Vijf vragen over de werkkostenregeling

Per 1 januari 2011 wordt de werkkostenregeling ingevoerd. Deze regeling heeft gevolgen voor het arbeidsvoorwaardenbeleid van alle werkgevers. Daarbij gaat het om vergoedingen en verstrekkingen als reiskosten en de mobiele telefoon. Vijf vragen over deze nieuwe regeling.

  1. Wat verandert er?
    De systematiek van vrije vergoedingen en verstrekkingen in de loonsfeer wordt vereenvoudigd. Er komt een nieuw stelsel: de werkkostenregeling. Binnen de werkkostenregeling kan een werkgever maximaal 1,4 procent van het totale fiscale loon (de ‘vrije ruimte’) besteden aan onbelaste vergoedingen en verstrekkingen voor zijn werknemers. Komt hij boven dit budget, dan is hij over het meerdere 80 procent eindheffing verschuldigd, enkele uitzonderingen daargelaten.
  2. Is deelname aan de werkkostenregeling verplicht?
    Het is niet verplicht om gebruik te maken van de werkkostenregeling. Tot en met 2013 mogen ook de bestaande regels voor vrije vergoedingen en verstrekkingen gebruikt blijven worden. De Belastingdienst adviseert wel om nu al na te denken over het arbeidsvoorwaardenbeleid in 2011. Zodoende kan een goede keuze worden gemaakt tussen de werkkostenregeling en de bestaande regels.
  3. Voor wie is de werkkostenregeling bedoeld?
    De werkkostenregeling is bedoeld voor alle ondernemingen met personeel in dienst.
  4. Vanaf wanneer treedt de wijziging in werking?
    De wijziging treedt naar verwachting op 1 januari 2011 in werking.
  5. Waarom wordt de werkkostenregeling ingevoerd?
    In de huidige situatie is het nog zo dat er voor bijna iedere verstrekking een andere regel bestaat. Met de werkkostenregeling wil demissionair minister Jan Kees de Jager de huidige regels vereenvoudigen tot één enkele regeling. Het is de bedoeling dat de nieuwe regeling bij veel werkgevers irritatie over het huidige systeem wegneemt.

Bron:
Plein+

 

Lees meer over: Ondernemen, Personeel, Wet- en regelgeving
Ouderen

Extra pensioenstrop: we worden nog ouder

De pensioenfondsen moeten er rekening mee houden, dat Nederlanders langer zullen leven. De uitkomsten van een nieuwe zogeheten prognosetafel van het Actuarieel Genootschap laten een duidelijke stijging van de levensverwachting zien ten opzichte van de vorige.

Moeten meer reserveren
In de nieuwste tafel wordt gerekend met een levensverwachting van 85,9 jaar voor mannen en 87,6 jaar voor vrouwen. In de vorige prognose was dat nog respectievelijk 82,5 en 84,3 jaar. Dit komt bij zowel mannen als vrouwen neer op een verschil van drie jaar in het jaar 2050.

Pensioenfondsen zullen dus op grond van die berekeningen meer moeten reserveren. Voor een gemiddeld pensioenfonds zou dat tussen de 5 en 7 procent kunnen zijn.

Premie verschilt per pensioenfonds
Veel pensioenfondsen en pensioenverzekeraars zagen dit al enigszins aankomen en hebben eind 2009 al gedeeltelijk rekening gehouden met de ontwikkelingen in de levensverwachting.

De gevolgen van de nieuwe berekeningen van het genootschap zullen per fonds sterk verschillen. Dit hangt vooral af van de leeftijdsopbouw van de verzekerden.

Bron:
Zibb

Lees meer over: Communicatie, Financieel, Ondernemen
Informatie

5 tips voor het opstellen van een concurrentiebeding

Een concurrentiebeding moet schriftelijk worden overeengekomen; een werknemer moet zijn handtekening zetten onder het concurrentiebeding zelf, of onder de arbeidsovereenkomst waarin het concurrentiebeding is opgenomen. Waar moet u nog meer op letten bij een concurrentiebeding?

Vijf aandachtspunten bij het opstellen van het concurrentiebeding:

  1. Controleer of het beding duidelijk is. Wat wordt de werknemer verboden en voor welke periode?
  2. Neem een ondertekend exemplaar op in het personeelsdossier van de werknemer.
  3. Bij een belangrijke wijziging in de arbeidsrelatie moet de werknemer opnieuw een concurrentiebeding tekenen.
  4. Neem in het concurrentiebeding op dat dit tevens onverkort van toepassing is bij overname of promotie.
  5. Neem een goed geformuleerd boetebeding op.

Bron:
HR Praktijk

 

Lees meer over: Ondernemen, Personeel
contract

U mag jongeren nu vier keer een tijdelijk contract geven

Sinds 9 juli 2010 mag u jongeren tot 27 jaar vier tijdelijke contracten geven. Pas na vier jaar en/of bij het vijfde contract ontstaat een vast dienstverband. De langere keten van tijdelijke contracten is een tijdelijke crisismaatregel en geldt in principe tot 1 januari 2012.

Verreweg de meeste organisaties geven jongeren eerst enkele tijdelijke contracten. Een halfjaar en jaarcontract komen het meest voor.

Voorbeeld
Tandartspraktijk De Vries heeft een 23-jarige werknemer in dienst. Op 1 november 2010 loopt zijn derde drie maandencontract af. Tandartspraktijk De Vries kan met hem voor de vierde keer een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd aangaan, van drie maanden, maar ook van één maand of een jaar.

Deze extra verlenging van tijdelijke contracten kunt u in elk geval tot 1 januari 2012 toepassen. Als de economische crisis nog aanhoudt, kan de maatregel worden verlengd tot uiterlijk 1 januari 2014. De overheid verwacht dat jongeren hierdoor uiteindelijk meer kans maken op een vast dienstverband.

Bron:
HR Praktijk

 

Lees meer over: Ondernemen, Personeel
Recht - tuchtrecht

Werknemer zonder concurrentiebeding mag relaties meenemen

Als bij indiensttreding geen concurrentiebeding is afgesproken, mag een ex-werknemer relaties meenemen, zo concludeert de voorzieningenrechter in Den Bosch op 30 juli 2010.

Situatie
Een interieurbedrijf gaat failliet en laat alle arbeidscontracten ontbinden.  Een voormalige projectleider blijft contact onderhouden met klanten en doet net of hij nog opereert namens het bedrijf. Hij deblokkeert zijn afgesloten diensttelefoon en mailt diverse bedrijfsgegevens naar zijn privémail.

Verbod op contact
Het failliete bedrijf wordt overgenomen door een ander bedrijf, dat de ex-projectleider een baan aanbiedt. Hij slaat het aanbod af en gaat voor een concurrent werken. Hier weet hij een aantal oude klanten aan zich te binden. De opvolger van zijn oude bedrijf eist bij de rechter een verbod op contact met de oude zakelijke relaties en daarnaast financiële genoegdoening.

De rechter vindt dat de man zijn relaties gewoon mag meenemen. In zijn oude arbeidsovereenkomst stond immers geen concurrentie- en relatiebeding. Onrechtmatig zijn echter de e-mails waarin hij suggereerde dat hij nog namens het bedrijf handelde, het mailen van bedrijfsbestanden naar zijn privéadres en het deblokkeren van de bedrijfstelefoon.

Geen schadevergoeding
De ex-projectleider mag zes maanden lang geen zakelijke contacten onderhouden met zijn meegenomen klanten op straffe van een dwangsom. Hij hoeft voorlopig geen schadevergoeding te betalen, omdat die claim onvoldoende onderbouwd is.
­
Lees de uitspraak

Door: Plein+
Bron: F&A Signalen

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving
orthodontist - Beugel

Tarieven orthodontisten definitief omlaag

De tarieven voor orthodontie gaan met ruim een derde omlaag. Dat heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) woensdag bekendgemaakt. Volgens de marktmeester in de gezondheidszorg staan de verdiensten van orthodontisten en tandartsen met een orthodontiepraktijk niet meer in verhouding tot de kosten die zij maken.

De NZa besloot al in 2007 de tarieven voor orthodontie te verlagen, maar kreeg van de rechter opdracht dat besluit eerst beter te onderbouwen. Nader onderzoek heeft volgens de toezichthouder opnieuw uitgewezen dat het de betaalbaarheid van de mondzorg ten goede komt, als de tarieven omlaaggaan. De tarieven voor complexe orthodontische zorg, bijvoorbeeld bij schisis (open gehemelte), blijven buiten schot. Die zijn twee jaar geleden verhoogd, omdat de vergoedingen die toen golden de kosten niet dekten.

Uitzondering
De NZa bekijkt nog of ook een uitzondering moet worden gemaakt voor de zorg voor speciale patiëntengroepen, bjvoorbeeld kinderen met een verstandelijke handicap, autisme of ADHD. Sommige tandartsen en orthodontisten hebben aangegeven dat die door lagere tarieven in het gedrang kan komen. De Vereniging van Orthodontisten (VvO) en de tandartsenvereniging NMT vrezen dat door de tariefverlaging beugels alleen nog met verlies kunnen worden geplaatst. Zeker een op de vijf orthodontisten zal daarom zijn praktijk sluiten en de helft van de tandartsen stopt met orthodontie, voorspellen de brancheorganisaties. ”De NZa raakt met haar beleid 40.000 kinderen”, stellen VvO en NMT in een verklaring. ”De wachttijd voor orthodontische zorg zal in enkele jaren snel oplopen. Als gevolg hiervan zullen meer kindergebitten in Nederland langer scheefgroeien. Voor veel kinderen is het dan te laat om nog op eenvoudige wijze hun gebit te corrigeren.”

Bron:
AD

 

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
vakantiegeld

Werkgevers willen af van gegarandeerd pensioen

Door de financiële crisis zijn er miljardentekorten ontstaan in de pensioenfondsen. Steeds meer Nederlandse werkgevers willen niet meer bijspringen in de pensioenfondsen als een economische crisis voor tekorten zorgt. De werkgevers willen dat het risico van een dergelijke crisis bij de werknemers zelf terecht komt, schreef De Telegraaf 6 augustus.

Het defined contribution (DC) pensioen trekt door alle kritiek op de pensioentekorten een steeds grotere achterban onder werkgevers. In dit pensioentype staat de premie vast, maar schommelt de hoogte van het pensioen mee met de dagkoersen op de beurs. Dekkingstekorten worden uitgesloten omdat er geen vast nominaal pensioen is toegezegd.

Amerikaanse gepensioneerden op zwart zaad
Wijzigingen van de regelgeving rond het garantiepensioen kunnen grote gevolgen hebben voor individuele werknemers. In Amerika hebben vele werknemers die in de afgelopen twee jaar met pensioen gingen de negatieve gevolgen van de kredietcrisis in combinatie met het defined contribution systeem ervaren. Zij slijten hun laatste dagen nu in een tentenkamp of camper.

Tekort voor achterblijvende deelnemers
In Nederland vallen weinig werknemers onder zo’n individueel contract. Werkgevers dragen over het algemeen het beleggingsrisico en het nominaal pensioen blijft gegarandeerd. Toen veel pensioenfondsen in 2008 grote tekorten op begonnen te bouwen kregen gepensioneerden toch 100 procent van hun nominale pensioen uitgekeerd. De achterblijvende deelnemers deelden het tekort.

Meer risico voor werknemers
Pensioenfondsen die aan één onderneming zijn verbonden zijn voor werknemers nog stabieler. Als het pensioentekort op begint te lopen, stort het bedrijf bij om verlaging van het pensioen te voorkomen.

Veel bedrijven willen daar vanaf en pleiten voor defined contribution, waarbij werknemers zelf een deel van het beleggingsrisico gaan dragen. Dit heeft ook de consequentie dat het bedrijf eventuele overwinsten in het fonds niet langer mag afromen.

Deur op een kier voor defined contribution
Pensioenfondsen merken overal dat tekorten steeds moeilijker te ondervangen zijn. Bedrijven schrappen eerst de inflatiecorrectie en verhogen daarna de premie. Als het vermogen van een bedrijf tijdens een beurscrisis daalt dan is dat tekort echter nauwelijks nog met een verhoging van de premie te dekken, omdat beursfondsen bij veel bedrijven inmiddels een schijntje zijn in vergelijking met hun vermogen.

Mede daardoor is in het recent gesloten pensioenakkoord de deur voor defined contribution op een kier gezet. Hoeveel het Nederlandse pensioenstelsel zal veranderen is nog de vraag. Wel is duidelijk dat het binnen het huidige stelsel steeds lastiger zal worden om een nominaal pensioen te garanderen, waardoor het voor bedrijven steeds verleidelijker wordt om het garantiepensioen (deels) te laten wegvallen.

Extra sparen
Mocht het die kant op gaan dan zullen werknemers in ruil voor die onzekerheid over hun pensioenuitkering een hogere premiebijdrage van de werkgever eisen en meer individuele beleggingsvrijheid. Zelf extra sparen is een manier voor werknemers om de onzekerheid af te dekken, mits zij zaken als inflatie, beleggingsrendement en rente goed in de gaten houden.

Bron:
Zibb

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
geld

Zakelijke winstverdeling tussen echtpaar met tandarts-en mondhygiënepraktijk

De winstverdeling tussen een echtpaar met een tandarts-en mondhygiënepraktijk is zakelijk. De vrouw voldoet aan het urencriterium en heeft recht op de zelfstandigenaftrek.

Winstverdeling
Het echtpaar exploiteert vanaf mei 1990 in firmaverband een tandarts- en mondhygiënepraktijk. De man is tandarts en de vrouw werkt als mondhygiëniste (maar is daarvoor niet gediplomeerd). De firma heeft daarnaast een tweede mondhygiëniste en twee tandartsassistenten in dienst. De winstverdeling is 75% voor de man en 25% voor de vrouw.

Navorderingsaanslagen
Over de jaren 1999 t/m 2004 legt de inspecteur aan het echtpaar navorderingsaanslagen op en corrigeert de aangiften. De inspecteur stelt dat de winstverdeling tussen de firmanten onzakelijk is, de vrouw geen recht heeft op de zelfstandigenaftrek, en doet een bijtelling wegens privégebruik auto van de man. Het echtpaar laat het hier niet bij zitten en gaat in bezwaar en daarna in beroep.

Zakelijke winstverdeling
Rechtbank Haarlem beslist dat de inspecteur niet aannemelijk maakt dat sprake is van een onzakelijke winstverdeling. Gelet op de door de vrouw behaalde omzet, is de in aanmerking genomen winstverdeling zakelijk. Dat de vrouw niet voor de door haar verrichte en gefactureerde werkzaamheden gediplomeerd is en daarom niet zelfstandig bevoegd is te declareren, verandert dit oordeel niet.

Geen ongebruikelijk samenwerkingsverband
Anders dan de inspecteur, beslist de rechtbank dat geen sprake is van een ongebruikelijk samenwerkingsverband, waarbinnen de vrouw slechts ondersteunende werkzaamheden verricht. De ondersteunende werkzaamheden worden in hoofdzaak verricht door de twee tandartsassistentes. De vrouw heeft de werkzaamheden van de -arbeidsongeschikt geraakte (gediplomeerde)- mondhygiëniste overgenomen. De vrouw voldoet dan ook aan alle vereisten voor toepassing van de zelfstandigenaftrek.

Geen privégebruik auto
Tot slot schrapt de rechtbank de correcties over het privégebruik auto door de man. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking dat het woon-werkverkeer geacht wordt zakelijk te zijn en dat geldt ook als het plaatsvindt tussen de middag om thuis de lunch te gebruiken.

Bron:
Plein+

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
Stigma rondom roken en drinken tijdens zwangerschap kan stoppen belemmeren

Langer zwangerschapsverlof kost meer dan het oplevert

Het uitbreiden van het huidige zwangerschapsverlof van zestien weken met twee weken kost € 117 miljoen, verlenging met vier weken kost € 322 miljoen. Dit blijkt uit onderzoek van SEO Economisch Onderzoek dat minister Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vandaag naar de Tweede Kamer stuurt. Het onderzoek is op verzoek van de Tweede Kamer uitgevoerd (motie-Van Hijum).

Langer verlof heeft beperkte effecten op het ziekteverzuim en het gebruik van zorg door de moeder. Het onderzoek laat zien dat langer verlof geen effect heeft op de gezondheid van kinderen. Meer verlof leidt daarentegen wel tot extra kosten voor werkgevers. Vrouwen werken niet, maar de werkgever moet wel het loon betalen. UWV vergoedt het overgrote deel van deze kosten, maar werkgevers betalen daarvoor premie. Ook maken werkgevers kosten omdat zij vaak voor vervanging moeten zorgen.

Het Europees Parlement stemt dit najaar over een verlenging van het zwangerschapsverlof naar achttien of twintig weken. Nederland is tegen deze verlenging. Minister Donner ziet meer in een flexibeler ouderschapsverlof en betere mogelijkheden om werk en privéleven goed te combineren.

Bron:
Ministerie SZW

Lees meer over: Ondernemen, Personeel
fietsen

Valt fiets onder werkkostenregeling?

De Tweede Kamer heeft van minister De Jager van Financiën schriftelijk uitleg gekregen over de positie van de fiets binnen de werkkostenregeling, die op 1 januari 2011 van kracht wordt.

Forfait
Diverse bestaande fiscale regelingen, waaronder de bedrijfsfietsenregeling, komen onder een algemeen forfait tot een maximum van 1,4% van de totale loonsom. Binnen het forfait kan de werkgever vergoedingen en verstrekkingen aanwijzen waarover geen belasting hoeft te worden betaald. De werkgever heeft binnen het forfait de keuze wat hij wel en wat niet onbelast wil vergoeden of verstrekken aan zijn werknemers.

Vrijstelling geldt ook voor fiets
Binnen de werkkostenregeling is er een beperkt aantal gerichte vrijstellingen. Deze gerichte vrijstellingen vallen buiten het forfait. De gerichte vrijstellingen zijn bedoeld voor de belangrijkste zakelijke kosten, met de bijbehorende normeringen en beperkingen. Een van de gerichte vrijstellingen betreft de vergoeding van € 0,19 per zakelijke kilometer, waaronder woon-werkverkeer. Daarbij maakt het niet uit hoe de reis wordt gemaakt. De vergoeding geldt dus ook voor de afgelegde kilometers op de pedalen.

Bron:
HR Praktijk

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
geld

Vrijstelling omzetbelasting tot 1 januari 2011 (para)medici

De BTW vrijstelling voor (para)medici voor de gezondheidskundige verzorging van de mens blijft gelden tot 1 januari 2011. Daarna verandert de BTW heffing.

In de media verschenen niet juiste berichten waarin werd gesteld dat per 1 juli 2010 BTW geheven zou gaan worden.

Lees de officiële tekst van het Ministerie van Financiën

Bron:
NMT

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
Orale infecties, boos, vrouw, mond

Boos op NZa over aangekondigde tariefsverlaging orthodontie

Alexander Tolmeijer geeft een reactie op de aangekondigde tariefsverlaging voor orthodontie door de NZa.

Het is u vast niet ontgaan dat de NZa forse kortingen aankondigt op de orthodontietarieven voor tandarts en orthodontist. Ik ben met stomheid geslagen dat het jarenlange constructieve overleg met de NZa over transparantie, innovatie en patiëntenwensen deze wending neemt. De NZa propageert opeens eenheidsworst in plaats van mogelijkheden te creëren voor kwaliteit en service op maat.

Methodiek gebaseerd op norminkomen
Het gaat om de methodiek die gehanteerd wordt: gemiddeld inkomen- norminkomen= generieke korting over allen diensten. De NZA neemt haar verantwoordelijkheid niet door te komen met een creatievere oplossing die recht doet aan de door haar gesignaleerde spreiding in uitkomsten.
De generieke korting die door de NZa is aangekondigd, is gebaseerd op een enkelvoudig gegeven als het norminkomen. De marktmeester negeert de gunstige lage internationale prijs. Uit haar eigen onderzoek blijkt een enorme variatie in praktijkvoering, maar de korting wordt fantasieloos generiek doorgevoerd. Een simpele en kortzichtige methode. Bovendien gaat het onderzoek voorbij aan verschillen in praktijkvoering en het feit dat orthodontisten gemiddeld tien overuren per week draaien. Al onze punten van kritiek worden door de NZa niet gehoord. Of beter gezegd, ze luisteren stoicijns om het formele puntje “we hebben iedereen gehoord, edelachtbare”maar af te werken.

Actie NMT
De door de NZa ingeslagen weg leidt gegarandeerd tot een kaalslag in de zorg. De NMT onderneemt dan ook volop actie om het tij te keren. We worden daarbij geassisteerd door experts als een advocaat en communicatiedeskundigen. Ook is een tegenonderzoek uitgevoerd door Deloitte.

Definitieve tarieven in oktober
Het besluit van de NZa wordt eind juni/medio juli verwacht. De daarop volgende definitieve tariefsbeschikking wordt in oktober verwacht. Dan of zo mogelijk eerder, starten we juridische procedures op. Voor die tijd kunt u onze actie steunen. Het is belangrijk dat zoveel mogelijk tandartsen en orthodontisten de NZa een brief sturen waarin zorgen worden geuit over de voorgenomen besluitvorming. Zeker brieven van zorgverleners die serieus overwegen om te stoppen, raad ik aan een brief te sturen.

Geschreven door Alexander Tolmeijer, vice-voorzitter en penningmeester NMT, in zijn nieuwsbrief Mondzorg.

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
Geld, pot

Investeer nu en maak gebruik van tijdelijke regeling afschrijvingen

De tijdelijke regeling Willekeurige afschrijvingen geldt voor alle nieuwe bedrijfsmiddelen en is geldig voor investeringen die dit jaar worden gedaan. Hiermee kunt u een interessant belastingvoordeel behalen.

Willekeurig afschrijven
De regeling houdt in dat u de mogelijkheid krijgt de in 2010 gedane investeringen in twee jaar af te schrijven. U kunt maximaal 50% in 2010 afschrijven en maximaal 50% in 2011 op de aanschaffingskosten of voortbrengingskosten van nieuwe bedrijfsmiddelen.

Meer informatie
VGT

Lees meer over: Financieel, Ondernemen
vakantie - strand

Vakantiedagen binnen anderhalf jaar opnemen

Langdurig zieke werknemers krijgen in het vervolg recht op hetzelfde aantal vakantiedagen als niet-zieke werknemers. De ministerraad heeft met dit voorstel van demissionair ministers Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Hirsch Ballin van Justitie ingestemd. Het wetsvoorstel betreft een verandering in de regeling voor vakantie en verlof, en was noodzakelijk door uitspraken van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen. Door de wijziging bouwen langdurig zieke werknemers voortaan evenveel vakantiedagen op als niet-zieke werknemers. Tot nu toe bouwde de eerste groep in haar eerste verzuimjaar tien vakantiedagen op in plaats van de wettelijke twintig. In het tweede ziektejaar was er helemaal geen sprake meer van opbouw van vakantiedagen.

Anderhalf jaar
Het wetsvoorstel regelt daarnaast dat werknemers in de toekomst hun wettelijke vakantiedagen binnen anderhalf jaar moeten opnemen. Dit omdat te lang uitstellen van vakantie hun veiligheid en gezondheid in gevaar kan brengen. De kortere termijn geldt niet voor werknemers die redelijkerwijs niet in staat zijn geweest vakantie op te nemen.

Kostenneutraal
Een andere reden om werknemers binnen anderhalf jaar verplicht hun dagen te laten opnemen, is dat hiermee de kosten voor werkgevers worden gedrukt. Vooral ondernemersorganisaties VNO-NCW en MKB-Nederland vinden het van belang dat het wetsvoorstel kostenneutraal uitpakt. Wel kunnen werkgever en werknemer in onderling overleg besluiten de termijn te verlengen. Extra vakantiedagen vallen buiten de nieuwe regeling.

Bron:
HR praktijk

Lees meer over: Ondernemen, Personeel, Wet- en regelgeving

Alles over de arbeidsongeschiktheidsverzekering

Soorten arbeidsongeschiktheidsverzekering

Wat is een arbeidsongeschiktheidsverzekering? Onder deze naam bestaan verschillende productsoorten. Deze hebben allemaal tot doel om u te voorzien van inkomsten nadat u arbeidsongeschikt bent geraakt. Er zijn vele manieren om dit risico te dekken.

Schadeverzekering
Bij de meeste aanbieders is de arbeidsongeschiktheidsverzekering een schadeverzekering. Dit betekent dat de verzekerde er niet op vooruit mag gaan door de schade uitkering. Er wordt dus gekeken naar het inkomensverlies die verzekerde heeft door de arbeidsongeschiktheid. Met andere woorden: de verzekering dekt (een deel van) uw werkelijke inkomen.

Sommenverzekering
Bij een aantal producten wordt niet gekeken naar de inkomensderving, maar vindt er een uitkering plaats ter hoogte van de ‘verzekerde jaarrente’ (het verzekerde bedrag). De verzekeraars bieden deze producten aan als sommenverzekeringen. U krijgt dan een vast bedrag uitgekeerd, dat los staat van uw werkelijke inkomen.

Niveaus van risicodekking
Binnen deze 2 soorten zijn er verschillende niveaus van risicodekking verkrijgbaar:

  • AOV met uitgebreide dekking
    Deze AOV dekt de schade door arbeidsongeschiktheid ten gevolge van ziekte en/of ongeval. De verzekeraar keert meestal uit boven 25% arbeidsongeschiktheid. De uitkering loopt tot aan het einde van de arbeidsongeschiktheid of tot de gekozen eindleeftijd.
  • AOV met gespecificeerde ziektes
    Deze AOV’s keren alleen uit in het geval er sprake is van specifiek benoemde ziektes. Dit noemt men ook wel een ‘critical-illness’ dekking. Dit zijn veelal ernstige, mogelijk levensbedreigende ziektes. Men kijkt dan in het eerste jaar waarin de ziekte zich openbaart niet meer naar het percentage dat iemand arbeidsongeschikt is. Er wordt alleen gekeken of de verzekerde lijdt aan één van de gespecificeerde ziektes. Na het eerste jaar is wel een arbeidsongeschiktheidspercentage van toepassing. Er kan per polis verschil zitten in de gespecificeerde ziektes.
  • AOV met geclassificeerde ziektes
    Deze polissen lijken erg op de AOV’s met gespecificeerde ziektes (zie vorige alinea), alleen zijn hier niet de exacte ziektes benoemd, maar de ziektebeelden. Bijvoorbeeld ‘aandoeningen aan hart en bloedvaten’. Hierbij wordt in het eerste jaar wel gekeken naar het percentage arbeidsongeschiktheid. De dekking van deze producten is dus ruimer dan bij AOV’s met gespecificeerde ziektes.

Verzekeraars
Sommige aanbieders (o.a. Movir en Interpolis) van een arbeidsongeschiktheidsverzekering voor medici hebben afspraken gemaakt met de beroepsorganisatie NMT. Deze verzekeringen hebben een scherpe premiestelling en veelal inhoudelijke extra’s.

Movir
Reaal UNIM
Interpolis

De NVM heeft afspraken gemaakt voor mondhygiënisten met:
VVAA
De Goudse

Tussenpersonen
VVAA
Sibbing & Wateler 
Raadgevers Kuijkhoven
Geijsel Kroon BV

Tips over AOV

  1. Eerst rekenen, dan aanvragen
    Bij het bepalen van het verzekerde bedrag gaan veel mensen uit van hun huidige inkomen. Het is echter niet gezegd dat ze hun volledige inkomen nodig hebben om normaal te kunnen leven. Het kan daarom nuttig zijn om eerst uit te rekenen of de uitkering wellicht lager mag zijn. Een lager verzekerd bedrag leidt tot een lagere premie.
  2. Let op de werkelijke uitkering
    Uw premie wordt bepaald aan de hand van o.a. het verzekerde bedrag. Dat wil echter niet zeggen dat u dit bedrag daadwerkelijk uitgekeerd krijgt bij gebleken arbeidsongeschiktheid. Om de daadwerkelijke uitkering te bepalen kijkt de verzekeraar namelijk naar uw werkelijke inkomsten over de afgelopen 3 jaren. Is het verzekerde bedrag dus fors hoger dan uw werkelijke inkomen, dan is het zinvol om het verzekerde bedrag (voorlopig) te verlagen.
  3. Let op de inschaling
    De indeling in beroepsklassen is niet bij elke verzekeraar hetzelfde. Als u meerdere offertes opvraagt, stel dan de vraag in welke klasse u wordt ingedeeld. Een (te) hoge indeling kan leiden tot een fors hogere premie.
  4. Som of toch schade?
    Sommige verzekeringen worden verkocht als sommenverzekering, maar blijken dit in de praktijk niet te zijn. U denkt dus recht te hebben op een vaste uitkering, terwijl dat mogelijk niet zo is. Dit betekent dat er dus toch gekeken wordt naar uw werkelijke inkomsten uit het recente verleden. Let daarom op of er gesproken wordt over een inkomenstoets, inkomstenderving en/of alternatieve inkomsten. Als één van deze zaken van invloed is op uw uitkering, dan is er toch sprake van een schadeverzekering met een (mogelijk) lagere uitkering. Gebruik de AOV-vergelijker om te zien of een polis een som- of schadeverzekering betreft.
  5. Vergelijk appels met appels
    Als u premies vergelijkt, doe dat dan op basis van een looptijd van de eerste 10 jaar of de gehele looptijd. Baseer uw keuze dus niet op de korting in de eerste jaren. Een hoge korting in het begin hangt vaak samen met een hogere totaalpremie over de hele looptijd.
  6. Sigaar uit eigen doos
    Het argument dat het laatste jaar van de verzekering premievrij is, is een loos argument. Bijna iedere polis voorziet hierin. Als iemand het einde van de looptijd haalt zonder arbeidsongeschiktheid, zit het potje (vaak) zo vol dat hieruit makkelijk de uitkering over het laatste jaar minus de wachttijd kan worden betaald.
  7. Bruto / netto tarief
    Vraag eens aan uw assurantie-tussenpersoon of deze bereid is om u tegen uurtarief te adviseren over een AOV-polis. Voorwaarde is dan dat de premie netto wordt berekend, dus zonder provisie voor de tussenpersoon. De eenmalige advieskosten verdient u makkelijk terug door een substantieel lagere premie.
  8. Wachten of terugvallen?
    Bij het aangaan van een arbeidsongeschiktheidsverzekering spreekt u een bepaalde wachttijd of eigen-risico-periode af. Deze varieert van 2 weken tot 2 jaar. Gedurende deze periode dient u zelf voor uw inkomen te zorgen. De verzekering keert pas uit als deze periode is verstreken. Let erop dat de verzekeraar een zogenaamde terugvalregeling kent, die ervoor zorgt dat de wachttijd niet opnieuw ingaat als u binnen een korte termijn door dezelfde oorzaak geveld wordt.
  9. Ga naar de dokter!
    Klinkt als een open deur als u ziek bent, maar veel zelfstandigen kwakkelen eerst liever even aan voordat ze tijd maken om naar de dokter te gaan. De wachttijd gaat echter pas in ná het eerste medisch consult. Het is dus verstandig om, zodra u vermoedt dat het om meer gaat dan een griepje, langs de huisarts te gaan.

Acceptatie
Een verzekeraar wenst zijn risico zo veel mogelijk te beperken. Voordat u daadwerkelijk verzekerd bent tegen arbeidsongeschiktheid, moet u daarom een paar stappen doorlopen.

Keuringen
Dit zijn fysieke keuringen. De intensiteit van de keuringen ligt hoger naarmate de aanvangsleeftijd of het verzekerde bedrag hoger ligt. Er zijn drie soorten keuringen; een huisartsenkeuring, keuring door een internist en bloedonderzoek. Per maatschappij verschillen de verzekerde bedragen en leeftijden waarboven deze keuringen verplicht worden.

Uitsluitingen
Op basis van de keuringsuitslag kan de verzekeraar bepaalde oorzaken van arbeidsongeschiktheid uitsluiten van dekking. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij chronische ziektes of eerdere ‘defecten’. Let op: de verzekeraar kan een ruim gedefinieerde uitsluiting doen terwijl uw (voormalige) ziektebeeld alleen aanleiding geeft voor een zeer beperkte uitsluiting.

Eerdere afwijzingen?
Bent u eerder afgewezen voor een verzekering, meldt dat dan bij aanvraag van een nieuwe verzekering. De kans op acceptatie is dan wel vrij klein.

Opzeggen
Een arbeidsongeschiktheidsverzekering kent een bepaalde contractduur, bijvoorbeeld 5 jaar. De verzekering is niet zomaar tussentijds op te zeggen. Het is dus zinvol om te zoeken naar een AOV met een zo kort mogelijke looptijd.

Bron:
Jansenzoekt.nl
NMT
NVM
Zibb.nl

Lees meer over: Ondernemen, Personeel, Verzekeringen
Prijs - beker

VvAA winnaar Gouden Schild 2010

VvAA, ledenorganisatie en dienstverlener voor zorgprofessionals en zorginstellingen, heeft bij de uitreiking van de Nederlandse Verzekeringsawards, het ‘Gouden Schild’ ontvangen voor ‘Adviesorganisatie van het Jaar 2010’. Doorslaggevend voor benoeming waren de ‘deskundigheid en klantgerichtheid’ van VvAA en de hoge waardering door leden van VvAA van haar kwaliteit en service.

Uit marktonderzoek van MarketResponse in opdracht van de Verzekeringsawards blijkt dat leden van VvAA vooral de kwaliteit van haar producten en diensten en de service hoog waarderen. Volgens Arnoud van Schaik, directeur Front Office VvAA maakt juist deze erkenning het Gouden Schild zo waardevol: “Als ledenorganisatie van en voor zorgprofessionals staat hun belang continu centraal. Een concreet voorbeeld daarvan is de keuze die VvAA elk jaar maakt om miljoenen provisie, dit jaar ging het om elf miljoen, terug te geven aan leden die hun arbeidsongeschiktheidsverzekering via VvAA hebben afgesloten. Deze award is een prachtige bevestiging dat we op de goede weg zijn.”

Deskundig en klantgericht
Volgens de vakjury onderscheidt VvAA zich door haar deskundigheid en een sterke positie richting een afgebakende doelgroep. Het feit dat VvAA de verleiding weerstaat om haar doelgroep uit te breiden, wordt daarbij expliciet genoemd. De sterke focus op de ervaringen van de klant en de wens om daaruit te leren en begeleiden, onder meer door structureel klanttevredenheidsonderzoek, is volgens de jury van doorslaggevend belang. “Hieruit blijkt dat VvAA daadwerkelijk ‘de beste adviseur’ wil zijn.”

Over de Nederlanse Verzekeringsawards
De Nederlandse Verzekeringsawards zijn een initiatief van Kluwer en For All Finance. De awards moeten een stimulans vormen om kwaliteit binnen de verzekeringsbranche zichtbaar te maken en te belonen. Bij het bepalen van de uiteindelijke winnaars speelt niet alleen de mening van de branche mee, ook de mening van klanten, media, politiek en wetenschap wordt meegewogen, onder meer via marktonderzoek van MarketResponse en Blauw Research en een poll op Nu.nl.

Over VvAA
VvAA is een ledenorganisatie die kennis, zekerheid en service biedt aan meer dan 100.000 medici, paramedici, studenten en zorginstellingen in Nederland. Sinds haar oprichting in 1924, is VvAA uitgegroeid tot een organisatie die opereert in het hart van de gezondheidszorg. De producten en diensten van VvAA zijn afgestemd op de hedendaagse (para)medische wereld en de wensen en behoeften van zorgprofessionals. Teams van specialisten, praktijkadviseurs en consultants staan hen dagelijks met kennis en kunde bij in hun zakelijke aangelegenheden. Van fiscale en juridische vraagstukken, praktijkadvies, verzekeringsproducten en bancaire diensten, tot het opstellen van de jaarrekening.

Meer informatie
www.verzekeringsawards.nl

 

Lees meer over: Ondernemen, Verzekeringen
Overzicht wet- en regelgeving (update)

Wetten afvalverwerking tandheelkunde

Het raamwerk voor de regels voor afvalverwerking binnen de tandheelkunde is gegeven door de volgende wetten:

  • Wet Milieubeheer (WM)
  • Arbeidsomstandigheden wet (Arbo)
  • Wet vervoer Gevaarlijke Stoffen (WVGS)
  • Besluit Beheer Elektrische en Elektronische Apparatuur (BEA)

Deze wetten vinden hun uitwerking in de verschillende besluiten, vragenlijsten, plannen en regelingen:

  1. Wet Milieu Beheer
    ► Afvalstoffenrecht: de kern van dit recht is het voorkomen van infectie. Er wordt onderscheid gemaakt tussen gevaarlijk en niet gevaarlijk afval.
    ► Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (BARIM). Deze bevat algemene regels voor het ontstaan, opslaan en afgeven van afvalstoffen en specifieke regels voor tandartsen zoals bijvoorbeeld het voorschrift om een NEN-EN gecertificeerde amalgamascheider in gebruik te nemen.
    ► Landelijke afval beheersplan (LAP) uitgewerkt in sector plannen. Hierin liggen de hoofdlijnen van het beleid ten aanzien van het doelmatige beheer van afvalstoffen.
  2. Arbeidsomstandigheden Wet
    ► Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E). Hierin staat de verplichting aan de werkgever dat hij schriftelijk de werknemers risico’s moet inventariseren en evalueren. Hierbij valt te denken aan arbeidshygiëne, prikincidenten en beleid ten aanzien van gevaarlijk stoffen.
    ► PG15 richtlijn heeft betrekking op de opslag van gevaarlijk afval indien het de 50 kg overschrijdt. Door regelmatige afgifte van afval kan een tandarts voorkomen boven deze limiet uit te komen.
  3. Wet Vervoer Gevaarlijke Stoffen
    Dit Is het verdrag voor het internationale vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg. Het gaat hier met name om de juiste etikettering en verpakkingseisen voor het vervoer over de weg.
  4. Besluit Beheer Elektrische en Elektronische Apparatuur (BEA)
    ► 
    Sinds augustus 2005 is het BEA besluit ook van toepassing op oude stoelen, units en installatiestukken die vrijkomen bij instellingen voor de tandheelkunde.

Zie het artikel Wetgeving tandheelkundig afval

Lees meer over: Ondernemen, Wet- en regelgeving
agenda, planner

Ledenservice NMT nu ook op donderdagavond bereikbaar

Vanaf 3 juni 2010 is de ledenservice van de NMT ook op donderdag tot 20.00 uur telefonisch bereikbaar voor vragen van en advies aan de NMT-leden. Dit experiment sluit aan bij de ontwikkeling dat ook steeds meer tandartsen in de avonduren hun praktijk openstellen. Het experiment duurt tot december 2010. Daarna wordt er geëvalueerd.

Ledenservice NMT is telefonisch bereikbaar via (030) 60 76 380 of via mail op ls@nmt.nl

Bron:
NMT

 

Lees meer over: Ondernemen
Fabels en feiten over mondverzorgingsproducten

Kijk verder dan de feiten

Rien van der Horst, tandarts en juridisch-tandheelkundig adviseur, geeft aan de hand van een casus het belang aan van terughoudendheid bij het beoordelen van het werk van een vorige tandarts van een patiënt.

Situatie
Een patiënte verandert van tandarts. De nieuwe tandarts Y constateert ernstige parodontitis en vertelt dit aan patiënte. Tandarts Y vraagt geen verklaring aan de vorige tandarts X en vergeet hiermee ‘hoor en wederhoor’ toe te passen. De patiënte stelt haar vorige tandarts aansprakelijk via haar rechtsbijstandverzekeraar. Iets te snel door de bocht zal later blijken.

Feiten

  • Patiënte is van juni 2004 tot december 2006 onder behandeling bij tandarts X. In juli 2007 vindt de eerste behandeling bij haar nieuwe tandarts Y plaats. Hij voert een periodiek preventief onderzoek uit en vervaardigt een orthopantomogram met twee bitewingfoto’s.
  • ‘Het resultaat was verpletterend’, aldus de patiënte en ze vervolgt:’de uitkomst was dat mijn gebit in een zeer slechte staat was door diverse ontstekingen en los zittende tanden en kiezen. Het was voor zowel de tandarts als voor de mondhygiënist dan ook niet te begrijpen dat ik regelmatig zowel een tandarts als mondhygiënist bezocht had’, aldus de patiënte.
  • Op basis van deze ‘uitkomst’ stelt zij in een brief haar vorige tandarts X aansprakelijk en schakelt haar rechtsbijstandverzekeraar in.
  • De adviseur van de rechtsbijstandverzekeraar adviseert om geen aansprakelijkheids-procedure te starten om de volgende redenen:

    – Uit de door tandarts X bijgehouden behandelkaart blijkt, dat in augustus 2004 mond-hygiënische behandelingen zijn verricht in de vorm van: een uitgebreide gebitsreiniging, een bepaling van de plaque score en instructie om tussen de tanden en kiezen met ragers te reinigen.

    – Een endobehandeling is uitgevoerd, waarbij op de foto’s reeds sprake is van ernstige paroploblemen van het betrokken element en de beide buurelementen.

    – In december 2004 werd een DPSI-score van 4 vastgesteld. Tandarts X heeft nagelaten om na deze vaststelling gedetailleerde parodontale diagnostiek in te stellen door middel van een parodontiumstatus en röntgenfoto’s.

  • Op grond daarvan is de conclusie gerechtvaardigd dat tandarts X verwijtbaar nalatig is geweest in de parodontale diagnostiek en daarmee in de parodontale zorg voor de patiënte. Was op grond daarvan tandarts X aansprakelijk te stellen voor de kosten van de achterstallige parobehandelingen? Nee! Immers ook als tandarts X patiënte tijdig naar een parodontoloog zou hebben verwezen, zou patiënte dezelfde kosten voor een paro-behandeling hebben moeten maken in 2004/5 als in 2007. Het ontstaan van parodontitis kan tandarts X niet worden aangerekend. De aard en de ernst van de aandoening was reeds ontstaan vóór 2004 en ontwikkelt zich bovendien over een langere periode dan de periode waarin de patiënte onder behandeling was bij X.
  • Patiënte is het niet eens met dat advies, mede omdat haar nieuwe tandarts Y haar verbazing deelt over het advies van de tandheelkundig adviseur van haar rechtsbijstandverzekeraar.
  • De Rechtsbijstandverzekeraar besluit tot een second opinion.
    Ook de tweede tandheelkundig adviseur, die de second opinion uitvoert, adviseert om geen aan-sprakelijkheidsprocedure te starten tegen de vorige tandarts van hun cliënte, op basis van de zelfde motivering na bestudering van alle stukken uit het dossier.

Aanbevelingen

  • Stel u terughoudend op en geef geen commentaar na klinisch onderzoek bij een nieuwe patiënt waarbij u vragen heeft over mogelijk verwijtbaar nalatig handelen door de vorige tandarts.
  • Vraag de vorige tandarts om een verklaring over de geconstateerde feiten. De schuldvraag is pas te beoordelen indien naast de feiten ook de omstandigheden van het geval in beeld zijn gekomen.
  • Informeer de patiënt over de klinische bevindingen en het behandelplan.

Door Rien van der Horst

Oud adviserend tandarts Zorgverzekeraars
Tandheelkundig adviseur Verzekeraars
Juridisch en tandheelkundig adviseur, e-mail

 

Lees meer over: Casus, Kennis, Ondernemen, Wet- en regelgeving
wet, hamer, weegschaal

Ontslag: de procedure

Als u een werknemer wilt ontslaan krijgt u met diverse regels te maken.

Hoofdregels
Er gelden drie hoofdregels:

  1. U bent verplicht om de voorafgaande toestemming aan UWV WERKbedrijf te vragen.
  2. U mag niet opzeggen als er sprake is van een opzegverbod. In de praktijk wordt ook wel gesproken over ontslagverboden.
  3. U moet opzeggen tegen de juiste dag en bovendien de opzegtermijn in acht nemen.

Uitzonderingen
Als u de arbeidsovereenkomst met een werknemer wilt opzeggen, heeft u toestemming van UWV WERKbedrijf nodig. Op deze regel bestaan drie uitzonderingen. Toestemming is niet vereist:

  1. Als de opzegging onverwijld geschiedt om een dringende reden, onder gelijktijdige mededeling van die reden aan de wederpartij.
  2. Tijdens de proeftijd.
  3. Als de opzegging geschiedt door faillissement van de werkgever.

In twee andere gevallen is ook geen toestemming vereist:

  1. Bij ontbinding door de kantonrechter.
  2. Bij beëindiging met wederzijdse toestemming.

Ontslag wegens niet-functioneren
Aan een arbeidsovereenkomst met een slecht functionerende werknemer moet een einde kunnen worden gemaakt. U moet als werkgever aantonen dat de werknemer slecht functioneert. U moet bovendien bewijzen dat u genoeg pogingen hebt gedaan om het functioneren van de werknemer te verbeteren. Als deze geen resultaat hebben opgeleverd, is de werkgever verplicht om te onderzoeken of hij de werknemer kan herplaatsen. Het niet functioneren mag niet zijn toe te schrijven aan onvoldoende zorg voor de arbeidsomstandigheden aan uw zijde. Als het disfunctioneren de werknemer te verwijten valt, kunt u aanvoeren dat er sprake is van een ernstige en duurzame verstoring van de arbeidsrelatie. UWV WERKbedrijf verleent toestemming als het niet waarschijnlijk is dat de onderlinge verhouding tussen werkgever en werknemer nog verbetert.

Ontslag wegens ongeschiktheid door ziekte of gebreken
Het heeft voor u geen zin om toestemming te vragen de arbeidsovereenkomst met een zieke werknemer op te zeggen zolang de ziekte nog geen twee jaar heeft geduurd. Als u na twee jaar ziekte van de werknemer de arbeidsovereenkomst wilt beëindigen, moet u aannemelijk maken dat herstel van de werknemer binnen een periode van zes maanden niet te verwachten is. U moet ook aantonen dat u de werknemer niet in een andere functie kunt plaatsen.

Het kan ook voorkomen dat een werknemer niet onafgebroken ziek is, maar met grote regelmaat niet werkt; UWV WERKbedrijf beoordeelt het effect hiervan voor de onderneming.

Ontslag aanvragen
Een ontslagaanvraag via UWV WERKbedrijf kan zes tot acht weken duren. Vervolgens gaat de opzegtermijn in (varieert van 1 tot 3 maanden). De uiteindelijke opzegging vindt dan plaats tegen het eind van de maand. Op de procedure tot het aanvragen van een ontslagvergunning is de Algemene wet bestuursrecht (AWB) van toepassing. Deze wet kent een aantal procedurele voorschriften waaraan u zich moet houden.

Zie ook 9 blunders bij ontslag

Bron:
HR praktijk

Lees meer over: Ondernemen, Personeel