KNMT vraagt kinderen om aandacht voor mondzorg ouderen

Minder dan 6 op de 10 mensen tussen de 70 en 80, en minder dan 40% van de 80 plussers zag in 2014 een tandarts. Die getallen moeten omhoog, vindt de KNMT. Om deze doelgroep te bewegen om naar de praktijk te komen, schakelt de beroepsorganisatie nu familieleden in.

Ansichtkaart: Hoe lang is úw vader of moeder al niet bij de tandarts geweest?
Om meer bewustzijn te creëren voor het belang van goede mondzorg – ook op latere leeftijd – heeft de beroepsvereniging voor tandartsen deze week een ansichtkaart voor patiënten verspreid onder al haar leden. Doel van de ansichtkaart is om bezoekers van een tandartspraktijk te prikkelen – met de vraag: ‘Hoe lang is úw vader of moeder al niet bij de tandarts geweest?’

Aanspreken ouders
Op de kaart staat het lage aantal ouderen dat de tandarts bezoekt en wordt het belang ervan dat wel te blijven doen benadrukt. Ten slotte maakt de kaart duidelijk wat iedereen kan doen om ouderen te stimuleren hun gebit te laten controleren door simpelweg de ouders erop aan te spreken.

Het belang van een gezonde oudere mond
Op de kaart wordt ook het belang van een gezonde mond uitgelegd. Een fit gebit betekent immers beter kunnen eten, een frissere adem en een goede uitstraling. Maar ook de link tussen mondgezondheid en de algehele gezondheid wordt aangestipt: ziekten in de mond kunnen samenhangen met of risicofactoren zijn voor aandoeningen elders in het lichaam.

‘Open huis’ op Nationale Ouderendag
De kaartenactie maakt onderdeel uit van een waaier aan acties die de KNMT, veelal samen met andere organisaties in de mondzorg, onderneemt om de mondgezondheid van kwetsbare ouderen in Nederland te verbeteren. Zo start binnenkort ook een project om de samenwerking tussen tandartsen en huisartsen te verbeteren, en loopt er een onderzoek naar hoe tandartspraktijken het best ouderen ‘in beeld’ kunnen houden. Op vrijdag 2 oktober, Nationale Ouderendag, houden veel tandartspraktijken ‘open huis’ voor oudere patiënten. Ze organiseren die dag allerhande activiteiten speciaal gericht op 65-plussers.

Lees meer over: Ouderentandheelkunde, Thema A-Z

Eerste hulp bij Inspectiebezoek

Het is altijd even schrikken als de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) ineens op de stoep staat. Ook als je als zorgaanbieder de zaakjes goed op orde denkt te hebben, is het zinvol om goed beslagen ten ijs te komen, want met de actieve openbaarmaking door IGZ kan een negatieve rapportage vérstrekkende gevolgen hebben.

Methoden
IGZ hanteert voor het uitvoeren van toezicht twee methoden: risicotoezicht en incidententoezicht. Risicotoezicht is een proactieve aanpak, waarbij op basis van indicatoren en andere informatie op voorhand wordt ingegrepen. Incidententoezicht is reactief en wordt gestart op basis van een melding. Bij beide vormen van toezicht kan IGZ bezoeken afleggen. Vanaf 2015 worden die bezoeken in principe niet aangekondigd.

Do’s en don’ts
Wat moet u in zo’n geval doen en wat vooral niet en waar moet u op letten?

1. Protocol
Zorg op voorhand voor een protocol dat de te nemen stappen beschrijft bij een inspectiebezoek. Wijs daarin binnen uw organisatie één of een beperkte groep personen aan die een dergelijk bezoek kunnen begeleiden en die direct worden ingeschakeld door diegene die de inspecteurs ontvangt.

Daarnaast is het raadzaam een externe deskundige in uw protocol op te nemen, inclusief contactgegevens, zodat deze geraadpleegd kan worden of zo nodig binnen korte tijd ter plaatse kan zijn om het inspectiebezoek bij te wonen.

Wij zien geregeld dat mensen met de beste bedoelingen zelf op de praatstoel gaan zitten – zonder een deskundige in te schakelen – en niet goed beseffen dat een bezoek van IGZ zeer verstrekkende gevolgen kan hebben, zeker indien als gevolg van de actieve openbaarmaking zorgverzekeraars n.a.v. deze bevinden acties gaan ondernemen in de vorm van controles en/of terugvorderingen.

2. Toegang verschaffen
Moet u IGZ überhaupt binnen laten? Ja, in beginsel wel. Inspecteurs van IGZ zijn bevoegd om bedrijfsruimten te betreden. Dat betekent overigens niet dat u geen invloed kunt uitoefenen op de gang van zaken, bijvoorbeeld door te vragen waarom iets nodig is of alternatieven voor te stellen. Indien u feitelijk toegang weigert moet u dat niet lichtvaardig doen, want IGZ heeft wel het recht de ruimten te betreden en kan dat desgewenst met behulp van politie afdwingen.

3. Aparte ruimte
Wijs de inspecteurs een aparte ruimte toe, die niet door anderen gebruikt wordt en waarin geen documenten liggen die IGZ onbedoeld kan inzien. Probeer zoveel mogelijk vraaggericht te werken en (uitsluitend) de stukken die IGZ opvraagt te verstrekken. Daarmee voorkomt u dat zaken die geen onderwerp waren van het toezichtbezoek dat opeens wel worden.

Over het algemeen zal IGZ een toelichting geven omtrent de reden van het bezoek. Doet IGZ dat niet, vraagt u daar dan om aan het begin van het bezoek

4. Cautie
IGZ kan u de zogenaamde cautie geven. Dat kan zowel aan het begin van het bezoek als gedurende het bezoek. De cautie houdt in dat u er door IGZ op wordt gewezen dat er sprake is van een criminal charge als bedoeld in het Europees Verdrag tot Bescherming van de Mens en u niet tot antwoorden verplicht bent. Van een criminal charge is sprake wanneer er een verdenking van overtreding van de wet bestaat die kan leiden tot strafvervolging of een bestuurlijke boete. U bent namelijk niet verplicht om antwoorden te geven die kunnen bijdragen aan uw veroordeling (in dit geval het opleggen van een boete). U heeft dus een zwijgrecht. In de praktijk wil het nog wel eens voorkomen dat deze waarschuwing niet gegeven wordt.

Indien u op basis van handelingen of uitingen van de inspecteurs de indruk krijgt dat er wel degelijk sprake is van een onderzoek naar mogelijke strafrechtelijke gedragingen, dan doet u er verstandig aan (nogmaals) bij de inspecteurs na te vragen in welke hoedanigheid het onderzoek wordt uitgevoerd. In geval van twijfel kunt u altijd besluiten om niet meer mee te werken. Dan loopt u wel de kans dat IGZ met de sterke arm of bestuursdwang bij u terugkomt, maar dan is wel duidelijk waar u aan toe bent en kunt u desgewenst rechtsmaatregelen aanwenden.

5. Medewerking
Behoudens het hiervoor vermelde geval dat aan u de cautie is gegeven, bent u in beginsel verplicht uw medewerking te verlenen. Dit volgt uit artikel 5:20 van de Awb. Dat ziet op alle mogelijke vormen van medewerking verlenen, ook het verstrekken van inlichtingen en het afgeven van gegevens en bescheiden. Dit moet IGZ dan wel aangeven/vorderen. Let er op dat u niet meer of ongevraagd inlichtingen of documenten verstrekt. Alle informatie die door u is verstrekt, mag gebruikt worden. Een proactieve houding is vaak niet verstandig.

Overigens geldt wel een uitzondering voor geheimhouders, zoals artsen, maar uitsluitend voor zover het gaat om informatie waar de geheimhoudingsplicht op zit.

Alle gegevens die in het kader van het toezichtbezoek zijn verkregen mogen in beginsel in een eventueel daarop volgende strafrechtelijke procedure worden gebruikt. Dus ook als er geen cautie is gegeven, kan er, als gevolg van een na het toezicht gestart opsporingsonderzoek, wel een boete opgelegd worden. Indien er feitelijk tijdens het bezoek al sprake was van een verdenking en de cautie derhalve wel gegeven had moeten worden, kan dat wel consequenties hebben voor de opgelegde maatregel en kan deze mogelijk om die reden worden aangetast.

6. Verslaglegging en rapport
Van het bezoek wordt doorgaans een verslag gemaakt door de Inspectie. Indien ter plekke een verslag of een andersoortig document wordt opgemaakt, moet u dat document niet direct ondertekenen of goedkeuren. Het is verstandig dit verslag eerst rustig en vooral kritisch na te lezen en de mogelijke consequenties van de constateringen van IGZ te (laten) controleren. Het verschil tussen: “er was geen …” en “tijdens het bezoek kon geen … worden getoond” kan een wereld van verschil uitmaken in het verdere verloop van de controle. Hetzelfde geldt overigens voor het rapport dat IGZ achteraf opstelt. Van het rapport ontvangt u eerst een concept-rapport waarop u uw opmerkingen binnen een gestelde termijn kenbaar kunt maken. Het definitieve rapport wordt door IGZ in principe actief openbaar gemaakt en is daarmee voor een ieder kenbaar. Tegen openbaarmaking kan overigens wel bezwaar gemaakt worden en kan een besluit tot openbaarmaking wel worden aangevochten, maar dit moet op zeer korte termijn (veelal binnen 2 weken). Dit betekent dat binnen 2 weken een voorlopige voorziening aanhangig moet zijn gemaakt om openbaarmaking te voorkomen omdat het indienen van bezwaar geen schorsende werking heeft. In het bestuursrecht moet een voorlopige voorziening gekoppeld moet zijn aan bezwaar (of beroep, connexiteitsvereiste) zodat ook binnen deze twee weken een bezwaarschrift moet zijn ingediend.

Mocht IGZ ondanks alles toch besluiten een maatregel op te leggen, geen zorgen. De meeste maatregelen van IGZ kunnen, achteraf, ter toetsing voorgelegd worden aan de rechter.


Door: Karik van Berloo, partner bij advocatenkantoor Eldermans|Geerts


Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z
De kracht en zwakte van het parodontium

De kracht en zwakte van het parodontium

Het is eigenlijk een wonder dat iemand zijn hele leven met een gebit kan doen. Waar zit de kracht van het gebit nu precies in? En wat is er voor nodig om, als het mis is gegaan, de gezonde toestand weer terug te krijgen?

Gezond tandvlees
Het is eigenlijk een wonder dat iemand zijn hele leven met een gebit kan doen. In principe zijn gebitselementen kleine botjes die door het tandvlees steken en die voortdurend blootgesteld worden aan onder andere bacteriën. Waar zit de kracht van het gebit nu precies in? En wat is er voor nodig om, als het mis is gegaan, de gezonde toestand weer terug te krijgen? Een update door Fridus van der Weijden.

Aanhechtingsepitheel en vloeistofstroom
Het aanhechtingsepitheel en de voortdurende vloeistofstroom zorgen er samen voor dat de mond gezond kan blijven.

  1. Aanhechtingsepitheel
    Het aanhechtingsepitheel is een soort ‘super lijm’ die ervoor zorgt dat bacteriën niet door kunnen dringen. Bij sonderen blijft er een laag cellen aan het tandoppervlakte zitten. Epitheelcellen hebben de neiging om af te schilferen.
  2. Vloeistofstroom
    Vanuit de bloedvaten is er sprake van een voortdurende bloedstroom. Hierbij speelt de neutrofiele granulocyt (eerstelijns verdediging) een enorm belangrijke rol. Wanneer een patiënt minder goede werkende neutrofiele granulocyten heeft (neutropenie), dan heeft dit vaak grote gevolgen.

Supra-alveolair bindweefsel
Het orale epitheel om een gebitselement bestaat uit:
1. De sulcus
2. Het aanhechtingsepitheel – behoort tot de biologische breedte
3. Supra-alveolair bindweefsel – behoort tot de biologische breedte

Het supra-alveolaire bindweefsel bevindt zicht tussen het aanhechtingsepitheel en het alveolaire bot en heeft een hoogte van ongeveer 1 mm. Hierdoor is niet mogelijk om met een pocketsonde tot op het bot te sonderen, er is dus geen direct contact met bot. Bij implantaten is dit anders, als je doorduwt komt de pocketsonde wel tot aan bot omdat het geen weerstand van aangehechte vezels ondervindt. Hierdoor kan bijvoorbeeld de ‘nieuwe ziekte’ cementitis ontstaan. Cementitis wordt veroorzaakt door cementresten die achter zijn gebleven na het cementeren van een kroon. Deze cementresten kunnen bij het plaatsen van de kroon worden doorgeperst tot het bot en dit zorgt voor ontsteking. Cementitis is een veelvoorkomende oorzaak van peri-implantitis.

Samenvatting
Samenvattend kan er gesteld worden dat de verdediging wordt bewerkstelligd door:

  1. De epitheliale aanhechting
  2. De supra-alveolaire bindweefselvezels
  3. De creviculaire vloeistofstroom
  4. De lokale afweer

Parodontaal ligament
Het is belangrijk dat het parodontaal ligament intact gehouden wordt. Indien dit intact is dan is er veel mogelijk, een voorbeeld is een autotransplantatie van een gebitselement.

Wetenschappelijk onderzoek en parodontale behandeling
1984 was een erg belangrijk jaar voor de parodontologie. In dit jaar bleek dat er veel resultaat geboekt kan worden door goede supra- en subgingivale reiniging. Waar parodontitis in het verleden hoofdzakelijk chirurgisch werd behandeld bleek het werk van de mondhygiënist zeer effectief.

Mes versus curette
Ramfjord et al. (1984) vergeleek in zijn onderzoek het mes met de curette. In dit onderzoek kwam naar voren dat conservatieve behandeling (het supra- en subgingivaal reinigen) beter is of in ieder geval net zo goed is als chirurgische reiniging. Sinds 1984 is de niet-chirurgische behandeling dus erg belangrijk geworden.

Hand versus ultrasoon
Badersten et al. (1984) onderzocht een groep patiënten met parodontitis die werd behandeld op de volgende wijze: eerst instructie, daarna instrumentatie en vervolgens het uitvoeren van een na-evaluatie. Hierbij werd ultrasone reiniging vergeleken met reiniging met scalers en curettes. De resultaten lieten zien dat in deze groep parodontitis patiënten de plaquescore afnam na het geven van instructie. De bloedingsscore nam pas af nadat er ook subgingivaal werd gereinigd. Afname van pocketdiepte ontstaat door het optreden van recessie en doordat de vezels van het parodontaal ligament als een soort ‘elastiekje’ strakker om de tand gaan liggen (winst van klinische aanhechting). Geconcludeerd kon worden dat er een vergelijkbare reductie in bloeding, pocketdiepte en klinische aanhechting optreedt bij zowel hand- als ultrasone reiniging.

In 2002 sloot Tunkel et al. (2002) zich aan bij de conclusie van Badersten. In hun systematic review over dit onderwerp concludeerden ze dat er geen verschil is in effectie op pocketdiepete en aanhechtingsniveau maar dat er wel sprake is van tijdwinst: ultrasone reiniging gaat sneller. Groot voordeel is dat ultrasone instrumenten niet geslepen hoeven te worden wat ook weer tijd en werkplezier oplevert.

Elektrische tandenborstel en ragers
In 2015 publiceert van der Weijden et al. een artikel waarin wordt geconcludeerd dat de elektrische tandborstel een grote bijdrage levert aan de mondgezondheid. Sälzer et al. (2015) concludeert dat interdentale ragers de meest effectieve manier is om plaque te verwijderen. Het gebruik van deze hulpmiddelen wordt dus aangeraden.

Roken
Zee et al. concludeert in 2009 dat 40% van de parodontitis verklaard kan worden door het feit dat mensen roken. Van der Weijden et al. deed in 2001 een onderzoek onder een groep parodontitis patiënten concludeerde dat ten opzichte van de Nederlandse bevolking er beduidend meer rokers onder hen aanwezig waren hetgeen onderschrijft dat roken een risico factor is bij het ontstaan een de progressie van parodontitis.

Antibiotica
De ‘mijlpaalstudie’ over dit onderwerp is in 1989 gepubliceerd door van Winkelhoff et al. Om Actinobacillus actinomycetemcomitans (Aa) effectief te bestrijden bleek de combinatiekuur van metrondidazol en amoxicillline zeer geschikt. Dit levert klinische verbetering van zowel de pocketdiepte als de bloedingsneiging op.

Zandbergen et al. schreef in 2013 een systematic review over de winst van klinische aanhechting. De conclusie was dat de combinatie van antibiotica een extra bijdrage in behandelresultaat levert in het behandelen van diepe pockets (≥7 mm). Wel werd er op gewezen dat antibiotica alleen moeten worden gegeven worden als er een professionele supra- en subgingivale reiniging aan vooraf is gegaan.

Chloorhexidine
Feres et al. (2009) deed onderzoek naar het klinische en microbiologische effect van chloorhexidine tijdens supra- en subgingivale reiniging bij parodontitis patiënten. De conclusie was dat er bij het spoelen met chloorhexidine een significante afname van de pocketdiepte waarneembaar is aan het einde van de behandeling. Het nadeel van het gebruik van chloorhexidine is dat het niveau van mondhygiëne minder goed beoordeeld kan worden. Daarnaast is er vaak sprake van verkleuring van de gebitselementen. In een systematic review van Van Maanen-Schakel (2012) werd chloorhexidine met waterstofperoxide gecombineerd. Bij het gebruik van deze combinatie is er sprake van minder verkleuring en is het effect van chloorhexidine zelfs groter.

Laserbehandeling
Over het gebruik van lasers wordt gezegd dat de laserstraal het tandsteen verdampt en eventueel de biofilm ook: het geïnfecteerde epitheel wordt weggehaald. Volgens de American Academy of Periodontology is er weinig bewijs dat een laser iets bijdraagt aan parodontale behandeling. Je kunt voor de investering van een laser beter een nieuwe auto kopen. Daar heb je meer plezier van.

Parodontale chirurgie
In sommige situaties moet er chirurgie ingezet worden. Echter, moet men zich beseffen dat parodontitis geen appendicitis (blindedarmontsteking) is: Wanneer er tandvlees weggesneden wordt, wil dat niet zeggen dat de ‘itis’ verdwijnt. Er kan er nog steeds sprake zijn van verdere progressie van parodontitis.

Het doel van chirurgie is:

  1. Zichtbaarheid krijgen zodat tandsteen en plaque makkelijker en met beter zicht verwijderd kunnen worden (o.a. toegang tot furcaties). Daarnaast kan het bot gecorrigeerd worden (bijv. het verwijderen van glazuurparels).
  2. Het elimineren van de verdiepte pockets doordat er een randje van de gingiva weggehaald wordt.
  3. Het creëren van een gingiva-vorm die past bij het bewerkstelligen van een goede mondhygiëne.
  4. Eventueel het herstel van het parodontaal ligament met Emdogain. Gebruik van dit eiwit is vooral voorspelbaar bij niet-rokers en in geval van drie-wandige botdefecten.

Prof.dr. Fridus van der Weijden Studeerde in 1984 in Utrecht als tandarts af. Zijn erkenning tot tandarts-parodontoloog NVvP volgde in 1990. In 1993 promoveerde hij op zijn proefschrift met de titel ‘The use of models and indices in plaque and gingivitis trials’. In 2006 ontving hij zijn erkenning als tandarts-implantoloog door de NVOI. Sinds 1989 verdeelt hij zijn tijd tussen de Paro Praktijk Utrecht en de vakgroep Parodontologie van ACTA. Begin 2010 werd hij benoemd tot bijzonder hoogleraar ‘Preventie en Therapie van Parodontale Infecties’ aan ACTA. Deze leerstoel is ingesteld op instigatie van de stichting NVvP.

Verslag door Marieke Filius, onderzoekster afdeling kaakchirurgie, UMCG, voor dental INFO van de lezing van prof. dr. Fridus van der Weijden tijdens het congres PARO2015 van Bureau Kalker.

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Parodontologie, Thema A-Z

Cholesterolverlager zou parodontitis helpen genezen

Er is veel onderzoek gedaan naar de effecten van cholesterolverlagers. Maar er is een ding wat we tot nu toe niet wisten: cholesterolverlagers kunnen helpen bij de behandeling van parodontitis. Dit blijkt uit onderzoek van de Harvard Medical School. Dr Ahmed Tawakol die het onderzoek leidde, zegt dat tandvleesontsteking en atherosclerosis infectieziektes lijken te zijn met dezelfde oorzaak.

Onderzoek
Voor het onderzoek werden 83 patiënten met artherosclerose en risicopatiënten hiervoor in twee groepen verdeeld. Een groep kreeg een hoge dosis (80 mg) cholesterolverlager en 10 mg placebo de controlegroep kreeg 10 mg cholestorolverlager en 80 mg placebo. Na vier weken medicijngebruik werd er bij veel mensen een significante verbetering van de conditie van de gingiva gemeten. Zij hadden tevens minder aderverkalking. Leeftijd, geslacht, wel/niet roken en het hebben van diabetes bleken geen invloed hierop te hebben. Wat wel uitmaakte was de hoeveelheid parodontale afbraak. Bij deelnemers met een hoge mate van parodontale afbraak was het effect van de cholesterolverlager groter.

Dit suggereert dan cholesterolverlagers niet alleen bij hart- en vaatziekten als medicijn gebruikt kunnen worden, maar ook bij parodontitis. Tawakol vindt dat patienten met parodontitis hun arts hierover zouden moeten vertellen. Wat in de mond gaande is, kan het hart beïnvloeden en andersom. Maar Tawakol raadt nog niet aan om cholestorverlagers te gebruiken voor behandeling van parodontitis. Daarvoor moet nog meer onderzoek gedaan worden.

Bron:
News Medical 
Emax Health

Lees meer over: Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Onderzoek, Parodontologie, Thema A-Z
tandenborstel3

Chalcon: alternatief voor Triscolan

Al eerder is aangetoond dat de antibacteriële chemische stof Triclosan, die vaak wordt toegevoegd aan tandpasta, gevaarlijk kan zijn voor de gezondheid. Er is na een lange zoektocht wellicht een alternatief voor deze stof gevonden: Chalcon.

Triclosan
In tandpasta zit Triclosan omdat het aanslag en tandvleesaandoeningen voorkomt. Maar Triclosan wordt geabsorbeerd in het lichaam en kan het endocriene systeem in de war brengen, een antibioticaresistentie geven en uiteindelijk kan dit leiden tot allergieën.

Chalcon
Chalcon is een alternatief voor Triclosan. Chalcon is het centraal structuurelement in een groot aan-tal biologisch belangrijke verbindingen. Deze verbindingen staan als groep bekend onder de naam chalconen. Chalcon heeft antibacteriële eigenschappen die kunnen worden gebruikt tegen verschil-lende pathogenen. Zo vertoont het element onder andere een remmende werking bij ziektes die veroorzaakt worden door bacteriën en schimmels. Ook bij Streptococcus mutans: de bacterie in tandplak die cariës veroorzaakt.

Onderzoek
Een internationaal team heeft het mechanisme achter de antibacteriële werking van Chalcon onderzocht. Hiervoor heeft het team een soort gebruikt van chalcon: trans-chalcon, die veel in planten voorkomt. Het is daarom makkelijk verkrijgbaar en een goede optie voor commerciële productie. Vervolgens hebben zij gekeken hoe de chemische vorming van de bacterie Streptococcus mutans kan worden voorkomen. De onderzoekers dachten dat chalcon alleen de werking van de bacterie zou tegenhouden. Echter blijkt dat dat de chemische samenstelling op moleculair niveau van de bacterie verandert, zodat die nooit meer kan toeslaan.

Veelbelovend
Het onderzoek heeft laten zien dat het de moeite waard is om naar natuurlijke alternatieven te zoeken voor de huidige chemische stoffen. Hoewel er nog meer onderzoek moet plaatsvinden, zijn de resultaten veelbelovend. Het kan nog een jaren duren voordat Chalcon in mondzorgproducten ge-bruikt kan worden.

Bron: Huffingtonpost.ca

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Onderzoek, Thema A-Z

2 oktober: Nationale ouderendag

Op 2 oktober 2015 is het nationale ouderendag. Een goede gelegenheid om iets extra’s te doen voor ouderen en te laten zien dat zij welkom zijn in uw praktijk.

Ondersteuning
Ter ondersteuning  van mondzorg aan ouderen ontwikkelde de KNMT de Praktijkwijzer zorg aan ouderen in de algemene mondzorgpraktijk.

Ook zijn er poetsinstructiekaarten voor vijf verschillende gebitssituaties van de boven- en onderkaak beschikbaar, ontwikkeld door de KNMT in samenwerking met TNO en Zorg voor Beter.

Lees meer over: Ouderentandheelkunde, Thema A-Z

Ontdek voortijdig keelkanker, veroorzaakt door het HPV virus

HPV-16 test Prevo-Check

In de oropharynx komen steeds meer HPV 16 gerelateerde kankers voor. Dit deel van de mond is niet visueel zichtbaar voor de tandheelkundig behandelaar bij een routinecontrole.

Feiten over keelkanker veroorzaakt door het humaan papillomavirus (HPV)

In 2020 krijgen naar verwachting meer mannen keelkanker door het HPV virus dan vrouwen baarmoederhalskanker krijgen door het HPV virus.

Keelkanker komt 3 keer zoveel voor bij mannen als bij vrouwen

HPV keelkanker begint vooral bij mannen vanaf 40 jaar

Het virus type 16 is verantwoordelijk voor meer dan 90% van de HPV gerelateerde keelkankers

De kanker wordt vrijwel altijd in een laat stadium ontdekt, pas nadat duidelijke klachten optreden zoals opgezwollen lymfklieren, aanhoudende heesheid of slikproblemen

In Nederland onderzoekt de Gezondheidsraad of jongens net als meisjes preventief gevaccineerd moeten worden tegen HPV

Vroegtijdige ontdekking met de HPV-16 L1 bloedtest

Via een eenvoudige en pijnloze bloedtest kan de tandheelkundig behandelaar in 15 minuten vaststellen of bij de patiënt antistoffen tegen het HPV 16 virus aanwezig zijn.

Een positieve uitslag geeft met een betrouwbaarheid van 99,5% aan dat er sprake is van een virus-infectie met het risico op al veranderende cellen en daarmee kans op een voorstadium van kanker respectievelijk tumoren.

De patiënt met een positieve testuitslag dient regelmatig te worden gecontroleerd en doorverwezen te worden (in overleg) naar de kaakchirurg of KNO-arts voor verder onderzoek.

HPV gerelateerde keelkankers kunnen nu in een voortijdig stadium worden ontdekt, waardoor de overlevingskansen en gevolgen voor de patiënt veel gunstiger zijn.

Tandartsen en mondhygiënisten spelen een cruciale rol in de preventie van mond-en keelkanker

Door visueel de mondholte controleren op afwijkingen die mogelijk duiden op aanwezigheid van mondkanker veroorzaakt door roken of alcohol.

Door de HPV-16 L1 bloedtest kunnen voortijdig HPV gerelateerde keelkankers eerder worden ontdekt en behandeld.
Mannen vanaf 40 jaar zouden het best voor zo’n bloedtest, door de tandheelkundige behandelaar, benaderd kunnen worden.

 

Lees meer over: Diagnostiek, Producten

Welke godin zet u in in uw praktijk?

Iedereen heeft verschillende persoonlijkheidstypen – godinnen – in zich die op verschillende momenten ingezet kunnen worden. Als u zich bewust bent van deze typen, kunt u ze benutten om uw rol als balie assistent te optimaliseren. Bekijk de 7 soorten godinnen.

Tijdens het Event voor de Balie Assistent werd de lezing ‘Welke godin zet u in?’ verzorgd door Petra van Hartskamp en Sanneke Bos van Godin&Training. Zij gaven een interactieve presentatie waarin op dynamische en humorvolle wijze zeven mythologische powervrouwen gespeeld werden. Een voorstelling die als een spiegel werkt en balie assistenten uitnodigt om al hun vrouwelijke talenten in te zetten.

Deze persoonlijkheidstypen heeft iedereen in zich en ze kunnen zowel door mannen als vrouwen op verschillende momenten ingezet worden. Dit zorgde tijdens het event voor veel hilariteit en herkenbaarheid bij de deelnemers. Een veel gestelde vraag was dan ook: ‘Komen ze volgend jaar weer?’ De Godinnen die zij de revue lieten passeren waren de volgende.

Soorten godinnen 

Categorie 1: Wat-wil-ik types

Athena
De godin van de wijsheid en echt one-of-the-guys

Athena weet wat ze wil en is onafhankelijk. Athena ziet het leven als een schaakspel en is voortdurend bezig een strategie te bepalen en doelen uit te zetten. Een echte multitasker als het druk wordt bij de balie. Deze balie assistent kan dus ook gemakkelijk extra coördinerende taken van de praktijk op zich nemen.

Kernwoorden die bij Athena horen zijn: rationeel, praktisch, analytisch, kritisch, efficiënt en houdt altijd het hoofd koel.

Artemis
De godin van de jacht en dus een vrouw met een missie

Als Artemis op de TomTom ziet dat ze over 23 minuten ergens kan zijn, dan zorgt zij ervoor dat het in 21 minuten kan. Het is een bedrijvige tante die gewoon lekker bezig wil zijn. Liever geen tandarts die haar in de nek hijgt, maar gewoon een opdracht geeft die ze zelf mag uitvoeren, daar houdt ze van. Artemis gaat altijd recht op haar doel af, maar als ze omkijkt ziet ze opeens dat de rest van het team nog ver achter haar ligt. Ze houdt dan wel in, maar Artemis vindt ook dat wanneer je ja zegt, je ergens voor moet gaan en niet zo moet klagen. Ze wil betrokkenheid. Artemis legt de lat dus hoog voor haarzelf, maar ook voor haar collega’s in de praktijk.

Kernwoorden voor Artemis zijn: doelgericht, zelfstandig, ondernemend, strijdvaardig en idealistisch.

Hestia
De maagdelijke godin

Hestia houdt van stilte en zorgt dat de praktijk veilig en sfeervol is. Ze werkt het liefst alleen en staat niet graag in het middelpunt. Hestia geeft geen oordeel over mensen. Ze luistert goed naar de patiënten in de praktijk en kan angstige patiënten snel op hun gemak stellen. Hestia kan alleen een duobaan achter de balie vervullen als haar duo partner bij de balie alles precies zo terug legt als Hestia dat graag wil. Hestia werkt nou eenmaal vanuit routine, maar daarentegen ook erg nauwgezet. Ze haalt altijd de deadlines, maar kent geen haast en geniet van het nu. Als Artemis en Athena een burn-out zouden willen voorkomen kunnen ze een goed voorbeeld nemen aan Hestia en af en toe voor zichzelf een rustmomentje inlassen.

Kernwoorden voor Hestia zijn: wijs, tevreden, intuïtief, zorgvuldig en oordeelloos.

Categorie 2: Wat-wil-de-ander types, de kwetsbare godinnen

Hera
De godin van het huwelijk en staat dan ook graag in dienst van een ander

Ze is vaak het geheugen van de tandarts en heeft een zeer vertrouwelijke relatie met de tandarts waar niemand tussen komt (NB: dit hoeft niet de partner van de tandarts te zijn). Ze werkt ook graag voor een man met status en is hem ongelooflijk trouw. Hera kan jaloers zijn als ze het gevoel krijgt dat iemand anders in de praktijk net zo’n goede band met de tandarts wil opbouwen als zij. Ze wil graag de hiërarchie die heerst in de praktijk in stand houden en zal nooit de tandarts bij zijn voornaam noemen. Daarentegen is Hera een echt visitekaartje voor de praktijk. Ze ziet er niet alleen erg verzorgd uit, maar kent ook alle etiquette en is erg beleefd naar patiënten toe.

Kernwoorden voor Hera zijn: trouw, traditioneel, waakzaam, trots, respect en perfectionistisch.

Demeter
De moeder godin

Demeter zorgt voor alles en iedereen. Niet alleen de patiënten maar ook de collega’s worden verzorgd en kunnen altijd bij Demeter terecht. Ze is de rots in de branding. Demeter is graag nodig. Ze leeft naar: ‘Wie goed doet, goed ontmoet’. Carrière maken in een mantelpakje is niet aan Demeter besteed. Ze werkt liever parttime en is dan vooral een doener en minder een denker. Ze moet wel oppassen dat ze zichzelf niet vergeet want ze zegt niet makkelijk nee en dat kan een valkuil zijn bij lastige patiënten.

Kernwoorden voor Demeter zijn: gul, zorgzaam, toegewijd, nuchter, praktisch en betrouwbaar.

Persephone
De dochter van Demeter

Ze kan geen nee zeggen en is altijd erg twijfelachtig. Ze is dan ook in de functie gerold zonder dat ze het ooit echt ambieerde om balie assistent te worden of te werken in een tandartsenpraktijk. Ze is niet erg bedachtzaam over hoe ze met zaken omgaat en kan gerust domme vragen stellen vanwege haar nieuwsgierigheid. Ze zorgt daardoor ook voor een goede sfeer en kan goed met collega’s en patiënten opschieten.

Kernwoorden zijn: nieuwsgierig, speels, flexibel, fantasierijk en ontwapenend.

Categorie 3: wat-wil-ik-met-de-ander type

Aphrodite
De godin van de liefde staat altijd graag in de spotlights

Maar ze kan ook anderen in de spotlight zetten. Ze is vol levenslust en onweerstaanbaar naar anderen waardoor ze anderen kan inspireren. Aphrodite is dus vrolijk en spontaan. Er komt echt iemand binnen als Aphrodite de praktijk binnenloopt. Ze geeft graag mensen aandacht en kijkt ze diep in de ogen. Fysiek contact schuwt ze dan ook niet. Ze is dan ook niet graag alleen. Ze is impulsief en kan van alles een feestje maken.

Kernwoorden zijn: creatief, sensueel, impulsief, betoverend, gepassioneerd.

In uw kracht
Herkent u zich in één van de godinnen? U heeft ze allemaal in u en kan ze als u zich er bewust van bent, verschillend inzetten in de praktijk om uw rol als balie assistent nog meer te optimaliseren. Hierdoor kunt u in uw kracht staan en uw talenten nog beter benutten.

Sprekers

   

Petra van Hartskamp en Sanneke Bos
Docenten bij Godin & Training

Verslag door Anna Berends van Loenen (Qanz), www.balie-assistent.nl Anna begeleidt tandartspraktijken met management en organisatie vraagstukken. Daarnaast traint en ondersteunt zij tandartspraktijken op alle zaken omtrent organisatie, communicatie, balie en praktijkmanagement.

Heeft u het Event voor de Balie Assistent gemist? Op 18 september 2015 bent u weer welkom. 

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Samenwerken, Thema A-Z

Miljoenenbelang van investeerder in RDW Tandartsen

Holland Venture koopt voor enkele miljoenen een belang in RDW tandartsen, een organisatie met zes tandartspraktijken waar 28 tandartsen werken. Dat meldt het Financieele Dagblad.

De tandartsengroep is van plan meer praktijken over te nemen waarbij de organisatie drie keer zo groot moet worden.

Ewout Prins van Holland Venture vertelt in het FD dat veel oudere tandartsen een opvolger zoeken. Jonge tandartsen, vaak vrouwen, kiezen er meestal voor om parttime te werken en hebben niet altijd de ambitie om een eigen praktijk te hebben.

De oprichters van RDW Tandartsen, Marc Rooker en René de Wit, blijven de directie voeren. Holland Venture is een van de eerste onafhankelijke participatiemaatschappijen in Nederland. Sinds haar oprichting in 1981 realiseerde Holland Venture meer dan 115 investeringen op succesvolle wijze. Op dit moment investeert Holland Venture vanuit twee actieve fondsen; een fonds gericht op groeiende Nederlandse mkb-ondernemingen en een fonds gericht op innovatieve zorgondernemingen.

Lees meer over: Markttrends, Thema A-Z

Tuberculose en kinkhoest: wees alert

Tuberculose komt nog steeds voor in Nederland. Ook zijn er jaarlijks 2.400 tot 9.300 meldingen van kinkhoest. Hoe besmettelijk zijn deze ziekten, wat zijn de symptomen en wie zijn mogelijke dragers?

Verslag van de lezing van longarts mevrouw dr. C. Magis-Escurra tijdens het congres MRSA, soa’s en tropische infectieziekten

Elke 20 seconden sterft er wereldwijd iemand aan de gevolgen van TBC. De kosten voor behandeling zijn slechts €100 voor zes maanden. In Nederland zijn er ongeveer 1000 gevallen van TBC per jaar, wereldwijd is een derde deel van de bevolking TBC besmet.

Overdragen
Mensen kunnen bacteriën en virussen overdragen door niezen of hoesten van druppeltjes uit de mond of keel. Mensen die TBC of kinkhoest onder de leden hebben, maar dit niet weten en ook geen klachten hebben, kunnen anderen besmetten.
Maar let op: niet iedereen die hoest heeft een besmettelijke ziekte onder de leden en ook niet iedereen die besmettelijk is hoest!

Oorzaken van hoesten
Niet infectieus: astma, bronchitis, COPD, aspiratie en bronchiëctasieën
Infectieus: viraal, bacterieel, schimmels, mycobacterieel

Hoesten wordt ook vaak veroorzaakt door chronische neusklachten en reflux pathologie.

Vigilantie systeem
Tuberculose en kinkhoest zijn ziekten die bij de GGD Tuberculosebestrijding gemeld moet worden om verspreiding te voorkomen. De ziekte moet zowel door de behandelaar als door het microbiologische lab worden gemeld.

De GGD is verantwoordelijk voor de bron- en contactopsporing en ook voor de patiëntenvoorlichting, het voorkomen van besmetting en het nemen van beschermende maatregelen. Bovendien is de GGD verantwoordelijk voor de controle op inname van de medicijnen.

Tuberculose

Tuberculose (TBC) is een infectieziekte die veroorzaakt wordt door de tuberkelbacterie. De bekendste vorm is longtuberculose, maar tuberculose kan ook in andere organen voorkomen, bijvoorbeeld in halsklieren.

Symptomen van tuberculose

  • Gewichtsverlies, verlies van eetlust
  • Nachtzweten
  • Hoesten
  • Hemoptoe (ophoesten van bloed)
  • Kortademigheid

Vervolgsymptoom: bij extrapulmonale vormen – buiten de longen, dus in andere weefsels – zijn er symptomen van orgaandysfunctie of destructie van weefsel.

Orale Tuberculose laesies
De prevalentie van orale tuberculose is 0.05-5%. Primair (eerste besmetting) is deze vorm heel zeldzaam. Bij kinderen is deze zichtbaar op de gingiva. Secundair is deze vorm bij ouderen vooral zichtbaar op de tong, buccale mucosa en palatum. Orale tuberculose uit zich in de mond via infiltraat (roodachtige vlekken) en ulcera (zweertjes).

Risicogroepen

  • Mensen van buitenlandse afkomst (veel Somaliërs in Nederland)
  • Alcohol en drugsverslaafden
  • HIV-patiënten
  • Dak- en thuislozen
  • Illegalen
  • Gedetineerden
  • Hoogbejaarden

Infectiecontrole plan

  • TB patiënten bij voorkeur pas tandheelkundig behandelen na de initiële fase (eerste twee maanden na start behandeling)
  • Gebruik FFP2 maskers in geval van spoedeisende hulp bij een tuberculosepatiënt. Meer informatie kunt u vragen bij de GGD.
  • In geval van twijfel over eventuele besmettelijkheid van een patiënt kunt u het beste een FFP2 masker gebruiken.

Vaststellen van een besmetting na contact met een patiënt
Een besmetting met tuberculose kan worden vastgesteld met een mantoux huidtest. Er wordt vervolgens prophylactische therapie aangeboden of de persoon wordt gedurende twee jaar gecontroleerd door de GGD.

Behandeling
In de initiële fase, krijgt de patiënt vier typen antibiotica, in de continuatiefase (duur vier maanden) gaat dit terug naar 2 typen antibiotica. Na enkele weken behandeling is de kans op besmetting van anderen sterk afgenomen. Het gehanteerde criterium: wanneer de patiënt niet meer hoest, is de kans op besmetting heel klein. Er is echter pas echt duidelijkheid bij de kweekomslag.

Meer informatie
Tuberculose

Kinkhoest

Kinkhoest is een besmettelijke ziekte van de neus, keel en luchtwegen. De oorzaak is een bacterie. Iemand met kinkhoest heeft langdurig hevige hoestbuien, met taai slijm en een lange gierende inademing na de hoestbui. Kinderen jonger dan een jaar kunnen er ernstig ziek van worden. Bij (jong)volwassenen verloopt de ziekte milder.
In Nederland worden de meeste kinderen tegen kinkhoest ingeënt. Toch komt kinkhoest in Nederland regelmatig voor, bij kinderen en volwassenen.
Er is geen therapie voor: een kinkhoestpatiënt moet de ziekte echt uitzieken.

Besmetting
Besmetting vindt plaats van mens op mens door hoesten en niezen. De incubatietijd is 7 tot 10 dagen, soms langer (maximaal 21 dagen). Kinkhoest is erg besmettelijk, vooral in de eerste periode als de hoestbuien nog niet zijn begonnen. Hoestende patiënten zijn nog 3 tot 4 weken nadat het hoesten is begonnen besmettelijk. Binnen een gezin is de kans dat iemand met kinkhoest de andere (niet-gevaccineerde) gezinsleden besmet 90%.

Kinkhoest is een meldingsplichtige ziekte die bij de GGD moet worden gemeld.

Fasen
Kinkhoest heeft twee fasen:

  • Catarrale fase
    Symptomen: Rhinitis (ontsteking van de neusslijmvliezen), hoest en lichte temperatuursverhoging.
    De ziekte is in deze fase niet zo herkenbaar, maar wel besmettelijk.
  • Convulsieve fase
    Het hoesten krijgt een typische karakter: hoest met gierende, benauwende inspiraties met soms braken daarna.

Vaccinatie
Het aantal jaarlijkse meldingen van kinkhoest in Nederland varieert tussen de 2.400 en 9.300. Sinds de start van het vaccinatieprogramma is dit aantal aanzienlijk gedaald met zo’n 300 gevallen per jaar. Het RIVM ziet elke 2-3 jaar een piek in het aantal gemelde patiënten met kinkhoest.

De vaccinatie beschermt niet levenslang. Mensen die de ziekte al een keer hebben doorgemaakt zijn ook niet levenslang beschermd. Je kunt dus altijd kinkhoest krijgen, maar als je het eerder hebt gehad, verloopt het milder.

Meer informatie
RIVM
Thuisarts

Conclusies voor mondzorgprofessionals

  • Niet elke besmettelijke patiënt kun je herkennen
  • Denk altijd na over wie mogelijk besmet is
  • Denk na over je eigen risico’s
  • FFP2 maskers beschermen tegen respiratoire micro-organismen

Mw. dr C. Magis-Escurra, Longarts Dekkerswald Radboud UMC. Dr. Cecile Magis-Escurra earned her medical degree in 1995 from Utrecht University, The Netherlands. After graduating she completed two years of a residency in Asuncion in Paraguay, one year in infectious diseases and one year in tuberculosis. In 2005 she completed a respiratory diseases residency at Medisch Spectrum Twente Hospital, Enschede, the Netherlands. From 2005 until now, she is working as a respiratory diseases specialist at the Radboud University Medical Centre Nijmegen, location Dekkerswald, the Netherlands. Dekkerswald is one of the two Dutch specialized tuberculosis centers where patients with complicated TB (drug resistant TB, HIV-TB, extrapulmonary forms of TB asking extra attention, patients with side effects to therapy, etc) are hospitalized for some time during their treatment. Dr. Magis-Escurra is a national consultant for clinical tuberculosis and non-tuberculous mycobacterial infections since 2010. She recently completed her PhD thesis on “clinical and epidemiological studies from a tuberculosis referral center in the Netherlands”. She will continue tuberculosis research besides clinical work and teaching activities at the faculty of medicine of Radboud University Nijmegen.

Verslag door Maja Faasen voor dental INFO van het congres MRSA, soa’s en tropische infectieziekten, van Bijscholing.info.

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
onderzoek

Nieuw onderzoek diabetes en parodontitis

In de British Dental Journal Team is een nieuw onderzoek gepubliceerd over de relatie tussen diabetes en parodontitis. Volgens dit onderzoek kan vergevorderde parodontitis de bloedsuikerspiegel in gevaar brengen. Parodontale behandelingen lijken verband te houden met verbetering in de bloedsuikerspiegel.

Parodontale controles zijn belangrijk voor iedereen, zowel voor diabetici als voor niet-diabetici. Patiënten met diabetes moeten echter wel gewaarschuwd worden voor hun verhoogde kans op parodontitis. De wetenschappers verwachten dat tandheelkundigen in de toekomst door middel van simpele tests gemakkelijk patiënten met een vergrote kans op diabetes kunnen identificeren.

Het volledige artikel kunt u hier vinden. 

Lees meer over: Actueel, Kennis, Onderzoek, Thema A-Z

Australische nep-tandarts behandelde patiënten in garage

Een nep-tandarts in Australië heeft patiënten jarenlang behandeld in zijn garage. Er is geconstateerd dat het slecht gesteld was met de hygiëne waardoor het mogelijk is dat de patiënten geïnfecteerd zijn met hepatitis en HIV.

Inspectie
De Australische Inspectie voor de Gezondheidszorg is een onderzoek gestart naar de werkzaamheden van de ‘tandarts’ naar aanleiding van een tip van een arts die de patiënten zag voor nazorg. De inspectie heeft zeer ernstige tekortkomingen op het gebied van infectiepreventie geconstateerd. Dit betekent dat er een laag, maar een reëel risico bestaat dat sommige patiënten besmet zijn met bloedoverdraagbare aandoeningen.

Aantal
Door de slechte boekhouding is het niet duidelijk hoeveel patiënten in de garage zijn behandeld. Er wordt gevreesd dat het om een paar honderd gaat.

Rechtszaak
De man is aangeklaagd voor onder andere het uitvoeren van tandheelkundige ingrepen en voor het bezit van bepaalde medicijnen. Inmiddels is er een telefonische advieslijn ingezet voor de patiënten die bij hem een behandeling hebben ondergaan.
Bron: Dailymail.co.uk 

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z

Tandarts weigert hiv-patiënt

Tandartspraktijk Cosmident weigert de met hiv besmette John te behandelen. De praktijk geeft als reden op dat de patiënt niet uit zichzelf heeft verteld over z’n hiv besmetting. Volgens de patiënt is hij geweigerd omdat hij besmet is. Dat meldt Omroep Brabant.

John kreeg begin dit jaar te horen dat hij besmet was met hiv. Hij besloot er niets over in zijn omgeving te vertellen omdat hij het eerst zelf moest verwerken. Volgens hem heeft zijn ex-partner de tandartspraktijk geïnformeerd over zijn besmetting. De tandartspraktijk liet hem weten dat hij niet langer welkom was omdat hij het personeel in gevaar brengt. “Als er bij een behandeling speeksel of bloed vrij komt en het personeel zich per ongeluk prikt dan moeten we daar actie op kunnen ondernemen. Als we het niet weten, gaat het niet goed”, vertelt de tandarts aan Omroep Brabant.

John heeft een klacht ingediend bij de KNMT en bij het antidiscriminatiebureau RADAR.

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z

Tandenpoetsen volgens de wetenschap

Elke mondzorgprofessional geeft regelmatig of zelfs dagelijks poetsinstructies. Maar wat zeggen wetenschappers over effectief en veilig tandenpoetsen? Martijn Rosema van ACTA analyseerde de onderzoeken hierover.

Verslag van de lezing van Martijn Rosema tijdens een Quality Practice cursus.

Geschiedenis tandenborstel

Inleidend vertelde Rosema over de geschiedenis van de tandenborstel. Meer dan vijfduizend jaar geleden werd voor het eerst de Miswak gebruikt. Dit is een stokje waarop gekauwd wordt waardoor er een soort borstel aan het uiteinde ontstaat. In Afrika wordt de Miswak nog steeds gebruikt.

Daarna volgde de ivoren borstel met zwijnharen en deze werd – in de tijd van Napoleon – opgevolgd door een zeer chique variant. Men pronkte met deze borstel: tandenpoetsen was hot! De borstel werd steeds beter van vorm en ook werden de haren er netter ingezet. In 1938 ontwikkelde Dupont de nylonharen. De prijs van de tandenborstel werd hierdoor lager waardoor deze voor steeds meer mensen bereikbaar werd.

Plaque verwijdering

Rosema gaf aan dat er bij onderzoeken naar plaqueverwijdering twee manieren van scoren worden aangehouden: een indeling van de tand in vlakjes via de Navy index en de Q&H index.

Bij de Navy index is de tand in 9 vlakjes verdeeld waar aan- en afwezigheid van plaque wordt gescoord. Bij Q&H index is de tand in 3 vlakken (mesiaal, vestibulair/linguaal, distaal) verdeeld waarbij naar coronaal toe de bedekkingsgraad een waarde van 0-5 krijgt.

Handmatig poetsen
Uit het systematic review van Slot et al. (2012) blijkt dat er volgens de Q&H index 30% plaque verwijderd wordt en volgens de Navy index 53%. Gemiddeld dus 42%. “Dat valt dus tegen, het is niet veel plaqueverwijdering”, vond Rosema.

Elektrisch poetsen
Bij een vergelijkbaar onderzoek bij gebruik van een elektrische tandenborstel werd er 48% plaque verwijderd. Ook hierbij was er een verschil tussen de Q&H- en Navy index: 35% en respectievelijk 69%. Ook niet bijster veel.

Duidelijk werd dat een oplaadbare elektrische borstel meer plaque verwijderd dan een batterijborstel. De oscillerend-roterende variant elektrische borstel is een duidelijke winnaar volgens Rosema.

Belang van instructie

Maar nog veel belangrijker is dat de meeste bovenstaande onderzoeken werden gedaan zonder instructie. Werd er wel een instructie gegeven dan werd er meer plak verwijderd. Rosema raadt daarom aan een visueel ondersteunde instructie te geven in de praktijk. Echter, in onderzoeken wordt soms bewust gekozen om geen instructie te geven.

Veilig

Daarna werd de presentatie wat luguber. Er werden foto’s getoond van ingeslikte borstels en zelfs van een borstelkopje dat in een oogkas was beland. Is tandenpoetsen wel veilig? In een jaar tijd behandelden Amerikaanse ziekenhuizen vierhonderd gevallen van schade van de oropharynx. “Dat lijkt veel maar relatief gezien is dat niet zo gek veel”, gaf Rosema tot onze opluchting aan. Wat meer voorkomt is schade aan het tandvlees: poetstrauma. Er wordt hierbij geen verschil gevonden tussen de elektrische borstel en de handtandenborstel. Wel tussen harde en zachte haren en ook tussen wel en niet afgeronde haren. Bovendien kan er een bacteriëmie ontstaan bij het poetsen. “Dat verklaart ook waarom patiënten wel eens koorts hebben na een behandeling”, voegde moderator Monique Danser aan het einde van de presentatie toe.

Martijn Rosema heeft de opleiding tot mondhygiënist gevolgd in Amsterdam en in 1999 afgerond. Sindsdien is hij werkzaam als mondhygiënist op de vakgroep parodontologie van het ACTA, en tot 2002 ook in een algemene praktijk. In 2002 heeft hij de stap gemaakt naar het klinisch wetenschappelijk onderzoek, ook bij de vakgroep parodontologie. Voor diverse opdrachtgevers heeft Martijn onderzoek gedaan naar o.a. tandenborstels, mondspoelmiddelen en tandpasta’s. Inmiddels heeft hij diverse nationale en internationale publicaties achter zijn naam en geeft hij presentaties in binnen- en buitenland. Tevens is hij als lid van de accreditatiecommissie verbonden aan het KwaliteitsRegister Mondhygiënisten (KRM).

Verslag door Lieneke Steverink-Jorna voor dental INFO van de cursus Paro update van Quality Practice.

 

 

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Mondhygiëne, Thema A-Z

Tandarts trekt alle tanden van patiënt

Een Duitse man liet al zijn tanden trekken door zijn tandarts omdat hij er van overtuigd was dat ze de oorzaak waren voor zijn erectiestoornissen. De tandarts was zich er echter niet bewust van dat de man een schizofrene psychose doormaakte.

De tandarts moet de man 20.000 euro smartengeld betalen, maar ging hier tegen in beroep. De tandarts blijft volhouden dat hij om medische redenen heeft gehandeld. Zo zou de man geleden hebben aan osteomyelitis en zou hij allergisch zijn voor vullingen. Daarom zou het noodzakelijk zijn geweest de tanden van de man te verwijderen.

Volgens het tandheelkundige rapport was er echter geen aanleiding om alle 19 tanden die de man nog had te trekken. Hoogstwaarschijnlijk handelde de tandarts vanuit zijn geloof in alternatieve geneeswijzen. De man zou de tandarts geselecteerd hebben op basis van zijn website waarop zijn voorkeur voor alternatieve behandelmethoden duidelijk werd. Tot op heden staat de man achter zijn besluit en is ervan overtuigd dat hij gelukkiger is zonder tanden.

Bron: Süddeutsche Zeitung

 

 

Lees meer over: Opmerkelijk, Thema A-Z
Een derde van de kinderen in Engeland schaamt zich voor hun lach

Een derde van de kinderen in Engeland schaamt zich voor hun lach

Volgens onderzoek van de Health and Social Care Information Centre (HSCIC) in Engeland blijkt dat een derde van de kinderen zich schaamt voor hun lach door verslechterde mondgezondheid.

Survey

HSCIC verzamelt informatie over de tandheelkundige gezondheid van kinderen in Engeland, Wales en Noord-Ierland. Volgens de gegevens van The Children’s Dental Health Survey die in 2013 is uitgevoerd, schaamt 35% va de 12-jarigen en 28% van de 15-jarigen zich voor hun lach door verslechterde mondgezondheid.

Tandbederf

Tandbederf werd gevonden bij 34% van de 12-jarigen en bij 46% van de 15-jarigen. Tevens blijkt een derde (31%) van de 5-jarigen en 46% van de 8-jarigen slechte melktanden te hebben. In vergelijking tot gegevens van hetzelfde onderzoek uitgevoerd in 2003 zijn deze percentages, tegen de verwachtingen in, niet sterk gedaald.

Verdere gegevens

Tevens blijkt uit het onderzoek dat:

  • Het aantal kinderen met tandbederf varieerde tussen Engeland, Wales en Noord-Ierland.
  • 41% van de 5-jarigen uit kansarme gezinnen tandbederf heeft in vergelijking tot 29% van 5-jarigen uit minder kansarme gezinnen.
  • 59% van de 15-jarigen uit kansarme gezinnen tandbederf heeft in vergelijking tot 43% van 15-jarigen uit minder kansarme gezinnen.
  • 38% van het totaal aantal kinderen een goede algemene mondgezondheid heeft.
  • Volgens de gegevens van de ouders 9 op de 10 kinderen regelmatig naar de tandarts gaan voor een check-up.
  • Onder de 12-jarigen, 69% van de jongens en 85% van de meisjes minstens twee keer per dag tandenpoetst.
  • Onder de 15-jarigen, 73% van de jongens en 89% van de meisjes minstens twee keer per dag tandenpoetst.
  • Onder de 12-jarigen, 16% vier of meer keer per dag suikerhoudende dranken drinkt.
  • Onder de 15-jarigen, 14% vier of meer keer per dag suikerhoudende dranken drinkt.

Samenwerken

Volgens HSCIC is er hoogstwaarschijnlijk een correlatie tussen suikerinname en het hoge aantal kinderen met tandbederf. Daarom willen zij een landelijk preventieprogramma invoeren en alle beleidsmakers oproepen om kindertandheelkunde bovenaan hun agenda te zetten om er voor te zorgen dat kinderen en hun ouders altijd toegang hebben tot een tandarts.

Bron: Dentistry.co.uk 

 

 

Lees meer over: Kennis, Kindertandheelkunde, Mondhygiëne, Onderzoek, Thema A-Z

Werken whiteningtandpasta’s?

Bijna elk tandpastamerk heeft een whiteningvariant. De meeste tandpasta’s zouden een intense of natuurlijk wit gebit geven. Maar werkt zo’n pasta ook?

Antwoord
Cor van Loveren, hoogleraar preventieve tandheelkunde aan ACTA, heeft het antwoord: “De kleur van koffie, thee en rode wijn gaan vastzitten aan speekseleiwitten die tandplak vormen. De verkleurde laag kun je wegpoetsen, maar de kleur van het onderliggende tandbeen wordt er niet door beïnvloed. Door het schoner poetsen, kunnen de tanden witter lijken”. Er zijn verschillende middelen die in tandpasta’s verwerkt kunnen worden.

Schuurmiddel
In whiteningtandpasta’s zit een soort schuurmiddel, die een specifieke reinigende werking heeft. “Dit schuurmiddel bevat enzymen die het eiwitlaagje afbreekt, waardoor het gemakkelijker weggepoetst kan worden” legt Van Loveren uit.

Covarineblauw
Daarnaast is er ook een optische methode met de kleurstof covarineblauw. “Covarineblauw voegt blauwtinten toe aan de bruin- en geeltinten van het gebit waardoor tanden witter lijken”.

Antitandsteenpasta
Van Loveren legt ook uit hoe antitandsteenpasta kan bijdragen aan wittere tanden: “Fosfaten vormen het hoofdbestanddeel van sommige antitandsteenpasta’s die een chemische verbinding aangaan met de tandsteen waardoor kleurstoffen minder goed aan de tanden kunnen hechten”.

“Bleektandpasta’s” bestaan niet
“Bleken van tanden werkt alleen met waterstofperoxide en dat zit niet in de tandpasta’s die beschikbaar zijn op de Nederlandse markt” zegt de hoogleraar.

Conclusie
Van Loveren concludeert: “Alle fabrikanten kiezen een eigen middel. Het een werkt niet beter dan het andere, wittere tanden zijn uiteindelijk vooral een kwestie van goed poetsen en voornamelijk afhankelijk van de natuurlijk kleur van je tanden”.

Bron: Volkskrant

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z

Engelse tandarts filmde toiletbezoeken van patiënten

Een Engelse tandarts filmde met een verborgen iPhone zijn vrouwelijke patiënten op de wc. De tandarts is door de rechtbank veroordeeld en inmiddels geschrapt uit het register van de Britse General Dental Council (GDC).

Filmpjes

De tandarts is schuldig bevonden aan het filmen van acht vrouwelijke patiënten op de wc. De politie deed een inval in het huis van de tandarts nadat een patiënt de verborgen camera onder de wasbak had ontdekt. Op zijn computer vonden ze meerdere filmpjes van toiletbezoeken van zijn patiënten.

Veroordeeld

De tandarts is geschrapt uit het register van de Britse General Dental Council (GDC).

Bron: Mirror.co.uk

 

 

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z

Start offensief tegen overgewicht en tandbederf

Er moet een tegenaanval op overgewicht en tandbederf bij jongeren komen. Dat vindt de British Society of Paediatric Dentistry (BSPD). Volgens onderzoek hebben jongeren met overgewicht namelijk meer kans op tandbederf van hun volwassen gebit.

Veel suiker en weinig voedingsstoffen
Zowel tandbederf als overgewicht kan grotendeels worden toegeschreven aan de consumptie van producten die veel suiker en verder weinig voedingsstoffen bevatten. Slechte voeding vormt volgens de woordvoerster van BSPD een serieus gezondheidsrisico voor jongeren. BSPD is daarom een voorstander van duidelijkere etiketten en het bevorderen van kennis ten aanzien van ongezonde voeding.

Overgewicht en gezondheidssector
Overgewicht is een relevant onderwerp voor iedereen die werkzaam is in de gezondheidssector. Wanneer een kind overgewicht heeft, brengen behandelingen grotere risico’s met zich mee. Hierdoor moeten er extra maatregelen worden genomen en is een langer verblijf in het ziekenhuis vaak noodzakelijk.

Bron: Dentistry.co.uk 

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z

9 overeenkomsten tussen tandartsangst en vliegangst

Patiënten die aan tandartsangst lijden, blijken ook nogal eens bang te zijn voor totaal verschillende situaties. Ze kennen bijvoorbeeld ook vliegangst, hoogtevrees en engtevrees. 9 overeenkomstige oorzaken en gevolgen tussen tandartsangst en vliegangst uit het boek Nooit meer angst bij de tandarts.

Fobieën

De top vijf van fobieën
Uit onderzoek blijkt de volgorde van de vijf meest voorkomende fobieën er als volgt uit te zien:

  1. Tandartsfobie
  2. Hoogtefobie
  3. Spinnenfobie
  4. Vliegfobie
  5. Claustrofobie

Samengestelde fobieën

Op de eerste plaats beschouw ik tandartsangst en vliegangst niet als specifieke maar als samengestelde ofwel complexe angsten evenals de hierbij behorende fobieën niet als enkelvoudige maar als samengestelde (complexe) fobieën dienen te worden opgevat. Zo blijken patiënten die aan tandartsangst lijden ook nogal eens bang te zijn voor totaal verschillende (andere) fobogene situaties. Ze kennen bijvoorbeeld ook hoogtevrees, engtevrees en vliegangst . Vliegangst, engtevrees en hoogtevrees gaan vaak samen. Bij tandartsangst is bekend dat de meeste patiënten vooral bang zijn voor de boor en de injectienaald.

Verschijnselen tandartsangst

Een klein aantal tandartspatiënten (3%) lijdt aan bloed-, injectie-, verwondingsfobie. Dit treedt marginaal op bij het zien van bloed of een verwonding. Ook bestaat er een gering aantal patiënten dat bij een injectie ertoe neigt om flauw te vallen. Anderen voelen zich bij het zien van een tandartsjas al gespannen of angstig. Weer anderen raken vervreemd van zichzelf na een injectie of hebben door de nasmaak van de injectievloeistof gedachten over flauwtes. Hyperventileren is ook hinderlijk, want verkeerd ademen gaat gepaard met allerlei hyperventilatiesymptomen, waarvan er circa veertig bestaan.

Angst voor pijn

Tandartsangst heeft oorspronkelijk te maken met angst voor pijn, hoewel dit in de moderne tandheelkunde als een misvatting wordt beschouwd. Immers, de verdovende werking van de injectie is vermoedelijk de werkzame ongeconditioneerde prikkel, die onbewust werkt in de richting van verwachtingsangst. Mogelijk zijn hierbij allerlei automatische gedachten in het spel. Het doel van een injectie is, ongeacht de emotionele gevolgen ervan, pijnloos te behandelen.

Overeenkomsten tandartsangst en vliegangst

Los ervan dat een vliegsituatie anders is dan een tandheelkundige ingreep, treden bij vliegangst allerlei overeenkomstige angsten op. Angstige vliegtuigpassagiers zijn voor 51,8% beducht om neer te storten. Eigenlijk is dit de enige angst die kenmerkend is voor een enkelvoudige fobie. Echter, vliegangst is evenals tandartsangst niet eenduidig bepaald. De hierna te noemen angsten rond vliegen laten zien dat er absoluut geen sprake is van een enkelvoudige angst of fobie. Tandartsangst en vliegangst zijn samengestelde angsten, die meer aspecten kennen dan de naamgeving doet vermoeden.

Fobieën ingedeeld in clusters

9 overeenkomstige oorzaken en gevolgen

Tandartsangst en vliegangst vertonen overeenkomstige kenmerken die door overeenkomstige factoren worden veroorzaakt. We noemen in volgorde:

  1. Gebrek aan concrete informatie over wat tijdens tandartsbehandelingen en vliegreizen gebeurt (Rachman,1991).
  2. Zowel perfectionistische tandartspatiënten als vliegtuigpassagiers hebben de neiging alles onder controle te willen houden, zodat overgave aan de betreffende situatie wordt belemmerd.
  3. Beperkende opvoedingsstijlen gaan gepaard met angsten en fobieën.
  4. Negatieve berichtgeving via de media over huiveringwekkende tandartservaringen en vliegreizen suggereert veelal een slechte afloop.
  5. De condities waaronder tandartsangst en vliegangst ontstaan, tonen ook overeenkomsten. Zo anticipeert een patiënt bij een tandartsbehandeling op pijn. Bij een vliegreis verwacht de angstige passagier dat hij vroeg of laat zal neerstorten.
  6. Bij zowel tandartsangst als vliegangst is er sprake van wachttijden en is het mogelijk om de afspraken en reserveringen bij angst en vermijding te annuleren.
  7. Door onbekendheid met beide soorten ‘wachtsituaties’ ontstaat juist door gebrek aan kennis van de tandheelkunde en de luchtvaart verwachtingsangst en vermijding.
  8. Bij zowel tandartsbehandelingen als zaken rond vliegreizen zit men op een stoel. Men voelt zich overgeleverd aan de deskundigheid van de tandarts of de piloot. De wachtsituatie roept onherroepelijk anticipatieangsten op die zijn te onderscheiden in angst voor pijn en angst voor neerstorten. Dit zijn de fundamentele angsten die geheel los staan van de al bestaande aardse angsten die in essentie niet kenmerkend voor tandartsangst en vliegangst zijn.
  9. Uit de statistische cijfers blijkt dat zowel bij tandartsangst als bij vliegangst circa 1 op de 3 mensen er last van heeft en dat 5-10% van de tandartspatiënten en passagiers de betreffende situatie vermijdt.

Gevolgen 

Vermijding van tandartsbehandeling is meestal de oorzaak van een slecht gebit. Vermijding van vliegreizen kan leiden tot een ernstige handicap in het werk. Ik denk hierbij aan professionele sporters en personen met hoge functies die vaak door de aard van hun werkzaamheden moeten vliegen.

Emotie

Voor veel mensen is een wachtkamer op zich al een beproeving. Het wachten leidt bewust of onbewust tot allerlei gedachten. Sommige patiënten ondervinden in de wachtkamer veel hinder van onredelijke gedachten die gepaard gaan met innerlijke onrust.

Angst is nu eenmaal een onprettige emotie die met nare gevoelens, gedragingen en onaangename lichamelijke sensaties gepaard gaat. Hierbij denken we aan een onregelmatige hartslag, een stokkende adem of drukgevoelens in het borstgebied. Als angsten te hoog oplopen, kan iemand soms in paniek raken, waardoor de neiging ontstaat om bepaalde situaties in de toekomst uit de weg te gaan. Er is dan sprake van een fobie.

Dit artikel komt uit het boek Nooit meer angst bij de tandarts van C.W. Anneese.

Lees meer over: Folders, Kennis, Pijn | Angst, Thema A-Z