Fiscus mag niet afromen bij loon orthodontist

Een orthodontist vocht met succes het besluit van de fiscus aan om haar loon te verhogen volgens de afroommethode, schrijft BV Rendement .

Casus
De orthodontist werkte in 2003 voor een bv waar ze ook directeur-grootaandeelhouder van was. De fiscus verhoogde haar loon over dit jaar van € 59.783 naar € 77.017, gebaseerd op de winst van de bv. Vervolgens kreeg de bv een naheffingsaanslag voor achterstallige loonheffing. Daar ging de orthodontist tegen in beroep bij de Hoge Raad.

Winstaandeel te klein
De inspecteur rechtvaardigde de loonsverhoging met de stelling dat de afroommethode van toepassing was. Hij kon echter niet bewijzen dat het werk van de orthodontist voor meer dan 90% bijdroeg aan de winst van de bv. In de praktijk werkten namelijk ook mondhygiënisten en assistenten. Daarom mocht de afroommethode niet gebruikt worden, oordeelde de Hoge Raad. De zaak moest terug naar het gerechtshof.

Orthodontist of tandarts?
Bij het gerechtshof droeg de inspecteur als bewijslast documenten aan over de beloningsstructuur voor tandartsen. De orthodontist en de rechter vonden echter dat een tandartspraktijk verschilt van die van een orthodontist. Het gerechtshof verminderde het loon en de naheffingsaanslag en stelde daarmee de orthodontist in het gelijk.

Bron:
BV Rendement

 

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Wat is je functie?

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *