Corrie-Jongbloed

“Nederlandse mondhygiënisten kunnen een voorbeeld zijn voor de internationale gemeenschap”

De International Federation of Dental Hygienists (IFDH) brengt mondhygiënisten van over de hele wereld samen en houdt zich bezig met het promoten van mondgezondheid en het bestrijden van mondziekten. De onlangs afgetreden president Corrie Jongbloed-Zoet zet zich al jaren in voor de IFDH. dental INFO sprak met haar.

Welke functies heb je gehad bij de IFDH?

“Ik ben negen jaar intensief betrokken geweest bij de IFDH: drie jaar als vicepresident, drie jaar als president-elect en vervolgens drie jaar als president. De eerste drie jaar stonden in het teken van de vestiging van de Federatie in de VS en het me eigen maken van de wet- en regelgeving die dat met zich meebracht. Oorspronkelijk wilden we de Federatie vestigen in Zwitserland, maar dat betekende de Franse taal als voertaal. Ook zou er dan tenminste een bestuurslid woonachtig in Zwitserland moeten zijn en het secretariaat zou ook gevestigd moeten zijn in Zwitserland. De VS was minder gecompliceerd, maar er heerst daar een volkomen andere manier van besturen en vergaderen en een andere hiërarchie dan ik gewend was en dat was dus wennen… Als vicepresident kon ik de IFDH en daarmee het beroep van mondhygiënist vertegenwoordigen in internationale overleggen en de preventieve mondzorg promoten in talrijke politieke en gouvernementele organisaties en verbanden. Daar kwam begin 2020 een abrupt einde aan ten gevolge van de covid-19-situatie tijdens mijn termijn als president, die overigens niet zoals gepland begon in Korea in 2019. Door de politieke spanningen in de regio werd dit verplaatst naar Brisbane, Australia. Opnieuw een situatie die het nodige aanpassingsvermogen van de organisatie vergde.”

Een belangrijk evenement tijdens je termijn als president was de ‘Oral Health Summit’. Kun je daar iets over vertellen?

“Het doel van de ‘Oral Health Summit’ in 2021 was om aandacht te vragen voor het wereldwijde probleem van mondziekten en voor preventieve mondzorg. Door covid-19 werd dit een virtuele gebeurtenis met diverse vooraf opgenomen sessies van verschillende hoogwaardige, internationale sprekers en een in 34 landen uitgezonden rondetafelgesprek. Desondanks werd het een succes: de WHO, FDI, IADR, ACFF en EOHP spraken zich positief uit over de rol en bijdrage die de mondhygiënist en de mondhygiënisten-organisaties zouden kunnen leveren om ‘the burden of oral disease worldwide’ te kunnen verminderen. Waarmee het beroep en de IFDH internationaal beter op de kaart werden gezet. Mij persoonlijk gaf dat een grote voldoening. Zie ook Global Oral Health Summit 2021.”

Wat is de betekenis van de IFDH voor Nederlandse mondhygiënisten?

“Bij deze vraag moet ik altijd denken aan John F. Kennedy’s inauguratiespeech: ‘Ask not what your country can do for you – ask what you can do for your country’. In het geval van IFDH betekent dit: ‘Wat kun je als nationale organisatie of als individuele Nederlandse mondhygiënist bijdragen aan de bestrijding van de ‘burden of oral disease’, nationaal en internationaal?’
Nederland is een koploper qua ontwikkelingen in het beroep en kan daar een voorbeeld in zijn voor de internationale gemeenschap. Terwijl je meteen moet bedenken dat de Nederlandse situatie voor veel landen een stap te ver is en dat met name tandartsen-organisaties in sommige landen en situaties in de weerstand schieten. Persoonlijk denk ik dat, mede in het licht van de WHO Global Oral Health Strategy en Action Plans, er een belangrijke rol weggelegd is voor de ‘mid level (oral) health care provider’ of wel de mondhygiënist. In sommige landen zal daarbij de focus liggen op de preventie en de behandeling van cariës, in andere landen op die van tandvleesaandoeningen, of op speciale patiëntengroepen of op gewoontes. De focus moet vooral gericht zijn op bewustwording en preventie met daarnaast meer aandacht voor het screenen van bevolkingsgroepen die geen of nog geen toegang hebben tot mondzorg.”

En hoe kunnen de Nederlandse mondhygiënisten daaraan bijdragen?

“Ik hoop dat de Nederlandse mondhygiënisten zich door de IFDH meer bewust worden van hun rol en positie in de mondzorg en ook in Nederland die groepen opzoeken voor wie mondgezondheid geen vanzelfsprekendheid is. Daarnaast proberen we ‘sustainability’ meer onder de aandacht te brengen van de mondzorgverleners. Duurzaamheid en een duurzame praktijkvoering kan vaak nog verbeterd worden in de mondzorgpraktijk.
Voor de individuele mondhygiënist biedt de IFDH overigens bij- en nascholingsmogelijkheden (wetenschappelijke artikelen en webinars via de website, het International Journal on Dental Hygiene), de mogelijkheid om fondsen te verwerven voor bijvoorbeeld onderzoek (de zogenaamde research grants) en de mogelijkheid om met een bepaald programma, bijvoorbeeld op het gebied van de promotie van mondgezondheid en/of maatschappelijk verantwoordelijkheid, prijzen te winnen of een financiële tegemoetkoming te krijgen om het programma uit te kunnen voeren. Meer informatie hierover kun je op onze website vinden.”

De IFDH heeft onlangs het International Symposium on Dental Hygiene in Dublin gehouden. Kun je hier iets over vertellen?

“Er waren 770 deelnemers uit 37 verschillende landen. Dat was minder dan verwacht, maar door de covid-19-restricties van begin dit jaar en de oorlog in Oekraïne was er met name onder de collega’s uit de VS, Canada en Japan grote aarzeling om naar Europa te komen.
Het programma was opgebouwd rond vier thema’s: ‘Adapt’, ‘Care’, ‘Enable’ en ‘Learn’. Dit resulteerde in 90 verschillende sessies met sprekers uit 19 landen en een scala aan onderwerpen. Daarnaast waren er bijna 100 posterpresentaties met het meest recente wetenschappelijk onderzoek en was er een grote beurs met de nieuwste producten en technische ontwikkelingen en innovaties. Er was uiteraard veel aandacht voor parodontologie, preventieve mondzorg, gedragsverandering en tal van onderwerpen die mondhygiënisten na aan het hart liggen. Het is moeilijk om de ‘belangrijkste lezingen’ eruit te lichten, want dat is natuurlijk voor iedereen anders. Persoonlijk was ik erg blij met de plenaire lezing van Professor Paul Brocklehurst over ‘Future dental public health challenges’ en de rol die de mondhygiënist daarbij kan innemen en met de lezing van Professor Richard Watt over the WHO Global Oral Health Strategy en hoe de mondhygiënist kan bijdragen aan veranderingen in het beleid van overheden op het gebied van mondgezondheid. Ook de lezingen van onze Zweedse collega’s dr. Birgitta Jonsson en dr. Kajsa Abrahamsson over gedragsverandering waren zeer inspirerend, net zoals de bijdragen van verschillende Nederlandse collega’s. Zie voor het hele programma www.isdh2022.com.”

Welke trends zie je in de mondzorg en voor mondhygiënisten?

“Ontzettend belangrijk voor de mondzorg wereldwijd was de adoptie van de WHO Resolution on Oral Health, waardoor 149 landen zich committeerden om mondzorg op de nationale politieke agenda te zetten en te streven naar een betere mondgezondheid voor de bevolking. Daarnaast verscheen vorig jaar het visiedocument van de FDI ‘Oral Health for all by 2030’. Om al deze ambities waar te kunnen maken is er een grote rol voor mondhygiënisten weggelegd, maar ook voor de zogenaamde dental therapists en andere ‘mid level care providers’, zoals verpleegkundigen, verloskundigen en gezondheidsmedewerkers. Vertaald naar de Nederlandse situatie zouden mondhygiënisten nog meer de samenwerking aan moeten gaan met consultatiebureaus, verloskundigen, praktijkondersteuners van huisartsen, verpleegkundigen, verzorgenden in verpleeghuizen etc. om preventieve mondzorg te promoten en hen te leren screenen op mondgezondheid. Daarnaast denk ik dat vooral ouderen en kwetsbare groepen in de samenleving nog meer aandacht kunnen gebruiken op het gebied van (preventieve) mondzorg dan dat nu het geval is. Ik hoop van harte dat ‘oral health for all by 2030’ een te verwezenlijken ambitie zal blijken te zijn. Ik ben ervan overtuigd dat de mondhygiënist hier een belangrijke rol bij kan spelen.”

Wat zou er nog verbeterd kunnen worden voor mondhygiënisten?

“Ik geloof niet dat er in Nederland nog veel verbeterd kan worden voor mondhygiënisten. Alle randvoorwaarden om het beroep uit te oefenen op het terrein van de preventieve mondzorg, inclusief restauratieve vaardigheden, zijn aanwezig. Zeker als het experiment van de overheid met de zelfstandige bevoegdheid voor voorbehouden handelingen geslaagd is. Het is aan de mondhygiënisten zelf om hun maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen en ook buiten de werkzaamheden in de individuele mondzorg en in de mondzorgpraktijk of instelling, preventie en mondzorg te promoten en uit te dragen. Misschien dat daar nog iets verbeterd zou kunnen worden…”

Zijn de ontwikkelingen in het buitenland vergelijkbaar met die in Nederland? Is in andere landen bijvoorbeeld ook zoiets als de taakherschikking gaande?

“De situatie en daarmee de ontwikkelingen zijn eigenlijk in ieder land verschillend. Kijkend naar Europa zijn de Scandinavische landen wellicht het meest gefocust op preventieve mondzorg en heeft daar de zogenaamde taakherschikking op een heel natuurlijke manier plaatsgevonden. Hetgeen weerspiegeld wordt in de verhouding van het aantal tandartsen ten opzichte van het aantal mondhygiënisten. In verschillende, met name Oost-Europese, landen is er een overschot aan tandartsen. Daardoor is er meteen ‘weerstand’ tegen het beroep van mondhygiënist. Terwijl er in andere Europese landen – Duitsland, Frankrijk – soms meer sprake is van een soort ‘hiërarchische’ weerstand.
In de VS en Canada zie je nogal verschillen in de zelfstandigheid van de beroepsuitoefening en het competentieprofiel per staat of provincie. In Korea en Japan zie je enorme aantallen mondhygiënisten (in Korea 140.000). In andere Aziatische landen zoals Thailand, Maleisië en Indonesia zijn vooral dental therapists werkzaam, met als primaire taak de bestrijding van cariës door middel van restauratie en extracties. Kortom: het is overal anders!”

Blijf je zelf nog actief in de mondzorg?

“Ja, ik blijf nog wel even actief als ‘past president’ van de IFDH, voor de IFDH. Met name op het gebied van de implementatie van de ‘WHO Global Oral Health Strategy and Action Plans’ en op het gebied van ‘Sustainability in Dentistry’. De IFDH organiseert rond deze twee thema’s opnieuw een ‘Oral Health Summit’ in september 2023 en tijdens het volgende International Symposium in 2024 in Seoul, Korea. Ik hoop daaraan bij te kunnen dragen, maar vooral aan ‘oral health for all by 2030’!”

 

Interview door Yvette in ’t Velt voor dental INFO met Corrie Jongbloed-Zoet, past president van de International Federation of Dental Hygienists (IFDH)

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Zwangere vrouwen met tandvleesaandoeningen hebben mogelijk vaker een vroeggeboorte

Zwangere vrouwen met tandvleesaandoeningen hebben mogelijk vaker een vroeggeboorte

Er is mogelijk een verband tussen vroeggeboorte bij zwangere vrouwen en de kans op tandvleesaandoeningen, volgens een onderzoek dat werd gepresenteerd op EuroPerio10. Ook vond de studie een hogere prevalentie van ongezonde orale microben bij de premature moeders. Als de resultaten worden bevestigd, kunnen ze gevolgen hebben voor het voorkomen van vroeggeboorte.

Microbiële infectie

Parodontitis wordt veroorzaakt door een microbiële infectie. Het begint met rood, bloedend en ontstoken tandvlees, gingivitis genaamd, wat de reactie van het lichaam is op een ongezonde opeenhoping van bacteriën op de tanden. Chronische ontstekingen kunnen holtes en gaten rond de tanden veroorzaken, en de weefsels, botten die de tanden ondersteunen en uiteindelijk tandvlees vernietigen.

Parodontitis en vroeggeboorte

Een studie die door Dr. Valentin Bartha van het Heidelberg University Hospital, Duitsland, deed onderzoek naar het verband tussen parodontitis bij zwangere vrouwen en vroeggeboorte. De resultaten werden gepresenteerd op EuroPerio10, ’s werelds toonaangevende congres in parodontologie en implantaattandheelkunde dat wordt georganiseerde door de Europese Federatie voor Parodontologie.

Vroeggeboorten versus voldragen geboorten

Het onderzoek vergeleek orale ontsteking en microben bij vrouwen die te vroeg bevallen (vóór 37 weken zwangerschap) en die met voldragen geboorten. In totaal namen 77 vrouwen in de eerste zes dagen na hun bevalling deel aan de studie. Hiervan hadden 33 vroeggeboorten en 44 voldragen geboorten.

Gebitsonderzoek

Er werd informatie verzameld over leeftijd, rookgewoonten, medische aandoeningen en medicijnen, zwangerschapsduur bij bevalling en geboortegewicht. Het bloeden van het tandvlees werd beoordeeld op vier plaatsen rond elke tand om tandvleesontsteking te evalueren. Bovendien onderzochten de onderzoekers de pocketdiepte en het verlies van hechting op zes plaatsen rond elke tand.

Plaquemonsters werden verzameld van het tandoppervlak en onder het tandvlees op verschillende plaatsen in de mond, in het geval van een sondeerdiepte van meer dan 3 mm. De onderzoekers gebruikten vervolgens 16S rRNA-gensequencing om bacteriesoorten te identificeren.

Slechtere mondgezondheid

Uit de resultaten bleek dat vrouwen met vroeggeboorten significant minder hechting rond tanden had dan vrouwen met een voldragen bevalling. Ook had een hoger percentage in deze eerste groep pocketdiepten van 4 mm of meer en verschillende populaties ongezonde bacteriën op en onder de tanden.

Bevindingen moeten worden bevestigt

Daarnaast was het geboortegewicht significant lager voor moeders met parodontitis in vergelijking met moeders met een goede mondgezondheid of alleen bloedend tandvlees maar zonder gingivitis. Volgens de auteurs zijn er echter grotere studies nodig om deze bevindingen te bevestigen.

Mogelijk gevolgen voor voorkomen van vroeggeboorten

Als dit gebeurt, kunnen de resultaten “gevolgen hebben voor het voorkomen van vroeggeboorte, die voorkomt bij 10% van de geboorten en verantwoordelijk is voor tot 75% van de perinatale sterfte en meer dan 50% van de ontwikkelingsstoornissen bij kinderen”, aldus Dr. Bartha.

Bron:
“Periodontal status and microbiome composition in women with preterm birth – a case control study”, gepresenteerd tijdens de sessie “Periodontitis and systemic diseases – from pregnancy complication to systemic inflammation” tijdens EuroPerio10 op 17 juni 2022, door Dr. Valentin Bartha.

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Emagazine - mondgezondheid bij topsporters

E-magazine: Mondgezondheid bij (top)sporters

Het e-magazine “Mondgezondheid bij (top)sporters” is samengesteld voor amateur- en (top)sporters om bewustwording te creëren en kennis over te dragen over het belang van een gezonde mond in relatie tot de algehele gezondheid en de sportprestaties. Het unieke online magazine is als een professionele interventie ontwikkeld door Jolanda Gortzak en Yvonne Buunk-Werkhoven.

Wil je het magazine downloaden? Mail naar info@oral-vision.nl

Jolanda Gortzak, mondhygiënist, en Yvonne Buunk-Werkhoven, gepromoveerd sociaal psycholoog en mondhygiënist, ontwikkelden het e-magazine Mondgezondheid bij (top)sporters – in samenwerking met être design – volgens het PATHS-model: Probleem -Analyse -Test – Help – Succes; Buunk, Dijkstra & Van Vugt, 2021.

Onderwerpen

Het e-magazine bevat 16 topics, zoals:

  • “Wist je bijvoorbeeld dat (top)sporters vaker last hebben van mondproblemen en dat die problemen invloed hebben op hun prestaties?
  • Wat zijn de meest voorkomende mondproblemen bij (top)sporters en wat kun je er tegen doen?
  • En wist je dat de verstandskies in het verleden regelmatig preventief werd verwijderd bij voetballers om blessures te voorkomen?
  • De inzet van biomarkers binnen de (top)sport in de toekomst”
  • Mondbeschermers nodig of nutteloos in de sport”

Dit en nog veel meer vragen en antwoorden vind je in het e-magazine Mondgezondheid bij (top)sporters, van Oral-Vision.

Wil je het magazine downloaden? Mail naar info@oral-vision.nl

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Xylitol-kauwgom vermindert vroeggeboorte bij studie in Malawi

Xylitol-kauwgom vermindert vroeggeboorte bij studie in Malawi

Het is bekend dat kauwgom met xylitol tandbederf voorkomt, maar het kan daardoor mogelijk ook vroeggeboorten verminderen en het geboortegewicht verbeteren. Dit blijkt uit een studie bij meer dan 10.000 vrouwen in Malawi die is gepubliceerd in het American Journal of Obstetrics & Gynecology.

Verband parodontitis en vroeggeboorte

Studies hebben een verband aangetoond tussen parodontitis bij de moeder en vroeggeboorte. Gerandomiseerde onderzoeken naar scaling en planing tijdens de zwangerschap hebben echter geen preventief voordeel aangetoond. Xylitol-kauwgom vermindert cariës, maar het effect op het verbeteren van de parodontale gezondheid en het verminderen van vroeggeboorte is onbekend.

Studie in Malawi

In deze studie veronderstelde een groep onderzoekers uit de VS dat dagelijks gebruik van xylitolgom, beginnend vóór de conceptie en in de vroege zwangerschap, parodontitis zou kunnen verminderen en vroeggeboorte zou kunnen voorkomen. De onderzoekers voerden een clustergerandomiseerde studie uit in Malawi, waar het aantal vroeggeboorten tot het hoogste ter wereld behoort (22%). 10.069 vrouwen uit acht gezondheidscentra verspreid over een 79 km lange stedelijke en landelijke regio in Lilongwe namen deel aan het onderzoek.

Voorlichting en kauwgom

De studie werd gedurende zes jaar uitgevoerd, waarbij deelnemers tot 28 dagen na de bevalling werden gevolgd. Vrouwen in vier gezondheidscentra werden onderdeel van de interventiegroep (met kauwgom) en werden vergeleken met vrouwen in de andere centra die de controlegroep vormden. Deze vrouwen kregen alleen voorlichting over mondgezondheid. Bij de follow-up waren in totaal 9.670 uitkomsten beschikbaar.

Vermindering van vroeggeboorten

Het gebruik van perinatale xylitol-kauwgom resulteerde in een significante vermindering van vroeggeboorten (12,6% versus 16,5%). Volgens de auteurs werd deze statistiek grotendeels toegeschreven aan een daling van het aantal late vroeggeboorten tussen 34 weken en 37 weken (9,9% versus 13,5%).

Bovendien leidde het kauwen van xylitol-kauwgom vóór de conceptie en in het begin van de zwangerschap tot een lager percentage pasgeborenen met een gewicht van minder dan 2500 g (8,9% versus 12,9%).

Verbeterde mondgezondheid

Ook verbeterde de mondgezondheid van kauwgomgebruikers. Ongeveer 4.000 van de vrouwen hadden een eerste tandheelkundig onderzoek en een latere controle. De vrouwen die de kauwgom kauwden hadden minder parodontitis vergeleken met degenen die de kauwgom niet kregen.

Een keer minder vroeggeboorte voor $ 1087

Om een geval van vroeggeboorte te voorkomen, zouden 26 patiënten dagelijks xylitolkauwgom moeten kauwen tegen een verkoopprijs van $ 1087, schatten de onderzoekers. Ze plannen om meer onderzoek te doen naar wat er op microbieel niveau gebeurt om te begrijpen hoe een betere mondgezondheid vroeggeboorte vermindert.

Bron:
American Journal of Obstetrics & Gynecology

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Mondhygiëne, Thema A-Z
Orale-piercing

Orale piercings moeten worden verwijderd om schade in mond te beperken

Het dragen van orale piercings, met name tongpiercings, kan naastgelegen tanden en tandvlees negatief beïnvloeden, volgens een e-poster op het EuroPerio10-congres van de EFP. Deze piercings zouden moeten worden verwijderd om mensen te beschermen tegen verdere schade die mogelijk tot parodontitis en tandverlies kunnen leiden.

Een op de twintig

Geschat wordt dat ongeveer 5% van de jonge volwassenen orale piercings heeft, waarbij tongpiercings het vaakst voorkomen. Vrouwen hebben ongeveer vier keer zo vaak een orale piercing als mannen. Een systematische review die werd gepresenteerd op ’s werelds toonaangevende congres in parodontologie en implantaattandheelkunde wijst uit dat deze mensen risico lopen op parodontale complicaties.

Best beschikbare bewijs

De studie, die werd gepresenteerd door auteur professor Clemens Walter van University Medicine Greifswald in Duitsland verzamelde het beste beschikbare bewijs over piercings en mondgezondheid. De analyse omvatte acht onderzoeken met 408 deelnemers die in totaal 236 lippiercings en 236 tongpiercings hadden. Een vijfde van de patiënten had piercings in meer dan één orale plaats. De draagduur varieerde van een maand tot 19 jaar en de meeste sieraden waren van metaal.

Diepere pockets door tongpiercings

Alle onderzoeken vergeleken tanden en tandvlees naast de piercing met plekken elders in de mond. Met betrekking tot tongpiercings vonden drie op de vijf onderzoeken diepere pockets rond de tanden naast de piercing. Daarnaast zagen drie op de vier onderzoeken grotere openingen rond deze tanden.

Tandvleesproblemen

Elk van de vier onderzoeken die patiënten op terugtrekkend tandvlees onderzochten, vonden dit probleem bij mensen met tongpiercings. Bij twee van de drie onderzoeken werd bloedend tandvlees aangetroffen bij deze sieraden. Wat betreft lippiercings was de belangrijkste bevinding terugtrekkend tandvlees, wat werd waargenomen in drie van de vier onderzoeken.

Verwijder de sierraden

Diepe pockets en openingen, en terugtrekkend en bloedend tandvlees zijn allemaal tekenen van parodontitis, wat tot tandverlies kan leiden. Volgens het onderzoek zouden mensen met tong- en lippiercings deze sieraden moeten verwijderen om hun tanden en tandvlees te beschermen tegen verdere schade.

Schade neemt toe

Professor Walter zei: “De bevindingen suggereren dat orale piercings, vooral in de tong, de aangrenzende tanden en tandvlees negatief beïnvloeden. Bij mensen met tongpiercings was er vooral schade aan de onderste twee voortanden, de mandibulaire snijtanden, die belangrijk zijn voor het bijten en kauwen van voedsel. De kans op tand- en tandvleesbeschadiging bleek toe te nemen met de duur van het dragen van een lip- of tongpiercing.”

Patiënten informeren

Tandartsen zouden moeten bijdragen aan het bewust maken van patiënten over deze negatieve gevolgen. “Tandartsen moeten hun patiënten informeren over het risico op parodontale complicaties bij het dragen van orale piercings, en mensen met deze piercings moeten sterk worden aangemoedigd om ze te verwijderen”, concludeerde hij.

Bronnen:
“Influence of oral piercings on periodontal health – a systematic review”, gepresenteerd tijdens de sessie “Influence of oral piercings on periodontal health – a systematic review” door professor Clemens Walter tijdens EuroPerio10 op 15 juni 2022.

International Journal of Dental Hygiene

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
tandpasta

Antimicrobieel middel in tandpasta mogelijk gelinkt aan darmontsteking

Triclosan, een antimicrobieel middel in tandpasta en andere mondverzorgingsproducten zit, houdt mogelijk verband met een soort darmontsteking die chronische spijsverteringsziekten veroorzaakt. Een onderzoek gepubliceerd in Nature Communications ontdekte dat microbiële enzymen colitis induceerden bij muizen door triclosan in het maagdarmkanaal te reactiveren.

Stijgende prevalentie van darmaandoeningen

De afgelopen decennia komen inflammatoire darmaandoeningen (IBD), een chronische ontsteking van het darmweefsel steeds vaker voor. Waar in 1999 twee miljoen volwassenen in de VS werden gediagnosticeerd met IBD steeg dit getal met 50% tot drie miljoen mensen in 2015.
IBD kan de levenskwaliteit ernstig beïnvloeden, aangezien de symptomen buikpijn, diarree en rectale bloedingen omvatten, en er geen remedie is. Ook lopen patiënten met IBD een groter risico op het ontwikkelen van colorectale kanker, schrijft een groep onderzoekers uit de VS, China en Nederland.

Blootstelling aan chemicaliën

De toename van het aantal gevallen van IBD is in verband gebracht met blootstelling aan chemicaliën in het milieu. De betrokken mechanismen zijn echter nog onduidelijk. Triclosan is te vinden in meer dan 2.000 industriële en consumentenproducten, waaronder mondwater, scheerschuim en speelgoed. In de EU is het in cosmetica met een maximale dosis toegestaan. Uit onderzoek blijkt dat triclosan in tandpasta de hoeveelheid tandplak, tandvleesontsteking, tandvleesbloeding en cariës van de tandkroon verminderen.

Veilig bij normaal gebruik

Triclosan is in verband gebracht met verhoogde antibioticaresistentie, hormoonverstoring en osteoporose, en in de VS wordt het aangetroffen in ongeveer 75% van de urinemonsters. Volgens het RIVM kunnen producten met triclosan bij normaal gebruik veilig worden gebruikt.

Verhoogde ernst van colitis

Een recente studie toonde echter aan dat blootstelling aan triclosan de ernst van colitis verhoogde en de ontwikkeling van colitis-geassocieerde colorectale kanker in muismodellen vergrootte, aldus de auteurs. Deze resultaten ondersteunen de hypothese dat triclosan een risicofactor kan zijn voor IBD en aanverwante aandoeningen, merkten ze op.

Onderzoek bij muizen

Wat de darmmicrobiota en triclosantoxiciteit met elkaar verbindt is onbekend. Daarom probeerden de onderzoekers dergelijke microbiële factoren in de darm te identificeren. Om dit te doen voerden ze muizen vier weken lang een dieet dat triclosan bevatte, en vervolgens werden de verzamelde weefsels geanalyseerd met behulp van vloeistofchromatografie-tandem-massaspectrometrie.

Cruciale rol van darmmicrobiële enzymen

De resultaten “onthullen de cruciale rol die darmmicrobiële enzymen spelen bij de metabole activering en darmtoxiciteit van TCS”, schrijven de auteurs. Ze identificeerden specifieke microbiële β-glucuronidase (GUS)-enzymen die betrokken zijn bij het metabolisch activeren van triclosan in de darm.
Ten slotte konden ze zien dat gerichte remming van bacteriële GUS-enzymen de colitis-bevorderende effecten van TCS tenietdoet. Dit ondersteunt een essentiële rol van specifieke microbiële eiwitten in triclosantoxiciteit.

Veiligheid heroverwegen

“Onze resultaten definiëren een mechanisme waarmee darmmicroben bijdragen aan de metabole activering en darmtoxiciteit van TCS, en benadrukken het belang van het overwegen van de bijdragen van de darmmicrobiota bij het evalueren van het toxische potentieel van milieuchemicaliën”, concluderen de onderzoekers. “De veiligheid van TCS en verwante verbindingen moet worden heroverwogen gezien hun potentieel voor darmbeschadiging.”

Bronnen:
Nature Communications
Waarzitwatin

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
De effectiviteit en gebruikerservaring van DENTTABS® tandpastatabletten tegenover een conventionele tandpasta

Poster: De effectiviteit en gebruikerservaring van DENTTABS® tandpastatabletten tegenover een conventionele tandpasta

Hoe effectief zijn DENTTABS® tandpastabletten vergeleken met conventionele tandpasta? En hoe ervaren gebruikers beide producten? Helin Spindari & Minou Stichelmans, studenten mondzorgkunde, Hogeschool Utrecht, onderzochten dit met kwantitatief, prospectief experimenteel onderzoek.

Materiaal en methode

In dit onderzoek voldeden tweeënveertig volwassen deelnemers (≥ 18 jaar) met een goede algemene gezondheid (< ASA-risicoscore III), ≥ 20 natuurlijke elementen en een plaquescore van ≥ 25% aan de inclusiecriteria. De deelnemers zijn middels randomisatie via de computer toegewezen aan de DENTTABS® groep (N=21) of de tandpastagroep (N=21) en moesten gedurende twee weken met het toegewezen product poetsen.

Bij aanvang (T0) en na twee weken (T1) werden de plaque- en bloedingsscores gemeten middels de meetinstrumenten Plaque Control Record en de Bleeding on Marginal Probing index. Na afloop van het onderzoek werd een enquête, op Visueel Analoge-schaal, afgenomen over de gebruikerservaring van het toegewezen onderzoeksproduct.

De onderzoekdata zijn door middel van beschrijvende en verklarende statistische technieken geanalyseerd in het programma Statistical Package for the Social Sciences. De Mann-Whitney U test is gebruikt voor het analyseren van het verschil tussen de groepen en de Wilcoxon Signed Rank test voor het verschil binnen de groepen. Hierbij werd p=<0,05 als significant beschouwd.

De effectiviteit en gebruikerservaring van DENTTABS® tandpastatabletten tegenover een conventionele tandpasta

Klik hier voor een vergrote versie

Resultaten

Negenendertig deelnemers voltooiden het onderzoek. Na twee weken werd er binnen beide onderzoeksgroepen een significante plaque- en bloedingsreductie waargenomen. Een gemiddelde plaquereductie van 9,0% was waarneembaar in de DENTTABS® groep en 9,4% in de tandpastagroep.

Het verschil in plaquereductie tussen T0 en T1 was significant (p=0,008 in de  DENTTABS® groep en p=0,0007 in de tandpastagroep). De bloeding is met 10,3% gereduceerd in de DENTTABS® groep en met 9,8% in de tandpastagroep. Het verschil in de bloedingscore op T0 en T1 was significant (p=0,000 in de DENTTABS® groep en p=0,001 in de tandpastagroep).

Er werd geen significant verschil in de gemiddelde plaque- en bloedingsscores tussen de interventiegroepen waargenomen. De DENTTABS® hebben een lager waarderingscijfer gescoord op elk item uit de enquête in vergelijking tot een conventionele tandpasta.

Conclusie

De DENTTABS® tandpastatabletten vertonen na twee weken een minstens even effectieve plaque- en bloedingsreductie in vergelijking tot een conventionele tandpasta. Daarbij werd de conventionele tandpasta door de deelnemers als gebruiksvriendelijker ervaren in vergelijking tot de DENTTABS® tandpastatabletten.

Poster ontwikkeld door:

Helin Spindari & Minou Stichelmans, studenten mondzorgkunde, Hogeschool Utrecht

Bekijk ook andere posters ontwikkeld door studenten Mondzorgkunde

Deze posters werden beoordeeld met een cijfer 7 of hoger en zijn een selectie uit de gemaakte posters die interessant zijn voor werkzame mondhygiënisten.

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Dental Coach App wint eerste EFP innovation award for Digital Solutions for Gum Health

Dental Coach App wint eerste EFP innovation award for Digital Solutions for Gum Health

De Europese Federatie voor Parodontologie (EFP) heeft de eerste editie van de ‘EFP Innovation Award for Digital Solutions for Gum Health’ uitgereikt. De eerste prijs van €10.000 werd uitgereikt aan Lodewijk Gründemann en Melle Vroom voor hun ontwikkelde Dental Coach App.

Jaarlijkse prijs

Deze prijs, ondersteund door GSK, wordt vanaf het heden jaarlijks uitgereikt aan drie projecten op het gebied van digitale innovaties die gericht zijn op de bevolking, tandartsen en onderzoekers. De projecten moeten wereldwijd bijdragen aan de gezondheid van het tandvlees.

Digitale technologie

Voor het algemene publiek kan dit bijvoorbeeld digitale technologie betreffen als toepassingen of apparaten die de parodontale gezondheid verbeteren en tandvleesontsteking voorkomen. Een andere mogelijkheid is een technologie die tandartsen helpt bij het diagnosticeren of verbeteren van de tandvleesgezondheid van hun patiënten. Tenslotte kwamen ook nieuwe digitale methoden die de kwaliteit van onderzoek naar tandvleesgezondheid verhogen in aanmerking.

Vier criteria

De projecten werden geselecteerd door een jury bestaande uit voorzitters van verschillende EFP-commissies en een lid van het kernbestuur. De uitreiking vond plaats tijdens EuroPerio10, ’s werelds toonaangevende congres in parodontologie en implantaattandheelkunde georganiseerd door de EFP. Vier criteria werden gebruikt om de aanvragen te beoordelen: de behoefte, de markt, de presentatie van het idee en het bedrijfsplan.

De prijswinnaars

Dr. Lodewijk Gründemann en Dr. Melle Vroom uit Goutum, Nederland sleepte dit jaar de eerste prijs van €10.000 in de wacht met hun Dental Coach App. De tweede prijs van €6.000 werd uitgereikt aan Dental Tracker, een mobiele applicatie voor de patiënt, tandarts en parodontale onderzoekers gemaakt door Dr. Boey Sean Kuan, Perio.Co, Singapore.
AI-PERIO won de derde prijs van €4.000. Dit is een integratie van gezondheidsperceptie van het tandvlees en preventie van parodontitis op een op kunstmatige intelligentie gebaseerde mobiele applicatie voor het aanpakken van laaggradige chronische systemische ontstekingen. Dr. Giacomo Baima en Dr. Mario Aimetti van het Postgraduate Program, Universiteit van Turijn, Italië in samenwerking met de Anti-Inflammaging Company ontvingen deze prijs.

Preventie en behandeling

Professor Andreas Stavropoulos, EFP-president, zei: “Parodontitis, ook wel tandvleesontsteking genoemd, is wereldwijd de meest voorkomende chronische inflammatoire niet-overdraagbare aandoening en als het niet adequaat wordt behandeld, leidt het vaak tot tandverlies. Parodontitis is echter grotendeels te voorkomen met een goede mondhygiëne en regelmatige onderhoudsbezoeken aan het tandheelkundig team. Digitale technologieën spelen een steeds grotere rol bij preventie en behandeling en deze EFP-prijs met de steun van GSK is bedoeld om innovaties op dit gebied te ondersteunen.”

Trotse sponsor

Dr. Stephen Mason, Global Medical Lead: Oral Health, GSK Consumer Healthcare zei: “We hebben een geweldige kans om een betekenisvol verschil te maken om vermijdbare mondgezondheidsproblemen voor miljoenen mensen over de hele wereld uit te roeien. […] Daarom is GSK Consumer Healthcare er trots op sponsor te zijn van de nieuwe EFP Innovation Award for Digital Solutions for Gum Health. Digitale oplossingen zijn niet alleen een belangrijke factor om de parodontale gezondheid te verbeteren, maar zijn ook een toegangspoort tot een betere dagelijkse gezondheid.”

Bron:
EFP

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Ook e sigaretten leiden tot tandvleesaandoeningen

Ook e-sigaretten leiden tot tandvleesaandoeningen

E-sigaretten, ook wel ‘vapes’ genoemd, veranderen het microbioom in de mond van rokers. Daarmee zorgt het roken van e-sigaretten voor een reeks gezondheidsrisico’s, waaronder tandvleesaandoeningen. Dat blijkt uit onderzoek van het NYU College of Dentistry.

Het roken van sigaretten is een bekende risicofactor voor het ontwikkelen van tandvleesaandoeningen, maar er is minder bekend over de effecten van e-sigaretten, die nicotine en andere chemicaliën verdampen. Een reeks nieuwe onderzoeken door onderzoekers van het NYU College of Dentistry laat zien hoe e-sigaretten de mondgezondheid kunnen veranderen en bijdragen aan tandvleesaandoeningen.

De mondgezondheid van 84 volwassenen uit drie groepen werd onderzocht: sigarettenrokers, gebruikers van e-sigaretten en mensen die nooit hadden gerookt. Tandvleesaandoeningen werden beoordeeld door twee tandartsbezoeken met een tussenpoos van zes maanden. Tijdens de onderzoeken zijn plaquemonsters genomen om de aanwezige bacteriën te analyseren.

Veranderingen in het microbioom

Alle deelnemers hadden aan het begin van het onderzoek tandvleesaandoeningen, waarbij sigarettenrokers de ernstigste ziekte hadden, gevolgd door gebruikers van e-sigaretten. Na zes maanden ontdekten de onderzoekers dat tandvleesaandoeningen erger waren geworden bij sommige deelnemers in elke groep, waaronder verschillende gebruikers van e-sigaretten.

Bij analyse van de bacteriën in de plaquemonsters bleek dat gebruikers van e-sigaretten een ander oraal microbioom hebben dan rokers van normale sigaretten en niet-rokers. Bacteriën waarvan bekend is dat ze geassocieerd zijn met tandvleesaandoeningen, waaronder Fusobacterium en Bacteroidales, waren vooral dominant in de monden van gebruikers van e-sigaretten.

“Vapen lijkt unieke patronen in bacteriën te veroorzaken en de groei van sommige bacteriën te beïnvloeden op een manier die vergelijkbaar is met het roken van sigaretten, maar met zijn eigen profiel en mondgezondheidsrisico’s”, aldus onderzoeker Fangxi Xu.

Onderzoekers concludeerden dat het orale microbioom van rokers van e-sigaretten veranderde immuunreacties oproept die, samen met klinische markers van tandvleesaandoeningen, illustreren hoe vapen zijn eigen mondgezondheidsprobleem vormt.

Bron:
NYU

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z

Eiwit in tandcellen mogelijk sleutel tot aanpakken tandgevoeligheid

Wetenschappers hebben een eiwit in tandcellen ontdekt dat helpt om kou te detecteren. Dit eiwit is mogelijk een effectief doelwit om tandovergevoeligheid en inflammatoire tandpijn aan te pakken, volgens een studie gepubliceerd in Science Advances.

Mechanisme slecht begrepen

Hoewel veel mensen last hebben van tandgevoeligheid wordt het mechanisme achter de pijn niet goed begrepen. Een theorie is dat kleine kanaaltjes in de tanden een stof bevatten welke beweegt met temperatuursveranderingen. Sommige mensen hebben voorgesteld dat zenuwen de richting van die beweging kunnen aanvoelen, wat aangeeft of de tand warm of koud is.

Eiwit als kousensor

De onderzoekers ontdekten dat tandcellen genaamd odontoblasten het ion channel transient receptor potential channel (TRPC5) bevatten, een gespecialiseerd eiwit dat fungeert als een kousensor. Bovendien is er meer TRPC5 aanwezig in tanden met gaatjes.

Odontoblasten nodig voor waarnemen prikkels

Op basis van eerder onderzoek wisten de auteurs dat TRPC5 gevoelig was voor kou, maar niet waar het precies op temperatuur reageerde. Dit bracht hen ertoe odontoblasten te onderzoeken die zich in de buitenste zone van tandpulp bevinden en een natuurlijke barrière vormen tussen harde weefsels en zacht tandpulp. Ze ontdekten dat odontoblasten nodig zijn voor het waarnemen van koude prikkels.

Neurale activiteit bij muizen

De auteurs hadden een kaakzenuwpreparaat ontwikkeld dat neurale activiteit registreerde van intacte tanden bij muizen onder narcose. Toen de onderzoekers de tanden met een ijskoude oplossing aanraakten, veroorzaakte de temperatuurdaling neurale activiteit. Dit geeft aan dat de tand koud aanvoelt. Muizen zonder functionerende TRPC5 hadden echter niet dezelfde reactie.

Meer eiwit in tanden met verval

Ook werden geëxtraheerde menselijke tanden geanalyseerd om de rol te bepalen die tandbederf speelt bij gevoeligheid. Er was meer TRPC5 in tanden met verval en TRPC5 sensorische zenuwuitdrukking nam significant toe in tanden met pulpitis.

Doelwit om behandelingen te ontwikkelen

Daarnaast kan TRPC5 langdurige pijn signaleren en tijdens ontsteking werken als een oxidatieve stress-sensor. TRPC5 kan daarom het doelwit zijn dat nodig is om behandelingen te ontwikkelen voor ontstekingspijn en gevoeligheid van de tanden. Verder kan dit mechanisme volgens het artikel ook verklaren waarom kruidnagelolie al eeuwenlang wordt gebruikt als pijnstiller in de tandheelkunde: kruidnagelolie remt TRPC5.

Essentieel onderdeel koudetectiesysteem

Een beperking van de studie is dat TRPC5 niet kon worden geëvalueerd in reactie op kou in odontoblasten in levende, niet-verdoofde muizen. Desondanks zeggen de onderzoekers dat hun resultaten bewijs leveren voor een voorheen onbekend integraal onderdeel van het tandheelkundige koudetectiesysteem. En dat opent de deur naar nieuwe behandelingsopties, want “als je eenmaal een molecuul hebt om op te richten, is er een mogelijkheid tot behandeling”, aldus een van de auteurs.

Bron:
Science Advances

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Mensen vinden gele tanden onaantrekkelijk en minder gezond

Mensen vinden gele tanden onaantrekkelijk en minder gezond

Een meerderheid van de mensen vindt gele tanden minder aantrekkelijk dan witte tanden, volgens een recent onderzoek dat is uitgevoerd door marktonderzoeksorganisatie DentaVox. Dit komt mogelijk door het vooroordeel dat mensen met gele tanden ongezond zouden zijn.

Beperkte toegang tot mondzorg

Veel mensen in de VS hebben beperkte toegang tot mondzorg. Een groot aantal volwassenen slaat elk jaar de tandheelkundige zorg over, vaak vanwege de kosten. Onderzoek suggereert dat sociaaleconomische factoren, zoals een lager inkomen en opleidingsniveau, verband houden met de mondgezondheid, waaronder meer rotte tanden en een algehele slechte mondgezondheid, aldus DentaVox.

Witte tanden aantrekkelijker

In het onderzoek dat door DentaVox werd uitgevoerd onder bijna vijfduizend mensen beschreef 38% hun tanden als geel. Desondanks zei 80% van de respondenten dat gele tanden minder aantrekkelijk zijn dan witte tanden.

Potentiële partners aantrekken

Het bedrijf wees op een onderzoek van twee in het VK gevestigde wetenschappers, gepubliceerd in PLOS One in 2012, waaruit blijkt dat menselijke tanden in wezen fungeren als ornamenten die potentiële partners kunnen aantrekken. Tandkleur kan andere mensen basisinformatie geven over onze gezondheid en genetica, suggereert de PLOS One-studie. Daarom denken mensen misschien dat witte tanden hand in hand gaan met een goede gezondheid, wat uiteindelijk een grote rol speelt in iemands aantrekkelijkheid.

Vooroordeel

Van de respondenten met gele tanden noemde 33% inderdaad een slechte mondgezondheid als de belangrijkste oorzaak van hun niet witte tandkleur. 19% van de mensen zou hun tanden zelfs bleken “omdat ze geloven in het vooroordeel dat gele tanden ongezond zijn” , aldus DentaVox.
De perceptie dat gele tanden ongezond zijn, wordt echter niet ondersteund door enig wetenschappelijk bewijs, aldus DentaVox. Gegevens die in 2018 door Prairie Dental Group zijn gepubliceerd geven bijvoorbeeld aan dat sommige mensen van nature dunner glazuur hebben.

Geen zorgen maken

“Dus, tenzij je gele tanden te wijten zijn aan slechte mondgewoonten, hoef je je niet zo veel zorgen te maken. Als je er niet zeker van bent, kun je beter je mondzorgverlener raadplegen”, schreef DentaVox.
Bron:
DentaVox https://dentavox.dentacoin.com/blog/yellow-teeth-pride-and-prejudice/

Al eerder (27-02-2022) gedaan:

Keramische veneers mogelijk beter dan kroonrestauraties voor het herstellen van tanden met fluorose

Keramische veneers zijn minimaal invasief, behouden de tandstructuur en bieden langdurige esthetische rehabilitatie. Volgens een onderzoek dat is gepubliceerd in BMC Oral Health zouden keramische veneers een betere optie kunnen zijn dan kroonrestauraties bij het herstellen van de glimlach van patiënten met gevorderde fluorose.

Kleurafwijkingen in tanden

Fluorose is een van de kleurafwijkingen die in tanden worden gezien. Een milde vorm kan witte lijnen en wazige plekken op de tanden veroorzaken die nauwelijks merkbaar zijn; in een ernstigere vorm kunnen ernstigere vlekken en putjes worden waargenomen in het tandglazuuroppervlak. De behandeling van fluorose zorgt niet alleen voor esthetische en functionele correctie, maar helpt ook om het zelfvertrouwen van de patiënt te verbeteren.

Minimaal invasief

Bij de behandeling moet niet-ondersteund en ontpit glazuur of dentineweefsel worden verwijderd en vervolgens hersteld. Momenteel worden veneers voornamelijk gebruikt om de vorm en positie van tanden te verbeteren, tandverkleuring te verbergen of tanden met erosie of slijtage te herstellen. Facings zijn een goed alternatief voor kroonrestauraties omdat ze minimaal invasief zijn.

Goede optie

Al zo’n drie decennia zijn veneers van keramisch porselein een goede optie voor het herstellen van voortanden vanwege biocompatibiliteit, duurzaamheid en esthetische aantrekkingskracht. Onderzoekers van Suleyman Demirel University Faculty of Dentistry in Turkije evalueerden het slagingspercentage en de geschatte overleving van porseleinlaminaat veneers in tanden met anterieure fluorose.

Retrospectief onderzoek

Hiervoor voerden ze een retrospectief onderzoek uit met 358 veneers. De veneers bedekten de incisale rand en een deel van de palatinale/linguale zijde van de tand met een 1 mm hoge palatinale afschuining.

Keramische veneers

De clinici gebruikten met disilicaat versterkt glaskeramisch materiaal om de veneers te vervaardigen en evalueerden vervolgens de restauraties met behulp van de criteria van de Amerikaanse volksgezondheidsdienst. Overleving werd gedefinieerd als de tijd van cementeren tot falen van het facing. Breuk van het keramiek en verslechtering van de hechting werden ook beschouwd als falen van het veneer.

Geschatte overlevingskans van 0,997

Jaarlijks werden marginale adaptatie, kleurovereenkomst, marginale verkleuring, oppervlakteruwheid, restauratiefractuur, tandfractuur, restauratieslijtage, antagonistische gebitsslijtage, cariës en postoperatieve gevoeligheid van de facings geëvalueerd. De geschatte overlevingskans van de veneers in het onderzoek was 0,997 of meer gedurende 10 jaar. In de loop der jaren hadden sommige tanden met veneers breuken en secundaire cariës, merkten de auteurs op.

Alternatief voor kroonrestauraties

Veneers vermijden agressieve tandpreparaties die de tandstructuur beschadigen en maskeren verkleurde tanden dus gedurende een aanzienlijk aantal jaren. Hierdoor zijn ze een geldig alternatief voor restauraties zoals kronen, schreven de auteurs: “De resultaten van deze klinische studie zouden clinici moeten aanmoedigen om keramische veneers te overwegen boven kroonrestauraties bij het herstellen van de glimlach van patiënten met gevorderde fluorose.”

Bron: BMC Oral Health

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Brush-Wash-Smile---400

Het Brush, Wash and Smile project van Stichting DHIN

Sinds 2018 heeft de stichting DHIN een compleet informatiepakket beschikbaar met preventiemateriaal onder de titel van “Brush Wash & Smile” voor gebruik in lage-inkomenslanden. Op de voorjaarsvergadering van het Nederlands Tandheelkundig Genootschap vertelde bestuurslid Ineke van Lent in een video over de achtergronden van dit project.

DHIN

De Stichting DHIN (Dental Health International Nederland) is bij tandartsen vooral bekend van de revisie van tandheelkundige units en instrumentarium, dat daarmee geschikt gemaakt wordt voor gebruik in lage-inkomenslanden. De verzending van tandheelkundige units is de afgelopen jaren iets minder geworden, omdat de huidige units veel elektronica bevatten, die moeilijker te onderhouden is in de betreffende landen.

Brush Wash & Smile programma

Het Brush Wash & Smile programma omvat flyers, preventiemateriaal en andere ondersteuning in een groot aantal talen. Het blijkt dat kinderen in lage-inkomenslanden vaker op school aanwezig zijn als ze hun tanden poetsen en hun handen wassen. Dat ze naar school gaan is belangrijk, want onderwijs vervult een cruciale rol in de toekomst van het kind. Het is doodzonde als een kind door een tandprobleem niet naar school kan. Door tanden poetsen en handen wassen vanzelfsprekend te maken, wordt dus niet alleen de gezondheid van de kinderen bevorderd maar de gehele ontwikkeling. Het Brush Wash & Smile programma vervult een belangrijke rol in het bewustmaken van het belang van handen wassen en tandenpoetsen bij deze kinderen.
Door het ontwikkelen en uitvoeren van dit programma vervult de stichting DHIN een belangrijke rol in landen waarin de tandheelkundige en medische zorg minder vanzelfsprekend is als bij ons.
Lees meer over het Brush Wash & Smile programma.
Hier leesje ook hoe je als individu of als praktijk mee kunt doen aan de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties voor een gezondere en betere wereld in 2030. Hiervoor heeft DHIN het Preventie Adoptie Plan opgesteld, waarin praktijken heel gemakkelijk een bijdrage kunnen leveren aan de belangrijke doelstellingen van het Brush Wash & Smile programma.

Bekijk de video DHIN zorgt voor de mond de wereld rond

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Mondzorg bij patiënten met een Licht Verstandelijke Beperking

Onvrijwillige (mond)zorg bij mensen met een licht verstandelijke beperking

Als mondzorgverlener kun je te maken krijgen met patiënten met een verstandelijke beperking die geen zorg willen, maar wel nodig hebben. Wat doe je dan? Gezondheidsrechtjurist Monica de Visser vertelt aan de hand van een aantal casussen voor welke dilemma’s je kunt komen te staan en wat hierover geregeld is in de Wet zorg en dwang (Wzd).

Onvrijwillige (mond)zorg bij mensen met een licht verstandelijke beperking

Als mondzorgverlener kun je te maken krijgen met patiënten met een verstandelijke beperking die geen zorg willen, maar wel nodig hebben. Wat doe je dan? Gezondheidsjurist Monica de Visser vertelt aan de hand van een aantal casussen voor welke dilemma’s je kunt komen te staan en wat hierover geregeld is in de Wet zorg en dwang (Wzd).

Casus 1

Job (20) is een stoere jongeman met opvallende tattoos en aantal piercings. Hij heeft een licht verstandelijke beperking (lvb) en woont bij zijn vader. Samen met zijn vader bezoekt Job de tandarts. Hij is al een aantal jaren niet geweest, maar Job heeft nu een pijnlijke kies. Of de tandarts deze kies er even uittrekt, dan kan hij weer weg. De vader van Job knikt instemmend. In de stoel gaan liggen vindt Job echter eng. Uiteindelijk lukt dit toch en kan de tandarts het gebit van Job bekijken. De toestand van het gebit van Job is niet best. De tandarts vertelt Job dat hij een aantal vervolgafspraken moet maken om zijn gebit goed te kunnen behandelen. Job vindt dit niet nodig. De pijn is trouwens al weer weg! O ja, en zijn tanden poetsen doet Job iedere avond.

Uitdagingen

Bij deze casus kom je voor verschillende uitdagingen te staan. Job toont stoer gedrag en kan goed praten. De kans is daardoor groot dat je hem als mondverzorger overschat. Hoe voorkom je dit? Job is duidelijk niet gemotiveerd om een gezond gebit te krijgen. Hoe zorg je ervoor dat hij het belang van een gezonde mond gaat inzien en een vervolgafspraak maakt? Als mondverzorger van mensen met een beperking heb je vaak te maken met een verwant en/of vertegenwoordiger. Hoe ga je in deze situatie om met de aanwezigheid van de vader van Job?

Wat te doen?

Bij de behandeling van patiënten met een licht verstandelijke beperking kan het helpen om de volgende tips toe te passen:
• Wees je bewust van een disharmonisch profiel bij mensen met een lvb. Een stoere buitenkant betekent vaak een kwetsbare binnenkant, die je pas later ontdekt.
• Pas je taalgebruik aan en laat zoveel mogelijk hulpmiddelen eerst goed zien en/of voelen, voordat je ze gebruikt.
• Probeer bij het eerste contact niet direct te oordelen/preken over de (slechte) kwaliteit van het gebit. Mensen met een lvb horen hun hele leven al dat ze het niet goed doen. Inzetten op samenwerking is het eerste doel.
• Pas het tempo van de behandeling aan en neem rust in de opbouw van de behandelrelatie. Doe één ding tegelijk, zodat de gegeven informatie kan worden verwerkt en eigen invloed kan worden ervaren.
• Neem als behandelaar de regie en werk zoveel mogelijk samen met andere belangrijke betrokkenen (verwanten, begeleiders, collega’s etc.).

Casus 2

Hendrik is een man van 75 jaar met een licht verstandelijke beperking. Hij is dementerend en heeft kenmerken van een autismespectrumstoornis. Hendrik woont in een zorginstelling voor mensen met een verstandelijke beperking. Tot z’n 50e jaar woonde hij bij zijn ouders op de boerderij en genoot daar van zijn vrijheid. De laatste jaren is zijn functioneren achteruitgegaan en inmiddels is hij gebonden aan een rolstoel.
Hendrik staat niet toe dat iemand ‘aan zijn lijf’ zit. Dagelijkse verzorgingsmomenten vormen een strijd met de begeleiding. Bij het verzorgen van zijn mond schreeuwt hij en slaat om zich heen. Omdat een goede mondzorg als belangrijk wordt gezien, wordt ‘snel en efficiënt’ gehandeld. De ene begeleider pakt snel zijn beide handen vast, de andere hanteert de tandenborstel. Hendrik kan nu niet meer slaan, maar het is duidelijk dat deze vorm van mondzorg zowel voor de begeleiding als voor Hendrik een hoge belasting vormt.

Wet zorg en dwang

De dagelijkse mondverzorging van Hendrik vindt dus onder dwang plaats. De vraag is of deze dwang gerechtvaardigd is. Onvrijwillige zorg bij mensen met een verstandelijke beperking en mensen met een psychogeriatrische aandoening (zoals dementie) is geregeld in de Wet zorg en dwang (Wzd). Deze wet is alleen van toepassing als een patiënt een indicatie van het CIZ voor langdurige zorg heeft of een verklaring van een deskundig arts waaruit blijkt dat hij is aangewezen op zorg.
Uitgangspunt van deze wet is: alleen dwang als het echt niet anders kan! De zorg moet zoveel mogelijk op vrijwillige basis plaatsvinden. Als mensen zelf niet kunnen inschatten wat goed voor ze is, moeten ze daarbij geholpen worden door zorgverleners.
De Wzd is niet instellingsgebonden: ook in de thuissituatie, in kleinschalige woonvormen en bij dagbesteding kan onvrijwillige zorg opgelegd worden.

Onvrijwillige zorg

Onvrijwillige zorg is zorg waartegen de patiënt (of zijn vertegenwoordiger) zich verzet. Bij kinderen onder de 12 jaar ligt de beslissing over zorg altijd bij de ouders. Vanaf 12 jaar geldt de Wzd als een verstandelijke beperking is vastgesteld en er onvrijwillige zorg wordt overwogen of toegepast. De Wzd geldt in principe niet voor mensen bij wie geen verstandelijke beperking is vastgesteld.
In de mondzorgpraktijk kan het bij onvrijwillige zorg gaan om een medische handeling, maar ook om beperking van de bewegingsvrijheid.
Onvrijwillige zorg kan ook ambulant plaatsvinden, dus bijvoorbeeld in een tandartspraktijk of tandartsbus.
De Wzd is niet van toepassing op het bieden van zorg door niet-zorgprofessionals, zoals mantelzorgers, verwanten, leerkrachten en vrijwilligers.

Redenen voor onvrijwillige zorg

Onvrijwillige zorg mag alleen ter afwending van een (dreigend) ernstig nadeel:
• De cliënt brengt zichzelf of anderen in gevaar.
• De cliënt brengt ernstig lichamelijk letsel toe.
• De cliënt brengt ernstige psychische, materiële, immateriële of financiële schade toe.
• Verwaarlozing van de cliënt of een ander.
• De veiligheid van cliënt wordt bedreigd.
• De cliënt roept met hinderlijk gedrag agressie van een ander op.
• De algemene veiligheid van personen of goederen is in gevaar.

Zorgplan

In de Wzd is vastgelegd dat er altijd een zorgplan gemaakt moet worden. De zorgverantwoordelijke moet met minimaal één andere deskundige bespreken of onvrijwillige zorg noodzakelijk is. Vragen die hierbij aan de orde moeten komen zijn:
• Hoe groot is het risico op ernstig nadeel?
• Wat zijn de oorzaken van het gedrag?
• Heeft de omgeving invloed op het ontstaan van ernstig nadeel?
• Zijn er alternatieven die voor deze cliënt vallen onder vrijwillige zorg?
• Als de cliënt thuis woont: is de thuissituatie geschikt voor toepassing van de alternatieven?

Stappenplan

Als de inzet van onvrijwillige zorg wordt overwogen – en een cliënt valt onder de reikwijdte van de Wet zorg en dwang – dan dient het stappenplan Wzd te worden gevolgd. Hierin is opgenomen welke stappen de zorgverantwoordelijke moet zetten bij de beoordeling of onvrijwillige zorg noodzakelijk is. Er staat ook in welke deskundigen de zorgverantwoordelijke daarbij moet betrekken.
Volgens het stappenplan kan de onvrijwillige zorg maximaal drie maanden plaatsvinden, waarna het verlengd kan worden.

Casus 2 – vervolg

Voor de situatie van Hendrik geldt, dat de zorgverantwoordelijke een zorgplan voor Hendrik moet opstellen dat uitgaat van vrijwillige zorg. Als Hendrik zich verzet tegen dagelijkse mondzorg, zal de zorgverantwoordelijk een multidisciplinair overleg (mdo) moeten inplannen. In ieder geval zal een deskundige van een andere discipline en uiteraard Hendrik zelf en/of zijn vertegenwoordiger bij dit mdo worden uitgenodigd. In dit mdo wordt dan besproken of er echt geen vrijwillig alternatief is en indien dit niet het geval is, wat het ernstig nadeel is dat door de onvrijwillige mondzorg wordt afgewend/beperkt. Naast het ernstig nadeel wordt ook de noodzakelijkheid, subsidiariteit en proportionaliteit van de mondzorg besproken. Als vrijwillige zorg echt niet lukt en onvrijwillige mondzorg voor Hendrik noodzakelijk is ter afwending van ernstig nadeel, wordt de onvrijwillige zorg in het zorgplan opgenomen. Dit kan voor maximaal drie maanden. Hierna volgt weer een mdo waarin weer wordt gezocht naar vrijwillige alternatieven. Lukt dit echt niet, dan kan de zorgverantwoordelijk de periode met drie maanden verlengen, totdat een onafhankelijke deskundige heeft geadviseerd. Alle mdo’s zijn gericht op de afbouw van de gedwongen mondzorg bij Hendrik.
Samenvattend: er blijft multidisciplinair gezocht worden naar mondzorg waar Hendrik wel mee instemt. Gedwongen mondzorg is alleen toegestaan als er ernstig nadeel dreigt en er geen alternatief is!
In het plan van Hendrik wordt het advies van de onafhankelijk deskundige opgenomen en verwerkt. Het is en blijft echter een advies waar gemotiveerd van kan worden afgeweken. Hierna volgt ieder half jaar een mdo dat gericht is op afbouw van de onvrijwillige zorg.

Casus 3

Omar is 26 jaar en heeft een licht verstandelijke beperking. Hij gebruikt regelmatig drugs en alcohol. Samen met zijn begeleider komt hij naar de mondzorgpraktijk. Er moeten twee kiezen worden behandeld, wat volgens de tandarts niet zonder verdoving kan. Omar wil echter geen prik en zegt dat hij wel tegen pijn kan. Als oplossing stelt hij voor dat hij high van de drugs en onder invloed van alcohol naar de tandarts kan komen, zodat hij niets voelt. De tandarts probeert Omar manieren aan te geven om van zijn angst af te komen. De behandeling kan dan over twee weken plaatsvinden. Omar accepteert dit niet en loopt weg. Als de tandarts niet naar hem luistert, luistert hij ook niet naar de tandarts…..

Grenzen stellen

Hoe kun je nu het beste handelen? Belangrijk is om duidelijk grenzen te stellen en deze te bewaken. Je kunt proberen om de patiënt te motiveren, zodat hij toch voor de verdoving kiest. Als het vertrouwen al geschaad is, is het soms het beste om de patiënt over te dragen aan een andere behandelaar. Toegeven dat iets je niet lukt, is ook professioneel handelen.

Meer informatie is te vinden op: www.dwangindezorg.nl.

Zie voor adviezen over hoe om te gaan met verzet of weerstand tegen mondzorg door mensen met een beperking het boek ‘Van puzzel naar maatwerk. Omgaan met bijzondere patiënten in de mondzorg’ door Henk Algra.

Door Yvette in ’t Velt met medewerking van mr. Monica de Visser, sr. jurist gezondheidsrecht & ethiek bij ‘s Heeren Loo en docent/eigenaar scholingsbureau Smaragd. Zie hier.

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Ondernemen, Restaureren, Thema A-Z, Wet- en regelgeving
Poetsen - tanden - schoon

Zaamigo checkt met app hoe goed je je tanden poetst

Zelf checken hoe goed je je tanden poetst? De Zwitserse startup Zaamigo wil daarbij helpen. Zij ontwikkelden een camera die met de bijbehorende app kan analyseren hoe goed je je tanden poetst.

Zelfmonitoring wordt steeds populairder in de medische wereld. Ook in de mondzorg. De technische ontwikkelingen maken zelfmonitoring ook steeds beter mogelijk. Zaamigo is daar een voorbeeld van.

Camera en app

Zaamigo is ontwikkeld aan de technische universiteit ETH in Zürich. Het concept bestaat uit twee onderdelen: een camera en een app. De camera is bevestigd aan een soort elektrische tandenborstel. Waar normaalgesproken de borstelkop zou zitten, zitten bij Zaamigo een camera en acht led-lampjes. Met deze camera kunnen mensen zelf de binnenkant van hun mond bekijken en fotograferen.

De camera is draadloos gekoppeld aan een app die mensen kunnen instaleren op hun telefoon. Achter deze app zit een kunstmatige intelligentie die is getraind om kleurveranderingen in het gebit te herkennen.

Tandsteen, tandvleesontsteking en vlekken

Op dit moment is Zaamigo in staat om tandsteen en tandvleesontsteking te signaleren. Daarnaast kan de app gebruikers wijzen op verkleuringen en vlekken. Later hoopt de startup ook cariës te kunnen herkennen.

Snel actie ondernemen

“Het is verbazingwekkend hoe snel veranderingen optreden aan je gebit”, aldus Zaamigo oprichter Severin Stalder in een nieuwsbericht. “De vorming van tandsteen bijvoorbeeld, kan al na een paar dagen optreden.” Stadler raadt de gebruikers van Zaamigo daarom ook aan om hun gebit wekelijks te fotograferen met de camera. Zo kan de app verkleuringen op tijd signaleren, zodat de gebruiker actie kan ondernemen.

Gebruikers kunnen dan bijvoorbeeld extra goed poetsen of flossen op plekken waar dat nodig is. Of ze kunnen een afspraak maken bij een professionele tandarts.

In onderstaande video is te zien hoe Zaamigo werkt:

Bron:
ETH

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Kan natriumhypochloriet (verdund) een aanvulling zijn op mechanische reiniging van het gebit?

Kan natriumhypochloriet (verdund) een aanvulling zijn op mechanische reiniging van het gebit?

Vlak voor zijn afstuderen als tandarts kreeg Ahsan Mehran Hussain het bericht dat zijn scriptie over natriumhypochloriet, een systematisch review, was geaccepteerd voor publicatie in het International Journal of Dental Hygiene en is opgenomen in het eerste nummer van 2022. Voor dental INFO maakte hij een samenvatting.

Mechanische reiniging

Wereldwijd zijn gingivitis en parodontitis de meest voorkomende mondziekten van de zachte weefsels en cariës is de meest overheersende mondziekte van de harde weefsels. Beide worden voornamelijk veroorzaakt door een ongestoorde ophoping van tandplak die zich hecht aan de gebitselementen. Wanneer gingivitis onbehandeld blijft, leidt het mogelijk uiteindelijk tot botafbraak en parodontitis met soms als gevolg tandverlies. Dit kan een negatief effect hebben op kauwen, spraak, kwaliteit van leven en zelfvertrouwen en kan bovendien systemische inflammatoire gevolgen hebben. Dagelijkse mechanische reiniging met een tandborstel en gebruik van ragers/stokers/floss zijn nodig om de gingivitis en parodontitis te voorkomen en te behandelen.

Chemische reiniging

Er is echter substantieel bewijs dat efficiënte mechanische plaquebeheersing niet wordt bereikt door de meeste mensen. Daarom zou chemische plaquebeheersing kunnen worden beschouwd als een potentieel waardevol onderdeel van de dagelijkse mondzorg. Dergelijke aanvullende antimicrobiële middelen zijn beschikbaar in de vorm van bijvoorbeeld mondspoelmiddelen. Chloorhexidine-mondspoelmiddel (CHX- MW) is een regelmatig geadviseerd product en wordt beschouwd als de gouden standaard. Echter heeft dit spoelmiddel bij gebruik voor een langere periode een aantal bijwerkingen, zoals smaakverlies, verhoogde tandsteenvorming en verkleuring van de gebitselementen, waardoor mondzorg professionals het gebruik ervan in beperkte mate adviseren.

Natriumhypochloriet

Natriumhypochloriet, ook wel bleekmiddel genoemd, wordt voor verschillende doeleinden over de hele wereld gebruikt als een sterk antimicrobieel middel. Ook binnen de mondzorg wordt het al sinds jaren toegepast in de endodontologie. Het wordt van nature geproduceerd in de geactiveerde ontstekingscellen en speelt een cruciale antimicrobiële rol in het immuunsysteem. Het roept dus geen allergische reacties op en is ook niet carcinogeen, mutageen, teratogeen of cytotoxisch en heeft een eeuwenoud veiligheidsrecord. Daarom kan het ook worden gebruikt als een mondspoelmiddel. Het is immers veilig, goedkoop en heeft weinig bijwerkingen. Bovendien is het in de meeste huishoudens beschikbaar als huishoudbleekmiddel. Patiënten zouden dit kunnen verdunnen om de aanbevolen concentratie te bereiken.

Systemisch literatuuronderzoek: werkzaamheid natriumhypochloriet-mondspoelmiddel

Het doel van het systematisch literatuuronderzoek was gericht op het vaststellen van de werkzaamheid van natriumhypochloriet-mondspoelmiddel (NaOCl-MW) vergeleken met een controle mondspoelmiddel op plaque en klinische parameters van gingivitis en parodontitis. MEDLINE-PubMed, Embase en Cochrane-CENTRAL werden doorzocht. Parameters als plaque-index (PI), gingival-index (GI), bleeding-index (BI) en probing pocket depth (PPD) werden de belangrijkste uitkomstmaten van het onderzoek. Er werden zeven artikelen gevonden die samen zes klinische studies presenteerden. De studies toonden aanzienlijke heterogeniteit met betrekking tot methodologische en klinische aspecten waardoor meta-analyse niet mogelijk was. Twee van de drie onderzoeken waarin NaOCl-MW werd vergeleken met een negatieve controle zoals water (een bekend niet-werkzaam product) toonden een significante afname in PI, GI en BI, en er werd geen effect gevonden op PPD. In drie onderzoeken werd NaOCl-MW vergeleken met CHX-MW als positieve controle (een bekend werkzaam product); er werd geen verschil gevonden voor GI en BI. Een van de drie vergelijkingen toonde een statistisch significante PI-score in het voordeel van NaOCl-MW. In één onderzoek werd PPD gemeten en bleek het significant te zijn in het voordeel van NaOCl-MW.

Kortom, vergeleken met een negatieve controle zoals water toonde NaOCL-MW een significant verminderend effect op PI, GI en BI scores. Samengevat, de vergelijkingen met CHX-MW laten zien dat er waarschijnlijk geen verschil is, echter is de kwaliteit voor dit bewijs zeer zwak. Er moeten daarom eerst goed ontworpen onderzoeken van hoge kwaliteit komen om het huishoudelijk bleekmiddel in de verdunde vorm te kunnen voorschrijven als aanvulling op de dagelijkse mechanische reiniging.

Via deze link is het volledige artikel terug te vinden.
Hussain AM, van der Weijden GAF, Slot DE. Effect of a sodium hypochlorite mouthwash on plaque and clinical parameters of periodontal disease-a systematic review. Int J Dent Hyg. 2021 May 10. doi: 10.1111/idh.12510. Epub ahead of print. PMID: 33971082.

Door:
Ahsan Mehran Hussain, tandarts

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Happier Beauty ontwikkelt eerste navulbare tandpastatube

Happier Beauty ontwikkelt eerste navulbare tandpastatube

Jaarlijks belanden meer dan een miljard tandpastatubes of de vuilnisbelt, aangezien ze niet kunnen worden gerecycled. Het merk Happier Beauty is op een missie om de tonnen plastic afval aan te pakken die worden gecreëerd door traditionele tandpastapompen en -tubes.

Dat deed het merk al met recyclebare tandpastatubes gemaakt van aluminium. In het voorjaar van 2022 breidt Happier Beauty de collectie uit met ’s werelds eerste navulbare tandpastadispenser. Daarmee hopen ze de noodzaak van plastic tubes en pompen voor eenmalig gebruik te elimineren.

Een circulaire oplossing voor de klimaatcrisis creëren

De oprichter van Happier Beauty, Faye Wilson, zegt: “Het wordt steeds duidelijker dat recycling ons niet zal redden van de klimaatcrisis. Happier Beauty wilde een stap verder gaan en een echt circulaire, navulbare en herbruikbare oplossing creëren.”

“We zijn trots om het eerste tandpastabedrijf ter wereld te zijn dat een navulbare tandpastadispenser lanceert”, vervolgt Wilson. “Navulverpakkingen worden steeds populairder in de voedings- en cosmetica-industrie, dus waarom ook niet in de tandverzorging? Tandpasta is een product dat we allemaal twee keer per dag gebruiken, maar de innovatie in deze markt verloopt tot nu toe vrij traag.”

Volledig afvalvrij

De tandpastadispenser is gemaakt van aluminium en 50 procent gerecycled plastic en is ontworpen om keer op keer te gebruiken. De als abonnement verkrijgbare navulcapsules zijn biologisch afbreekbaar. Dat maakt de nieuwe dispenser en navulcapsules volledig afvalvrij, aldus Happier Beauty.

Bron:
Happier Beauty

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
2de-internationaal-symposium-van-sporttandheelkunde-Athene

2de internationaal symposium van sporttandheelkunde Athene: onderzoeken over mondgezondheid en sport

Op 19 en 20 november vond het 2de Sports Dentistry congres van de EA4SD plaats in het Megaron International Conference Centre (MAICC) in Athene met als titel: “ Dentistry Meets Sports”. Dit symposium werd georganiseerd samen met het 7e ECOSEP International Congres of Sports Medicine.

Een mooie kans voor mondhygiënist Jolanda Gortzak – gespecialiseerd in mondgezondheid bij (top)sporters – om af te reizen naar dit symposium.

Waar staat EA4SD voor?

EA4SD is de Europese Vereniging voor Sporttandheelkunde en is opgericht in Parijs door een groep tandartsen die participeren binnen de (top)sport. De gemeenschappelijke basis zijn de bevindingen dat atleten een verwaarloosde en onderschatte mondgezondheid hebben. Ook de visie over het belang van tandartsen en mondhygiënisten binnen de (top)sport wordt gedeeld door middel van screenings- en behandelprotocollen op maat, onderzoek en epidemiologie. Er is wetenschappelijk bewijs dat de mondgezondheid een belangrijke risicofactor is voor blessures en welzijn van atleten en dat dit hun prestaties rechtstreeks beïnvloedt. De gezamenlijke missie van dit symposium was om mondgezondheid en sporttandheelkunde beter te integreren in de sportgeneeskunde en op te nemen in de interdisciplinaire benadering van de gezondheid van atleten.

Het 2de EA4SD Internationaal Symposium

Het symposium heeft ondanks COVID-19 toch een groep experts van over de hele wereld samen kunnen brengen om hun wetenschappelijk onderzoek en kennis te delen op het gebied van sport en tandheelkunde. Verschillende onderwerpen passeerden de revue, zoals het stomatognatisch systeem, preventie van orofaciale letsels, lichaamshouding, neurowetenschappen, vrouwen in sport en spierblessures. De onderzoeken werden gepresenteerd middels rapid-fire presentaties. Dit houdt in dat onderzoek wordt gepresenteerd in korte lezingen van 10-15 minuten.

Na een mooi welkomstwoord van het totale bestuur van beide disciplines ECOSEP en Sport Dentistry was het tijd voor aanvang van de verschillende sprekers. Helaas waren er door COVID-19 ook sprekers die hun lezing via een live zoom presentatie moesten houden. De lezingen werden verdeeld over drie zalen en je kon een keuze maken welke lezing je wilde volgen. De lezingen van Sport Dentistry werden apart gehouden van de lezingen van de sportmedici, fysio en nutritionist. Als mondhygiënist was ik als enige namens onze beroepsgroep aanwezig op dit symposium. Ik heb mijn bezoek van lezingen beperkt tot Sport Dentistry.

Mondbeschermers

De eerste dag van het Symposium ging voornamelijk over balans. Voor een topsporter is balans essentieel om sportblessures te voorkomen.

Verschillende onderzoeken met betrekking tot het dragen van mondbeschermers als bescherming van je dentitie en de aangezichtsblessures werden besproken. Ook werd besproken dat het dragen van een mondbeschermer belangrijk is voor de juiste lichaamshouding waardoor er minder blessures ontstaan. Een interessant onderzoek hierover werd gepresenteerd door dr. Tomotaka Takeda Universitair hoofddocent Afdeling Sporttandheelkunde in Tokyo (Japan). Het onderzoek betreft:
’Effecten van experimentele horizontale mandibulaire afwijking op de stappentest van de evenwichtsfunctie’.

Een ander interessant onderzoek dat mijn interesse heeft gewekt is die van de Academie voor Tandheelkunde in Amerika, geschreven door Bibiana Torrres, specialist op het gebied van Sport Dentistry. De titel van dit onderzoek luidt: “ Het voorkomen van aangezichtstrauma bij handbalatleten en het gebruik van mondbeschermers in Zuid Amerika”. Voor dit onderzoek werden 693 handballers geïnterviewd, zowel mannen als vrouwen. De gestelde vragen gingen over (de angst voor) aangezichtstrauma, het dragen van een mondbeschermer en of er wel eens een training gemist is vanwege een mondprobleem. Uit dit onderzoek kwam naar voren dat handballers een hoge prevalentie hebben op aangezichtstrauma. De geïnterviewde handbalatleten geven aan dat ze wel de angst ervaren om blessures op te lopen, maar dat het dragen van een mondbeschermer nog steeds niet is geaccepteerd.

Mondgezondheid en de relatie tot de algehele gezondheid

De tweede dag van het symposium was meer gericht op de mondgezondheid en de relatie tot de algehele gezondheid. Het gebruik van sportdranken kwam ter sprake in verschillende onderzoeken. Een voordeel van de sportdranken voor een atleet is dat het lichaam de juiste hydratatie behoudt en mineralen levert tijdens de trainingen en wedstrijden. Naast de voordelen van deze isotonische-dranken is het belangrijk om op de hoogte te zijn van de schadelijke effecten van deze producten die glazuur- en tanderosie kunnen veroorzaken.

Een onderzoek dat mijn aandacht trok – omdat ik zelf ook op deze wijze bezig ben met mijn project: ‘Sport Fit met een Gezond Gebit’ -, was die van het Centre of oral health and performance, UCL Eastman Dental Institute in Londen door J. Gallagher, P. Ashley, I. Needleman. Dit onderzoek heeft als titel: “Het verbeteren van het gedrag van mondgezondheid bij topsporters”. Binnen dit onderzoek wordt ingegaan op de behoefte aan strategieën ter bevordering van de mondgezondheid die effectief zijn binnen de topsportomgeving. Het doel is het ontwikkelen, implementeren en evalueren van pragmatische interventies ter bevordering van de mondgezondheid waarbij het vermogen, de kansen, de motivatie en het gedragsmodel van gedragsverandering is geïntegreerd.

2de-internationaal-symposium-van-sporttandheelkunde-Athene

Foto van links naar rechts: prof. Ian Needleman, dr. Sergio Bizzarro, Jolanda Gortzak

Speekselreactie op fysieke training bij jonge profvoetballers

Het laatste onderzoek dat ik onder de aandacht wil brengen is een onderzoek van Dr. S. Bizzarro, tandarts – parodontoloog en onderzoeker, verbonden aan ACTA in Amsterdam. Dit onderzoek is tot stand gekomen in samenwerking met SportsInjuryLab en het Universitair Ziekenhuis Gent.
Dit onderzoek heeft als titel: “Speekselreactie op fysieke training bij jonge profvoetballers ”.
De relatie tussen mondgezondheid en de algehele gezondheid heeft de laatste jaren steeds meer bekendheid gekregen. Kaakgewrichtsklachten en een goede occlusie, maar wellicht ook orale ontstekingen zoals parodontitis kunnen de motoriek en de prestaties van (top)sporters beïnvloeden. Zo komen er bij een tandvleesontsteking eiwitten vrij (cytokines). Dit zijn toxische stoffen die in de bloedbaan komen. Hiervan is bekend dat zij een rol spelen bij de vermoeidheid van de spieren en dit is een belangrijke oorzaak van non-contact blessures bij voetballers.
De bevindingen van dit onderzoek reiken mogelijk verder dan wat we te weten komen over topsporters, meent Bizzarro.

De conclusie van dit onderzoek is dat aan speekseleiwitten ook te meten valt of zich in de mond verborgen ontstekingen bevinden, zoals gingivitis en parodontitis. Daarmee zou speekselonderzoek een screeningsinstrument kunnen worden voor de toekomst.

Slotwoorden

Het is mooi om te zien dat er zoveel onderzoek internationaal plaatsvindt op het gebied van mondgezondheid en topsport. Duidelijk is geworden tijdens dit tweede Internationaal SportDentistry-congres en het zevende ECOSEP-symposium In Athene dat er nog een lange weg te gaan is. Door kennisoverdracht en bewustwording te creëren bij de topsporter zelf, maar ook bij het (para)medisch team van zo’n topsporter kunnen wij als SportDentistry een bijdrage leveren aan de gezondheid van een topsporter. Samenwerking is dan ook de sleutel tot succes. Op dit symposium zijn de onderzoeksresultaten van de SportDentistry aan onze beroepsgroep gepresenteerd. Het zou goed zijn om deze onderzoeksresultaten te delen met andere disciplines die zich bezighouden met topsport, zoals sportmedici, fysiotherapeuten en nutritionisten. Zo kunnen wij meer samenwerken, waardoor er nog betere resultaten behaald kunnen worden door de topsporter en blessureleed wordt voorkomen.

Om in de gedachten van Johan Cruijff te blijven, zou hij waarschijnlijk gezegd hebben: ’Als je geen doel hebt, kun je ook niet scoren’. Laten wij ons doel gezamenlijk nastreven.

Een sportieve groet met een glimlach!

Door:
Jolanda J.C. Gortzak, mondhygiënist

Jolanda-Gortzak mondhygiënist

Lees meer over: Mondhygiëne, Sporttandheelkunde, Thema A-Z
Onderzoek Goed je best doen is niet genoeg voor schone tanden

Onderzoek: Goed je best doen is niet genoeg voor schone tanden

Kinderen en volwassenen poetsen hun tanden meestal meerdere keren per dag. Maar de tanden zijn zelden écht schoon. Hoe komt het dat de netheid veel te wensen overlaat, zelfs na het tandenpoetsen? En hoe kan de mondgezondheid van de bevolking op lange termijn verbeterd worden?

Dat onderzocht prof. dr. Renate Deinzer met haar team van het Instituut voor Medische Psychologie van de Justus Liebig Universiteit in Giessen (JLU) in samenwerking met tandheelkundige Dr. Jutta Margraf-Stiksrud jarenlang. Het team publiceerde hier onlangs twee studies over.

Tandpoetsgedrag van kinderen en ouders geobserveerd

In beide onderzoeken laten de wetenschappers zien dat enkel de goede wil van mensen helaas niet genoeg is. Voorkennis, goede communicatie en motoriek zijn noodzakelijk voor correct tandenpoetsen.

Om vast te leggen hoe kinderen, jongeren en volwassenen hun tanden poetsen als ze hun best doen, werden ouders en hun kroost uitgenodigd op het Instituut voor Medische Psychologie van JLU. Daar werd hun tandpoetsgedrag geobserveerd.

Het team onderzoekers was vooral geïnteresseerd in de mate waarin het feitelijke poetsgedrag overeenkwam met wat kinderen in Duitsland wordt geleerd: Besteed speciale aandacht aan de binnenste tandoppervlakken, reinig de binnenoppervlakken met verticale bewegingen en de buitenoppervlakken met cirkelvormige bewegingen. Schrobbewegingen mogen alleen worden gereserveerd voor de kauwvlakken.

Tegenvallende resultaten

Noch de kinderen, noch de jongeren waren in staat om deze vereisten adequaat te implementeren. Het team van Medische Psychologie constateerde keer op keer typische fouten: de binnenoppervlakken werden te lang niet schoongemaakt en de kinderen schrobden vaak ook de binnen- en buitenoppervlakken.

De ouders waren niet beter in het poetsen van hun tanden. Ook ouders borstelden hun binnenoppervlakken te kort en schrobden vaak, in plaats van cirkelvormige of verticale bewegingen. Ook wat betreft de reinheid na het poetsen, vielen de resultaten tegen.

Het doel zou moeten zijn om tanden te krijgen die zo tandplakvrij mogelijk zijn. Slechts 30 procent van de meetpunten op het tandvlees was schoon na het poetsen. Daarentegen was op meer dan tweederde van de plaatsen nog plaque te vinden. Deze resultaten zijn in lijn met eerdere onderzoeken van het team.

Fundamentele problemen

De bevindingen wijzen op fundamentele problemen bij het aanleren van succesvol mondhygiënegedrag. Het zijn met name de ouders die kinderen leren hun tanden te poetsen en hen daarbij controleren en ondersteunen.

Volgens de Duitse Federale Vereniging van Kindertandartsen (BUKIZ) is deze ondersteuning nodig tot ver in de basisschoolleeftijd. “Maar als de ouders zelf niet precies weten hoe ze hun tanden moeten poetsen”, vraagt ​​prof. Deinzer zich af, “hoe moeten ze hun kinderen dan op de juiste manier lesgeven?”

Volgens prof. Deinzer is naast les in de kleuterklas, ook les aan volwassenen nodig om hun mondhygiëne te optimaliseren. Zo kunnen ze hun kinderen ondersteunen bij het leren van een goede mondhygiëne en zich tegelijkertijd beter beschermen tegen tand- en tandvleesaandoeningen.

Bron:
BMC Oral Health

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
prijs, geld

Verstrekken van een prijsopgave door mondzorgaanbieders: hoe zat het ook alweer?

Uit de NZa-regeling mondzorg vloeit voort dat mondzorgaanbieders, zoals tandartsen, tandprothetici en mondhygiënisten, hun patiënten in bepaalde gevallen een prijsopgave dienen te verstrekken. De NZa heeft op 28 oktober 2021 op haar website aangekondigd bij toezichtsonderzoeken voortaan te zullen controleren of aanbieders in de mondzorg zich wel aan deze verplichting houden. Reden om eens op een rij te zetten welke verplichtingen in dit kader precies gelden.

Regeling mondzorg

In de Regeling mondzorg zijn regels opgenomen van financieel-administratieve aard met betrekking tot de verlening van mondzorg. De regeling kent administratievoorschriften, declaratievoorschriften en transparantievoorschriften. Eén van de transparantievoorschriften ziet op het verstrekken van een prijsopgave per behandeling.

Wanneer moet een prijsopgave worden verstrekt?

De Regeling mondzorg definieert een prijsopgave als:

Een, voor de consument vrijblijvend, gespecificeerd overzicht van de prestaties en tarieven die de zorgaanbieder in rekening verwacht te brengen voor een behandeling.

Aanbieders in de mondzorg dienen uit hoofde van de Regeling mondzorg hun patiënten een vrijblijvende offerte te geven bij behandelingen die meer dan 250 euro kosten. Ook onder dit bedrag zijn zorgaanbieders hiertoe verplicht, indien de patiënt om een offerte verzoekt. Het verstrekken van de prijsopgave dient te gebeuren voorafgaand aan de behandeling.

Waar moet de prijsopgave aan voldoen?

De offerte en de wijze waarop de zorgaanbieder hierover communiceert moeten op grond van artikel 6 van de Regeling mondzorg aan de volgende voorwaarden voldoen:

  1. De prijsopgave maakt inzichtelijk welke prestatie uitgevoerd zullen worden en hoe vaak;
  2. De prijsopgave toont het tarief, per uit te voeren prestatie;
  3. De offerte toont een totaalbedrag;
  4. De offerte maakt de materiaal- en/of techniekkosten en laboratoriumkosten per prestatie afzonderlijk inzichtelijk;
  5. De patiënt moet de prijsopgave vóór de start van de behandeling schriftelijk of digitaal hebben gekregen, tenzij de zorgaanbieder en patiënt anders hebben afgesproken of sprake is van een ander ‘uitzonderingsgeval’;
  6. De prijsopgave wordt schriftelijk of digitaal verstrekt. Dit kan ook mondeling gebeuren wanneer dit is overeengekomen met de patiënt en vastgelegd in de administratie. Een mondelinge offerte bestaat tenminste uit een totaalbedrag;
  7. De zorgaanbieder dient de gemaakte afspraken met betrekking tot de offerte vast te leggen in de administratie.

Tot slot

Gelet op de aangekondigde controles van de NZa doen aanbieders in de mondzorg er dus goed aan om na te gaan of in hun huidige praktijkbeleid voorzien is in het standaard verstrekken van een prijsopgave bij behandelingen boven de 250 euro én of deze prijsopgaven voldoen aan de eisen die volgen uit de Regeling mondzorg, zoals hierboven genoemd. Bovendien is het raadzaam goed vast te leggen dát een prijsopgave is verstrekt, zeker indien dat mondeling gebeurt. De NZa zal immers in de administratie van de praktijk nagaan of op juiste wijze is voldaan aan deze transparantieverplichting, waarbij het aan de praktijk is om aan te tonen dat de prijsopgave in een bepaald geval is verstrekt.

Door:
mr. drs. D.J.C. Post en mr. D. van Rossenberg, advocaat en jurist bij Eldermans|Geerts.

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Tarieven, Thema A-Z

Parodontitisbacterie veroorzaakt mogelijk bacteriële vaginose

Een bacterie die wordt gelinkt aan tandvleesaandoeningen kan de groei bevorderen van een ziekteverwekker die bacteriële vaginose (BV) veroorzaakt. Aangezien deze bacterie veel voorkomt in de menselijke mond suggereert een recente studie dat vaginale dysbiose kan worden veroorzaakt door orale seks.

Disbalans van het vaginale microbioom

BV is een disbalans of dysbiose van het vaginale microbioom en komt bij ongeveer 29% van de Amerikaanse vrouwen voor. Deze vaak seksueel actieve vrouwen lopen een hoger risico op seksueel overdraagbare infecties. Daarnaast kunnen zwangere BV-positieve vrouwen vruchtwaterinfecties en vroegtijdige bevalling ervaren als gevolg van infectie met Fusobacterium nucleatum – een bacterie die wijdverspreid is in de mond en parodontitis veroorzaakt.

Mechanismen niet duidelijk

De mechanismen die ten grondslag van deze processen liggen worden slecht begrepen. Algemeen wordt aangenomen dat een gezond microbioom ervoor zorgt dat pathogenen niet kunnen intreden en dat het verlies van deze zogenoemde kolonisatieresistentie belangrijk is bij de ontwikkeling van vaginale dysbiose.

Experimenten met muizen en mensen

Amanda Lewis en collega’s van de afdeling moleculaire microbiologie aan Washington University School of Medicine in St. Louis analyseerden interacties tussen bacteriële gemeenschappen en hoe goed verschillende bacteriën aan de benodigde voedingstoffen komen in een microbioom dat al bezet is. Dit gebeurde door experimenten uit te voeren bij muizen en vaginale monsters van mensen.

Verhoogde biochemische activiteit na oculatie

De vaginale gemeenschappen van de muizen werden geënt met F. nucleatum waarna verhoogde biochemische activiteit van onder andere sialidase werd ontdekt. Dit werd eerder al in verband gebracht met bacteriële vaginose. Vervolgens werd de bacterie geïnoculeerd in menselijke vaginale microbiële gemeenschappen die waren gekweekt uit vaginale uitstrijkjes van 21 vrouwen.

F. nucleatum bevordert vaginale dysbiose

Uit de resultaten bleek dat monsters met de bacterie hogere niveaus van meerdere biomarkers van BV vertoonden dan samples zonder F. nucleatum. Dit suggereert dat de tandvleesaandoening veroorzakende bacterie en andere bacteriën elkaar helpen waardoor pathogenen worden aangemoedigd om de vagina te bezetten en kenmerken van vaginale dysbiose worden bevorderd.

Meer dan een gebrek aan gezonde bacteriën

Bovendien bevorderde F. nucleatum de groei van Gardnerella vaginalis welke bacteriële vaginose veroorzaakt. Dit ontkracht de overtuiging dat alleen een gebrek aan gezonde bacteriën verantwoordelijk is voor het creëren van een omgeving waarin een disbalans kan ontstaan. Ook ondersteunt het eerder bewijs dat orale seks in verband brengt met BV, aldus de auteurs.

Meer onderzoek nodig

“Deze bevindingen kunnen helpen verklaren waarom vrouwen met BV meer kans hebben om vaginaal gekoloniseerd te worden met mogelijke pathogenen die verband houden met intra-uteriene infectie en ongunstige gezondheidsresultaten,” schrijven Lewis en haar collega’s. Verder onderzoek is nodig om te bepalen hoe bacteriële vaginose kan worden voorkomen en behandeld bij vrouwen.

Bron:
PLOS Biology

 

 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z