Ontwikkeling pH sensor om cariës voortijdig te detecteren

Amerikaanse onderzoekers hebben een pH sensor ontwikkeld die door middel van verfstof en het opwekken van LED het risico op cariës kan voorspellen. Het prototype dat in deze studie werd ontwikkeld toont potentie om de problemen van huidige pH meettechnieken op te lossen, maar vergt wel verdere ontwikkeling voordat het in de praktijk gebruikt kan worden.

Meting van tandplak

Een klinische meting van tandplak is noodzakelijk voor tandartsen om het risico op tandbederf te kunnen voorspellen. Een van de manieren om dit te doen is door het vermogen tot zuurproductie van de plak te meten en evalueren. Op dit moment worden hier twee manieren voor gebruikt: elektrische sonde-apparaten en laser scanning microscopie. Aangezien beiden meerdere gebreken kennen besloten onderzoekers van de University of Washington in Seattle om een nieuwe techniek te ontwikkelen voor het meten van biofilm pH, om zo cariës vroegtijdig te kunnen detecteren.

Ontwikkeling nieuwe pH sensor

Om dit te doen werd een glasvezel pH sonde gemaakt, die pH van 4,5 tot 7 kan meten en een 420-nm LED gebruikt als excitatie bron. Vervolgens werd een in vitro onderzoek op twee verwijderde verstandskiezen gedaan, gevolgd door een pilot onderzoek op acht individuen. Twee van hen poetsten hun tanden vrijwillig niet op de dag van het onderzoek.

Voor het testen koos een tandarts telkens een tandoppervlak waar veel plak maar geen interproximale ruimten leken te zijn. Na een rustperiode werd de pH waarde gemeten met omgevingslicht, autofluorescentie en fluoresceïne. Vervolgens spoelden de deelnemers tweemaal hun mond. De onderzoekers meten de pH waardes na een minuut, en vervolgens driemaal vijf minuten later. Het oppervlakte van tand 8 werd gebruikt als referentiepunt aangezien er vanuit werd gegaan dat hier weinig plak zou is.

Na afloop ondergingen de deelnemers een tandreiniging en evaluatie volgens CAMBRA (Caries Management by Risk Assessment), waarbij een deelnemer werd beoordeeld als hoog risico, een als medium risico en zes als laag risico.

De gemiddelde pH test op de controletand was 6,91, met een gemiddelde pH daling van 0,4 na het reinigen. Bij zes van de patiënten was een daling van minstens 0,4 te zien.

Nog niet klaar voor markt

Hoofdonderzoeker Seibel: “We waren blij met de resultaten van de in vitro studies, aangezien deze te reproduceren zijn voor een eerste prototype. Het klinische werk was echter nog erg variabel.” Voordat het pH metingsapparaat op de markt gebruikt kan worden, zal het apparaat daarom verder moeten worden ontwikkeld en aangepast.

Bron:
J. of Biomedical Optics

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
app, telefoon

Poetsen met app helpt beter poetsen en vermindert tandplak

Een smartphone app om patiënten beter te laten poetsen. Een recente studie toont aan dat patiënten die deze app met poetsfeedback gebruikten binnen vier weken een vermindering van 70% in tandplak ondervonden.

Gezondheid gerelateerde apps

Dit onderzoek komt voort uit een aantal gerandomiseerde klinische proeven die de impact van gezondheid gerelateerde apps bestuderen. De resultaten suggereren dat vergelijkbare toepassingen ongekende voordelen kunnen hebben.

Verrassende resultaten

De auteurs schreven: “De bereikte tandplak-reducties waren meer dan het dubbele van de 30% dat systematische reviews en meta-analyses hebben aangetoond. Deze worden over het algemeen enkel bereikt in chirurgie-gebaseerde tandenborstel-proeven.”

Brushlink

In totaal werden 100 deelnemers uit twee Britse tandartspraktijken gerekruteerd. Zij kregen allen mondhygiëne-instructies. Aan de helft van hen werd Brushlink toegekend, een apparaat dat aan een tandenborstelhendel wordt bevestigd. Tijdens het poetsen geeft dit apparaat feedback via een app.

Positieve ervaringen

In een enquête benadrukte sommige deelnemers het gebruiksgemak van het hulpmiddel. Ook de hulp bij poetsen en de ingebouwde timer van twee minuten werden als positieve punten genoemd.

Gebrek vergelijkbare onderzoeken

De onderzoekers merkten op dat er een gebrek is aan vergelijkbare gerandomiseerde klinische onderzoeken naar dit onderwerp. Aangezien er steeds meer van deze apps op de markt komen, hopen de onderzoekers in de toekomst hun nut te kunnen testen en zo de algehele en orale gezondheid te verbeteren.

 

Bron:
British Dental Journal

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
electrische tandenborstel - poetsen

High-tech tandenborstel om tieners beter te laten poetsen

In een recent onderzoek werd gekeken naar hoe jongvolwassenen gestimuleerd kunnen worden om langer en effectiever hun tanden te poetsen. Het bleek dat het gebruik van een interactieve tandenborstel die met een smartphone verbonden wordt, goed kan helpen met het verbeteren van de mondgezondheidsroutine en het verminderen van tandplak.

Vergelijking tandplak

Dr. Christina Erbe, een orthodontist aan het medisch centrum van de Johannes Gutenberg University in Mainz in Duitsland, merkte het probleem op dat veel tieners hun tanden niet goed poetsen. Een van de gevolgen hiervan is meer tandplak in de mond. Erbe besloot daarom om jongeren te onderzoeken die of werden gevraagd met een normale, of met een interactieve tandenborstel, te poetsen, om vervolgens de niveaus van tandplak in hun monden te vergelijken.

Interactieve vs. handmatige tandenborstel

De interactieve tandenborstel die voor het onderzoekt werd gebruikt was de Oral-B Professional Care 6000 van Procter & Gamble. De tandenborstel geeft onder andere feedback tijdens het poetsen over de gebruikte kracht en duur van de poetssessie. Daarnaast geeft de borstel tips over aan welke gebieden van het gebit meer aandacht moet worden besteed. Deze groep ontving ook een Samsung Galaxy S3 smartphone met de Oral-B app erop geïnstalleerd.

Het onderzoek

Zestig deelnemers tussen de 13 en 17 jaar oud werden verdeeld in twee groepen. De ene helft gebruikte de elektrische Oral-B Professional Care 6000 borstel, en de andere helft gebruikte een zachte handtandenborstel, de Oral-B Indicator 35, om hun tanden te poetsen. Voorafgaand aan de studie werden alle deelnemers gescreend op het tandplak in hun mond. Daarnaast werden ze gevraagd om tweemaal per dag voor twee minuten hun tanden te poetsen, op de manier zoals ze dit normaal gesproken ook zouden doen. Ook werd iedereen gevraagd om voor 10 extra seconden op een specifiek gebied in de mond te focussen, en hier dus extra te poetsen. Dit werd verteld aan de handmatige tandenborstel groep, en via de app aan de high-tech borstel groep.

Effectiever poetsen door interactieve tandenborstel

Het gebit van alle deelnemers werd twee weken later bestudeerd. Bij de groep die gedurende hun tanden poetsten met de handtandenborstel waren de niveaus van tandplak gemiddeld omlaag gegaan met 1,7%. Bij de groep die poetste met de interactieve tandenborstel was dit echter maar liefst 34%. Een zeer significant verschil. Het tandplak in de focus gebieden bleek significant verminderd te zijn voor beide groepen, met wel een duidelijk groter verschil voor de interactieve tandenborstel groep. Ook de gemiddelde poetstijd was sterk hoger geworden voor de interactieve groep (108,6 vs 143,5 seconden), terwijl dit voor de handtandenborstel groep ongeveer gelijk bleef (119,2 vs 118,4 seconden).

Een tekortkoming van dit onderzoek is dat de gemiddelde poetstijd voorafgaand aan het onderzoek al 113,9 seconden was, wat een stuk hoger is dan de normale gemiddelde duur van slechts een minuut of minder. Desondanks toont deze studie duidelijk aan dat het gebruik van een interactieve, high-tech tandenborstel jongeren sterk kan stimuleren om beter en efficiënter hun tanden te poetsen.

Bron:
BMC Oral Health 

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Gezamenlijke doelen mondzorg opgesteld voor innovatie, preventie en transparantie patiënt

Gezamenlijke doelen mondzorg opgesteld voor innovatie, preventie en transparantie patiënt

In overleg hebben beroepsverenigingen in de mondzorg, cliënten- en patiëntenorganisaties, zorgverzekeraars en de Nederlandse Zorgautoriteit zijn er gezamenlijke doelen voor de mondzorg opgesteld. Deze doelen worden in de komende periode uitgewerkt tot concrete plannen voor optimalisatie van innovatie, preventie en transparantie voor de patiënt.

Doelen samenwerking mondzorg

De samenwerkende partijen stelden de volgende doelen op:

  • Meer inzetten op bewezen effectieve preventie;
  • Maatwerk in de bekostiging en organisatie van mondzorg voor jeugd tot 18 jaar;
  • Maatwerk in de bekostiging en organisatie van mondzorg voor kwetsbare ouderen;
  • Verbeteren informatie en transparantie voor de patiënt;
  • Meer ruimte voor innovatie;
  • Meer ruimte voor esthetische of cosmetische mondzorg;
  • Toegankelijkheid van de mondzorg op de lange termijn moet geborgd zijn.

Samenwerkende partijen

De partijen die samenwerken aan deze gezamenlijke doelen voor de mondzorg zijn de beroepsverenigingen KNMT, NVIJ, NVM-mondhygiënisten en ONT, de Consumentenbond en de Patiëntenfederatie Nederland, Zorgverzekeraars Nederland en de NZa. De ANT was ook betrokken bij dit bestuurlijke overleg maar stapte onlangs hieruit.  De beroepsvereniging vindt dat zij wel mag meepraten maar niet mag meebeslissen.

Meer dan een jaar geleden startten deze partijen een project over bekostiging van de mondzorg waarbij gekeken wordt waar verbetering mogelijk is. NZa-bestuursvoorzitter Marian Kaljouw vindt de ambities een goede start: “We zijn blij dat er vanuit de sector brede steun en inzet is om met deze ambities in de hand te werken aan kwalitatief goede en toegankelijke mondzorg voor iedereen in Nederland.”

Ook de Patiëntenfederatie Nederland kan zich hierin vinden. Dianda Veldman, directeur-bestuurder van Patiëntenfederatie Nederland: “Door deze ambities komt er ruimte om de mondzorg voor patiënten te verbeteren en voor iedereen mondzorg op maat te bieden. We kijken steeds naar het belang van de patiënt en van daaruit werken we graag mee aan het verder brengen van deze ambities.”

KNMT-voorzitter Wolter Brands zegt: “De komende jaren zal de vraag hoe we de zorg bereikbaar en betaalbaar houden hoog op de politieke agenda staan. Ook in onze sector moeten we deze discussie voeren, ook al wordt lang niet alle mondzorg uit de basisverzekering gefinancierd. Om tot goede oplossingen te komen, is breed draagvlak nodig. Daarom is het goed dat we nu met al deze partijen samenwerken aan een toekomstbestendige mondzorg. De NZa heeft ons daarbij de waarborg gegeven dat brede draagvlak essentieel te vinden: nieuwe plannen kunnen niet zonder de steun van de tandartsen gerealiseerd worden. De korte lijnen die we onderling op bestuurlijk niveau hebben versterken het vertrouwen in dit project nog verder.”

Ambities mondzorg 2019 - 2021

Klik hier voor een vergrote versie van de de Ambities mondzorg 2019 – 2021

Lees meer over: Mondhygiëne, Tarieven, Thema A-Z

Banen zijn er volop voor de eerste lichting mondhygiënisten in België

In België is onlangs de eerste lichting mondhygiënisten afgestudeerd. De banen liggen voor hen voor het opscheppen. Dental INFO sprak met Thekla Roose, coördinator van de opleiding op de Arteveldehogeschool, over de opleiding en het toekomstperspectief.

Eerste lichting afgestudeerden

In 2016 ging de opleiding mondzorg van start met 100 studenten in Gent. Hetzelfde jaar startte Leuven met 120 studenten. De opleiding duurt in Vlaanderen drie jaar, de eerste lichting is nu dus afgestudeerd. Om hoeveel afgestudeerden gaat het? Thekla: “Er zijn nu 31 mondhygiënisten afgestudeerd. Niet alle studenten die in het derde jaar zaten, zijn ook daadwerkelijk afgestudeerd. Sommigen hebben hun studie met een half jaar verlengd en moeten hun bachelorproef (afstudeerscriptie) nog doen.”
Komend jaar begint er ook een Franstalige opleiding in België, in Brussel en in Luik. Tot nu toe bestond ook in Wallonië het beroep mondhygiënist nog niet.

Volop banen

De opleiding is drie jaar geleden gestart omdat er een groot tekort aan tandartsen is in Vlaanderen. Door de toelatingsbeperking bij de opleidingen tandheelkunde in Vlaanderen is de groep die uitstroomt groter dan de groep die instroomt. Voor de afgestudeerde mondhygiënisten is het dan ook niet moeilijk om een baan te vinden volgens Thekla: “Het valt ons op dat studenten kunnen kiezen momenteel, er zijn volop banen. Veel hebben nog geen contract getekend, omdat ze nog aan het twijfelen zijn welke baan ze het beste kunnen nemen. Een paar studenten gaan een master doen, maar gaan dat combineren met een parttime baan. Het is een luxepositie momenteel.”
Ook een stageplaats vinden is geen probleem. “We waren erg verbaasd dat zoveel tandartsen bereid waren om een stageplaats te bieden. Er waren bij ons natuurlijk nog geen stageplaatsen bij mondhygiënisten beschikbaar. Sommigen deden dat wel via het Erasmus-programma of net over de grens. Tandartsen waren er echter enorm toe bereid en vandaaruit zijn ook veel contacten geboren voor na de stage.”

Nieuwe inschrijvingen

Of de opleiding populair blijft onder studenten, valt nog niet te zeggen. De inschrijvingen zijn pas eind juni begonnen en lopen door tot eind september. Het is dus nog niet bekend hoeveel aanmeldingen er voor het nieuwe jaar zullen zijn. Tot nu toe is de uitval bij de opleiding groot. “We kunnen geen toelatingseisen stellen, dat heeft de overheid zo bepaald. Er is wel een instroomgesprek, waarbij de student code rood, oranje of groen krijgt. Bij de coderoodstudenten geven we eigenlijk aan dat de opleiding voor hen niet haalbaar is, maar we kunnen hen niet verbieden zich in te schrijven. Mensen moeten zelf inschatten of ze capabel genoeg zijn of niet. We hebben wel direct na de herfstvakantie examens ingesteld van drie zware vakken, zodat de studenten dan gelijk een signaal krijgen of de studie haalbaar is. Er worden wel eisen gesteld aan de resultaten in het eerste jaar om te kunnen doorstromen naar het tweede jaar.”

Financiering nog niet rond

Het handelingskader voor de mondhygiënist in België is vorig jaar wettelijk vastgesteld, het financiële kader echter nog niet. Is daar inmiddels meer duidelijkheid over? “De financiering is nog steeds niet rond. Toch willen de tandartsen dat er mondhygiënisten bij hen komen werken. Er is een tekort aan tandartsen, waardoor ze met enorme wachtlijsten zitten. Maar dat de financiering nog niet rond is, is daarbij wel lastig.”
Wat niet meehelpt is dat er verkiezingen zijn geweest en dat er nog geen nieuwe regering is. Er worden nu vooral lopende zaken afgehandeld. “We hopen dat de minister toch nog het initiatief zal nemen. Ook een cao is er nog niet. Maar eerst moet de financiering er komen, daarna volgt de rest.”

Curriculumverandering

Met de eerste afgestudeerden die in de praktijk gaan werken wordt het ook tijd voor aanpassing van het curriculum van de opleiding. “Tijdens de drie jaar dat we bezig zijn, zijn er wel al veel wijzigingen in de opleiding aangebracht, maar nu zijn we gestart met de fundamentele doorlichting van ons eigen curriculum. We willen weten wat de tekorten in de opleiding zijn en hoe we deze kunnen verbeteren. Aan het einde van de opleiding hebben we verschillende afstudeeropdrachten, een praktijkexamen en een bachelorproef. Daar hebben we telkens buitenlandse mondhygiënisten aan gekoppeld en gevraagd om feedback, ook van mondhygiënisten die het wetenschappelijke traject van bijvoorbeeld de Nederlandse hogescholen kennen. Dat is heel belangrijke input voor ons. Daarnaast vragen we aan de studenten wat er verbeterd kan worden. Drie studenten, die parttime gaan werken om praktijkervaring op te doen, gaan ons helpen nadenken over de curriculumverandering”.

Beroepsvereniging BBM

De nieuwe mondhygiënisten staan er niet alleen voor als ze het voor België nieuwe beroep gaan uitoefenen. Er is een alumniwerking en een beroepsvereniging: de Belgische Beroepsvereniging voor Mondhygiënisten (BBM). Deze is opgericht door vijf studenten uit Gent en vijf studenten uit Leuven. De beroepsvereniging gaat ook de nascholing bekijken. “Maar ook wij als hogeschool gaan ons daar mee bezig houden. Dat is sowieso een van onze taken. We willen ook dat de link tussen de opleiding met de afgestudeerden en de beroepsvereniging heel sterk blijft.”

Internationaal congres

De Arteveldehogeschool blijft actief betrokken bij de ontwikkelingen in het vakgebied. “In september zijn we medeorganisator van het congres van de European Association of Dental Public Health (EADPH), dat dit keer in Gent wordt gehouden. De beroepsvereniging zal daar ook een stand krijgen, zodat ze meer naamsbekendheid krijgt.”

Interview door Yvette in ’t Velt met Thekla Roose, coördinator bachelor in de mondzorg van de opleiding op de Arteveldehogeschool te Gent.

 

 

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Opinie, Scholing, Thema A-Z
diabetespatiënten

Promotieonderzoek toont aan dat diabetespatiënten baat hebben bij extra aandacht voor mondgezondheid

Patiënten met diabetes hebben baat bij huisartsen en praktijkondersteuners die extra aandacht geven aan hun mondgezondheid. Uit een promotieonderzoek aan het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA) blijkt dat meer zorg de kwaliteit van leven voor deze patiënten verbetert.

Diabetes en mondgezondheid

Bij diabetes mellitus, ook wel suikerziekte genoemd, heeft het lichaam moeite met het in balans houden van het bloedsuikerniveau. Als gevolg kunnen patiënten problemen ondervinden met hun nieren, bloedvaten, ogen en voeten. Daarnaast kunnen ze ook problemen ondervinden in de mond, zoals een tandvleesontsteking, droge mond en schimmelinfecties.

Tandvleesontsteking veelvoorkomend

Met name tandvleesontsteking komt vaak voor bij mensen met diabetes. Dit heeft niet alleen een negatieve invloed op de kwaliteit van leven maar kan ook de balans van het bloedsuikerniveau verder verstoren. Het uiteindelijke doel van de zorg voor patiënten met diabetes is het voorkomen van complicaties.

Onderzoek naar extra aandacht

Om deze reden deed Martijn Verhulst onderzoek naar extra aandacht voor mondgezondheid bij patiënten met diabetes. Hiervoor werden vierentwintig Amsterdamse huisartsenpraktijken willekeurig verdeeld in twee groepen.

De eerste groep gaf extra aandacht aan mondgezondheid door patiënten te attenderen op het belang van hun mondgezondheid. Zij moedigden daarnaast het regelmatig bezoeken van de tandarts aan en deelden een introductiepakket met mondverzorgingsproducten uit. Binnen de tweede groep werden geen veranderingen aangebracht.

Significant verbeterd

Het resultaat dat hieruit volgde was dat bij de eerste groep de met mondgezondheid samenhangende kwaliteit van leven van patiënten significant verbeterd was, zeker in vergelijking met de tweede groep. “Wanneer de zorgverleners erin slaagden structureel meer aandacht te geven, verhoogde dat de kwaliteit van leven voor nog meer patiënten. Dit wijst erop dat patiënten met suikerziekte baat hebben bij extra aandacht voor mondgezondheid binnen de eerstelijns diabeteszorg.”

Screenen via tool

Het onderzoek van Verhulst heeft geleid tot een tool waarmee huisartsen op simpele manier kunnen screenen op parodontitis bij hun patiënten: www.perioscreening.com. Door middel van een aantal eenvoudige vragen worden biomarkers en een inspectie van de mond overbodig gemaakt bij een screening door een niet-tandarts.

Bron:
acta.nl

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Mondhygiëne, Thema A-Z
Tandheelkundige preventie 2.0: mondzorgapps en e-health

Tandheelkundige preventie 2.0: mondzorgapps en e-health

Voor het slagen van een behandeling is het motiveren van de patiënt én het geven van individuele instructies onontbeerlijk. In het verleden werd er veel gebruik gemaakt van de Tell-Show-Do methode voor gedragsverandering bij de patiënt. Nu gebruiken we regelmatig apps. Welke mondzorgapps zijn er en wat zijn de voor- en nadelen van e-health?

De tandheelkundige wereld is voortdurend onderhavig aan verandering en verbetering. Voor het slagen van een behandeling is het motiveren van de patiënt én het geven van individuele instructies onontbeerlijk. In het verleden werd er veel gebruik gemaakt van de Tell-Show-Do methode en motivational interviewing, om gedragsverandering bij de patiënt te bewerkstelligen. Door de introductie van nieuwe technische mogelijkheden zoals internet en de smartphone ontstaan er nieuwe mogelijkheden bij de stimulering van gedragsverandering.

Verslag van de lezing van Melle Vroom en Lodewijk Gründemann, beiden parodontoloog en implantoloog, tijdens het NVvP congres Dentech.

Op verschillende niveaus kun je inzetten op preventie:

  • Duidelijk maken welke risico factoren bij de klant een rol spelen
  • Herhaalde en geïndividualiseerde mondhygiëne-instructies en professionele mechanische plaque- en tandsteenverwijdering
  • Gedragsinterventies met het stellen van specifieke doelen, planning en zelfcontrole
  • Beheersen van risicofactoren
  • E-Health

E-health is het inzetten van internet en andere digitale middelen voor het ondersteunen van de gezondheid en de gezondheidszorg. M-health staat voor E-health op de mobiele smartphone, welke gebruik maakt van apps. Tegenwoordig heeft meer dan 93% van de Nederlanders (toegang tot) een smartphone. E-health kan door de mondzorgprofessional worden ingezet als extra stuk gereedschap naast de gebruikelijke zorg.

Mondzorgapps

Mondzorgapps kunnen worden onderverdeeld in:

  • Jeugd

    Bijvoorbeeld Glansje & Tom, Trammeland in Tandenland. Gericht op jeugd < 10 jaar, spelenderwijs leren poetsen met spelletjes, filmpjes, tips.

  • Merk/product

    Bijvoorbeeld Oral-B, Philips Sonicare, Colgate. Gericht op poetstechniek, aanschaf van producten (reclame!), directe terugkoppeling. Deze apps lijken erg op elkaar, niet individueel.

  • Tandartspraktijk

    Verlengde van de eigen praktijk-website.

  •  Informatief

    Bijvoorbeeld Ivoren Kruis, InformedApp. Gericht op geven van tandheelkundige informatie, en informatie over behandelingen.

  • Gedragsverandering

    Bijvoorbeeld Wit Gebit, MondMaatje. Gericht op het vergroten van compliance van de doelgroep. Wit Gebit heeft als specifieke doelgroep jongeren die orthodontisch worden behandeld, met als doel het bevorderen van de mondhygiëne en het verbeteren van mondgezondheidsgedrag. MondMaatje (DentalCoach) is ontwikkeld door Melle Vroom en Lodewijk Gründemann, en heeft als doel het vergroten van de bewustwording van tandheelkundige risico’s en de compliance van de patiënt.

Compliance van de patiënt werkt het beste als er aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  1. Simplificeer gewenst gedrag
  2. Laat behandeling en adviezen individueel aansluiten op de patiënt
  3. Maak reminders van de gemaakte afspraken
  4. Registreer non-compliance gedrag
  5. Informeer
  6. Geef positieve feedback

Bekijk de patiëntenuitleg over Mondmaatje.

Mondmaatje oprichters Mello Vroom en Lodewijk Gründemann aan het woord op Dentech.

E-health

E-health geeft het beste resultaat indien er aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  1. Individuele informatie
  2. Doelen stellen
  3. Positieve feedback
  4. Reminder afspraken/therapie
  5. Mogelijkheden tot registreren van gedragsveranderingen
  6. Mogelijkheden tot sociale ondersteuning

E-health is werkzaam gebleken bij de behandeling van roken, dieet en bij bewegingsactiviteit. Bovendien kunnen goed geplande interventies de gedragsverandering langer vast houden.

E-health werkt op langere termijn wanneer de inhoud interessant blijft, interactief is, eventueel in game-vorm. Dit betekent dat de app regelmatig vernieuwd moet worden.

Voordelen van E-health

  • Nieuwe mogelijkheden voor preventie en gedragsverandering
  • Geeft structuur aan preventieve gedragsverandering
  • Werkt in bij de gedragsverandering bij de patiënt
  • Zorgt voor interne motivatie bij de patiënt
  • Individueel toegespitst per patiënt
  • De zorg voor de patiënt gaat verder buiten de praktijk
  • Het zien van een mondzorg-icoontje op smartphone herinnert patiënt al aan hun mondverzorging

Nadelen van E-health

  • Vraagt aanpassing van zorgverlener in de dagelijkse routine, met name in het begin om er aan te wennen en juist in te stellen.
  • Het is niet geschikt voor álle patiënten.
  • Patiënten moeten toegang hebben tot een computer met internet of smartphone
  • Extra aandacht nodig voor privacy van de gegevens (AVG-proof).
  • Technische problemen binnen de app kunnen ontstaan, maar ook na updates van IOS en Android moet de app nog steeds goed werken.
  • Als er voor elke niche in de mondzorg een aparte app wordt ontwikkeld, zien patiënten door de bomen het bos niet meer. Het actief zoeken van samenwerking in de ontwikkeling wordt sterk aangeraden.

De voorspelling is dat in 2030 E-health een onmisbaar instrument is in de tandartspraktijk, alhoewel het nu in Nederland nog in de kinderschoenen staat. Door E-health wordt de tandarts een onderdeel van een multidisciplinair behandelteam.

Melle Vroom studeerde in 1994 af als tandarts aan het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA). Van 1994 tot 1998 volgde hij er de MSc-opleiding tot parodontoloog. Per 2000 is hij mede-eigenaar van Parodontologie Praktijk Friesland. Hij is zowel erkend parodontoloog als ook erkend implantoloog.

Lodewijk Gründemann studeerde in 1988 af aan de rijksuniversiteit Utrecht. Daarna was hij werkzaam als militair tandarts in Blomberg (BRD) en als burger tandarts voor defensie. Van 1995 tot en met 1998 volgde hij de MSc opleiding parodontologie, aan het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA), waarna hij als Parodontoloog in de Parodontologie Praktijk Zwolle werkzaam was. Per 2000 is hij mede-eigenaar van Parodontologie Praktijk Friesland. Hij is zowel erkend parodontoloog als ook erkend implantoloog.

Verslag door Jacolien Wismeijer, tandarts, voor dental INFO van de lezing van Melle Vroom en Lodewijk Gründemann, tijdens het congres Dentech, innovatie in de parodontologie van de NVVP.

Lees meer over: E-health, Kennis, Mondhygiëne

Posters door studenten Mondzorgkunde Hogeschool Utrecht (deel 3)

Bekijk drie posters gemaakt door vierdejaars studenten Mondzorgkunde van de Hogeschool Utrecht over ervaring van patiënten met astma of COPD in de mondzorg, veiligheid van reinigingsmiddelen voor protheses en relaties tussen medicatiegebruik en zwelling van zachte mondweefsels.

Deze posters werden beoordeeld met een cijfer 7 of hoger en zijn een selectie uit de gemaakte posters die interessant zijn voor werkzame mondhygiënisten.

1. Ervaring van patiënten met astma of COPD binnen de mondzorg en de weg naar de ideale preventie

Hoofdvraag

Hoe ervaren patiënten met astma/COPD de medicatie zelf, bijwerkingen, adviezen en rol van de verschillende zorgverleners met betrekking tot de informatieverschaffing?

Ervaring van patiënten met astma of COPD binnen de mondzorg en de weg naar de ideale preventie

klik hier voor vergrote versie

Aanbeveling

Vervolgonderzoek bij een grotere onderzoeksgroep wordt aanbevolen zodat er een uitgebreider beeld kan worden geschetst over de informatieverstrekking en begeleiding bij astma/COPD patiënten in Nederland.

Conclusie

• Patiënten ervaren een negatieve invloed op hun dagelijks leven.
• Enkele participanten geven aan belemmingen te ervaren met betrekking tot het innemen van medicatie.
• Bijwerkingen, zoals een droge mond, worden ervaren.
• Participanten krijgen een goede informatieverschaffing over de instructies.
• Er wordt weinig tot niks verteld over voorlichtingen/adviezen met betrekking tot de bijwerkingen van het medicatiegebruik op de mondgezondheid.

Poster ontwikkeld door:
R. Gelink en M.S. van der Klauw, Hogeschool Utrecht

2. In hoeverre zijn reinigingsmiddelen voor protheses veilig?

Uit een recent uitgevoerd systematicreview in 2018, worden de meest gebruikte reinigingsmiddelen (tandpasta, bruistabletten en handzeep) voor het reinigen van de protheses onderzocht. Echter wordt er niet gekeken naar de veiligheid van de reinigingsmiddelen. De uitkomsten van dit recent onderzoek gaf een praktisch en klinische relevante aanleiding, voor het onderzoeken van de reinigingsmiddelen, op de meest gebruikte prothese. De polymethylacrylaat protheses blijkt ook uit de onderzoeken van De Graaf en Rustemeyer, (2018);Sharma(2016), de meest gedragen prothese is.

Hoofdvraag

In welke mate zijn de middelen om een (uitneembare) prothese te reinigen abrasief?

Deelvragen

In hoeverre is het poetsen met tandpasta/bruistabletten/handzeep op de polymethylmethacrylaatprothese abrasief?

In hoeverre zijn reinigingsmiddelen voor protheses veilig.

klik hier voor vergrote versie

Conclusie

• Het is aannemelijk dat het gebruik van tandpasta op de PMMA-prothese als abrasief kan worden beschouwd.
• Het is aannemelijk dat het gebruik van handzeep/bruistabletten/Polident tandpasta als niet-abrasief kan worden beschouwd.
• Mate van bewijs: B
• Niveau van bewijskracht: 2

Poster ontwikkeld door:
Inam Ul-Haq en Nwal Mulay, Hogeschool Utrecht

3. Relaties tussen medicatiegebruik en de bijwerking ‘zwelling van de zachte mondweefsels’

Zwelling van mondweefsels is een bekend verschijnsel, maar hoe bewust zijn mondprofessionals zich ervan dat medicatiegebruik hiervan de oorzaak kan zijn? 66% van de Nederlandse bevolking maakt gebruik van medicatie. Echter ontbreekt het aan onderzoek waarbij dit onderwerp benaderd wordt vanuit het oogpunt van de mondzorgprofessional die het klinische beeld tegenkomt.

Probleemstelling

Wat zijn relaties tussen medicatiegebruik en de bijwerking ‘zwelling van de zachte mondweefsels’ bij patiënten die medicatie gebruiken?

Deelvragen

  1. Welke medicijnen zijn gerelateerd aan het optreden van de bijwerkingen ‘angio-oedeem’ bij patiënten die medicatie gebruiken?
  2. Welke medicijnen zijn gerelateerd aan het optreden van de bijwerking ‘gingivahyperplasie’ bij patiënten die medicatie gebruiken?
  3. Wat zijn relaties tussen medicatiegebruik en de bijwerking ‘angio-oedeem’ bij patiënten die medicatie gebruiken?
  4. Wat zijn relaties tussen medicatiegebruik en de bijwerking ‘gingivahyperplasie’ bij patiënten die medicatie gebruiken?

Doelstelling en relevantie

Verkrijgen van wetenschappelijke kennis en inzicht in dit onderwerp, om zo aan patiënten en mondzorgprofessionals evidence based informatie te kunnen geven die leidt tot bewustwording en om een aanbeveling te kunnen geven voor verbetering van de kwaliteit van voorlichting.

Relaties tussen medicatiegebruik en de bijwerking ‘zwelling van de zachte mondweefsels’

klik hier voor vergrote versie

Aanbevelingen

  • Primair longitudinaal experimenteel vervolgonderzoek
  • Praktische richtlijn ontwikkelen voor mondzorgprofessionals
  • Onderwerp integreren in de opleiding
  • Voorlichtingsmateriaal voor patiënten

Conclusie

Medicatiegebruik is gerelateerd aan het optreden van zwellingen van de zachte mondweefsels in de vorm van angio-oedeem en gingivahyperplasie. NSAIS’s, ACE-remmers, een toename van dosering en een onregelmatige reactietijd zijn gerelateerd aan angio-oedeem (niveau 2,3). Calciumantagonisten, ACE-remmers, bètablokkers, immunosupressiva en anti-epileptica zijn gerelateerd aan het optreden van gingivahyperplasie (niveau 2,3).

Poster ontwikkeld door:
Sophie Brüsewitzen Miranda van de Ruitenbeek (2019), Hogeschool Utrecht

 

 

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Scholing, Thema A-Z
Kindertandenborstel belooft plezier tijdens het tandenpoetsen

Kindertandenborstel belooft plezier tijdens het tandenpoetsen

Kinderen zover krijgen dat ze hun tanden gaan poetsen, is geen gemakkelijke opgave voor ouders. Hen de juiste poetstechniek leren, is vaak net zo moeilijk. De oplossing hiervoor is een nieuwe tandenborstel voor kinderen die eenvoudig te gebruiken is en voorkomt dat kinderen te hard poetsen en glazuur beschadigen.

uFunbrush

De ontwikkelaars van deze tandenborstel verzamelen hun kapitaal enkel via het crowdfunding platform ‘Kickstarter’. De “uFunbrush” is een U-vormige sonische tandenborstel, gemaakt van food-grade siliconen. Deze garanderen schone tanden na slechts tien seconden te poetsen.

Met één druk op de knop

Voor gebruik hoeft er enkel tandpasta aangebracht te worden op het U-vormige mondstuk van de tandenborstel. Vervolgens legt u deze in de mond en kan er op de aan/uit-knop gedrukt worden. Na tien seconden stopt het reinigingsproces automatisch en zijn de tanden schoon.

Financiering

Voor de ontwikkeling van de tandenborstel werd het financieringsdoel van 30.000 euro bijna vijfvoudig overschreden. Dit komt wellicht doordat het mondstuk tevens voor de volwassen mond beschikbaar is.

Ouders kunnen in ieder geval met gerust hart hun kinderen de badkamer insturen.

Bron:
Kickstarter

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Effectiviteit van individuele gedragsinterventies in het voorkomen van cariës bij kinderen in de voorschoolse leeftijd

Posters door studenten Mondzorgkunde Hogeschool Utrecht (deel 2)

Bekijk twee posters gemaakt door vierdejaars studenten Mondzorgkunde van de Hogeschool Utrecht over de toegevoegde waarde van de intra-orale camera onder studenten mondzorgkunde en over de effectiviteit van individuele gedragsinterventies in het voorkomen van cariës bij kinderen in de voorschoolse leeftijd.

Deze posters werden beoordeeld met een cijfer 7 of hoger en zijn een selectie uit de gemaakte posters die interessant zijn voor werkzame mondhygiënisten.

De intra-orale cameraonder studenten mondzorgkunde: wel of geen toegevoegde waarde?

Hoofdvraag

Wat is de toegevoegde waarde van de IOC voor studenten mondzorgkunde?

Deelvragen

Wat zijn de meningen, verwachtingen, behoefte en ervaringen van studenten mondzorgkunde aan Hogeschool Utrecht (HU) en Hogeschool InHolland (IH) met betrekking tot het gebruik van de IOC? Het onderzoek is praktisch relevant voor de beroepspraktijk en voor studenten-, en opleidingen mondzorgkunde.

De intra orale cameraonder studenten mondzorgkunde wel of geen toegevoegde waarde

klik hier voor vergrote versie

Aanbevelingen

  • De IOC moet geïntroduceerd worden in het curriculum van de opleiding mondzorgkunde.
  • Voor de beroepspraktijk wordt de IOC aanbevolen om in te zetten voor preventieve handelingen, klinisch cariësdiagnostiek en intercollegiaal overleg.
  • De nevelafzuiger wordt aanbevolen tijdens het gebruik van de IOC (Van den Akker, 2015).

Conclusie

Op grond van de bevindingen uit het onderzoek heeft de IOC toegevoegde waarde binnen de mondzorg voor zowel het bevorderen van de cariësdiagnostiek en intercollegiaal overleg, als het ondersteunen van preventieve begeleiding en adviezen. Waarbij cariësdiagnostiek als belangrijkste toegevoegde waarde wordt gezien m.b.t. de taakherschikking.

Poster ontwikkeld door:
R. Dao en H. Halaby, Hogeschool Utrecht

 

Effectiviteit van individuele gedragsinterventies in het voorkomen van cariës bij kinderen in de voorschoolse leeftijd

Hoewel met interventies als NOCTP al een flink stap richting individuele preventie is gemaakt, is er nog weinig bekend over effecten en bereikbaarheid van ouders en kinderen met een individuele preventieve strategie gericht op cariës bij kinderen van 0-5 jaar. Dit terwijl de Nederlandse Vereniging voor Kindertandheelkunde (2013) in de richtlijnen voor mondzorg voor jeugdigen aanbevelingen geeft om vanaf het doorbreken van het eerste element aan te sturen op mondhygiënegedrag om mogelijke vroegtijdige problemen zoals cariës te voorkomen.

Doelstelling

Het verkrijgen van kennis en inzicht over de effectiviteit van individuele  gedragsinterventies in het voorkomen van cariës bij kinderen in de  voorschoolse leeftijd, zodat er een evidence based advies kan worden gegeven dat zowel praktisch als klinisch relevant is voor de beroepsgroep.

 Effectiviteit van individuele gedragsinterventies in het voorkomen van cariës bij kinderen in de voorschoolse leeftijd.

klik hier voor vergrote versie

Conclusie

Het is aannemelijk dat Motivational Interviewing  intensieve counseling / intensieve begeleiding een positieve invloed hebben op de mondgezondheid bij kinderen uit groepen met een lage SES. Maar mogelijk zijn MI en/of counseling niet effectief wanneer de begeleiding niet intensief / frequent genoeg is en/of de kinderen opgroeien in een extreem arme omgeving.

Poster ontwikkeld door:
Demi Adriaanse en Roxanne Rigter, Hogeschool Utrecht

Lees ook:  Posters door studenten Mondzorgkunde Hogeschool Utrecht (deel 1)
Twee posters gemaakt door vierdejaars studenten Mondzorgkunde van de Hogeschool Utrecht over taakherschikking en over de gevolgen van gastro-oesofageale refluxziekte op de mondgezondheid bij kinderen. Deze posters werden beoordeeld met een cijfer 7 of hoger en zijn een selectie uit de gemaakte posters die interessant zijn voor werkzame mondhygiënisten.

 

 

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Scholing, Thema A-Z
MeMo Kind

Doe jij wat extra’s voor de mondzorg van kinderen van 0-4 jaar?

In het project ‘Meet Mondgezondheid Kind’ (MeMo Kind) is de Hogeschool Utrecht bezig met het in kaart brengen van alle initiatieven die zijn gericht op het beschermen en verbeteren van de mondgezondheid van kinderen van 0 tot 4 jaar. Het doel is om zoveel mogelijk ‘best practices’ in beeld te krijgen. Daarna is het de bedoeling om een meetinstrument te ontwikkelen om mondzorgprofessionals te helpen hun interventies te evalueren op effectiviteit. Hiervoor hebben wij uw input nodig.

Doe mee en vul de korte vragenlijst in

De Hogeschool Utrecht waardeert het bijzonder als je via een korte web vragenlijst een melding wilt maken van jouw specifieke initiatief voor de mondgezondheid van jonge kinderen. Deze is te openen via de link: MeMo Kind
De initiatiefnemers willen graag weten welke initiatieven je precies onderneemt. Te denken valt aan: ‘Houd je mond Gezond’, ‘GigaGaaf’, ‘Gewoon Gaaf’ en ‘Gezonde Peutermonden’, maar ook acties die (nog) niet landelijk bekend zijn. Heb je bijvoorbeeld aparte protocollen ontwikkeld of gebruik je bepaalde posters of folders in je praktijk? En ook, heb je activiteiten buiten de praktijk opgezet, zoals het geven van voorlichting op een consultatiebureau of op een kinderopvang? Kortom elk mogelijk initiatief telt zolang het maar is gericht op de mondgezondheid van jonge kinderen in de leeftijdsgroep van 0-4 jaar.

Effectiviteit in kaart brengen

Op basis van je gegevens kunnen wij beter zicht krijgen op de extra preventieve inzet van mondzorgverleners voor de mondgezondheid van jonge kinderen en kunnen wij initiatieven ontwikkelen om de effectiviteit daarvan in kaart te brengen.

In het team MeMo kind zijn vertegenwoordigd:

Hogeschool Utrecht Dr. Katarina Jerkovic, Brenda Grift MSc., Marjo Salentijn MSc., Dorothee Quant MSc.
KNMT/ACTA Prof. Dr. Josef Bruers
ACTA /NVvK Dr. Denise Duijster

Lees meer over: Communicatie, Communicatie patiënt, Mondhygiëne, Thema A-Z
Behoefte, bekwaamheid en beweegredenen van bachelor opgeleide mondhygiënisten met betrekking tot zelfstandige bevoegdheid

Posters door studenten Mondzorgkunde Hogeschool Utrecht (deel 1)

Bekijk twee posters gemaakt door vierdejaars studenten Mondzorgkunde van de Hogeschool Utrecht over taakherschikking en over de gevolgen van gastro-oesofageale refluxziekte op de mondgezondheid bij kinderen. Deze posters werden beoordeeld met een cijfer 7 of hoger en zijn een selectie uit de gemaakte posters die interessant zijn voor werkzame mondhygiënisten.

Behoefte, bekwaamheid en beweegredenen van bachelor opgeleide mondhygiënisten met betrekking tot zelfstandige bevoegdheid

Onderzoeksvraag

Wat is de mening van bachelor opgeleide mondhygiënisten over het verkrijgen van volledige zelfstandigheid tijdens de experimentele periode van de Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) in het kader van de taakherschikking?

Behoefte, bekwaamheid en beweegredenen van bachelor opgeleide mondhygiënisten met betrekking tot zelfstandige bevoegdheid

klik hier voor vergrote versie

Aanbevelingen

• Taakverdeling tussen tandarts en mondhygiënist bespreken in beroepspraktijk
• Inventariseren bekwaamheid en de behoefte aan bij-en nascholing
• Hogescholen wordt aanbevolen praktische scholing voor primaire cariës aan te bieden en voor het behalen van het certificaat

Conclusie

Er kan geconcludeerd worden dat de participanten van mening zijn dat er behoefte is aan het volledig zelfstandig toedienen van lokale anesthesie en toepassen van ioniserende straling. Een belangrijke beweegreden hiervoor is dat er met volledige zelfstandigheid kwalitatief betere zorg geleverd kan worden aan patiënten. Het prepareren en restaureren van primaire cariës zal naar verwachting minder worden uitgevoerd, vanwege het ontbreken van bekwaamheid en tijd in de agenda’s.

Poster ontwikkeld door:
Kim Olivier en Shannon van der Ploeg, Mondzorgkunde B, Hogeschool Utrecht

De gevolgen van gastro-oesofageale refluxziekte op de mondgezondheid bij kinderen:
Een systematisch literatuuronderzoek

Een gastro-oesofageale reflux (GOR) is een fysiologisch proces. Het onvolledig sluiten van het maagklepje en een vloeibare voeding spelen hierbij een belangrijke rol. Wanneer GOR leidt tot hinderlijke klachten en/of complicaties wordt er gesproken van gastro-oesofageale refluxziekte (GORZ). De prevalentie/incidentie van deze aandoening is dubieus.

De aanleiding voor het huidige onderzoek zijn variërende en uiteenlopende conclusies uit andere onderzoeken over de gevolgen van GORZ in de mond bij kinderen.

De gevolgen van gastro-oesofageale refluxziekte op de mondgezondheid bij kinderen.
klik hier voor vergrote versie

Hoofdvraag

‘Wat zijn de gevolgen van een gastro-oesofageale refluxziekte (GORZ) op de mondgezondheid bij kinderen van 6 maanden tot en met 13 jaar?’ Deelvragen Primaire dentitie (erosie en cariës), permanente dentitie (erosie en cariës), buffercapaciteit van het speeksel en zachte weefsels.

Huidig onderzoek is relevant, vanwege de informatieverstrekking aan beroepsprofessionals (praktisch). Met deze informatie kan voorlichting gegeven worden, met de eventueel hierbij behorende maatregelen (klinisch).

Conclusie

Voorzichtig kan geconcludeerd worden dat een gastro-oesofageale refluxziekte (GORZ) gevolgen heeft op de mondgezondheid bij kinderen van 6 maanden tot en met 13 jaar, namelijk op de primaire elementen (erosie) en permanente elementen (cariës).

Poster ontwikkeld door:
May Lin Droog en Marlotte van Capelleveen, Hogeschool Utrecht

 

 

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Scholing, Thema A-Z
Mondhygiene

In 42% – 52% van de tandartspraktijken werkt een mondhygiënist

Uit cijfers van de KNMT blijkt dat het aantal tandartspraktijken waar een mondhygiënist werkt is toegenomen van 42% tot 52% tussen 2014 en 2018.

Meer mensen bezoeken mondhygiënist

Uit resultaten van de gezondheidsenquête van het CBS die begin maart werd gepubliceerd, bleek dat meer mensen de mondhygiënist bezoeken. In 2018 ging 36 procent van de 12-plussers naar de mondhygiënist. In 2014 was dat nog 28 procent. Het contact met tandarts en orthodontist veranderde nauwelijks sinds 2014. De orthodontist wordt vooral bezocht door jongeren.

De KNMT-cijfers, gecombineerd met de cijfers van het CBS, duiden op intensievere samenwerking. Volgens de beroepsvereniging verwijst in totaal ongeveer 9 op de 10 tandartsen voor preventieve- en tandvleesbehandelingen door naar een mondhygiënist.

Bron:
KNMT

Lees meer over: Markttrends, Mondhygiëne, Thema A-Z
Klinische nascholingsavond Colgate over cariësrisico - hoofdafbeelding

Verslag klinische nascholingsavond Colgate over cariësrisico

Het thema van afgelopen geaccrediteerd klinische nascholingsavond was “Kom van die Plaque af!”. Colgate organiseerde deze avond afgelopen november waarbij cariësrisico centraal stond. De twee sprekers namen het publiek mee in de wereld van biofilm en bacterieen, cariësrisico en de (minimaalinvasieve) behandeling van cariës. Lees het congresverslag.

Met zijn klinische avonden wil de producent van onder andere elmex® en meridol® mondzorgprofessionals in een informele setting op de hoogte houden van de nieuwste ontwikkelingen in het vakgebied. De klinische avond bood geruime kans tot bijpraten met collega’s uit de tandheelkundige professie. Werd in het voorjaar de aandacht gevestigd op wortelcariës, toegespitst op risicopatiënten, met name in de ouderenzorg , in november stond het thema cariësrisico centraal. Twee bevlogen sprekers namen een geboeid publiek mee naar de wereld van biofilm en bacteriën, cariësrisico en de (minimaal- invasieve) behandeling van cariës.

“Balans, daar draait het om”

Dr. Catherine Volgenant, tandarts en universitair docent op ACTA bij de afdelingen Preventieve Tandheelkunde en Orale Kinesiologie informeerde de mondzorgprofessionals over de micro-organismen die de mens bij zich heeft. Ons dieet bepaalt voor een belangrijk deel welke bacteriën we bij ons dragen. Waar en hoe we geboren zijn en borstvoeding, bepalen voor een belangrijk deel de samen- stelling van het microbioom bij pasgeborenen.
In het verdere leven spelen onder andere beweging, medicijngebruik, ziekten en veroudering een rol. Micro-organismen blijven altijd bij je. Via een hilarisch filmpje werd duidelijk dat we allemaal zijn omgeven door bacteriën. Altijd en overal. Hoewel dat heel vies lijkt, een letterlijke siddering ging door de zaal, zijn micro-organismen vooral zeer nuttig. “We kunnen niet zonder. Maar dan moeten ze wel in balans (homeostase) zijn”, legde Catherine uit. “Is er onbalans (dysbiose), dan kunnen we ziek worden.” We kunnen ziek worden als schadelijke micro-organismen (pathogenen) uitgroeien of goede micro-organismen afwezig zijn. Als we gezond zijn, hebben we het vermogen ons aan te passen aan veranderende omstandigheden van buitenaf. Je bent dus gezond “als je tegen een stootje kunt.” Catherine introduceert hierbij de term allostase. Hiermee doelt ze op de processen die ervoor zorgen dat je, ook bij invloeden van buitenaf, in balans blijft. Het hebben van veerkracht is dus belangrijk om gezond te blijven. Nieuwe levensfasen, zoals bijvoorbeeld zwangerschap, naar de middelbare school
of op kamers gaan, kunnen stress (shock) veroorzaken en daarmee onbalans creëren. Die nieuwe omstandigheden kunnen om een ander evenwicht vragen om je in je nieuwe fase weer in balans te houden.

Spagaat

Dat wat we eten is van grote invloed op het hebben van balans of ontstaan van disbalans in de mond.“We zitten een beetje in een spagaat”, legt Catherine uit. We worden steeds ouder en we wonen in een land met vele verleidingen. Gezond ouder worden vraagt om vitaminen en mineralen. Maar voor ons gebit zijn bepaalde voedingsmiddelen niet altijd bevorderlijk, zeker niet als we ze frequent
eten. We komen continu in aanraking met allerlei ongezonde verleidingen die suiker bevatten. Als het misgaat met de balans in de mond (dysbiose) kunnen mondziekten zoals gingivitis en cariës ontstaan. In de mond is een continu proces aan de gang van demineralisatie en remineralisatie (Stephan curve). Fluoride heeft een belangrijke functie in het remineralisatieproces. We eten steeds vaker en steeds meer suikers. “We weten dat vooral de frequentie van het nuttigen van voedingsmiddelen sterk van invloed is op het demineralisatieproces. “Op deze kennis over fluoride en voeding is het Advies Cariëspreventie gebaseerd, dat Nynke na de pauze zal bespreken”, zo verwijst Catherine vooruit naar de volgende spreker.

Biofilm

Biofilm zie je overal in de natuur: de glibberige laag op stenen in de rivier, de binnenkant van de tuinslang of bijvoorbeeld de aan- groei onderwater bij een boot. Biofilm is een microbiële gemeenschap die zich hecht aan een oppervlakte of aan elkaar. De biofilm in de mond is tandplaque. Biofilm in de mond hecht zich aan de tanden, tong en slijmvliezen.
Bacteriën klonten aan elkaar en hechten zich met behulp van het speeksel aan oppervakken. De enige manier om “van die plaque af te komen” is deze biofilm mechanisch weg te halen. Je haalt echter nooit alle micro- organismen weg. Maar dat is niet erg, want anders haal je behalve de “bad guys” ook de “good guys” weg. Dat is ook de reden als je antibiotica gebruikt, je meer kans hebt op ontstaan van bijvoorbeeld schimmelinfecties. Door de antibiotica is de balans flink verstoord.

Tandenpoetsen verstoort biofilm

Aan bacteriën die aan elkaar gehecht zijn, hechten steeds makkelijker nieuwe bacteriën. Wie balans zoekt, moet stelselmatig de biofilm verstoren. Tandenpoetsen is daarom belangrijk bij het toepassen van primaire preventie. Daarmee schud je de bacteriën letterlijk door elkaar en voer je ze af. Een juiste keuze bij secundaire preventie vraagt om een goede cariësrisico-inschatting. Bij iedereen en elke keer opnieuw! Iedere patiënt is anders en kan op ieder moment veranderen. Daarom vraagt elke patiënt om
een op zijn specifieke situatie afgestemde aanpak. Mondzorgprofessionals kunnen door het toepassen van een breed palet aan preventieve maatregelen helpen bij de preventie of het verminderen van de impact van een al ont- stane ziekte en helpen bij de detectie en bestrijding ervan.

Onderzoek

Welk cariësrisicosysteem je ook hanteert, de voorspellende waarde van het systeem om een inschatting te maken voor het ontwikkelen van cariës is beperkt. Recente onderzoeksresultaten op ACTA laten zien dat de samenstelling van de bacteriën in het speeksel bij een grote groep gezonde proefpersonen in verschillende groepen uiteenviel. Mondgezondheid is mogelijk niet eenvoudig te definiëren aan de hand van de samenstelling van de bacteriën in de mond. Een tweede onderzoek gaf aanwijzingen dat plaquefluorescentie mogelijk voorspellend is voor het ontwikkelen van tandvleesontsteking bij het doormaken van een stressperiode van twee weken niet poetsen.

“Kijk verder dan de mond” Catherine attendeerde de tandartsen en mondhygiënisten op het grote belang verder te kijken dan de mond. Achter
die tanden zit meer: een mond, een lichaam, een persoon, een omgeving. Allerlei factoren en indicatoren die het systeem van afweer en bescherming voortdurend beïnvloeden. Dus ook het cariësrisico van de patiënt is veranderlijk en afhankelijk van de (veranderende) omstandigheden in iemands leven. Bovendien is de veerkracht van iemand op elk moment anders. Mondgezondheid is niet slechts de afwezigheid van ziekte. Balans, daar draait het om. Ons ecosysteem moet tegen shock kunnen en zorgen dat er toch weer balans komt. Daar kunnen mondzorgprofessionals hun patiënten bij helpen door het geven van passende preventieve adviezen en het toepassen van preventieve behandelingen.

Na de pauze waarin collega’s informeel met elkaar konden bijpraten, was het woord aan dr. Nynke Blanksma. De coördinator expertisegroep kindertandheelkunde en do- cent cariologie en kindertandheelkunde aan het Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde in Groningen is lid van het Adviescollege Preventie Mond- en Tandziekten van het Ivoren Kruis en bestuurslid van de NVvK. Nynke in- formeerde de mondzorgverleners over de invloed van het cariësrisico op de minimaal invasieve cariësbehandeling.

Voor elke patiënt een persoonlijk preventieplan

Nynke stak meteen van wal: zonder biofilm geen cariës (maar de aanwezigheid van plaque alleen is niet vol- doende). Echter, een restauratieve behandeling is geen oplossing voor een patiënt met cariës. “We kunnen blijven boren en vullen en daarmee aan symptoombestrijding blijven doen, maar uiteindelijk draait het om preventie. Het gaat erom dat de patiënt gaat snappen dat hij zelf verantwoordelijk is voor de verzorging van zijn gebit. Dat vergt in sommige gevallen een ommezwaai, zowel bij de mondzorgverlener als bij de patiënt. De mondzorgverlener grijpt vaak nog makkelijk naar de boor en de patiënt denkt dan ‘ik heb geleden, dus het is goed.’ Een lach gaat door de zaal. Dat kan door inzet van verschillende preventieve behandelmethoden anders.

Klinische nascholingsavond Colgate over cariësrisico - tekst1

Cariës of geen cariës?

Cariës is complex en multifactorieel. Voeding, bacteriën, speeksel, eiwitten, suiker, calcium, fosfaat, plaque, fluoride en natuurlijk tijd spelen een rol, maar bijvoorbeeld ook kennis, gedrag en sociaal economische status. Met de term cariës wordt de ziekte aangeduid, een cariëslaesie is het symptoom van deze ziekte en bij een caviteit is het glazuuroppervlak doorbroken. Als de laesie arrested is geworden (tot stilstand is gekomen), is er geen sprake meer van de ziekte cariës. Cariës wordt gediagnosticeerd door detectie van risicofactoren (ziekteveroorzakende componenten zoals plaque, frequente suikerinname en lage speekselvloed) en risico-indicatoren (omstandig heden die aangeven dat er een risico is, zoals nieuwe laesies, lage SES en stress). Aan de mondzorgverlener de schone taak die risicocomponenten in kaart te brengen en daarnaar te handelen.

Detectie en vastleggen

Een van de belangrijkste risico-indicatoren voor cariës zijn nieuwe laesies. Goede cariësdetectie is dus erg belangrijk. Detectie gebeurt visueel, in een schone mond, met gebruik van de luchtspuit, goed licht, goede ogen en een stompe sonde. Wie approximale laesies wil opsporen, maakt bitewings. Het International Caries Detection and Assessment System (ICDAS) is een handig systeem om vast te leggen wat in de mond is gezien. De scores van gaaf tandvlak (score 0) tot uitgebreide cavitatie  met zichtbaar dentine (score 6) bieden de mogelijkheid de situatie goed te vervolgen in de tijd. Daarbij is het belangrijk om aan te geven of de laesie actief is (mat/ kalkachtig oppervlak, met plaque bedekt, zacht, ruw) of niet actief (glanzend oppervlak, glad, hard). “Laat u hierbij niet afleiden door de kleur, want die kan misleidend zijn. U kunt ook andere systemen gebruiken. Het gaat  erom dat u de laesies goed kunt vervolgen in de tijd, zodat u kunt vaststellen of de preventieve maatregelen voldoende effect hebben.”Een restauratieve behandeling is geen cariësbehandeling. Werd een laesie in het verleden vaak direct geboord en gevuld, tegenwoordig weten we dat het vroeg opsporen van laesies de behandelaar tijd geeft om de patiënt voorlichting en adviezen te geven om het voortschrijden van de laesies te voorkomen. “Noteer de laesie in de patiëntenkaart, vertel de patiënt wat je hebt gezien en geef duidelijke voorlichting en instructie, rekening houdend met de omstandigheden van de patiënt”, adviseert Nynke. “Want preventie is maatwerk.  Bekijk na een korte tijd of met het gewenste mond- gezondheidsgedrag de laesie arrested is geworden.”

Een restauratieve behandeling is geen cariësbehandeling

Een restauratie is noodzakelijk als het verwijderen van de biofilm voor de patiënt niet mogelijk is, maar met alleen een restauratie ben je er niet. Een patiënt die van mondzorgprofessionals de juiste, preventieve adviezen op maat krijgt en deze opvolgt, kan levenslang verschoond blijven van de ziekte.

Advies Cariëspreventie

Het Advies Cariëspreventie bestaat uit een Basisadvies en een Aanvullend Advies. Het Basisadvies is samengesteld uit de drie Basisadviezen: Mondhygiëne, Fluoride en Voeding. Bij elk van deze Basisadviezen hoort een Aanvullend Advies, die gezamenlijk het Aanvullend Advies Cariës- preventie vormen. Het Basisadvies geldt voor iedereen en het is verstandig dat alle patiënten, ook patiënten zonder cariësactiviteit, dit Basisadvies opvolgen. Dit zorgt voor een goede bescherming. “Ga bij elke patiënt na of hij het Basisadvies Cariëspreventie volgt. Op basis van je bevindingen adviseer je te poetsen volgens het Basisadvies Mondhygiëne en Fluoride (volwassenen 2x per dag  2 minuten poetsen met een tandpasta met 1.000-1.500 ppm fluoride) en een voedingspatroon volgens het Basisadvies Voeding (maximaal 7 eet-/drinkmomenten per dag: 3 hoofdmaaltijden en maximaal 4 tussendoortjes en niets meer eten of drinken na de laatste keer tandenpoetsen). Als het Basisadvies niet volledig opgevolgd kan worden of onvoldoende effectief is, komt het Aanvullend Advies Cariëspreventie in beeld, waarbij samen met de patiënt wordt gekeken welke (bij voorkeur) zelfzorgmaatregelen nodig en haalbaar zijn.” Hierbij kan gedacht worden aan een extra keer poetsen (mits de juiste poetstechniek wordt toegepast) of gebruik van een fluoridemondspoelmiddel. “De onlangs op de markt verschenen tandpasta met 5000 ppm fluoride biedt nieuwe mogelijkheden.”, zegt Nynke. Als niet duidelijk is wat het effect van het Aanvullend Advies is, wat de oorzaak van de cariës- activiteit is of wanneer het cariësrisico niet kan worden verlaagd, dan kunnen (ter overbrugging) professionele fluoridetoepassingen worden ingezet, zoals het aanbrengen van een fluoridelak. Omdat de voorkeur uitgaat naar het voortdurend aanwezig zijn van een lage concentratie fluoride in de mond, heeft een lak de voorkeur boven het gebruik van een gel (eenmalig hoge concentratie). Ook SDF (silver diamine fluoride) wordt steeds meer toegepast, met goede resultaten. “Bedenk dat iedere patiënt een preventieadvies op maat verdient.” Het complete Advies Cariëspreventie staat op www.ivorenkruis.nl

Gewoon Gaaf

Een praktische cariëspreventiemethode voor kinderen van 0-18 jaar is Gewoon Gaaf (zie ook www.gewoon-gaaf.nl). Deze methode op basis van risico-inschatting legt de nadruk op het stimuleren van goede zelfzorg bij de (ouder van de) patiënt van 0-18 jaar en kijkt behalve naar cariësontwikkeling en -progressie ook naar de elementen in doorbraak. Dat de eerste permanente molaar achter de achterste melkkies doorbreekt, wordt door veel ouders gemist. “Adviseer in die periode om op die plekken dwars op de kaak te poetsen”, aldus Nynke. Met Motivational Interviewing kunnen mondzorgverleners het mondgezondheidsgedrag van hun patiënten positief beïnvloeden. Preventie is in alle gevallen de basis!

Klinische nascholingsavond Colgate over cariësrisico - tekst2

Cariësrisico verandert

Alles verandert. Patiënten en daarmee ook hun cariësrisico ook. In het algemeen kan gesteld worden dat patiënten jonger dan 22 jaar of ouder dan 65 jaar een grotere kans op een verhoogd cariësrisico hebben. Is er het afgelopen jaar een nieuwe of actieve cariëslaesie geconstateerd? Of poetst de patiënt minder dan 2x per dag met fluoridetandpasta? Ook deze factoren wijzen op een verhoogd cariësrisico. Patiënten die chemotherapie hebben gehad, zijn bestraald in het hoofd-halsgebied of patiënten met het syndroom van Sjögren hebben ook een verhoogd risico, evenals patiënten die chronisch medicatie nemen die een droge mond kunnen veroorzaken of meer dan vijf verschillende soorten medicijnen gebruiken. “Check bij elk periodiek mondonderzoek of het cariësrisico nog klopt en blijf adviseren in het belang van de patiënt.”

Behandelopties

Als er carieuze laesies aanwezig zijn, heeft de mondzorgprofessional een scala aan behandelopties. Kies hieruit de behandelmethode die bij de patiënt en zijn cariës- risico past. Altijd preventief en zo nodig ook zo minimaal invasief mogelijk ingrijpen is het devies. Preventie is altijd de basis. Bij glazuurlaesies is invasief ingrijpen niet gewenst. Het geven van preventieve adviezen (zie Advies Cariëspreventie) al dan niet in combinatie met Motivational Interviewing kan een goede methode zijn het gedrag van  patiënten blijvend te veranderen en daarmee de laesies arrested te krijgen. Bij dentinelaesies helpt het cariësrisico van de patiënt bij het nemen van de juiste behandelbeslissing. Bij approximale laesies in het dentine is het namelijk belangrijk te weten of de laesie gecaviteerd is of  niet. Dat zie je niet op de bitewing. Je kunt cavitatie soms voelen met een flossdraad en het cariësrisico geeft houvast. Bij laesies tot 1/3 in het dentine is bij laag-risicopatiënten de kans groot dat de laesie niet gecaviteerd is en de patiënt de laesie dus nog goed kan schoonhouden met het (aanvullend) advies Cariëspreventie. Bij laesies in het middelste 1/3 deel van het dentine is de kans op cavitatie alweer wat groter. Laesies tot vlak bij de pulpa zijn zeker gecaviteerd. Cavitatie van approximale laesies is een reden om invasief in te grijpen, omdat verwijdering van de biofilm dan niet mogelijk is. Bij occlusale dentinelaesies kunnen sealants mogelijk soelaas brengen, afhankelijk van de diepte van de laesie. “The seal is the deal!” Met een sealant of restauratie is het essentieel dat de laesie goed wordt afgesloten. Hierbij wordt de laesie perifeer altijd tot hard geëxcaveerd en centraal tot leerachtig/stevig bij matig diepe laesies en tot zacht bij diepe laesies. Centraal tot hard dentine excaveren is overbehandeling en zorgt voor onnodige schade aan de pulpa.

Preventie is de basis

Het verwijderen van carieus weefsel is mogelijk van niet invasief tot zeer invasief. Weinig tot niet invasieve behandelingen zijn slicen en het plaatsen van een Hall kroon. De verschillende methoden kwamen in het betoog van Nynke kort aan bod. Hieruit werd duidelijk dat ook met slicen en Hall kronen uitstekende resultaten worden behaald en dat volledige excavatie onnodige schade toebrengt aan het element. Daarom zijn er geen behandel- indicaties voor volledige cariësexcavatie in het centrale deel van een laesie. Het grote voordeel van slicen is dat de behandelaar daarbij het cariësproces voor de patiënt inzichtelijk maakt. “In een mond kun je verschillende opties naast elkaar toepassen. Kies de behandelmethode die bij de individuele patiënt past.”

Nynke adviseert haar collega’s bij alle overwegingen goed na te denken of het maken van een restauratie echt noodzakelijk is. “Een restauratie moet na een aantal jaren weer vervangen worden, wat schade aan de pulpa en verzwakking van het element geeft. Het is in essentie geen cariësbehandeling.” Preventie is de basis. De mondzorgprofessional is er om de patiënt te helpen en te coachen bij het vinden van de juiste manier om cariës te voorkomen. Iedere patiënt verdient een preventieplan op maat!

Sprekers

Dr. Nynke G. BlanksmaDr. Nynke G. Blanksma
Tandarts docent CTM/ UMCG, Groningen

 

 

Dr. Catherine M.C. VolgenantDr. Catherine M.C. Volgenant
Tandarts en onder zoeker ACTA Amsterdam

 

 

 

Tekst: Mariëlle Nap, Mondig Communicatie.

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
materialen, tandarts

NVM-mondhygiënisten pleit voor meer preventie en minder curatie

NVM-mondhygiënisten gaf via een persbericht antwoord op berichtgeving in de media over mondzorg van afgelopen week.  De beroepsvereniging vindt een uitbreiding van het aantal mondzorgverleners, onder andere door extra opleidingsplaatsen binnen álle geboden mondzorgopleidingen, een goed idee. Zij zijn daarbij van mening dat eerst een gezamenlijke visie op mondzorg geformuleerd dient te worden in een strategisch brede discussie. Om daarmee de zorg effectief en efficiënt in te richten: meer focus op preventie, minder op curatie.

“In een maatschappij met een groeiend aantal consumenten dat actief werkt aan het behoud van een goede gezondheid, zou preventie het vertrekpunt moeten zijn van de mondzorg die geleverd wordt. Het bespaart een cliënt immers een hoop kosten en tijd door met de juiste verzorging en het juiste voedingspatroon problemen in de mond te voorkomen”, zegt NVM-mondhygiënisten.

Mondzorg van de toekomst

De ideale mondzorg is volgens NVM-Mondhygiënisten zorg waarbij de cliënt centraal staat. “Afhankelijk van de situatie en de problematiek in de mond wordt gekeken naar welke zorgverlener daar het beste bij past: mondhygiënist, tandarts, tandprotheticus, orthodontist en/of kaakchirurg. Mondzorgverleners werken samen, ieder vanuit de eigen expertise, om optimale zorg te kunnen verlenen. Met preventie als vertrekpunt kan met de juiste inzet van mensen en middelen een mondgezonde generatie worden bereikt.”

Verbeteringen nodig

Om een mondgezonde generatie te bereiken, is nog wel een flink aantal verbeteringen nodig volgens NVM-mondhygiënisten. Meer opleidingsplaatsen voor alle mondzorggerelateerde opleidingen is slechts een van de mogelijke oplossingen van een totaalpakket om te komen tot goed georganiseerde mondzorg. “De mondzorgverleners in Nederland slagen er nog steeds niet in om minder gaatjes en tandvleesontstekingen bij risicogroepen als kinderen die leven in armoede en hulpbehoevende ouderen te laten ontstaan. Kinderen komen niet of te laat bij een mondzorgverlener, terwijl mondzorg tot 18 jaar vergoed wordt vanuit de basisverzekering. En ouderen die hulpbehoevend worden en zorgafhankelijk zijn verdwijnen uit het zicht van de mondzorgverlener, totdat ze opgenomen worden met een schrijnende mondgezondheid in een zorginstelling. Deze groepen hebben juist preventieve mondzorg nodig om vergevorderde mondproblemen, zoals wij die nu signaleren, te voorkomen. En dat vereist een andere mindset van mondzorgprofessionals.”, zegt Manon van Splunter-Schneider, voorzitter van NVM-mondhygiënisten.

Mondhygiënist als expert in preventieve mondzorg

De taakherschikking richt de mondzorg beter in, volgens NVM-mondhygiënisten. “De hbo-opgeleide mondhygiënist wordt zo efficiënter ingezet als zorgprofessional in de preventieve mondzorg. Doordat de mondhygiënist de zelfstandige bevoegdheid krijgt voor het boren van eerste kleine gaatjes, het maken van röntgenfoto’s en het toedienen van verdoving, handelingen die al meer dan tien jaar succesvol door mondhygiënisten worden uitgevoerd, kan er direct worden gehandeld en hoeft niet gewacht te worden op het administratieve akkoord van de tandarts. Die kan zich, door de tijdwinst die het oplevert, op zijn beurt richten op de meer complexe curatieve mondproblematiek.”

Week van de Mondhygiënist

Uit recente cijfers van het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) blijkt dat steeds meer mensen de mondhygiënist weten te vinden om de mond gezond te krijgen en/of te houden. Dat aantal kan desondanks hoger. Daarom organiseren beroepsvereniging NVM-mondhygiënisten en de aangesloten mondhygiënisten van maandag 18 tot en met zondag 24 maart 2019, tijdens de Week van de Mondhygiënist, activiteiten op verschillende locaties in Nederland. Ze geven bijvoorbeeld voorlichting over mondgezondheid op scholen en in zorginstellingen, en stellen hun praktijk open.

Lees meer over: Markttrends, Mondhygiëne, Thema A-Z
CBS: Meer mensen bezoeken mondhygiënist

CBS: Meer mensen bezoeken mondhygiënist

In 2018 ging 36 procent van de 12-plussers naar de mondhygiënist. In 2014 was dat nog 28 procent. Het contact met tandarts en orthodontist veranderde nauwelijks sinds 2014. De orthodontist wordt vooral bezocht door jongeren. Dit blijkt uit de resultaten van de Gezondheidsenquête van het CBS.

Bezoek aan tandarts, orthodontist en mondhygiënist

De CBS-cijfers laten zien dat 80 procent van de Nederlanders in de afgelopen 12 maanden contact had met de tandarts.  Van kinderen van 4 tot 18 jaar was dit zelfs 96 procent. De orthodontist wordt bezocht door 8 procent van de totale Nederlandse bevolking van 8 jaar of ouder.

 

Bezoek-tandarts,-mondhygienist-en-orthodontist

Mondhygiënist wordt meest bezocht door 40- tot 65-jarigen

42 procent van de 40- tot 65-jarigen gaf aan in de voorafgaande 12 maanden een mondhygiënist te hebben bezocht, dit is vaker dan andere leeftijdsgroepen. De orthodontist werd het meest bezocht door 8- tot 18-jarigen (36 procent). Onder volwassenen (18-plus) is dit met minder dan 5 procent aanzienlijk lager.

Jonge kinderen van 0 tot 4 jaar komen niet vaak bij de tandarts (34%) en dit verandert vanaf 4 jaar: bijna elk kind van 4 jaar en ouder bezoekt de tandarts (96 procent van de 4- tot 18-jarigen).
Vrouwen bezoeken iets vaker dan mannen een tandarts of mondhygiënist. Voor het bezoek aan de orthodontist geldt dit verschil alleen voor jongeren (8 tot 18 jaar).

 

Bezoek-tandarts,-mondhygienist-en-orthodontist-2

Mensen met weinig inkomen bezoeken tandarts minder vaak

In 2018 bezocht 71 procent van de mensen in een huishouden met een laag gestandaardiseerd besteedbaar huishoudensinkomen de tandarts, tegen 88 procent van mensen met een hoog inkomen. Lagere inkomens bezoeken ook minder vaak dan hogere inkomens de mondhygiënist. Bezoek aan de orthodontist verschilt niet voor verschillende inkomens.

Bezoek-tandarts,-mondhygienist-en-orthodontist-naar-inkomen-2

Ook kinderen uit de laagste inkomensgroepen gaan minder vaak naar de tandarts. Dit ondanks het feit dat de meeste tandartskosten voor kinderen tot 18 jaar worden vergoed binnen het basispakket van de zorgverzekering. Daarentegen gaan minderjarigen uit alle inkomensgroepen ongeveer even vaak naar de orthodontist of mondhygiënist. De kosten van deze vormen van mondzorg worden doorgaans niet vergoed door het basispakket van de zorgverzekering. Vanaf de leeftijdsgroep 18 tot 40 jaar gaan mensen met een hoog inkomen vaker naar een mondhygiënist dan mensen met een laag inkomen.

Bron (informatie en grafieken):
CBS

Lees meer over: Markttrends, Mondhygiëne, Thema A-Z
Y-borstel: de tandenborstel die je tanden binnen 10 seconden poetst

Y-borstel: de tandenborstel die je tanden binnen 10 seconden poetst

Twee keer per dag je tanden uitgebreid poetsen voor ten minste twee minuten, zo luid het advies. Mensen vinden dit echter te lang en houden zich vaak niet aan dit advies. Het Franse bedrijf FasTeesH besloot daarom een automatische tandenborstel te ontwikkelen die je gebit binnen tien seconden schoonmaakt.

Y-borstel

Deze tandenborstel, bekend onder de naam ‘Y-borstel’, is een ware gadget. De Y-borstel heeft een mondstuk dat bij iedere beurt de helft van het gebit schoonmaakt. De voorkant van de borstel bestaat uit een klein handvat met een vibrerende motor die binnen tien seconden een poetsbeurt verricht.

Voor iedereen

De Y-borstel is verkrijgbaar in verschillende formaten zodat zowel jong als oud de tandenborstel kunnen gebruiken. Bovendien is de tandenborstel erg gebruiksvriendelijk volgens de fabrikant.

Gebruiksaanwijzing

Zoals bij een normale tandenborstel, moet er eerst tandpasta op het mondstuk worden geplaatst. De Y-borstel kan vervolgens als een bitje om de tanden geplaatst worden. Zodra de motor aanstaat, maak je vijf seconden lang kauwbewegingen. Herhaal het proces hierna en plaats de borstel nu omgedraaid in de mond. Na het poetsen kan de borstel gewoon met water worden schoongespoeld. In onderstaande video is te zien hoe het apparaat precies functioneert.

Nog even wachten

Het product is vanaf april te koop voor 125 dollar (omgerekend ongeveer 109 euro).

Youtube video:


Bron: y-brush.com

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
tandenborstel - tandpasta

De hybride tandenborstel: het beste van twee werelden?

Voor mensen die niet kunnen kiezen tussen een handmatige of een elektrische tandenborstel, kan een hybride ontwerp dat beide combineert ideaal zijn. De vraag is echter, hoe effectief is dit product in het verminderen van tandplak in vergelijking met een normale elektrische tandenborstel? Hoe gebruiksvriendelijk is het? Onder leiding van Dr. Klonowicz uit Gdansk, Polen, werd dit onderzocht.

Opties tijdens het poetsen

De onderzoekers geven aan dat de hybride tandenborstels aanvankelijk bedoeld waren voor orthodontische patiënten en personen met beperkte motoriek. De tandenborstel bevat zowel handmatige, aangedreven sonische, en een combinatie modus.

Onderzoek

Voor het onderzoek werden 66 deelnemers met minstens 20 natuurlijke tanden gerekruteerd. Zij waren tussen de 18 en 70 jaar en hadden nog nooit een elektrische tandenborstel gebruikt. De Elgydium Clinic/Inava Hybrid tandenborstel werd hiervoor vergeleken met de Oral-B Vitality 2D Sensitive Clean.

Positief resultaat

De resultaten van deze eenmalige gebruiksstudie zijn positief. Indien deze hybride tandenborstel wordt gebruikt in de combinatie modus, is deze even goed is in het verwijderen van tandplak als een normale elektrische tandenborstel.

Voordelen

De voordelen van de hybride tandenborstel zijn het gebrek aan een omvangrijke elektrische basis en het relatief lichte gewicht, wat nuttig kan zijn voor kinderen of ouderen. Tevens is de borstel zacht en daardoor ook geschikt voor mensen met gevoelig tandvlees.

Wel merkten de onderzoekers op dat er langere termijn studies nodig zijn om meer te weten te komen over het effect van de hybride tandenborstel op tandvlees.

Nederland

De Elgydium Clinic/Inava Hybrid is ook in Nederland verkrijgbaar.

Bron:
bmcoralhealth.biomedcentral.com

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Tandenborstel

Uit elkaar staande borstelharen betere indicatie voor vervangen tandenborstel dan leeftijd van borstel

Vertelt u uw patiënten wanneer ze hun tandenborstels moeten vervangen? Onderzoek bestudeerde de relatie tussen tandenborstelslijtage en plaquescores. Hieruit volgde het afraden van de gewoonte om tandenborstelslijtage gelijk te stellen aan de leeftijd van een tandenborstel.

Slijtage en plaque

De onderzoekers bestudeerden de slijtage van tandenborstels na drie maanden gebruik in relatie tot het plaqueniveau bij deelnemers aan de studies. Er werd een significante relatie tussen grotere slijtage en hogere plaquescores gevonden. “Tandenborstels met extreme slijtage zijn minder effectief dan die met geen of lichte slijtage”, schreven ze.

Variatie in vervangen

De tijd die het duurt voordat tandenborstels worden vervangen varieert en lijkt niet gebaseerd te zijn op wetenschappelijk bewijs. Eerdere, kleinere studies brachten al voort dat tandenborstelhaartjes die uit elkaar staan een permanente kromming ontwikkelen. De verschillen in slijtage worden veroorzaakt door tandenpoets-technieken en de kracht waarmee dit wordt gedaan.

De deelnemers

Deelnemers werden gevraagd om twee keer per dag twee minuten hun tanden te poetsen volgens de Bass-methode. Zij werden voorzien van een fluoride-dentifrice en tandenborstel, mochten geen andere tandheelkundige producten gebruiken, en werden gevraagd om twee tot drie uur vóór controles te poetsen.

Follow-up

Elke drie maanden werd een follow-up gedaan, waarna de gebruikte tandenborstels ingeleverd werden voor een nieuwe. Ook ondergingen deelnemers een plaque score beoordeling op basis van de aangepaste Quigley Hein plaque-index. De slijtage van elke tandenborstel werd beoordeeld via een vijfpuntenschaal.

Leeftijd niet doorslaggevend

De onderzoekers vonden een significante maar zwak positieve correlatie tussen de slijtage- en plaque scores. “Met betrekking tot de doeltreffendheid van tandenpoetsen, lijkt het erop dat de leeftijd van een tandenborstel niet de factor voor vervanging moet zijn,” schreven zij. “In plaats daarvan blijkt het niveau van slijtage meer van belang.”

Advies

Ondanks verschillende studielimieten die de uitkomst van het onderzoek beperken tot specifieke types tandenborstel, kan er geadviseerd worden om de tandenborstel al eerder te vervangen dan gedacht.

“Uit elkaar staande borstelharen geven aan dat het tijd is om de tandenborstel te verwisselen,” luidt de conclusie.

 

Deze studie werd gepubliceerd in het International Journal of Dental Hygiene op 16 oktober, 2018, en werd geleid door M.P.C. van leeuwen van de afdeling parodontologie van het Academisch Centrum voor Tandheelkunde Amsterdam.

Bron:
Onlinelibrary.wiley.com

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
Dental Hygienist Awards 2019

Dental Hygienist Awards 2019

In augustus 2019 is het weer zo ver: de Dental Hygienist Awards uitreiking. De uitreiking is bedoeld om mondhygiënisten te erkennen die een belangrijke bijdrage hebben geleverd aan de wetenschap of binnen de gemeenschap.

Uitreiking

De uitreiking wordt georganiseerd door de Sunstar Foundation en vindt iedere twee jaar plaats. Dit jaar worden de awards uitgereikt tijdens het International Symposium on Dental Hygiene (ISDH) in Brisbane, Australië.

Open voor iedereen

Zowel professionals als studenten kunnen meedoen binnen de twee categorieën: onderzoek en project/activiteit.

Bron:
Sunstar Foundation

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z