2,5 kilo aan nat gewicht. Het is eigenlijk onvoorstelbaar dat het lichaam dan nog gezond blijft. Cytokines sturen de witte bloedcellen aan op het juiste moment: als een dirigent over een orkest. Maar stress grijpt in op de concentratie cytokines (zoals interleukine) en witte bloedcellen. Acute stress ziet er zo uit: je ligt te slapen in je tentje, doet de rits open en ziet een panter op je aflopen. Je schrikt je rot, je adrenaline knalt omhoog, je hartslag gaat omhoog, je bloeddruk schiet omhoog en ook je bloedsuiker stijgt. Je lichaam is tot twee dingen in staat: vechten of vluchten. Je cytokines en witte bloedcellen nemen toe en daardoor ook de afweer. Acute stress is dus gezond.

Chronische stress
Er gebeurt iets in je leven waarbij je niet kunt vluchten. Het cortisol wordt gestimuleerd. Dit is ontstekingsremmend. Helaas heeft het als bijwerking dat de botafbraak wordt verhoogd. Door chronische stress krijgt men een subjectieve beleving van ingrijpende gebeurtenissen. Ook de immuniteit neemt af. Bepaalde bacteriën groeien enorm bij bepaalde hormonen (zwangerschap). De cortisol diffundeert door het tandvlees, ook daar groeien bepaalde bacteriën van. Zoals PG.

Hoe meet men stress?
Er zijn diverse methodes voor. Om ze goed af te nemen en te interpreteren kunt u nascholing volgen.
Een hele goede methode is de 3-sporen-anamnese. Deze kunt u afnemen bij het vermoeden van een relatie tussen stress en klemmen. Bij de anamnese moet er naar de volgende zaken gevraagd worden:

  • Klemmen en knarsen
  • Anorexia
  • Hyperventilatie
  • Agressie regulatiestoornis
  • Dromen over machteloosheid
  • XTC cocaïne
  • Hobby’s (blaasinstrument)
  • Mishandeling in het gezicht
  • OPG: veel endo’s?
  • Orale incest
  • Niet kunnen loslaten
  • Regie niet uit handen kunnen geven
  • Hoofdpijn/oorpijn
  • Perfectionisme

Implanteren?
Implanteren bij een knarser? Niet doen! Hier was de heer Strooker erg duidelijk over. Hij legde dit uit aan de hand van een röntgenfoto. Het implantaat was compleet kapot geknarst.

De vicieuze cirkel
Door stress gaat men vaak verkeerd eten, meer roken, meer suiker eten etc etc. Het heeft dus een enorme invloed op de vatbaarheid voor ontstekingen, de microbiologische samenstelling van de parodontale gezondheid en op peri-implantitis.
Moraal van het verhaal: interview de patiënt als je een stressrelatie vermoedt!

H. Strooker is tandarts-implantoloog. Afgestudeerd aan de Universiteit van Amsterdam in 1977. Sindsdien is hij werkzaam geweest op de afdeling Parodontologie en op de afdeling Microbiologie op de ACTA. Sinds 1985 heeft hij een verwijspraktijk voor implantologie in Haarlem. Daarnaast geeft hij bij- en nascholing op het gebied van implantologie, peri-implantitis en peri-implantaire mucositis.

Door: Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis
Hart - gezondheid

Bezoek aan de tandarts vermindert hart risico’s voor vrouwen maar niet voor mannen

Volgens een nieuwe studie uit de Verenigde Staten verlagen vrouwen die regelmatig een tandarts zien de kans op hartaanvallen, beroertes en andere cardiovasculaire problemen met ten minste een derde. Maar dit geldt niet voor mannen.

De analyse, door de Universiteit van Californië, heeft gegevens gebruikt van bijna 7.000 mensen tussen de 44-88 jaar oud die ingeschreven staan bij de Health and Retirement Study aan de Universiteit van Michigan. De Universiteit interviewt om de twee jaar 22.000 Amerikanen van 44 jaar en ouder over onderwerpen als gezondheidszorg, huisvesting, activa, pensioenen, werkgelegenheid en arbeidsongeschiktheid.

De resultaten werden online gepubliceerd in het tijdschrift Health Economics. De studie vergeleek mensen die naar de tandarts ging tijdens de twee voorgaande jaren met degenen die dat niet deden.

De bevindingen voegen toe aan het groeiende onderzoek tussen tandvleesaandoeningen met risicofactoren voor hart- en vaatziekten en beroerten.

Verband hart- en vaakziekten
Hoofdauteur, Timothy Brown, assistent adjunct hoogleraar Beleid en Management Gezondheidszorg aan de Universiteit van Berkeley’s School of Public Health, zegt: ‘Veel studies hebben verbanden tussen gebitsverzorging en hart- en vaatziekten gevonden, maar onze studie toont als eerste aan dat de algemene tandheelkundige zorg leidt tot minder hartaanvallen, beroertes en andere cardiovasculaire uitkomsten in een causale manier.’

Het feit dat mannen en vrouwen niet in gelijke mate profiteren van de tandheelkundige zorg verrast de onderzoekers niet. Timothy Brown: ‘Voor zover ik weet, bleek uit eerdere studies op dit gebied dat de relatie tussen slechte mondgezondheid en cardiovasculaire ziekte verschilt per geslacht, maar niemand heeft onderzocht wat de verschillen zijn tussen mannen en vrouwen met betrekking tot werkelijke hart- en vaatziekten.’

Verschillen mannen en vrouwen
Het team is van mening dat de bevindingen van de studie de verschillen hoe mannen en vrouwen hart- en vaatziekten ontwikkelen weergeven. ‘Andere studies suggereren dat oestrogeen een beschermend effect heeft tegen hart- en vaatziekten, omdat het de ontwikkeling van arteriosclerose helpt te voorkomen . Het is niet totdat vrouwen de menopauze meemaken rond de leeftijd van 50 tot 55, dat ze de mannen beginnen in te halen.’

De auteurs van de studie adviseren bij hart- en vaatziekten tijdig een tandarts te bezoeken voor het beschermende effect. De onderzoekers hadden geen gegevens over de aard van de procedures die werden gebruikt tijdens het tandheelkundige bezoek, maar ze wezen naar andere studies die aangaven dat bij driekwart van de bezoeken aan de tandarts door senioren, preventieve diensten, zoals schoonmaken, fluoride en kit behandelingen werden gebruikt.

Bron:
Dentistry.co.uk

Lees meer over: Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Onderzoek, Thema A-Z
Zwangerschap

Mondzorg van zwangere moeders van vitaal belang voor gezonde baby

Een nieuwe studie stelt dat de mondgezondheid van zwangere vrouwen een aanzienlijke impact kan hebben op de gezondheid van de baby.

Zwangere vrouwen kunnen gingivitis ervaren en een milde tot ernstige tandvlees opzwelling alsmede zwangerschap tumoren die niet kanker-gerelateerd zijn. Hoewel bloedingen en ontstekingen van het tandvlees zijn opgemerkt in alle trimesters van de zwangerschap, verdwijnt het meestal drie tot zes maanden na de bevalling, op voorwaarde dat een goede mondhygiëne wordt nageleefd.

Voorlichting
Zwangerschap tumoren, hoewel deze niet kwaadaardig zijn, verschijnen in de mond en verdwijnen meestal na de geboorte van het kind. Ze zijn meestal pijnloos en rood of paars van kleur, maar ze kunnen spontaan gaan bloeden. Robert Roesch, een woordvoerder van de Academy of General Dentistry, zei: ‘We denken dat tandvleesontstekingen en opzwellingen bij zwangere vrouwen het resultaat is van een verhoogde respons op bacteriën in de mond. ‘Daarom is het uiterst belangrijk om patiënten te onderwijzen over een goede mondhygiëne tijdens de zwangerschap.’

Link ontstoken tandvlees – sterfte baby
In 2010 werd de allereerste gedocumenteerde link gevonden tussen het ontstoken tandvlees van een zwangere vrouw en de sterfte van haar baby. Door de gingivitis zouden bacteriën in de bloedbaan gekomen zijn waardoor deze de foetus konden bereiken.
Zwangere vrouwen zullen daarom hun half jaarlijkse controle moeten handhaven en een tandarts / mondhygiënist raadplegen indien ze een verandering merken van hun mondgezondheid.

Bron:
Dentistry.co.uk
Artikel gepubliceerd in General Dentistry november/december 2010

Lees meer over: Kennis, Onderzoek
mondgezondheid - stinkende adem

Mondzorg special in Metro

Bekijk de special uit Metro van 10 maart.

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis
chirurg

Mond-, kaak- en aangezichtschirurgie

Het leerboek Mond-, kaak- en aangezichtschirurgie is een helder geschreven boek dat op overzichtelijke wijze de meest gangbare, in de mond-, kaak en aangezichtschirurgie voorkomende operaties beschrijft. Het leerboek bestaat uit zeven hoofdstukken.

Hoofdstukken
Elk hoofdstuk begint met een inleiding waarin wordt ingegaan op de achtergronden van de in dat hoofdstuk beschreven operaties. Hoofdstuk 1 behandelt de operaties aan of gerelateerd aan het gebit. Hoofdstuk 2 gaat over fracturen en hoofdstuk 3 over kaakstandcorrecties. In hoofdstuk 4 komen de operaties aan het kaakgewricht aan bod en in hoofdstuk 5 de preprothetische chirurgie en implantologie. Hoofdstuk 6 beschrijft de meest voorkomende oncologische operaties in de kaakchirurgie. Tot slot wordt in hoofdstuk 7 een aantal operaties beschreven die niet onder een van de voornoemde onderwerpen vallen. Mond-, kaak- en aangezichtschirurgie is bedoeld als leerboek voor operatieassistenten in opleiding en als leerboek en naslagwerk voor gediplomeerde operatieassistenten.

De reeks ‘Operatieve Zorg en Technieken’ is bestemd voor de opleiding tot operatieassistent. Naast het basisboek bestaat de reeks uit een aantal vervolgdelen, waarin de verschillende specialismen van de chirurgie worden behandeld.

Elk deel in de reeks heeft dezelfde indeling. Ieder hoofdstuk begint met een inleiding, gevolgd door een uitwerking van de pre-, per- en postoperatieve fase van de operatie. Bij alle operatiebeschrijvingen staat een vermelding van de operatie-indicatie en het doel van de operatie. De opstelling van het operatieteam wordt per operatiebeschrijving verduidelijkt door een afbeelding. Achter in het boek wordt altijd een selectie opgenomen van veelvoorkomend specifiek instrumentarium.

De reeks ‘Operatieve Zorg en Technieken’ benadert de beroepsuitoefening van de operatieassistent zo dicht mogelijk. De talrijke afbeeldingen onderbouwen deze benadering.

Auteurs: Arris Schuurkamp, Annelies Detmar-van der Meulen
Annelies Detmar-van der Meulen en Arris Schuurkamp zijn beiden als operatieassistent werkzaam in het VUmc in Amsterdam, waar zij de mond-, kaak- en aangezichtschirurgie als specialisme hebben.

 

 

Lees meer over: Folders
kaakchirurgie

Publiekslezing ‘Dokter op dinsdag’: kaakchirurg Christian Griëntschnig, over mond-, kaak- en aangezichtschirurgie

Datum en tijd: dinsdag 15 maart | 19:00 uur tot 20:00
Locatie: Bezoekershal Tolbrugstraat 11 ‘s-Hertogenbosch
Bestemd voor: patiënten, bezoekers, medewerkers en andere geïnteresseerden

Christian Griëntschnig, kaakchirurg in het Jeroen Bosch Ziekenhuis, houdt een publiekslezing ‘Dokter op dinsdag’ over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van mond-, kaak- en aangezichtschirurgie.

Kaakchirurgen doen meer dan lastige verstandskiezen trekken en wortelpuntbehandelingen. Zij behandelen bijvoorbeeld ook irritatieplekken in het slijmvlies van de mond, doen operaties aan de speekselklieren en operaties aan het aangezicht. Bij dit laatste gaat het dan meestal om operaties van het bot, bijvoorbeeld wanneer de onderkaak erg uitsteekt; een zogenaamde centenbak. Plastisch chirurgen werken over het algemeen met zacht materiaal (huid, weefsel). Na de voorbereiding door de orthodontist, kan de kaakchirurg de kaak verplaatsen en zodat het kauwen beter gaat en de vorm van het aangezicht verbetert.

Implantaten
Christian Grientschnig zal verder uitleg geven over het plaatsen van implantaten. Ook hiervoor zijn de kaakchirurgen speciaal opgeleid. Als er onvoldoende bot in de kaak aanwezig is om de implantaten in te plaatsen is bovendien eerst een voorbereidende operatie nodig. Omdat deze onder narcose moet worden gedaan, vindt deze in het ziekenhuis plaats.

Bron:
Jeroen Bosch Ziekenhuis

Lees meer over: Kennis, Scholing
goed, slecht, vinger, wijzen

Tandartsen gaan kwaliteit verbeteren

Deze week starten twintig tandartspraktijken met het traject Door Cliënten Bekeken van de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF) om de kwaliteit van hun dienstverlening verder te verbeteren.

Daarmee zijn de tandartsen de vijfde sector zorgverleners die op basis van de ervaringen van hun cliënten zaken gaan verbeteren als communicatie en bejegening, hygiëne in de praktijk en de kwaliteit van de behandeling.

Pilotfase
Twee enthousiaste groepen van tien tandartspraktijken uit de omgeving van Enschede en Groningen zijn deze week de pilotfase van het traject gestart met de eerste bijeenkomst.

“De motivatie en hun belangstelling om met Door Cliënten Bekeken aan de slag te gaan was goed merkbaar”, zegt NPCF-directeur Wilna Wind. “De tandartsen die nu met ons traject aan de slag gaan, zien er duidelijk de meerwaarde in om van hun patiënten te horen wat ze belangrijk vinden, wat volgens hen beter kan en hoe ze de zorgverlening tot nu toe ervaren. Dat biedt hen natuurlijk straks hele belangrijke input om hun werk zo patiëntgericht mogelijk te doen”.

Doel
Het doel van de pilot is om Door Cliënten Bekeken gaandeweg steeds verder te verfijnen en zo toe de snijden op de tandartsen dat later in 2011 alle tandartspraktijken in Nederland ermee aan de slag kunnen. De twintig deelnemende tandartspraktijken leveren met hun deelname dus een belangrijke bijdrage aan deze pilot.

NPCF en Menzis
Om de pilot mogelijk te maken hebben NPCF en zorgverzekeraar Menzis de handen ineen geslagen. Anda Geerdink, contractmanager bij Menzis: “Ook Menzis vindt het belangrijk dat de wensen van patiënten gehoord worden als het gaat om het verbeteren van de kwaliteit. ‘Door Cliënten Bekeken’ is een ideaal traject om de dialoog tussen tandarts en cliënt te faciliteren.” Het project wordt mede mogelijk gemaakt door een financiële bijdrage van het ministerie van Volksgezondheid.

Tandarts Astrid Stijger van Dentolive in Leek was meteen enthousiast toen zij benaderd werd voor deze pilot. “Ons team zet zich met hart en ziel in voor de patiënten. We meten jaarlijks al de klanttevredenheid, maar nu we de eerste bijeenkomst van ‘Door Cliënten Bekeken’ hebben gehad, denken we dat dit traject verder gaat. Het zal ons meer en betere informatie opleveren over het patiëntenperspectief, zodat we onze dienstverlening samen nog verder kunnen verbeteren.”

Gevestigd
Sinds de eerste pilot acht jaar geleden heeft ‘Door Cliënten Bekeken’ zich inmiddels gevestigd als hét traject voor kwaliteitsverbetering vanuit het perspectief van de patiënt. Ruim duizend apotheken en meer dan honderd gezondheidscentra hebben inmiddels het certificaat behaald.

Ook oefentherapeuten en huisartsen volgen het traject, en komen er aan de hand van een vragenlijst, groepsgesprekken met patiënten en workshops achter hoe patiënten hen waarderen en waar verbeterpunten liggen. De uitvoering wordt gedaan door onderzoeksinstituut ARGO Rijksuniversiteit Groningen BV.

Bron:
NPCF

Lees meer over: Kennis, Kwaliteit
Kindergebit

Hoe zien de gebitten van kinderen en jongvolwassenen eruit?

Kies voor Tanden ‘Hoe zien de gebitten van kinderen en jongvolwassenen er uit?’ Dit is de centrale vraag in het project ‘Kies voor Tanden’ dat TNO uitvoert in opdracht van het College Voor Zorgverzekeringen (CVZ).

Het doel van het project ‘Kies voor Tanden’ is om een beeld te krijgen hoe de gebitten van kinderen en jongvolwassenen in Nederland er uitzien. Op basis hiervan wordt gekeken wat er eventueel moet veranderen om de gebitsgezondheid van kinderen en jongvolwassenen op peil te houden of waar nodig te verbeteren. Denk bijvoorbeeld aan betere voorlichting of eventuele aanpassingen aan het verzekerde pakket.

Kies voor Tanden op vier plaatsen
Project ‘Kies voor Tanden’Het project ‘Kies voor Tanden’ vindt in 2011 plaats te Alphen aan den Rijn, Gouda, Breda en Den Bosch. Hiervoor ontvangen 5-, 11-,17-, 21- en 23-jarigen een uitnodiging. Het is van belang dat veel jongeren aan het project meedoen, om zo een goed beeld te krijgen van de gebitgezondheid van jeugdigen.

Deelname aan ‘Kies voor Tanden’ bestaat uit een gebitscontrole en het invullen van een vragenlijst. Tijdens de gebitscontrole wordt alleen gekeken. Er wordt niet behandeld!!

Met de bus op locatie
De gebitscontrole vindt plaats in de ‘Kies voor Tanden’-onderzoeksbus van TNO. Deze komt naar de vier plaatsen toe. De bus komt op een centraal gelegen plaats in de stad te staan. Met de deelnemers wordt t.z.t. telefonisch een afspraak voor de gebitscontrole gemaakt. Alle tandartsen in de vier steden, de gemeenten, betrokken personen, scholen en GGDen zijn over het project geïnformeerd.

Bron:
TNO

Lees meer over: Kennis, Kindertandheelkunde, Onderzoek, Thema A-Z
gegevens

Britse patiënten kijken EPD niet in

Slechts 60 patiënten per maand kijken in Groot-Brittannië hun EPD in. De laatste cijfers laten zien dat bijna niemand interesse heeft in de medische gegevens in het EPD. Dat meldt ehealthinsider.

Het zogenaamde HealthSpace werd in 2007 gelanceerd door de Labour-regering. In meer dan drie jaar hebben echter slechts 3000 patiënten hun dossier ingezien, zo maakte het Britse ministerie voor Volksgezondheid bekend.

Systeem
Het systeem, waarmee artsen en patiënten medische gegevens kunnen inzien, is tot nu toe erg beperkt. Het registratiesysteem zou bovendien te ingewikkeld zijn. Patiënten moeten lijfelijk aanwezig zijn om de registratie te completeren en hebben een login-kaart nodig om het EPD te kunnen gebruiken. De nieuwste aanpassing van HealthSpace wordt een online registratiemogelijkheid en een authentificatieservice.

Bron:
Zorgvisie

 

Lees meer over: E-health, Kennis, Patiëntendossier
frameprothese

Casus: frame past steeds slechter

Een man geeft aan dat z’n twee jaar oude frame steeds slechter past en het weefsel eronder raar aanvoelt. Wat is uw diagnose en behandeling?

Een man van 43 jaar met een gemutileerde dentitie meldt zich bij u. Hij geeft aan dat zijn twee jaar oude frame in de onderkaak steeds slechter gaat passen. Uit de anamnese blijkt dat het verder geen pijn doet, maar meneer geeft aan dat het lijkt alsof het frame rechts verhoogd is en dat het weefsel eronder wat raar aanvoelt. Meneer draagt een frame voor de ontbrekende 36, 37, 46 en 47.

Intra-oraal ziet u dat de gingiva er gezond uitziet en dat het frame inderdaad moeilijk op z’n plek komt. Het frame maakt prematuur contact rechts. Bij palpatie is het rechterkaakdeel in de regio 46, 47 groter en onrustiger dan links. U besluit een OPT te maken. Wat is uw diagnose en behandeling?

Diagnose
Ameloblastoom. Het is een tumor die ontstaat uit ameloblasten. Echter is de tumor in tegenstelling met glazuur niet verkalkt, en bestaat uit jonge, minder gedifferentieerde cellen.

Behandeling
Twee strekkingen staan tegenover elkaar. Wanneer men met zekerheid een recidief wil vermijden, is ongetwijfeld een betrekkelijk agressieve chirurgie nodig. Microscopisch blijken deze tumoren niet afgekapseld te zijn, en dikwijls zijn er uitlopers in het bot, die macroscopisch niet zichtbaar zijn. Dit impliceert de noodzaak van resectie tot in gezond weefsel. Microscopische ingroei gebeurt minder in corticaal bot, zodat een solide botrand, die radiologisch en macroscopisch niet aangetast is, mag behouden blijven. Wanneer ook de corticalis ingevreten is, zal dit dikwijls neerkomen op een continuiteitsresectie, waarbij een onmiddellijke reconstructie met autogeen bot (rib- of heupkam) kan gebeuren. Voor de bovenkaak is men het eens, dat hier in elk geval een voldoende uitgebreide en veilige resectie moet gebeuren. Voor- en tegenstanders van beide behandelingsmethoden hebben allebei argumenten om hun thesis te verdedigen. Ongetwijfeld worden met een conserverende benadering in bepaalde gevallen zeer mooie en definitieve genezingen bekomen. Wanneer zich dan toch een recidief voordoet, is dit recidief dikwijls klein, en som met een kleine secundaire ingreep te verwijderen. In andere gevallen echter, waar een primaire resectie een blijvende genezing had kunnen bieden, staat men bij recidief voor onoplosbare chirurgische problemen. Een ameloblastoom is niet radiosensibel.

Bronnen en aanvullende informatie
Radiopaedia.org
Omfs.be

Lees meer over: Casus, Kennis
tandvlees

Benigne en premaligne aandoeningen van mondslijmvlies, tong en tandvlees

Verslag van de lezing van prof. dr. Isaäc van der Waal. Met aandacht voor aften, pigmentaties, leukoplakie en lichen Planus.

Diagnose
Van der Waal begon zijn presentatie met de opmerking dat mondhygiënisten diagnoses mogen geven. We doen eigenlijk niks anders. “Let maar op”, aldus de professor, “jullie gaan zo ook bijna onbewust al diagnoses geven.”

Aften
En inderdaad we kregen een foto te zien waarop we binnen enkele seconden de diagnose aften hadden gegeven. We kregen een compliment voor de diagnose. Maar waarom dachten we eigenlijk aan aften? Dat is heel lastig te zeggen; het ziet er gewoon uit als een aft.Typisch aan aften is dat het pijnlijk is en recidiverend. Het uit zich vooral bij jonge mensen. Onze taak is om de patiënt hierover gerust te stellen: het is onschuldig, niet besmettelijk en het gaat vanzelf weer over.

Twijfel? Doorverwijzen
Een zweer (ulcus) op de tongrand komt vaak door trauma. Men moet echter wel verdacht zijn op tongkanker. Daarom is het belangrijk om het te palperen. Let dan op of het vast aanvoelt en voel ook aan de directe omgeving van de zweer. Men doet er verstandig aan om een eventuele scherpe restauratierand of iets dergelijks weg te nemen en de patiënt na een week of 2 terug te laten komen. Is het niet weg? Twijfel dan niet en stuur de patiënt door naar iemand die er verstand van heeft. Want de mondhygiënist mag niet alleen praktijkdiagnoses geven maar ook verwijzen!

Niet onschuldig
Koorts hoort niet bij aften. Dan moet u denken aan bijvoorbeeld herpes simplexinfectie of, in zeldzame gevallen, aan een uiting van leukemie. Ook grote zweren midden op de tong die wat vreemd van kleur zijn, kunnen op een niet zo onschuldige ziekte duiden. Dit kan namelijk wijzen op de geslachtsziekte syfilis.

Zweren of blaren kunnen ook veroorzaakt zijn door verbranding en/of bestraling. Het kan ook betekenen dat de patiënt aan de auto-immuunziekte pamphigus vulgaris lijdt. Dit is een blaarvormende ziekte waarbij epitheel wordt afgestoten. Laat de patiënt na 2 weken retourneren. Niet weg? Doorsturen!

Herpes Simplex
Op het palatum kunnen blaasjes zichtbaar zijn. Als de blaasjes stuk zijn gegaan, lijken ook deze op aften. Het kan echter herpes simpex zijn. Een primaire herpes infectie zal niet zo gauw bij de mondhygiënist in de stoel te vinden zijn. De patiënt is dan namelijk zo beroerd, dat hij niet naar de praktijk zal toekomen. Alleen een primaire uitbraak uit zich in de mondholte. Een secundaire uitbraak uit zich als een koortslip.

Pigmentaties
Na deze heldere uitleg over afteuse afwijkingen en andere zweertjes gingen we over op het onderwerp pigmentatie. De amalgaamtattoo kennen we allemaal wel en is zo vaak voorkomend en normaal dat we het niet eens hoeven te noteren in het journaal. Hierna volgde een foto van iemand die gevallen was met een potlood. We zagen een grijze streep als een soort van tattoo. Het gaat niet meer weg.
Bij rokers kan er zich een rokersmelanose voordoen. Een blauw-bruine vlek die weer wegtrekt na het stoppen met roken.

Melanoom
Uiteraard hoeven we voor raciale pigmentatie niet te verwijzen. Maar wat wel een erge pigmentatie is, is een melanoom. De voorkeurslocaties hiervan zijn de gingiva van boven- en onderkaak en het palatum. Neem liever geen afwachtende houding aan, maar verwijs direct bij verdenking hiervan.

Leukoplakie
Leukoplakie zijn overwegend witte laesies die niet lijken op een andere definieerbare witte laesie van het mondslijmvlies. Het is een premaligne afwijking: de leukoplakie kan overgaan in een kwaadaardig plaveiselcarcinoom. Helaas is de effectiviteit van behandeling (bijvoorbeeld weglaseren) erg twijfelachtig. Van der Waal gaf aan dat hij bij zichzelf een leukoplakie misschien wel zou laten zitten! Maar als het niet wordt verwijderd en het ontaardt in kanker, dan krijgt men de vraag van de patiënt waarom het niet eerder is verwijderd.
Een hele goede tip was dat het maken van mondfoto’s erg nuttig kan zijn. Op een foto kan je meer zien dan dat men puur klinisch kan waarnemen. Dit werd geïllustreerd met een foto waarop een ulcus te zien was dat je klinisch niet zag.

Lichen Planus
We kennen allemaal wel het spinnenweb-achtige verschijnsel. Er is hiervoor geen biopsie vereist. Wel is er jaarlijkse controle aan te bevelen in verband met kans op maligniteit (0,5% per jaar). Let op: Lichen Planus is altijd dubbelzijdig. Is het enkelzijdig? Dan moet er doorverwezen worden. Ook een roker met Lichen Planus-achtige verschijnselen is verdacht, want het komt eigenlijk niet voor bij rokers.

Prof. dr. I. van der Waal is hoofd van de afdeling mondziekten, kaak- en aangezichtschirurgie van ACTA / VU medisch centrum te Amsterdam en is expert op het gebied van mondziekten en voorstadia daarvan, zowel klinisch als histopathologisch.

Door:
Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Bron:
Quality Practice themadag 11 februari 2011

Lees meer over: Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Scholing, Thema A-Z
eten - groenten

Voeding voor mond en afweer

Steeds meer patiënten hebben in de toekomst voedingsadviezen nodig hebben om de afweer en het herstel in de mond te ondersteunen. Verslag van de lezing van mevrouw Witteman tijdens de Najaarsvergadering van de NVM.

Deze presentatie leverde veel reacties op vanuit de zaal. De mondhygiënisten wilden graag hun buurvrouw tussendoor vertellen wat zij nu eigenlijk precies aten. Het schaamrood stond bijna op hun kaken toen ze de voedingspiramide van de bevlogen spreekster zagen…Dat viel even tegen!

Parodontitis
Parodontitis in relatie tot voeding: we weten er eigenlijk weinig over. Volgens Louise Witteman, ortho-moleculair diëtiste, hebben vezels een gunstig effect op parodontitis en bovendien een gunstig cognitief effect. Op vezels, en dan vooral groente en fruit, moeten we goed kauwen. Dit stimuleert de botopbouw en bepaalde hersendelen. Mensen met overgewicht hebben vaker parodontitis. Als we laag calorisch eten, is er minder kans op overgewicht en dus ook minder kans op parodontitis. Bij apen hebben we gezien dat gezond eten geen effect had op de flora maar wel dat de voeding anti-imflammatoir werkte. Het botverlies ging langzamer, overigens meer bij de mannetjes apen.

Metabool syndroom
Bij abdinomaal vet (buikvet) gaat de productie van ontstekingsmediatoren omhoog. Het cholesterol stijgt en de insulinegevoeligheid neemt af. Dit kan artherosclerose tot gevolg hebben met endotheelschade. Dit metabool sydroom is mogelijk geassocieerd met parodontitis onafhankelijk van de andere risicofactoren. De impact is groter naarmate bloedglucose en bloeddruk hoger.

Gezond ouder
We worden tegenwoordig behoorlijk oud. Toch is de laatste 20 jaar onze gezonde levensverwachting drastisch verlaagd. De geneeskunde zorgt er wel voor dat we langer blijven leven. Maar enkel door middel van preventie kunnen we langer gezond leven. Zo kunnen we pathologische veroudering tegen gaan. Mondhygiënisten kunnen onder andere ingrijpen door mensen te motiveren en voor te lichten over betere voeding en leefstijl. Alleen zo kan men de strijdt aan gaan met secundaire veroudering. Want maar 2,5% van de ziektes kan worden verklaard door genetische factoren. Gezonde voeding werkt systemisch en is daarom effectief.

Overgewicht

  • Overgewicht heeft invloed op
  • Cariës
  • Parodontitis
  • Galstenen
  • Diabetes
  • Hypertensie
  • Artrose
  • Apneu
  • Reflux
  • Kanker
  • COPD
  • H/V ziektes
  • en meer

Maar liefs één op de twee volwassenen heeft overgewicht. De bovenstaande ziektes zijn allemaal aan te pakken met beweging en gezonde voeding.

Als je iemand adviseert gezonder te gaan leven, heeft diegene vaak onterecht het idee dat je iets van hem afneemt. Als je gezond leeft, krijg je daar veel voor terug: je wordt gezonder, blijft mobiel, voelt je fitter, je kan van alles langer volhouden en je voelt je prettiger zonder al dat extra vet.

Wat is ongezonde voeding?

  • Voeding met hoge energiedichtheid
  • Voeding met een lage micronutriëntendichtheid (vitamine en mineralen)
  • Lage inname voedingsvezel
  • Lage inname groente en fruit
  • Hoge inname suikerhoudende voeding
  • Hoge inname verzadigd en transvet

Transvet kan in goedkoop brood zitten!

Wat moet je eten en drinken?
Drink vooral veel water een eet veel groente en fruit.

Louise Witteman raadt producten aan die:

  • de oorspronkelijke voedingsstoffen zoveel mogelijk behouden
  • gemaakt zijn van ongeraffineerde grondstoffen
  • vers zijn of zo min mogelijk bewerkt zijn
  • geen of zo min mogelijk toevoegingen bevatten zoals suiker en zoet- en smaakstoffen
  • zoveel mogelijk op een traditionele manier bereid zijn
  • een zo gunstig mogelijke vetzuursamenstelling hebben
  • gemaakt zijn zonder gemodificeerde/ geharde vetten

Louise Witteman heeft in samenwerking met het Netwerk Orthomoleculair Diëtisten de voedingspiramide gemaakt. Dit en nog veel meer staat in het boek De Voedingspiramide.

Door: Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Lees meer over: Communicatie patiënt, Kennis, Mondhygiëne, Thema A-Z, Voeding en mondgezondheid