Röntgendiagnostiek in het paroprotocol

Voor een goede behandeling van parodontitis patiënten is gedurende het protocol, naast gedegen klinisch onderzoek, ook nauwkeurig röntgendiagnostiek onmisbaar. Tips voor het stellen van een betere diagnose en prognose.

Een verslag van Lieneke Steverink-Jorna over de workshop van drs. Huffels tijdens de Cursus van Quality Practice Mondhygiëne.

DPSI bepaling in relatie met röntgen

Bij het bepalen van de DPSI is het van belang onderscheid te maken tussen ‘echte’ pockets en ‘pseudo’pockets. Bij een ‘echte’ pocket is sprake van klinisch aanhechtingsverlies; waarbij de punt van de pocketsonde apicaal van de glazuurcementgrens (GC-grens) komt te liggen. Bij ‘pseudo’pockets ligt de punt van de pocketsonde op of coronair van de GC-grens. De GC-grens is bij een ‘echte’pocket met een fors gezwollen gingiva soms lastig te traceren. Een goed ontwikkeld tactiel gevoel tijdens het sonderen is noodzakelijk en kan door veelvuldig oefenen worden verkregen.

Bij voldoende subgingivale sondeer oefening kan men het onderscheid maken tussen bijvoorbeeld: 

  • Glazuurcementgrens (GC-grens)
  • Tandsteen
  • Een restauratierand
  • Cariës

Dit onderscheid kan nog beter worden gemaakt door tijdens het klinisch onderzoek gebruik te maken van röntgenfoto’s; in het bijzonder (vertikale) BW’s.

Vertikale BW’s zijn geïndiceerd bij een DPSI 3- (met aanhechtingsverlies) en hoger. Bij een DPSI 3- met aanhechtingsverlies vindt men de volgende klinische kenmerken:

  • (bloedende) pockets van 4-5 mm
  • geen recessie boven de gemeten pocket
  • punt van de pocketsonde ligt apicaal van de GC-grens

In dit beginstadium van parodontitis (verdiepte pocket van 4-5 mm. met aanhechtingsverlies) zal bij een verhoogde ontstekingsgraad in de pocket, het corticaal bot van de botcrista als eerste worden aangetast. Het verdwijnen/vervagen van het corticale bot, zal afhankelijk van de kwaliteit van de opname zichtbaar gaan worden op (vertikale) BW’s en solo-opnamen en kan alleen interdentaal en/of interradiculair worden waargenomen. De gemiddelde afstand van 2 mm. tussen de GC-grens en de botcrista (intacte situatie) ziet men toenemen.

Door de overprojectie is het interpreteren van botafbraak linguaal/palatinaal of vestibulair van een element onbetrouwbaar op BW’s en solo-opnamen. Bij het vroegtijdig diagnosticeren van parodontitis is het dus van belang dat u bij kinderen bovenstaande klinische en röntgenologische kenmerken tijdens de periodieke controles waarneemt.

Röntgenfoto’s interpreteren
Voor een optimale interpretatie van röntgenfoto’s is voldoende anatomiekennis, kennis over de kwaliteit van de röntgenopnames en 3D-inzicht onontbeerlijk.

Anatomiekennis
Bij voldoende anatomiekennis kan men bij het waarnemen van botafbraak op een röntgenopname het onderscheid maken tussen het daadwerkelijke botniveau of een anatomische lijn (bijvoorbeeld de onderbegrensing van het jukboog vaak zichtbaar op een solo-opname van de bovenmolaren).

Kwaliteit röntgenopname
Bij voldoende kennis over de röntgenopname kwaliteit (juiste verticale en horizontale inschietrichting, juiste centrering van de elementen op de röntgenopname, juist contrast) bent u beter in staat om de bruikbaarheid van de röntgenopname in te schatten voor uw diagnostiek. (bijvoorbeeld bij een duidelijk waarneembaar occlusaal vlak of een botniveau coronair afgebeeld ten opzichte van de GC-grens, maakt u duidelijk dat de röntgenopname te steil is ingeschoten; want bij een juist ingeschoten röntgenopname worden de knobbels van (pre-)molaren overlappend afgebeeld en dient het bot gemiddeld 2 mm. (intact bot) of meer (botafbraak) apicaal van de GC-grens te liggen).

Het beoordelen van solo opnamen met een verkeerd gekozen verticale en/of horizontale inschietrichting kunnen op basis van de parodontale diagnostiek de volgende interpretatieproblemen opleveren:

  • een moeilijker interpreteerbaar botniveau
  • een onjuiste inschatting van de hoogte van de wortelstam bij meer wortelige elementen
  • een onjuiste inschatting van de wortellengtes

3D-inzicht
Bij voldoende 3D-inzicht bent u in staat om van een 2D-opname (BW, solo-opname) in combinatie met de klinische waarnemingen (parodontiumstatus) een 3D-beeld te vormen over het verloop van de botafbraak (bijvoorbeeld een doorlopend angulair botdefect van vestibulair naar approximaal).

Tijdens de lezing gaf de heer Huffels enkele nuttige tips voor het interpreteren van röntgenfoto’s.

De wortelstam
Het röntgenologisch inschatten van de hoogte van de wortelstam bij meer wortelige elementen (afstand tussen GC-grens en het furkatiedak) kan handig zijn tijdens het subgingivaal pockets meten en/of reinigen. Afhankelijk van de hoogte van de wortelstam kan men beter inschatten of men een furkatieingang gaat tegenkomen of niet. De volgende regel kan men daarbij gebruiken:
hoe groter de wortelspreiding hoe korter de wortelstam.

Wortelspreiding
Het juist interpreteren van de wortelspreiding is tijdens het uitvoeren van het paro-protocol essentieel; want de mate van wortel spreiding geeft u info over:

  • de moeilijkheidsgraad van de (subgingivale) gebitsreiniging
  • het maken van een juiste keuze voor de interdentale hulpmiddelen tijdens de instructie mondhygiëne
  • de prognose van elementen (bijvoorbeeld elementen met weinig of geen wortelspreiding tonen vaak diepe wortelgroeven waar uiterst moeilijk kan worden gereinigd, dit maakt de prognose van het element vaak negatiever)

Wortellengte
Het juist interpreteren van de wortellengtes op solo-opnamen is essentieel in de parodontale diagnostiek, dit om een juiste algemene diagnose te kunnen stellen en om de mate van botafbraak (de ernst) goed te kunnen inschatten.

Wortelcontouren
Radices met (diepe) wortelgroeven hebben vaak een 8-vormige of niervormige doorsnede. In deze situatie worden er afhankelijk van de inschietrichting vaak dubbele wortelcontouren afgebeeld aan één zijde van een radix. Bij het waarnemen van een toenemende afstand tussen de wortelcontouren aan één zijde van de radix in apicale richting, heeft men vaak te maken met een diepe wortelgroeve of zelfs een wortelsplitsing. Naast het juist interpreteren van de wortelcontouren kan ook het verloop van het pulpakanaal behulpzaam zijn bij het bepalen van een (diepe)wortelgroeve of wortelsplitsing. Wanneer men bij het waarnemen van een solo-opname het pulpakanaal ziet vervagen of verdwijnen heeft men doorgaans te maken met een splitsing van het kanaal. Op dit niveau ontstaat aan de buitencontour van de radix een wortelgroeve die verder naar apicaal verdiept of soms zelfs splitst.

Het waarnemen van dubbele wortelcontouren op röntgenopnames is van belang, omdat dit de moeilijkheidsgraad van de (sub)gingivale gebitsreiniging kan verhogen en u een betere instructie kunt geven over de te gebruiken interdentale hulpmiddelen tijdens de mondhygiëne-instructie.

Röntgendiagnostiek is onlosmakelijk verbonden met het klinisch onderzoek
De basis van uw parodontaal onderzoek bestaat uit een klinisch onderzoek (parodontiumstatus) en een röntgenonderzoek. Beide onderzoeken zijn noodzakelijk om alle onderdelen van het paroprotocol (intake, initiële behandeling, herbeoordeling, chirurgie/implantologie en nazorg) optimaal te kunnen uitvoeren. Maar röntgenfoto’s geven niet alle noodzakelijke info; vooral de 2D röntgenopname heeft zijn beperkingen. Zo moet er al fors interdentaal botafbraak (30% of meer) hebben plaatsgevonden voordat wij met het blote oog iets kunnen waarnemen op een röntgenopname gemaakt in een bepaalde inschietrichting. Dit is ook het geval bij het waarnemen van peri-apicale ontstekingen (primair endoprobleem of een endo-paro probleem). Ook het niveau van over geprojecteerd bot over radices is op 2D röntgenopnamen onbetrouwbaar!

3D röntgenopnamen kunnen in de nabije toekomst uitkomst bieden en een betrouwbaarder beeld geven over de botafbraak (type en ernst).

Nascholing is belangrijk
De heer Huffels gaf gedurende de presentatie aan dat het de taak van de tandarts is om tijdens de intake de röntgenfoto’s te beoordelen en te bespreken met de patiënt. Die eindverantwoordelijkheid ligt niet bij de mondhygiënist. Toch moet de mondhygiënist de tandarts vaak uitleggen hoe de vork aan de steel zit, volgens toehoorders uit de zaal. Na afloop van de presentatie zei de heer Huffels dat in het kader van een juiste röntgeninterpretatie op parodontaal gebied, een aantal tandartsen nascholing zouden moeten volgen over dit onderwerp. Ik kan dit van harte aanbevelen, want tijdens de workshop kregen we vooral veel verhelderende dia’s met röntgenfoto’s te zien en…… die moet u gewoon gezien hebben!

Drs. R.A.M. Huffels is tandarts en werkzaam op de afdeling Conserverende en Preventieve Tandheelkunde, sectie Parodontologie en Orale Biochemie van ACTA.

Verslag door Lieneke Steverink-Jorna voor dental INFO van de cursus van Quality Practice Mondhygiëne.

Lees meer over: Parodontologie, Thema A-Z
winnaar NVT

Suzette van der Waal winnaar NVT WTA Hamer Duyvenszprijs 2015

De NVT WTA commissie kent eenmaal per jaar, onder auspiciën van de Nederlandse Vereniging van Tandartsen een wetenschappelijke onderscheiding toe aan het tandheelkundig proefschrift dat door de NVT WTA leescommissie als beste van dat jaar is beoordeeld. Deze onderscheiding draagt de naam NVT WTA-Hamer Duyvenszprijs, zo genoemd omdat in het verleden de prijs mede werd gefinancierd vanuit legaten van de toenmalige tandartsen Hamer en Duyvensz.

De NVT WTA Hamer Duyvenszprijs is tijdens de NVT Ledenavond op maandag 9 november 2015 uitgereikt aan Dr. Suzette V. van der Waal voor haar proefschrift:

A new strategy in root canal therapy
There is a lot going on in endodontic disinfection

Dr. Suzette V. van der Waal heeft haar onderzoek verricht aan de Universiteit van Amsterdam en ACTA, afdelingen Cariologie, Endodontologie & Pedodontologie en Preventieve Tandheelkunde. Haar promotores waren: Prof.dr. P.R. Wesselink en Prof.dr. W. Crielaard.

Relevantie voor tandarts algemeen practicus
Van der Waal ontving deze prijs vanwege de relevantie van het onderwerp voor de tandarts algemeen practicus.

Nieuwe methode voor desintectie van geïnfecteerde wortelkanalen
Het doel van het onderzoek was de ontwikkeling van een nieuwe methode voor desinfectie van geïnfecteerde wortelkanalen. Er werd een model ontwikkeld waarin het mogelijk was de bacteriële biofilm te bestuderen en kanaalirrigatie middelen zoals natriumhypochloride en calciumhydroxide te bestuderen op hun effectiviteit. Door middel van diffusie en osmose dringt het desinfectans door tot de biofilm en de bacteriën daarin. Dit leidt slechts traag tot celdood.

Daarom werden andere stressfactoren voor de bacteriën aan het desinfectans toegevoegd, zoals ook in de voedselindustrie gebeurt om eten langer vers te houden. Kaliumsorbaat, natriumchloride, tezamen “aangepaste zoutoplossing MSS” genoemd. In vitro werden wortelkanalen geïnfecteerd en vervolgens werd een desinfectans aangebracht te weten hypochloriet, hypochloriet met MSS en calciumhydroxid.

Hypochloriet met MSS bleek het meest effectief. Vervolgens werden hypochloriet concentratie en pH getest van oplossingen verkrijgbaar in de supermarkt of in een Dental Depot. Beide zijn effectief en 5 maanden houdbaar, hoewel de supermarkt oplossing met hypochloriet nogal varieerden in hun concentratie vrij chloor.

Vervolgens richt het proefschrift zich op calciumhydroxide dat ondanks zijn hoge PH, ook niet in combinatie met hypochloriet een weinig effectief middel is om bacteriën in een wortelkanaal biofilm te doden. Bovendien heeft Ca(OH)2 geen gunstige invloed op de genezing van de parodontitis apicalis.

Conclusies

De conclusies uit het proefschrift zijn van belang voor de tandarts algemeen practicus.

  • De zoutoplossing MSS lijkt veilig en draagt bij, samen met hypochloriet, tot een effectieve desinfectie van geïnfecteerde wortelkanalen.
  • De concentratie natriumhypochloride kan fors afwijken van de informatie op de verpakking, bij supermarkt verpakkingen meer dan bij de 2% hypochloriet verpakking van een Dental Depot.
  • CA(OH)2 kan bacteriën in biofilms niet elimineren.

Uitgangspunten NVT – WTA Hamer Duyvenszprijs
De promovendus heeft zijn/haar wetenschappelijke arbeid gepubliceerd in een proefschrift en heeft deze dissertatie met succes verdedigd in een Nederlandse Universiteit. De promovendus moet als tandarts ingeschreven staan in het BIG-register.

Het onderwerp van de dissertatie moet (klinisch)tandheelkundig van aard zijn of te maken hebben met een randgebied van de tandheelkunde en moet bij voorkeur relevant zijn voor de tandarts algemeen practicus.

 

Lees meer over: Actueel, Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z

Patiënt op drugs testen bij de tandarts?

Volgens nieuw onderzoek zouden patiënten bij een tandartsbezoek op drugs moeten worden getest. Drugsgebruik kan namelijk een negatieve invloed hebben op de mond- en algemene gezondheid.

Onderzoek
Dit blijkt uit onderzoek van de Colombia University in Amerika. 1802 tandartsen hebben een survey ingevuld. Hieruit blijkt dat 77% van de Amerikaanse tandartsen patiënten op illegale drugs of geneesmiddelen test. Meer dan de helft van de tandartsen (54%) vindt dat zij verantwoordelijk zijn voor het testen van drugsgebruik. Met name jongere tandartsen zijn hier voorstander van.
Drugs
Een tandarts kan een drugsgebruiker soms snel identificeren. Bijvoorbeeld als een patiënt methamfetamine gebruikt, kan er sprake zijn van tandbederf en tandvleesontsteking. Deze patiënten komen dan ook vaak naar de tandarts voor een cosmetische behandeling.

Rol van de tandarts
Volgens de onderzoekers moeten tandartsen leren signalen op te pakken van illegaal drugs- of geneesmiddelengebruik. Hiervoor is open communicatie tussen de tandarts en patiënt belangrijk. Tandartsen kunnen vervolgens de patiënt doorverwijzen voor behandeling en eventueel aanmoedigen om het drugsgebruik te stoppen.

Bron: Colombia University, Amerika mailman.columbia.edu

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
Nog geen sugar tax voor Engeland

Nog geen sugar tax voor Engeland

Jamie Oliver heeft onthuld dat, hoe graag hij dat ook zou willen, de Britse overheid op korte termijn nog niet met een belasting komt voor suikergebruik.

Suiker belasting
Jamie Oliver, wereldberoemde chef kok, was verwikkeld in discussies met het gezondheidscommité van het Britse parlement, waarin hij naar eigen woorden een ‘vaderfiguur’ vertegenwoordigde. Wat Oliver aangaf vooral van het parlement te willen, is duidelijkheid. Door duidelijke, en vooral ook eerlijke, informatie te verstrekken aan de Britse bevolking, zijn zij ook in staat om zelf een goede mening te vormen, en een beeld te krijgen van de situatie wat betreft de suiker belasting. Volgens Oliver gebeurt dit op dit moment niet.

Nationale gezondheid
Oliver geeft aan zich zeer betrokken te voelen tot Britse ouders en iedereen die te maken heeft met de nationale gezondheid. Deze gezondheid is volgens hem een van de belangrijkste dingen waar de overheid zo hard mogelijk voor moet vechten. Een van de dingen die hierin moet gebeuren is, volgens Oliver, het invoeren van de zogenaamde sugar taks. Dit zou met name een deel van de oplossing voor obesitas bij kinderen kunnen zijn. ‘Zoiets als een belasting is het enige wat hier tegen kan helpen.’

Bron: Dentistry 

Lees meer over: Actueel, Ondernemen, Thema A-Z, Wet- en regelgeving

Advanced Dental neemt Plandent Connect over

Dentaal freescentrum Advanced Dental heeft per 1 november Plandent Connect overgenomen. Plandent Connect gaat verder onder de naam Advanced Dental en is ook fysiek naar Veenendaal verhuisd, de locatie van Advanced Dental.

Visie
Volgens de heer Hotter, directeur van Advanced Dental, past de overname van Plandent Connect perfect bij de visie van Advanced Dental. Hij zegt daarover: “Wij stellen tandprothetici, laboratoria en daarmee ook tandartsen in staat om patiënten op het gebied van tandtechniek de beste oplossingen te bieden. Met het samenvoegen van de jarenlange ervaring, geavanceerde techniek, vakmanschap en persoonlijke betrokkenheid van beide bedrijven geven we hieraan een nog betere invulling.”

Gespecialiseerd in frezen
Advanced Dental is gespecialiseerd in het frezen van alle daartoe geëigende en voor tandheelkundige toepassingen beschikbare materialen en producten. Daaronder titanium Grade 5 steggen (ELI 23) voor alle merkenplatforms, zirkonium structuren voor kroon- en brugwerk, zirkonium etsbruggen, individuele titanium abutments op implantaten en e.max CAD kronen. Advanced Dental maakt daarvoor onder meer gebruik van de meest moderne volledig geautomatiseerde 5-assige DMG/Mori Seiki-freesmachines, gekoppeld aan 3D Imetric witlicht- en 3SHAPE-scanners.


Lees meer over: Actueel, Bedrijven, Praktijkorganisatie, Thema A-Z
Diabetes

Donderdag 14 november Wereld Diabetes Dag

Donderdag 14 november is het Wereld Diabetes Dag. Er wordt dan wereldwijd aandacht gevraagd voor diabetes. Mensen met diabetes hebben ook vaak problemen met hun tanden en tandvlees.

Ontdekking insuline
Wereld Diabetes Dag wordt elk jaar gevierd ter gelegenheid van de geboortedag van de onderzoeker die insuline ontdekte in 1922. Dankzij deze ontdekking is diabetes geen dodelijke ziekte meer.

Geld inzamelen
Door heel Nederland worden vele acties gevoerd om geld in te zamelen voor onderzoek naar diabetes. Zo houden basisscholen flesseninzamelingsacties en staan er in veel kantines op de toonbank een collectebus.

Bron:
Diabetesfonds

Lees meer over: Actueel, Diagnostiek, Thema A-Z

NZa en IGZ beginnen declaratieonderzoek bij tandartspraktijk

De NZa maakte bekend samen met de IGZ een onderzoek te zijn gestart bij een tandartspraktijk. De toezichthouders bekijken de administratie van de praktijk en checken deze op het indienen van foute declaraties, zegt Jeroen Weijers van de NZa. De eerdere conclusies van de IGZ bij deze mondzorgpraktijk zijn aanleiding voor het onderzoek. De naam van de praktijk is door de NZa en IGZ niet bekend gemaakt.


Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z

Tandarts en mondhygiënist op nummer 1 in lijst van beroepen slechtst voor gezondheid

Sommige banen brengen meer gezondheidsrisico’s met zich mee dan andere. Het beroep van tandarts, mondhygiënist en assistent staat op de eerste plaats in de lijst van 27 beroepen met de hoogste kans op gezondheidsrisico’s. Business Insider UK maakte een overzicht van de meest risicovolle beroepen in Amerika aan de hand van de gegevens van the Occupational Network, een database van the US Department of Labor.

Alle beroepen werden onderzocht op zes gezondheidsrisico’s: blootstelling aan gevaarlijke stoffen, ziekten en infecties, gevaarlijke omstandigheden, straling, risico op brandwonden, snijwonden, beten en steken en de tijd die zittend wordt doorgebracht. De risico’s werden ingeschat op een schaal van 0 tot 100: hoe hoger de score, hoe groter het gezondheidsrisico.

Top 5 beroepen slechtst voor gezondheid

1. Mondzorgprofessionals: Tandartsen, mondhygiënisten, kaakchirurgen, assistenten, tandprotetici en tandtechniekers
Overall score op ongezondheid: 65,4 met als top drie risico’s:

– Blootstelling aan gevaarlijke stoffen: 84
– Blootstelling aan ziekten en infecties: 75
– Tijd die zittend wordt doorgebracht: 67

2. Stewardessen
3. Anesthesisten en anesthesist assistenten
4. Dierenartsen en assistenten
5. Podologen

Lees meer over: Ergonomie, Thema A-Z

Onderzoekers ontwikkelen antimicrobieel plastic voor 3D implantaten

De ontwikkelingen op het gebied van  3D printing gaan snel. Andreas Hermann en zijn team van de Universiteit van Groningen ontwikkelden een antimicrobieel plastic waarmee 3D implantaten geprint kunnen worden die bacteriën doden.
Het team voegde antimicrobiële quaternaire ammoniumzouten toe aan bestaande materialen die voor implantaten gebruikt worden. Het materiaal met de zouten kan bacteriën doden wanneer deze ermee in contact komen zonder dat dit schadelijk is voor menselijke cellen, zegt Hermann tegen de New Scientist. Het onderzoek is gepubliceerd in het vakblad Advanced Functional Materials.

Resultaat
De onderzoekers stelden vast dat het nieuwe materiaal meer dan 99 procent van de bacteriën doodde vergeleken met een uitkomst van minder dan 1 procent bij een implantaat zonder de toegevoegde zouten.

Verder onderzoek
Verder onderzoek is nodig voordat het materiaal bij patiënten kan worden gebruikt omdat het team de monsters gedurende slechts zes dagen testte. In het vervolgonderzoek zal ook de wisselwerking met tandpasta onderzocht worden en de sterkte van het materiaal voor gebruik als dentaal implantaat.

Bron:
Advanced Functional Materials
The New Scientist

Lees meer over: Implantologie, Kennis, Onderzoek, Thema A-Z

Aantal medewerkers bij IGZ sterk gegroeit

Het aantal fte’s bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) is sinds 2010 met 36 procent gestegen, naar 536 in 2014. Dit blijkt uit een brief van minister Schippers aan de vaste Kamercommissie, meldt Medisch Contact.

Het kabinet legde in het regeerakkoord in 2010 vast dat de inspectie vanaf 2012 10 miljoen extra zou ontvangen. De inspectie kreeg echter al 4 miljoen extra in 2011 waarmee het aantal fte’s kon worden uitgebreid van 393 in 2010 naar 536 in 2014.

De groep inspecteurs en ondersteuners is het grootste onderdeel van de IGZ met 326 fte. Het hardst groeide de strategisch staf met de afdelingen beleids- en bestuursondersteuning, juridische zaken en communicatie, naar 52 fte.

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z

Grootste afknapper: slechte adem

Een slechte adem is een grote afknapper bij een eerste date. Dit blijkt uit een onderzoek van de British Dental Health Foundation.

Onderzoek
2000 Britten hebben een survey ingevuld waaruit blijkt dat slechte adem (34%), zweetlucht (34%), gele tanden (7%), gezichtshaar (6%) en tegengestelde politieke overtuigingen (5%) de top 5 vormen van de grootste afknappers bij een eerste date. Eerder onderzoek heeft al aangetoond dat meer dan de helft zich ergert aan een date met slechte, scheve en/of ontbrekende tanden.

Slechte adem
Slechte adem kan verschillende oorzaken hebben. Zo kan slechte adem het gevolg zijn van het eten, het drinken van alcohol of roken. Daarnaast kan slechte adem ook worden veroorzaakt door onvoldoende afsluiting van de maag. Maar meestal komt het door een ophoping van bacteriën door slechte mondhygiëne.

Bron: Dentistry.co.uk

Lees meer over: Halitose (slechte adem), Mondhygiëne, Thema A-Z

Brochure veilig werken met straling

De Inspectie SZW heeft de digitale publicatie ‘U werkt veilig met straling. Weet u dat zeker?’ uitgebracht. Daarin staat kort en bondig hoe u de risico’s van werken met straling kunt voorkomen of beperken.

Lees meer over: Röntgen | Digitale tandheelkunde, Thema A-Z

Lippen als kunstwerk

Het lijkt erop alsof visagist Ryan Kelly genoeg heeft van rood gestifte lippen, want hij kwam met iets heel anders: de mond als volledig kunstwerk.

Op Ryan Kelly’s Instagram zijn regelmatig foto’s te vinden van lippen die op de meest kunstige manieren zijn opgemaakt. Kersen, Hello Kitty of ingenieuze patroontjes… niets lijkt te lastig. Het delen van deze foto’s heeft de visagist al vele volgers opgeleverd.


Bron: Instagram 

Lees meer over: Opmerkelijk, Thema A-Z
Invloed borstvoeding op de stand van de tanden

Invloed borstvoeding op de stand van de tanden

Langdurige borstvoeding vermindert de kans op scheve tanden bij kinderen. Dit blijkt uit onderzoek gepubliceerd in de Journal Pediatrics.

Onderzoek
Australische en Braziliaanse wetenschappers hebben onderzocht hoe borstvoeding invloed kan hebben op de positie van de tanden. 1303 kinderen van vijf jaar oud hebben mee gedaan het onderzoek. Naast de stand van de tanden, is onderzocht hoe lang de kinderen in hun eerste levensjaar borstvoeding hebben gekregen. Het blijkt dat bij kinderen die alleen maar borstvoeding hebben gekregen tot de leeftijd van zes maanden, de kans op scheve tanden 41 procent kleiner is in vergelijking met kinderen die nooit borstvoeding hebben gekregen. Als een kind langer dan zes maanden borstvoeding krijgt, vermindert de kans zelfs met 72 procent. Aanvullende voeding en het gebruik van een fopspeen, ook in combinatie met borstvoeding, verhogen weer het risico op scheve tanden.

Overbeet en open beet
Kinderen die langer dan 6 maanden alleen borstvoeding hebben gekregen, hebben 33 procent minder kans hebben op een open beet. Tevens hebben zij ook een kleinere kans op een overbeet.

Bron: Pediatrics

Lees meer over: Kennis, Onderzoek, Voeding en mondgezondheid

Knieprothese geïnfecteerd door flossen

Een 65-jarige vrouw uit de Verenigde Staten heeft een infectie opgelopen aan haar knieprothese, en niet zomaar. Hoogstwaarschijnlijk werd deze infectie veroorzaakt door haar krachtige flos regime.

Streptococcus gordonii
De vrouw ging naar het ziekenhuis met een ongelooflijk opgezwollen knie, die bleek te zijn geïnfecteerd met Streptococcus gordonii: een bacterie die normaal gesproken alleen voorkomt in de mond. Pas nadat de vrouw meldde dat ze regelmatig floste, met soms bloedend tandvlees als gevolg, konden de doctoren tot een conclusie komen.
Waarschijnlijk is de bacterie door het bloedende tandvlees in de bloedstroom geraakt en zo in de knie aangekomen. Goed nieuws voor de vrouw is dat de knie ontsteking is opgelost. Slecht nieuws is helaas dat om het risico op herhaling te minimaliseren ze de rest van haar leven antibiotica zal moeten slikken.

Zeldzaam
Volgens BMJ Case Reports is dit de eerste keer dat de streptococcus gordonii wordt gelinkt aan een prothetische infectie. Ala Dababneh, van de Mayo kliniek in Minnesota, vertelt daarom ook aan Live Science dat flossen echt niet per definitie gevaarlijk is en direct allerlei infecties zal veroorzaken. Het geval van de vrouw is zeldzaam.
Ook al is het algemeen bekend dat prothetische implantaten relatief gevoelig zijn voor infecties, aangezien het immuun systeem hier niet altijd goed mee om kan gaan, wordt de streptococcus grodonii slechts in 2% van alle ontstekingen in deze implantaten gevonden. Om deze reden benadrukken artsen dat het absoluut niet noodzakelijk is om te stoppen met flossen, indien in bezit van een prothese. Het risico om een mondontsteking op te lopen door niet te flossen is nog altijd hoger dan de kans op een prothese-infectie door wel te flossen.

Bron:
Science Alert
BMJ Case Reports 

Lees meer over: Opmerkelijk, Thema A-Z
Close-up of model teeth

Preventieve endodontologie: denken vanuit de weefsels

Preventieve endodontologie: Biologisch denken
In de tandheelkunde staan vaak de mechanische aspecten centraal, bijvoorbeeld bij het vervaardigen van een restauratie. Biologisch denken, wat hier lijnrecht tegenover staat, is net zo belangrijk of eigenlijk nog belangrijker. Veel problemen kunnen voorkomen worden door te denken vanuit de weefsels van de tand en dit is waar preventieve endodontologie voor staat. Histologie, fysiologie, pathologie en immunologie staan hierin centraal.

Dentine
In een tand bevindt zich een vaatzenuwstreng: bindweefsel dat in staat is tot een immuunrespons. De vaatzenuwstreng heeft uitlopers tot in dentine, dentine is dus vitaal weefsel. In dentine zijn tubuli aanwezig. Centraal (dicht bij de pulpa) zijn deze tubuli breder en in grotere getalen aanwezig dan perifeer.
Zolang een element vitaal is, vinden er veel veranderingen plaats in het dentine. Primair dentine wordt tijdens de ontwikkeling van het element gevormd. Vervolgens zorgt de vorming van secundair dentine ervoor dat de tubuli langer worden en dat de wortel zich afvormt. Peritubulair dentine zorgt voor het dichtslibben van de dentine tubuli en tertiar dentine – ook wel reparatief dentine genoemd – wordt gevormd als reactie op trauma.

Voordelen preventieve endodontologie
Preventieve endodontologie kent vele voordelen: het voorkomt overbehandeling, het kost minder tijd en geld, er is minder verlies aan tandweefsel en de vitaliteit kan behouden blijven waardoor het immuunrespons van de pulpa behouden blijft.
Dit laatste is erg belangrijk omdat het element beter bestand is tegen cariës wanneer het vitaal is. De aanwezigheid van cariogene bacteriën in het dentine zorgt namelijk voor een afweerreactie vanuit de pulpa. Indien het element niet meer vitaal is dan verliest het zijn capaciteit om bacteriën aan te pakken.

Trauma op jonge leeftijd
De leeftijd van een patiënt waarop een trauma plaatsvindt kan grote gevolgen hebben voor de prognose van het element. De prognose van een gecompliceerd fractuur (dus waarbij de pulpa is betrokken) bij iemand van 14 kan gunstiger zijn dan een ongecompliceerd fractuur bij iemand van 7 jaar. Dit heeft te maken met het volgende.
Bij de jongen van 14 met een gecompliceerd fractuur kan, na het verwijderen van de pulpahoorns (om verkleuring te voorkomen), vitrebond aangebracht worden en een restauratie vervaardigd worden. Vaak blijft het element vitaal. Het succespercentage van een pulpaoverkapping ligt op 93 % bij een jonge patiënt. Hoe jonger het element, hoe groter de kans van slagen. De prognose van de ongecompliceerde fractuur bij de jongen van 7 jaar kan slechter zijn. Dit komt namelijk omdat de tubuli nog wijd open liggen: er is nog geen secundair dentine gevormd en er is nog geen sprake van sclerosering. Ook is vaak de radix nog niet afgevormd. Het element zal altijd zwak blijven omdat de afvorming van de radix stopt.

Cariës
Tandglazuur zorgt voor een hermetische afsluiting van het vitale deel van het gebitselement. Wanneer het glazuur is aangetast, krijgen micro-organismen de kans om de pulpa te bereiken. De pulpa reageert op deze pathogene aanval met een immuunrespons: Nieuwe odontoblasten maken tertiair dentine aan en door demineralisatie van dentine komen er groeifactoren vrij. De pulpa is dus in staat zich te verdedigen tegen deze bacteriën en bacterie-producten. Echter, als het cariësproces niet gestopt wordt dan zal dit leiden tot pulpa necrose.
De vraag is dus wat de beste manier is om dit cariësproces te stoppen. De infectie door deze micro-organismen is vrij complex: actieve en inactieve processen liggen naast elkaar, het front van de infectie is niet gelijk aan het front van de demineralisatie en de activiteit van cariës is gelegen in een biofilm. Wat is nu de juiste behandeling?

Voorkomen endodontische behandeling
Wanneer het cariësproces zich heeft uitgebreid tot bij de pulpa dan moet er met enige voorzichtigheid gehandeld worden om een pulpa-exponatie tijdens het behandelen te voorkomen. Aan de ene kant moet er genoeg (geïnfecteerd) weefsel weggehaald worden om het cariësproces te stoppen en aan de andere kant moet voorkomen worden dat de pulpa wordt geraakt.

Hardheid en verkleuring
Hardheid van dentine is niet hetzelfde als infectie: hard dentine is in 64% van de gevallen steriel en zacht dentine in 23% van de gevallen. Ook verkleuring is niet gelijk aan infectie. Omdat centraal gelegen verkleurd dentine groeifactoren bevat, kan beter niet alles weggehaald worden.

Cariësindicator
Cariës indicator is niet betrouwbaar voor het verwijderen van geïnfecteerd dentine: alleen verweekt dentine wordt aangegeven door de kleur.

Stepwise excavation
Bij stepwise exvavation wordt er perifeer gereinigd en centraal niet. Op een later moment wordt de restauratie verwijderd en wordt er opnieuw geëxcaveerd. Het blijkt dat het dentine harder is dan voorheen. Dit is dus een goede manier op pulpa exponatie te voorkomen. Echter, na heropenen blijkt dat er in 17% van de gevallen alsnog exponatie optreedt.

Sealing
Er zijn een aantal studies bekend waarbij er een sealing op carieus dentine geplaatst werd. Het bleek dat de laesie zich zowel klinisch als radiologisch niet uitbreidt.

Indirect Pulp Therapy (IPT)
Deze methode heeft als doel het verwijderen van de biofilm. Eerst wordt de glazuurdentine grens geëxaveerd met als criterium hardheid, ook omdat de restauratie retentie moet hebben. Alleen centraal wordt de biofilm met een Prophybrush verwijderd. Daarna wordt er een hermetische afsluiting gemaakt. Volgens onderzoek ligt het succespercentage boven de 90%.

Indicatie IPT 

  1. De eerste stap is een diagnose van de pulpa stellen. Dit is echter niet mogelijk.
  2. Er moet geverifieerd worden of er inderdaad sprake is van reversibele pulpitis.
  3. De pulpa moet sensibel reageren: Er mag verhoogd worden gereageerd maar niet verlengd.
  4. Afwezigheid van percussie pijn.
  5. Afwezigheid van spontane pijn.

Protocol IPT

  1. Anesthesie geven en cofferdam aanbrengen.
  2. Zacht dentine op de glazuur-dentine grens moet verwijderd worden met een ronde boor in groen hoekstuk met waterkoeling. Er is genoeg weefsel verwijderd wanneer de glazuur-dentine grens hard voelt.
  3. Met een polijstborsteltje (Prophy-brush 2000rpm) met tandpasta wordt centraal gepolijst. Op deze manier wordt de biofilm verwijderd.
  4. Er wordt een glas-ionomeer-lining aangebracht op het dentine.
  5. Er wordt hermetisch afgesloten met een restauratie.

IPT kan worden toegepast in verschillende situaties:

  • Melkelement: hiermee wordt voorkomen dat een melkkies vroegtijdig geëxtraheerd moet worden.
  • Lekkende restauratie bij een element met niet afgevormde wortels. Hiermee kan een lastige endodontische behandeling voorkomen worden. Wanneer de wortels uiteindelijk afgevormd zijn dan is dit het ultieme bewijs van vitaliteit.
  • Oudere patiënt, om endodontische behandeling te voorkomen.

Conclusie

  • Probeer niet alleen mechanisch maar ook biologisch te denken.
  • Streef naar behoud van pulpa-vitaliteit.
  • Bij jonge patiënten moet het doel ‘behoud van afvorming van de radices’ zijn.

Jenneke de Jong is tandarts-endodontoloog en huidig voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Endodontologie. Ze is werkzaam in een praktijk voor endodontologie en parttime medewerker bij de het Centrum voor Tandheelkudne en Mondzorgkunde van het UMC Groningen. Daar is ze betrokken bij het klinisch en pre-klinisch onderwijs op het gebied van de endodontologie.

Verslag door Marieke Filius, onderzoeker bij de afdeling MKA-chirurgie, UMCG, voor dental INFO van het congres De tand in al z’n facetten, georganiseerd door NVT – NVvE – NVVRT – NVvK – VvO – NVMKA – RTV – NVM 

Lees meer over: Congresverslagen, Endodontie, Kennis, Thema A-Z

Groei wereldwijde orthodontiemarkt

De wereldwijde markt voor orthodontie staat aan het begin van grote groei. De verwachtingen zijn om in 2020 een omzet te behalen van bijna 4 miljard dollar, wat een constante groei van 6,9% gedurende deze periode zal betekenen.

Meer orthodontie in Azië en Zuid-Amerika
Voornamelijk in Azië en Zuid-Amerika wordt grote groei verwacht. Reden voor dit is dat in ontwikkelingslanden veel meer gebitsproblemen voorkomen, gezien de vaak geringe mondzorg. Daarnaast helpen ook technologische verbeteringen en met name de groeiende economie in landen zoals India, China en Brazilië mee met de enorme groei in vraag naar orthodontie. Verwacht is dat vaste beugels het grootste aandeel hierin zullen gaan leveren

Vier regio’s
In het onderzoek werd de wereldwijde markt voor orthodontie geclassificeerd in vier regio’s, namelijk Noord-Amerika, Europa, Azië-Pacific en de RoW – de rest van de wereld. Daarnaast is de markt ook geanalyseerd op nationaal niveau. Op dit moment is de markt het grootst in Noord-Amerika, gevolgd door Europa. Ondanks de groei in opkomst in Azië-Pacific zal dit hoogstwaarschijnlijk ook zo blijven.

Bron: Reportlinker.com

Lees meer over: Actueel, Kennis, Onderzoek, Thema A-Z

Orthodontische spalken bevatten te veel nikkel

Nikkelvrije spalken in de orthodontie bevatten wel nikkel. Dat concludeert Ana Milheiro van het ACTA in haar proefschrift. Er komt uit orthodontische spalken zelfs meer nikkel vrij dan toegestaan voor blootstelling aan de huid volgens de EU-richtlijnen. Er zijn nog geen EU-richtlijnen voor nikkel in de mond.

Metaalvrije alternatieven
Milheiro onderzocht de hoeveelheid metaaldelen in orthodontische materialen. De metaaldeeltjes kunnen via de mond in het lichaam komen en zo cellen beschadigen. Dit kan leiden tot allergische reacties. Voor orthodontische spalke zijn nog geen nikkelvrije alternatieven beschikbaar. Een mogelijk alternatief is een vezel-versterkt-kunststof composief, maar volgens Milheiro is dit materiaal onbetrouwbaar. De onderzoekster pleit daarom voor verder onderzoek naar metaalvrije alternatieven.

Promotie
27 november 2015, Aula van de UvA, Amsterdam.

Lees meer over: Orthodontie, Thema A-Z
Pillen

Medicatie in de tandartspraktijk: wat, wanneer en hoe voor te schrijven?

Als er medicatie in de tandheelkundige praktijk wordt voorgeschreven betreft dat meestal pijn- of infectiebestrijding. Waar moet u rekening mee houden bij het voorschrijven en welke medicatie wordt geadviseerd?

Verslag van de lezing van dr. Stegenga, staflid afdeling MKA-chirurgie UMCG.

Farmacotherapie
Het voorschrijven van medicatie in de tandheelkundige praktijk dient in de meeste gevallen als ondersteuning van de behandeling. Bij het voorschrijven van medicatie moet rekening gehouden worden met de volgende aspecten:

  • Het voorschrijven van medicatie mag nooit gebeuren zonder gezondheidsanamnese. Onderdeel daarvan is het actuele medicatie-gebruik.
  • Wees bewust van het doel waarvoor het medicijn voorgeschreven wordt: symptoombestrijding of oorzaakbestrijding.
  • Communicatie/ overleg met de huisarts is in sommige gevallen sterk aan te bevelen.
  • Bij langdurige medicamenteuze therapie is samenwerking met huisarts of andere behandelaars belangrijk.
  • Medicatie (en dosering) wordt voorgeschreven op basis van een rationele keuze.
  • Gebruik het farmacotherapeutisch kompas.

Welke factoren spelen een rol bij het maken van een rationele keuze?

  • Bewezen effectiviteit. Dit kan worden uitgedrukt in het zogenaamde Number-needed-to-treat (NNT): hoeveel mensen je moet behandelen om het beoogde effect bij één mens te bereiken? NNT = 1 is ideaal.
  • Kosten.
  • Bijwerkingenprofiel en interacties (achterhalen actuele medicatie!).
  • Gebruiksgemak (bijvoorbeeld poeder versus tablet).
  • Toepasbaarheid (zwangerschap, ouderen).

Pijnbestrijding
Over het algemeen kan het voorschrijven van medicijnen in de tandartspraktijk onderverdeeld worden in de volgende groepen:

  • Gebits- en mondslijmvliesgerelateerde afwijkingen
  • Stollingsafwijkingen
  • Voorkomen en bestrijden van infecties
  • Pijnbestrijding

Hier wordt ingegaan op de pijnbestrijding in de tandheelkunde. Bij pijn moet onderscheid gemaakt worden tussen acute en chronische pijn. Daarnaast is het belangrijk om te weten of het om somatische pijn gaat, pijn die ontstaat wanneer lichaamsweefsel wordt beschadigd, of om neuropathische pijn. Neuropathische pijn wordt gegenereerd in het zenuwstelsel. Pijnstillers die perifeer aangrijpen zijn NSAID’s en paracetamol. Opiaten, anti-epileptica en antidepressiva grijpen centraal aan.

Acute pijn
Acute pijn treedt meestal op door activatie van het ontstekingsproces na weefselbeschadiging. Er komt een enorme hoeveelheid bioactieve moleculen vrij (o.a. prostaglandinen). Deze moleculen maken receptoren in het gebied met weefselbeschadiging extra gevoelig (perifere sensitisatie).
De prostaglandinesynthese wordt in gang gezet:

  • Onder invloed van fosfolipase: celmembraanfosfolipiden –> arachidonzuur
  • Onder invloed van cyclooxygenase (cox-1, cox-2): arachidonzuur –> prostaglandinen en leukotrienes. Cox-1 zorgt o.a. voor de bescherming van de maag en nieren. Cox-2 speelt o.a. een grote rol in het ontstekingproces.

NSAID
NSAID’s remmen zowel Cox-1 als Cox-2. Cox-2 speelt een rol in het ontstaan van de ontsteking en moet dus geremd worden. Helaas wordt ook de bescherming van de maag geremd (Cox-1). Indien er dus sprake is van maagklachten mag er geen NSAID voorgeschreven worden of moet er een maagbeschermer bij gegeven worden. Wanneer de dosis van ibuprofen 1500 mg per dag (of hoger) is, dan is er een enorme stijging van het relatieve risico op maagklachten. Andere bijwerkingen van NSAIDs zijn nierinsufficiëntie, cardiovasculaire problematiek (vooral bij chronisch gebruik), invloed op de plaatjes aggregatie en op de zwangerschap.
Het beste is om deze bijwerkingen te voorkomen. Om de kans op bijwerkingen te verkleinen kan het volgende gedaan worden:

  • Dosering beperken
  • Ander middel kiezen
  • Selectieve cox 2 remmers voorschrijven
  • Middel met relatief gunstige cox2/cox1 verhouding voorschrijven
  • Gastro-protectie (bijvoorbeeld omeprazol)

Interacties
Ook moet er rekening gehouden worden met interacties die kunnen plaatsvinden met andere medicatie:

  • corticosteroïden, cumarinederivaten of SSRI’s worden door gelijktijdig gebruik van NSAIDs beïnvloed
  • NSAIDs remmen de trombocyten-aggregatie-remming van acetylsalicylzuur.

NNT
NNT van NSAID ligt tussen de 2.3-2.7. Indien het NSAID niet werkt dan moet de dosis niet verhoogd worden maar moet een ander NSAID worden geprobeerd, bijvoorbeeld naproxen of diclofenac, voorgeschreven worden. Deze medicijnen zijn goed uitwisselbaar omdat ze allemaal ongeveer dezelfde NNT en dezelfde bijwerkingen hebben.

Paracetamol
Bij het gebruik van paracetamol moet er gestart worden met een dosis van 1000mg. De maximale dagdosering is 4000 mg. De pijnstiller heeft bij normale dosering weinig bijwerkingen maar bij (te) hoge dosering kan het zorgen voor ernstige leverschade (helemaal bij chronisch alcoholgebruik).

Opiaten
Zwakke opiaten zijn codeïne en tramadol. Sterke opiaten zijn morfine, oxycodon en fentanyl. Het voorschrijven van opiaten is te overwegen in acute situaties wanneer NSAIDS gecontra-indiceerd zijn.

Combinatie pijnmedicatie
Pijnstillers kunnen gecombineerd worden indien het analgetisch effect niet toeneemt bij het verhogen van de dosis.

Samenvatting

  • Wanneer er sprake is van pijn dan hebben we in de meeste gevallen te maken met nociceptieve pijn. In die gevallen is het vaak voldoende om NSAID of paracetamol voor te schrijven.
  • Bij het voorschrijven van een medicijn moet rekening gehouden worden met de effectiviteit, bijwerkingen en interacties.
  • Bij milde pijn kan er het beste paracetamol voorgeschreven worden.
  • Bij matige pijn kan er het beste NSAID (eventueel i.c.m. maagbescherming) voorgeschreven worden.
  • Bij hevige pijn kan er het beste een opiaat i.c.m. NSAID voorgeschreven worden.
  • Er moet terughoudend gedaan worden met het voorschrijven van NSAID en opiaten bij chronische pijn. Vaak worden dan antidepressiva of anti-epileptica voorgeschreven.

Dr. B. Stegenga, staflid afdeling MKA-chirurgie.

Verslag door Marieke Filius, onderzoekster afdeling kaakchirurgie, UMCG, voor dental INFO van de lezing van dr. Stegenga tijdens de klinische avond Wat te doen bij niet alledaagse, maar wel herkenbare problemen in de dagelijkse praktijk van het Wenckebach Instituut in het UMCG.

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Pijn | Angst, Thema A-Z
Restauratie: minimaal invasief, maximaal effectief

Restauratie: minimaal invasief, maximaal effectief

Minimaal invasief werken is de eerste weg om te bewandelen. Het is van belang om een goede mix te gebruiken van directe en indirecte technieken. Met de lancering van nieuwe, indirecte restauratiematerialen en de ontwikkeling van nieuwe behandeltechnieken kunnen indicatiegebieden worden uitgebreid. In veel gevallen leidt dit tot esthetisch fraaiere restauraties. Het nadeel van deze materialen is grotere gevoeligheid voor de juiste verwerking in de mond. Het succes valt of staat dan ook bij het stellen van een juiste indicatie, de preparatietechniek, materiaalkeuze en het cementeren. Een goede samenwerking tussen de tandartspraktijk en het tandtechnisch laboratorium is bepalend om tot een goed eindresultaat te komen.

Verslag van de lezing van Patrick Oosterwijk, tandtechnicus.


1. Indicatie
2. Communicatie
3. Materialen
4. Cementeren


1. Indicatie

  • Minimaal invasief is altijd de eerste keuze.
  • Het moet wel optimaal invasief zijn en dit is niet altijd gelijk aan minimaal invasief. Als er alleen vanuit minimaal invasief oogpunt wordt gewerkt kan het zijn dat de kans op breuk juist groter is.
  • Indicatiegericht in plaats van productgericht: hiervoor is een open systeem nodig. Dit is vaak niet het geval waardoor er toch productgericht wordt gewerkt in plaats van indicatiegericht.
  • Direct vs. Indirect: Naast de kosten kunnen onderstaande punten een leidraad zijn

Indirect

  • Knobbeloverkapping (binnen UMCG en ACTA de richtlijnen)
  • Functieherstel
  • Contourherstel: indirect makkelijker en eenvoudiger

Direct

  • Indien restauratie binnen de knobbels valt (binnen UMCG en ACTA de richtlijnen)

Een groot deel van de voorzieningen die worden gemaakt is monolithisch. Dit betekent dat het materiaal uit een deel vervaardigd is. Minimaal invasief is bijna altijd monolithisch: uit één deel geperst of gefreesd. Monolitisch hoeft door de opbouw van de blokken waaruit gefreesd wordt niet monochroom te zijn.

Voor een volledige kroonomslijping heb je 70% afname, door indirecte kronen te vervaardigen en dus minimaal invasief te werken kun je dit reduceren naar 22% tot 35%.

Voordelen van een partiële omslijping

  • Preparatiegrenzen liggen geheel of gedeeltelijk supragingivaal.
  • Vriendelijker voor het softtissue en het is ook voor het dragen van tijdelijke voorziening gunstiger. Er zijn minder ontsteking van de gingiva als gevolg van een slecht aansluitende noodkroon.
  • Makkelijker afdrukken vervaardigen. (dit ook voor digitale afdrukken)
  • Geen cement subgingivaal.
  • Plaatsen is makkelijker.

Problemen bij in- en onlays

  • Isthmus vaak te smal bij preparaties waardoor de breukkans omhoog gaat. Er is minimaal 2 mm nodig, anders is het beter om een volledige omslijping te maken en te overkappen.
  • Verkeerde hoek geprepareerd vanuit de box. Deze is idealiter 45 graden. Vaak is deze te scherp of wordt er een bevelachtige preparatie gemaakt. Hierdoor is de kans op breuk groter.

Brugoverspanningen
Zirconiumbrug indicatie: soms is metaal porselein ook nog een goede materiaalkeuze zeker bij lage verbindingen als er een brugconstructie wordt gemaakt.

  • Als connector 2x zo hoog is, dan is deze 4x zo sterk.
  • Maximaal 9 mm overspanning posterior tussen pijlers.
  • Maximaal 11 mm overspanning anterior tussen pijlers.

Lithiumdisilicaat

  • Solitaire kronen
  • Voor front en tot en met de 2de premolaar posterior te gebruiken voor brugconstructie
  • De interocclusale ruimte moet minimaal 1,5 mm zijn
  • Voor bruggen is een connector van minimaal 16 mm2 nodig. Anders geen functioneel sterke brug mogelijk

Zirconiumoxide

  • Kan conventioneel gecementeerd worden maar bij voorkeur
  • Dun uit te werken
  • Kan subgingivaal geprepareerd worden (dan indien niet onder cofferdam te plaatsen conventioneel cementeren)

Emax

  • Minder sterk, wel esthetisch
  • 1,5 mm nodig circulair en occlusaal

Preparatievoorwaarden lithiumdisilicaat

Wel

  • Chamfer preparatie
  • Afgeronde hoeken
  • Voor kroonpreparatie 4-6 graden conisch

Geen

  • Scherpe hoeken
  • Ondersnijdingen
  • Holle schouder

2. Communicatie

Welke informatie dient u aan te leveren aan de tandtechnieker?

  • Huidige situatie: foto’s, filmpjes, modellen
  • Omschrijving van de wensen van de patiënt
  • Eventuele tijdelijke voorziening
  • Stompkleur (met behulp van de stomplkeurring van Ivoclar). Dit kan ook aan de hand van foto’s/ filmpjes extra gedaan worden

3. Materialen
Materialen die tegenwoordig veel worden gebruikt voor indirecte restauraties zijn:

  • Pmma – polymethylmethacrylaat (kunststof) – Pasfase
  • Hybride – (Semi)permanent
  • Synthetisch glaskeramiek – Indirect permanent
  • Zirconiumoxides 1000-1200 Mpa – Indirect permanent

Al deze materialen kunnen monolithisch worden verwerkt.

Keuze op basis van:

  • Beschikbare interocclusale ruimte
  • Esthetische eisen
  • Transparantie buurelementen
  • Stompkleur
  • Mogelijkheid tot adhesief bevestigen


Pmma

  • 80 / 110 Mpa
  • Tijdelijke kronen en bruggen
  • Veneering van onderstructuren
  • Koudpolimerisaat, gefreesd of geprint

Synthetisch glaskeramiek – lithiumdisilicaat
Persen en frezen
Bijvoorbeeld: Ivoclar EMax en Vita Suprinity: EB

Sterkte en indicatie

  • Ongecementeerd tussen 360 en 400 MPa
  • Kronen en partiële kronen
  • Bruggen anterior en premolaar regio
  • Etsbruggen
  • Inlay’s en onlay’s
  • Facings
  • Monolithisch en als onderstructuur

Zirconiumoxide

  • 1000-1200 MPa
  • Solitaire kronen tot grotere overspanningen
  • Opgebakken monolithisch

Slijtage door zirconium van de antagonist is lager dan bij veldspaat indien het gepolijst is. Dit geldt niet als de zirconiumkap alleen geglazuurd is, dan is het juist wel abrasief. Dikte 0,5 -1 mm, hoge translucentie.

4.Cementeren

  • Hybride Materialen waar glaskeramiek in zit altijd adhesief: 5% HF nodig.
  • Zirconiumoxide en hybride materiaal met als vulstof zirconiumoxide (Lava Ultimate) adhesief plaatsen maar niet etsen
  • Indien niet onder cofferdam te plaatsen zirconiumoxide plaatsen met gemodificeerd glasionomeer.

Uitgangspunt faculteit Groningen: Indien geen rubberdam kan worden aangebracht dan mogen ook geen adhesieve kronen worden geplaatst.

Zirconiumoxide

  • Conventioneel cementeren
  • Zirconiumoxide is inert
  • Cementeren met gemodificeerd glasionomeer
  • Indien goed droog te houden met composiet
  • Niet zandstralen met straalmiddel >50 mμ dit verzwakt het element tot helft van initiële sterkte!
  • Voorbewerken 30 mμ Rotatec parels en weinig druk heeft misschien positieve werking
  • Zorg voor mechanische retentie
  • Minimale preparatie nodig 0.5 mm

IDS: Immediate Dentin Sealing

Direct na preparatie primer een adhesief aan te brengen om openstaande tubili te gebruiken. Significant hoger hechtkracht dan DelayedDentalSealing.

Preparatie

  • Etsen
  • Primer
  • Bonden
  • Flowable composiet, 2 werkingen: Alle scherpe hoeken worden afgevlakt en het beschermt de IDS-laag voor het zandstralen

Restauratie

  • Zandstralen
  • Rode ets
  • Primer
  • Cementeren met composietcement
  • Glycerine gel: beperkt zuurstof inhibitie laag, dekt het af voor zuurstof zodat materiaal volledig kan uitharden


Patrick Oosterwijk Is tandtechnicus sinds 1985. Na het behalen van zijn IVT-diploma heeft de ontwikkeling van de tandtechniek altijd een prominente plaats ingenomen in zijn loopbaan. Als ondernemer heeft hij aan de basis gestaan van T.T.L. Oosterwijk in Utrecht en in Amersfoort en aan het ACTA. Vanuit de firma Oral Scan houdt hij zich bezig met mondscanners. Vanaf 2012 is hij verantwoordelijk voor de lokale productie van Elysee Dental en geeft hij diverse lezingen over de digitalisering in de tandtechniek.

Verslag door Nika van Koolwijk, tandarts, van de lezing van Patrick van Oosterwijk tijdens de zomerafsluiting van Elysee Campus.  

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Restaureren, Tandprothese | techniek, Thema A-Z