Tuchtrechtelijke uitspraken mondzorg mei en juni 2013

Soms is de scheidslijn dun. Wat is wel en niet geoorloofd? Bekijk de uitspraken van het Centraal Tuchtcollege en de regionale Tuchtcolleges van mei en juni 2013.

Tandarts verwijdert plekje op neus
Uitspraak 14 mei 2013, Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (YG2952)

Verweerder is tandarts en heeft op enig moment in zijn tandartspraktijk bij een patiënt een basaalcelcarcinoom van de neus verwijderd (“een plekje op de neus”) en vervolgens nog een na-resectie uitgevoerd. Klaagster, de Inspectie voor de Gezondheidszorg, verwijt verweerder dat hij patiënt niet heeft doorverwezen naar een deskundig behandelaar maar zelf een dermatologische ingreep heeft uitgevoerd. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen stellende dat vast is komen te staan dat verweerder de door hem verrichte handeling bij de patiënt als arts en niet als tandarts heeft uitgevoerd. Het hoger beroep wordt verworpen.
Bekijk hier de uitspraak

Heeft klagende vader een machtiging nodig?
Uitspraak 14 mei 2013, Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (YG2954)

Klager (vader van patiënte) verwijt verweerder dat de behandelend tandarts zijn dochter vijf jaar lang niet goed gepland en ondeskundig heeft behandeld. Patiënte was aangesloten bij een Tandheelkundig Centrum waarbij de behandelend tandarts werkte maar niet BIG geregistreerd was. Verweerder meent dat klager niet ontvankelijk is omdat de patiënte zelf een klacht had kunnen indienen. Het college stelt vast dat de patiënte minderjarig was ten tijde van de behandeling zodat de door haar afgegeven machtiging (aan haar vader) moet worden beschouwd als een instemming met de ingediende klacht. De klacht wordt gegrond bevonden en de zaak wordt aangehouden tot een nader vast te stellen datum en tijdstip om getuigen te horen.
Bekijk hier de uitspraak

Ontbreken van informed consent lijdt tot waarschuwing
Uitspraak 24 mei 2013, Regionaal Tuchtcollege te Zwolle (YG2942)

Klager verwijt de tandarts dat hij zonder (nader) overleg met klager is overgegaan tot de extractie van een hoektand terwijl deze tand van belang was voor de steun van een brug. Uit het dossier van de tandarts bleek niet dat er voor de brug een alternatief is voorgesteld en een behandelplan ontbrak in zijn geheel. Het college oordeelt dat het ontbreken van een informed consent de tandarts te verwijten valt en legt uiteindelijk de maatregel van een waarschuwing op.
Bekijk hier de uitspraak

Niet goed passende prothese en 9 extracties zonder voorafgaand overleg
Uitspraak 21 mei 2013, Regionaal Tuchtcollege te Den Haag (YG2926)

Klager verwijt de tandarts dat deze een onomkeerbare behandeling heeft uitgevoerd (extractie van 9 tanden) zonder haar voorafgaand in te lichten over de consequenties daarvan. Klager was zowel de Nederlandse als ook de Engelse taal niet machtig. Daarnaast zou de tandarts zonder voorafgaand overleg een gaatje hebben geboord zonder daarbij een verdoving te geven. Het college oordeelt dat de tandarts een tolk had moeten inschakelen. Een schriftelijk informed consent was niet nodig. Het boren van een gaatje zonder verdoving kan, maar moet ook voorafgaand aan de ingreep besproken worden. Nu vast is komen te staan dat de er geen tolk is ingeschakeld en ook het geven van een verdoving niet met klager is besproken, wordt de maatregel van een waarschuwing opgelegd.
Bekijk hier de uitspraak

“Jullie zijn toch zo sterk, zeggen jullie altijd”
Uitspraak 21 mei 2013, Regionaal Tuchtcollege te Den Haag (YG2927)

Klager verwijt de tandarts dat hij bij het uitvoeren van een extractie onvoldoende heeft gewacht tot de verdoving was ingewerkt zodat de extractie zeer pijnlijk was. Daarnaast zou de tandarts na de extractie tegen klaagster hebben gezegd: “Jullie zijn toch zo sterk, zeggen jullie altijd”, waarmee hij doelde op vrouwen. De tandarts verontschuldigt zich voor het niet afwachten totdat de verdoving was ingewerkt. Daarnaast stelt hij zich niet te herkennen in de bejegeningsklacht en stelt de tandarts dat hij het bedoelde als steun en niet om blijk te geven van een afwerende houding. Het college acht beide klachten niet tuchtrechtelijke verwijtbaar. De opmerking was eerder ongelukkig. De klacht wordt daarom afgewezen.
Bekijk hier de uitspraak

Tuchtrechtelijke uitspraken mondzorg juni 2013

Tandarts is geen orthodontist
Uitspraak 7 juni 2013, Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Eindhoven (YG2988 en YG2989), beslissing in de zaak onder nummer van: 12207 en 12208)

Klager verwijt tandarts dat hij klager onvoldoende en niet adequaat geïnformeerd heeft en dat hij de suggestie heeft gewekt orthodontist te zijn. Het college oordeelt dat de tandarts nimmer heeft gezegd dat hij orthodontist is, dat dat niet op zijn briefpapier staat en dat hij ook niet de kans heeft gekregen dit beeld bij klager te ontkrachten. Het college wijst daarom de klacht af.
Bekijk hier en hier de uitspraken

Zie ook eerdere uitspraken

Door:
Sebastiaan van der Leer – Köster Advocaten N.V

 

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Wat is je functie?

Lees meer over: Ondernemen, Tuchtrecht, Wet- en regelgeving