Congres

Congres Een nieuwe kijk op cariëspreventie

Het nieuwe Advies Cariëspreventie werd begin november gepresenteerd tijdens het Ivoren Kruis-congres in het Nijmeegse Radboud Auditorium.

Ruim 270 tandartsen, mondhygiënisten, (preventie)assistenten, docenten en studenten werden de ogen geopend tijdens het wetenschappelijke congres ‘Een nieuwe kijk op cariëspreventie’.

Cariës met andere ogen bekeken
De organisatoren kozen de titel ‘Een nieuwe kijk op cariëspreventie’ niet voor niets. Tijdens het congres werd namelijk het nieuwe Advies Cariëspreventie gepresenteerd. Na afloop kregen alle bezoekers het Advies met daarin een uitneembare geplastificeerde samenvatting mee naar huis. Het Advies Cariëspreventie, opgesteld door het Adviescollege Preventie Mond- en Tandziekten van het Ivoren Kruis, vervangt het bestaande Fluoride-basisadvies.
Het Fluoride-basisadvies is onderdeel geworden van het veel bredere Advies Cariëspreventie, dat behalve een Basisadvies Fluoride ook uit een Basisadvies Voeding en een Basisadvies Mondhygiëne bestaat. Het Advies Cariëspreventie is voor leden te koop voor € 9,50. Niet leden betalen € 17,50. In de speciale actieperiode van 10 t/m 23 december 2011 betalen leden € 7,50 en niet-leden € 9,50 voor een exemplaar.

Het nieuwe Advies Cariëspreventie
Prof. dr. Marie-Charlotte Huysmans presenteerde het nieuwe Advies Cariëspreventie. Huysmans is hoogleraar Cariologie en Endodontologie aan het UMC St Radboud te Nijmegen en lid van het Adviescollege Preventie Mond en Tandziekten van het Ivoren Kruis. Voor professionals een belangrijk advies, want dit advies bepaalt voor een belangrijk deel de voorlichting die ze op het gebied van preventie zullen geven. Het nieuwe Advies Cariëspreventie geeft een handvat voor het inschatten van risico, is probleemgericht, effectief en doelmatig en houdt rekening met aandachtsgroepen.



Basisadvies
Het Basisadvies Cariëspreventie is een simpele boodschap voor iedereen en kent geen nuances. Het komt er qua mondhygiëne op neer dat je 2 x per dag 2 minuten goed je tanden moet poetsen. Qua fluoride zegt het dat je met de juiste fluoridetandpasta moet poetsen, afhankelijk van de leeftijd van de patiënt. Op het gebied van voeding ligt de nadruk op het maximaal 7 x per dag iets eten of drinken. Wie het Basisadvies volgt zou in een normale situatie cariësvrij moeten blijven. Huysmans legde uit dat cariës een ziekte van disbalans is. Speeksel en fluoride spelen een belangrijke rol in het voorkomen van cariës. De negatieve aspecten voor het ontstaan van cariës zijn plaque (samenstelling en zuurvorming) en suiker (frequentie en hoeveelheid). Voor de professional zijn er 2 ijkpunten voor de indicatie van de aanvullende adviezen. Het schema maakt ze duidelijk: 1. Is er cariësactiviteit? 2. Wordt het basisadvies gevolgd?

In welke groep zit uw patiënt?
Het Adviescollege onderscheidt vier verschillende patiëntgroepen en gaf ze de kleuren groen, geel, oranje en rood. De groene groep (geen cariës, het Basisadvies wordt correct uitgevoerd) complimenteer je en spoor je aan vooral door te gaan. In de gele groep (geen cariës, het Basisadvies wordt niet correct uitgevoerd) maak je individuele afspraken. Herhalen en bevorderen van het Basisadvies is hier belangrijk. Denk daarbij aan: ‘if it ain’t broke, don’t fix it’.

Bij patiënten in de oranje groep (cariës, het Basisadvies wordt niet correct uitgevoerd) moet zorgvuldig gekeken worden naar de patiënt. Bevraag de patiënt intensief en maak een plaque- en gingivitisscore, legde Huysmans uit. Ook kunnen controle van de poetsfrequentie, de tandpasta die wordt gebruikt en voedingsdagboek hierbij van dienst zijn. Vragen en luisteren zijn de sleutelwoorden. Vraag vooral door op details waarbij patiënten moeten uitleggen hoe mondzorg past in hun dagelijks leven. Let hierbij vooral op de attitude ten opzichte van de mondzorg. Zijn er drempels bij de patiënt? Wat staat de uitvoering van het Basisadvies in de weg? Waarom lukt het niet? Hebben we hier te maken met een aandachtsgroep? Wie in de geest van het Basisadvies denkt, komt met oplossingen zoals 1x per dag (goed) poetsen en 1x spoelen met fluoridemondspoelmiddel (het aanbieden van fluoride op een andere wijze dan poetsen), of elektrisch poetsen al dan niet ondersteund met een poetsinstructie en/of het gebruik van relevante hulpmiddelen of het zoeken naar veilige laagrisico voedingsmomenten bijvoorbeeld. Deze Aanvullende Adviezen zijn gericht op een individuele aanpassing van het Basisadvies. Bij de rode groep (cariës, het Basisadvies wordt correct uitgevoerd) is er sprake van een heel andere problematiek. Patiënten doen het goed, maar toch krijgen ze cariës. Hier is het belangrijk de extra risicofactoren op te sporen. Let hierbij op de algemene gezondheid en het speeksel van de patiënt. De Aanvullende Adviezen, afgestemd op het individu, zijn gericht op extra preventieve maatregelen. Wat betreft de extra fluoridemaatregelen voor deze groep, wordt een splitsing gemaakt in maatregelen die de patiënt zelf kan uitvoeren en die door de professie worden toegepast. Fluorideapplicaties met gel en vernis leveren goede resultaten op. Daarnaast kunnen patiënten baat hebben bij de adviezen die worden gegeven in het Advies Preventie van wortelcariës en het Advies Droge Mond van het Ivoren Kruis.

Smile!

De congresgasten werden door de dames en heren van Inspektor Research Systems opgevangen en op de foto gezet. De foto’s werden gemaild, zodat thuis of op de praktijk haarfijn kan worden uitgezocht wat de status van het gebit is. Daarna toonden dr. ir. Monique van der Veen en Catherine Volgenant MSc van ACTA hun nieuwe kijk op cariëspreventie in de congreszaal. Ze gaven antwoord op de vraag of je tandplak kunt aantonen en cariës kunt opsporen met een camera.
De camera past de zogenoemde QLF-techniek toe. Bij deze techniek wordt gebruikgemaakt van de natuurlijke fluorescentie van tandweefsels, plak en tandsteen. Belicht je de mond met blauw licht en maak je gebruik van filters, dan geeft gezond tandweefsel stralend wit licht terug. Plekken met plak kleuren rood, waardoor de plak goed te zien is.

De onderzoekers toonden tijdens hun voordracht verrassende foto’s die met de plakcamera zijn gemaakt tijdens de tentoonstelling Say Cheese! De kracht van de mond. Deze tentoonstelling werd gehouden vanwege het honderdjarig bestaan van het Ivoren Kruis in Museum Boerhaave te Leiden. Gedurende die tentoonstelling, die van oktober vorig jaar tot afgelopen april liep, werden meer dan 16.000 foto’s gemaakt. Het ontdekken van tandplak is bij Boerhaave met veel succes ingezet. Inmiddels wordt met deze foto’s ook onderzoek gedaan bij Acta.

De onderzoekers zien diverse mogelijkheden om de plakcamera ook in de reguliere mondzorg toe te passen. Patiënten kunnen zelf zien waar hun tandplak zit en waar ze dus beter moeten poetsen. Voor tandartsen en mondhygiënisten kan het een hulpmiddel zijn in hun cariësdiagnostiek.

Ook bevordert de camera dat de focus in de mondzorg meer op preventie komt te liggen. In de toekomst kunnen behandelaars met de plakcamera zelf risicogroepen opsporen. Zelfs ‘leken’ kunnen dat. De resultaten (foto) kan simpel via de smartphones van tegenwoordig naar de patiënt worden gestuurd. Daarbij kunnen zelfs individuele instructies voor de patiënt worden gevoegd voor een individueel (poets)advies op maat.

Cariës at risk
Denise Duijster MSc, onderzoekster bij Acta, informeerde het publiek over de opzet en uitvoering van haar onderzoeksproject ‘Preventie van cariës bij kinderen met een hoog risico’. De eerste resultaten verwacht ze in februari 2012. Ze vertelde dat cariës in westerse landen de meest voorkomende ziekte bij kinderen blijft. En dat cariës ernstige gevolgen hebben voor de fysieke, sociale en psychische gezondheid van kinderen. Uit onderzoek blijkt dat al 56% van de 5-jarige kinderen in Nederland cariës heeft met een gemiddelde dmfs van 8.

De traditionele preventie in de mondzorg richt zich voornamelijk op voorlichting en klinische preventie. Maar is die wel effectief? Uit onderzoek blijkt dat de traditionele individuele en collectieve voorlichting onvoldoende effectief is in het langdurig veranderen van mondgezondheidsgedrag. Ook zou het onvoldoende succesvol zijn voor hoog risicogroepen. Klinische preventie bereikt vaak de doelgroep niet; de groep voor wie die zorg het meest noodzakelijk is, komt simpelweg niet in de praktijk!

Gedrag van ouders
Om de cariësprevalentie bij jonge kinderen te reduceren, dienen innovatieve en progressieve methoden van preventie te worden ontwikkeld. Hierbij is het belangrijk inzicht te krijgen in de onderliggende sociale, culturele en persoonlijke factoren die van invloed zijn op de mondgezondheid. Dan moet je kijken naar het individu (mondgezondheid, voedingspatroon, pathogenen en tandweefsel), zijn familie (opvattingen, gezinsfunctioneren, stress, sociaal netwerk, opleiding, inkomen en SES, etniciteit) en zijn leefgemeenschap (invloed van omgevingsfactoren, minder gezonde leefomgeving, toegang tot tandheelkundige zorg, koopkracht), legde Denise uit. Verder vertelde ze dat de opvattingen en het gedrag van ouders een belangrijke rol spelen bij het uitvoeren van mondgezondheidsgedrag bij hun kinderen en hebben invloed op de wijze waarop ze zorgen voor de mondgezondheid van hun kind.

Hoog-risicogroepen achterhalen
Het project van Denise heeft als doel te achterhalen wat de hoog-risicogroepen voor cariës in het melkgebit in Nederland zijn. Daarnaast probeert ze de voornaamste factoren (determinanten) te vinden, die verklaren dat deze kinderen tot een hoog cariësrisico behoren. Gezocht wordt naar een manier hoe ouders en kinderen met een hoog risico eenvoudig kunnen worden geïdentificeerd. Ook wordt onderzocht wat voor interventie het meest effectief en efficiënt zal zijn ter preventie van cariës bij jonge kinderen in Nederland. Dit onderzoek is op verzoek van het Ivoren Kruis door een bijdrage van Menzis mogelijk gemaakt. TNO is partner in dit onderzoek.

 

Xylitol voor ouderen?
Het gebruik van xylitol bij ouderen in verpleeghuissituaties is veelbelovend. Het is dan ook tijd voor xylitol, betoogde prof. dr. Cor van Loveren. Voor de toenemende groep ouderen in ons land kunnen producten gezoet met xylitol bijdragen aan een oplossing voor de snel groeiende problemen in de mondzorg bij deze doelgroep. Preventie kan beginnen met het voorkomen van schade. Van Loveren vindt het werken met een dieet dat suikervervangende zoetstoffen bevat een zeer interessante optie. Daarnaast begint preventie natuurlijk met betere voorlichting aan verzorgenden over het belang van preventie bij ouderen aldus de bijzonder hoogleraar.

Fluoride
Van Loveren ging in op de afname van de zelfzorg bij de doelgroep ouderen en het overnemen van de zorg voor die doelgroep door mantelzorgers en nog later door professionele mantelzorgers. Er zijn bruikbare ideeën in de preventieve tandheelkunde die de mantelzorger bij zijn zorgverlening zou kunnen gebruiken. Diverse hulpmiddelen zouden een groot bereik kunnen sorteren voor deze doelgroep.
Het voordeel van suikervervangers is dat deze additionele preventie weinig extra inspanning vraagt. De professor maakte dat duidelijk aan de hand van een overzicht van de effectiviteit van op het ogenblik (nog) niet toegepaste vormen van cariëspreventie voor ouderen. Uit die tabel werd o.a. duidelijk dat xylitolkauwgom een positieve uitwerking heeft op de plaque- en de gingiva-index .
Ook was te zien dat het eenmaal per maand reinigen van het gebit door een mondhygiënist een positief effect heeft op wortelcariës, evenals het poetsen met 5000 ppm fluoridetandpasta. Er moet gezocht worden naar andere, aanvullende manieren om fluoride aan te brengen: 3x poetsen heeft bij deze doelgroep geen zin. Als ze de eerste keer niet goed poetsen, dan doen ze dat de tweede en derde keer ook niet.

Andere positieve gezondheidseffecten
In een verkorte cursus ‘Wat is suiker eigenlijk?’, werd duidelijk dat fructose (fruit) en sucrose (geraffineerde suiker) een stijging in de DMFS veroorzaakt. Xylitol daarentegen laat een gelijkblijvende en op de langere termijn een daling van het DMFS getal zien. Xylitol heeft dus het vermogen om gaatjes te herstellen!
Ook toont onderzoek met xylitolsnoepjes en -siropen een positief effect op de daling van cariësrisco aan. Wel is een doses nodig per dag om het gewenste effect te verkrijgen. Verder blijken ook andere positieve gezondheidseffecten: xylitol heeft een positief effect op bijvoorbeeld oorontstekingen, diabetes, hart en vaatziekten en osteoporose.

Van Loveren stelde de vraag: moeten we niet iets doen met suikervervangers in verpleeghuizen? Misschien is het vervangen van de suikerpot door een xylitolpot wat rigoureus, maar wellicht kan er bijvoorbeeld met siroop veel effect worden gesorteerd. En snoepjes die xylitol bevatten zijn voor deze doelgroep (i.t.t. kinderen) misschien wel een geschikt alternatief. Kortom: Zou er geen onderzoek gedaan kunnen worden naar de werking van xylitol voor gebruik bij ouderen in verpleeghuissituaties?

Motivational Interviewing ter preventie van cariës ‘Motiveren kun je leren’
Wat heb je eraan als je mooie adviezen geeft, maar de patiënt doet er niets mee? Motivational Interviewing kan uitkomst bieden om ervoor te zorgen dat uw patiënt uw adviezen wél ter harte neemt, aldus Rik Bes, mede oprichter van de Stichting Centre for Motivation and Change. Bes, zelf geen tandarts (zijn vrouw wel!), gaf zijn inleiding de motiverende titel ‘motiveren kun je leren’. Er is dus hoop!

Allereerst is het goed te weten waarom mensen eigenlijk niet veranderen. Waarom stopt een zwangere vrouw niet met drinken en roken? Waarom gaat een diabetespatiënt niet meer bewegen en gezonder eten? De opvattingen van de zorgverleners zijn vaak gebaseerd op het idee dat als patiënten maar zouden weten wat de risico’s zijn, ze dan wel zullen veranderen. Of als ze weten hoe ze zouden kunnen veranderen, ze dan wel veranderen, of als ze het belangrijk zouden vinden om te veranderen, ze dan wel zouden veranderen. Zorgverleners zijn erop gericht kennis over te dragen, middelen en oplossingen aan te dragen en de patiënten (niet goed, dan maar kwaadschiks) te overtuigen dat ze hun probleem belangrijk moeten vinden. Soms werkt een advies op een dergelijke manier, maar vaak niet of onvoldoende.

Waarom zouden mensen wél veranderen? Het publiek krijgt een filmpje te zien van een hartpatiënt die zijn huisarts bezoekt. In het filmpje krijgt de patiënt inhoudelijk de correcte adviezen van zijn huisarts (iemand met een hartinfarct moet stoppen met roken, drinken en gezond eten) maar de manier waarop hij zijn adviezen overbrengt, is niet erg handig. De patiënt denkt dat hij al goed bezig is, want hij rookt immers minder, eet gezonder en drinkt ook maar een halve fles wijn per dag. De patiënt spreekt eerder demotiverend voor hem zelf, dan motiverend. De huisarts legt de ene bedreiging voor de patiënt op de andere en luistert onvoldoende naar de patiënt.

Bes legt uit dat de motivatie voor verandering vaak uit de verkeerde mond komt. Het is vaak de professional die de motivatie voor verandering aangeeft, terwijl de patiënt zelf zijn motivatie zou moeten aangeven. Het gaat hier om de intrinsieke motivatie (uit de patiënt zelf). Er zijn gesprekstechnieken om de intrinsieke motivatie aan te spreken en de houding van de professional te verbeteren. Waar het om gaat is dat mensen veel sneller, beter en blijvender overtuigd zijn van hun eigen motieven, wanneer hun wensen, redenen, mogelijkheden en noodzaak tot veranderen uit hun eigen mond komt in plaats van uit die van een (goed bedoelende professionele) ander.

Een zorgverlener is al snel geneigd zijn redenen aan te geven en de feitelijke mogelijkheden voor gedragsverandering te belichten. Maar vraag de patiënt eens om een reactie, kijk eens hoe je advies valt, hoe de patiënt reageert. Hiermee kunnen vaak ook klachten worden voorkomen. Nieuw gedrag leer je niet zomaar aan. Veel patiënten maken zichzelf helemaal geen zorgen (waarom zou ik stoppen met roken?) en ontkennen hun probleem vaak (ik heb helemaal geen drankprobleem). Maak mensen meer gemotiveerd door de voors en tegens van hun gedrag af te wegen. Lok patiënten uit vooral zelf na te denken. Veel mensen zeggen dat ze op de goede weg zijn (ja ik ben op dieet, ja ik rook al minder), maar dat is nog geen nieuw gedrag.

Professionals zijn geneigd om van de huidige situatie van de patiënt (bijvoorbeeld roken) de nadruk te leggen op de nadelen. En voor al de voordelen te noemen van de nieuwe situatie (gestopt met roken). Bij de patiënt is dat precies andersom. De kunst is nu de patiënt zelf te laten uitleggen wat hij als voor- en nadelen van beide situaties ziet. Kortom: laat de motivatie voor verandering uit de mond van de patiënt zélf komen!

Bron:
Ivoren Kruis-congres 4 november 2011

 

Lees meer over: Cariës, Congresverslagen, Kennis, Thema A-Z
samenwerken-opleiding-zorg

NPCF start meldactie samenwerking zorgverleners

Acht grote patiëntenorganisaties gaan de samenwerking tussen zorgverleners in kaart brengen. Hiertoe starten zij woensdag 16 november met het programma Kwaliteit in Zicht (KIZ).

Ervaringen
Artsenfederatie KNMG meldde afgelopen week, naar aanleiding van de meldactie ‘Zuinig met zorg’ van de NPCF, dat ‘de informatie-uitwisseling tussen artsen beter moet’. De patiëntenorganisaties starten nu een actie om ervaringen van consumenten te verzamelen over de afstemming, informatie-uitwisseling en samenwerking tussen zorgverleners.

Betere afstemming
Lisenka van Loon, projectleider binnen het programma Kwaliteit in Zicht: “Wij willen goed naar de mensen luisteren die gebruik maken van de zorg en vragen wat zij belangrijk vinden en wat hun ondervindingen zijn. De meldactie levert voor ons relevante informatie op over de ervaringen van mensen op het gebied van de samenwerking tussen hun zorgverleners. Die informatie leggen we naast de resultaten van ons onderzoek naar de samenwerking tussen zorgverleners onder zorginstellingen. Op die manier krijgen we een goed beeld van de kwaliteit van de samenwerking tussen zorgverleners in Nederland. Uiteindelijk doel is natuurlijk het bevorderen van de samenwerking en afstemming tussen zorgverleners. De verkregen informatie nemen we mee in onze gesprekken met zorgaanbieders en verzekeraars. Samen met hen kunnen we de zorg dan nog beter afstemmen op de wensen en behoeften van patiënten.”

Deelnemers kunnen hun ervaringen melden door de vragenlijst in te vullen op www.npcf.nl

Bron:
Skipr

Lees meer over: Samenwerken, Thema A-Z
geld - munten

Publiekscampagne vrije tarieven in de mondzorg start met poetsbeurt

Midden in het gebouw van de Tweede Kamer poetsten Kamerleden dinsdagmiddag een 2 meter grote kies schoon, symbolisch voor de voorlichtingscampagne rond vrije tarieven in de mondzorg. Per 1 januari mogen tandartsen en orthodontisten van minister Schippers zelf hun tarieven bepalen, om zodoende meer service, innovatie en transparantie in de mondzorg te stimuleren. Dit leidt tot meer keuzemogelijkheden voor de patiënten. Het gaat om een experiment van 3 jaar.

Vrije prijsvorming: heldere communicatie
Er komt meer duidelijkheid over de verschillende behandelingen en de daarbij behorende tarieven. De tarieven worden onder andere bepaald door de tijdsduur, de materiaalkeuze en de service die tandartsen en orthodontisten aan patiënten verlenen. Uiteindelijk doel is dat zij op die wijze patiënten nog beter van dienst kunnen zijn. Via posters, folders, en via de website Allesoverhetgebit.nl kunnen consumenten zich nu én straks informeren over wat er gaat veranderen. Per 1 januari hebben de meeste praktijken ook een praktijkwebsite.

Beter kiezen voor uw tanden
De komende maanden staan in het teken van voorbereidingen op de introductie van vrije tarieven in de mondzorg. De tarieven en diensten van tandartsen en orthodontisten worden hierdoor steeds transparanter. De meeste tandartsen en orthodontisten hebben vanaf 1 januari een eigen praktijkwebsite met informatie over de deskundigheid van de praktijkmedewerkers, de behandelmogelijkheden en de bijbehorende tarieven. Daarnaast is er in de praktijk een tarievenlijst beschikbaar en wordt de rekening van de tandarts of orthodontist eenvoudiger. Alles met het uiteindelijke resultaat patiënten beter te informeren over de tandheelkundige zorg.

Na 1 januari
Uiterlijk 1 januari maken de tandartsen en orthodontisten hun tarieven bekend. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft vastgesteld voor welke prestaties tandartsen en orthodontisten tarieven moeten bepalen. Deze prestaties bestaan uit een combinatie van verrichtingen die nu separaat in de lijst staan. Eén op één vergelijken met vorig jaar is daardoor niet mogelijk. In de loop van 2012 kan op basis van onderzoek een beeld worden gegeven van de ontwikkelingen in de mondzorg en wat er met de kosten van mondzorg is gebeurd. Uit reacties van leden leidt de NMT af dat er geen grote kostenstijgingen zijn te verwachten; wel veel variatie en differentiatie. Dit is conform de doelen van dit nieuwe systeem.

Bron:
Tandartsennet

Lees meer over: Tarieven, Thema A-Z
Hart - gezondheid

Tandartsbezoek goed voor het hart

Ten minste één tandartsbezoek per jaar kan je leven al redden. De bacteriën in het tandvlees kunnen namelijk leiden tot een beroerte of hartziekte, aldus een onderzoek uit Taiwan geciteerd door De Telegraaf.

Een jaarlijkse grondige, professionele reiniging door de mondhygiëniste verlaagt het risico op een hartaanval zelfs met een kwart. Bovendien vermindert het ook de kans op een beroerte met 13 procent.

Gevaar door bacteriële ontsteking
“Gebitsreiniging verlaagt het aantal bacteriën in de mond dat chronische ontstekingen kan veroorzaken,” vertelt hoofdonderzoeker Zu-Yin Chen, een cardioloog van het Veterans General Hospital in Taipei, Taiwan. “Ontsteking gaat gepaard met de vorming van plak in de bloedvaten en verharding van de slagaders, wat kan leiden tot een hartaanval of beroerte.”

Het ziekenhuis volgde ongeveer zeven jaar meer dan 100.000 volwassenen, waarvan de helft regelmatig een bezoek aan de tandarts of mondhygiënist bracht.

Bron:
Telegraaf

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
Geld, pot

Schippers: Patiënt moeten weten wat zorg kost

Zorgverzekeraars geven op hun website aan wat een behandeling kost. Patiënten moeten achteraf een begrijpelijk overzicht krijgen van de gemaakte zorgkosten. Op die manier wil minister Edith Schippers van Volksgezondheid de patiënt confronteren met de kosten in de zorg. Als zorgverzekeraars dit niet regelen, dwingt ze het bij hen af.

Kostenbewust maken
Ziekenhuizen en artsen moeten worden aangespoord prijsbewust te werken. De patiënt kan daarin een grotere rol spelen, vindt minister Schippers. “ Wie zo veel zorgpremie betaalt, moet ook inzicht hebben in de kosten.” Schippers reageerde op een voorstel van VVD-Kamerlid Anne Mulder die patiënten kostenbewust wil maken door ze de rekening te presenteren voor een ziekenhuisbezoek. De bewindsvrouw vindt dat de zorgverzekeraars aan de slag moeten. “Ze zijn heel lang een soort administratiekantoren geweest. Ik ga ze er nog een keer op aanspreken en anders moeten we het afdwingen. Dan kom ik met een wettelijke regeling”, aldus de minister.

Rekening
Dat is een van de uitkomsten van het Kamerdebat donderdag, over de kosten in de zorg. De minister wil verder dat ziekenhuizen een rekening sturen naar patiënten die niet komen opdagen op de afspraak. VVD, CDA, ChristenUnie en SGP willen dat zij eerst gaat onderzoeken hoeveel onnodige kosten op deze manier eigenlijk worden gemaakt. Volgens de VVD komt bijna 10 procent van de mensen de afspraak bij de dokter niet na en draaien andere premiebetalers daarvoor op. De PvdA wil ook onderzocht hebben of het mogelijk is dat ziekenhuizen, die mensen te lang in de wachtkamer laten zitten of operaties uitstellen, een boete opgelegd kunnen krijgen.

Zorgkolchozen
De SP verwijt het kabinet de lasten naar zieken en mensen met lage inkomens te verschuiven. Schippers kiest volgens Kamerlid Renske Leijten voor “het Las Vegasmodel”. De minister zei juist de gulden middenweg te volgen omdat ze niet wil kiezen “tussen Las Vegas en tweedeling in de zorg, of voor Moskou met wachtlijsten en matige zorg.” Ze vindt dat een keuze tussen “Amerikaanse toestanden of zorgkolchozen”.

IQ-maatregel
De PvdA is teleurgesteld in de koers van het kabinet. PvdA-Kamerlid Agnes Wolbert wil dat de ingreep in het persoonsgebonden budget (pgb), waarmee nu zo’n 130.000 mensen zelf hun zorg regelen, wordt teruggedraaid. Ze vindt dat ouderen die thuis willen blijven wonen, het te veel zelf moeten uitzoeken en het zit haar dwars dat staatssecretaris Marlies Veldhuijzen van Zanten de zogenoemde IQ-maatregel voor “ongelofelijk moeilijk vindt maar wel gaat uitvoeren.”

Bestuderen
De staatssecretaris wil licht verstandelijk gehandicapten met een IQ tussen 75 en 80 niet meer in aanmerking laten komen voor AWBZ-zorg. Donderdag gaf Veldhuijzen van Zanten in de Tweede Kamer aan dat ze nog steeds bezig is te verkennen hoe ze deze maatregel op een nette manier kan uitvoeren. “Ik heb het een jaar uitgesteld omdat ik verder wil bestuderen hoe deze maatregel op een prudente manier kan worden uitgevoerd. Ik denk dat u daar voorlopig genoeg aan kan hebben.” (Zorgvisie – Carolien Stam)

Bron:
Zorgvisie

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen
vast, depressie, hersenen

Meeste ziekmeldingen door depressie

Depressies zorgen voor het grootste aantal verzuimdagen bij de werkende bevolking. Maar globaal genomen zorgen lichamelijke aandoeningen voor een groter aantal ziekmeldingen dan psychische aandoeningen: bij bijvoorbeeld chronische rugpijn, aandoeningen aan de luchtwegen, drugsmisbruik en spijsverteringsproblemen blijven mensen ziek thuis. Dat blijkt uit onderzoek van het Trimbos-instituut dat donderdag is gepubliceerd.

Ziektedagen
Mensen met een chronisch lichamelijke aandoening blijven gemiddeld 10,7 dagen per jaar meer ziek thuis dan mensen zonder dit soort aandoening. Bij psychische aandoeningen is dat gemiddeld 10,5 dagen meer. Over het algemeen blijven werkende Nederlanders gemiddeld 13 dagen per jaar ziek thuis.

Kosten
Ziekteverzuim als gevolg van psychische aandoeningen kost de samenleving jaarlijks 2,7 miljard euro, bij chronische lichamelijke aandoeningen is dat 5,3 miljard euro. Het gaat om respectievelijk 12 miljoen en 21,8 miljoen verzuimdagen.

Preventie loont
Volgens de onderzoekers zijn de verzuimkosten door aandoeningen vaak beduidend groter dan de medische kosten ervan. Preventie en behandeling van aandoeningen loont dus de moeite, stellen ze, omdat zo verzuim teruggedrongen kan worden.

Bron:
Skipr

Lees meer over: Carrière, Thema A-Z

Slechts de helft van de Belgen raadpleegt regelmatig een tandarts

Iets meer dan de helft van de Belgen (56,4 procent) brengt regelmatig een bezoek aan de tandarts. Dat blijkt uit de het project “Dataregistratie Mondgezondheid Belgische bevolking”, dat in opdracht van het Verzekeringscomité van het RIZIV werd uitgevoerd.

De onderzoekers definieerden “regelmatige raadplegingen” als minstens drie geattesteerde prestaties in de periode 2005-2009. Dringende raadplegingen werden daarbij niet meegeteld.

Vrouwen vaker dan mannen
Volgens de studie gaan vrouwen vaker naar de tandarts dan mannen. Het regelmatige contact is vooral frequent bij de twaalf- tot veertienjarigen. De hoogste leeftijdsgroep bezoekt duidelijk minder regelmatig de tandarts, al ligt daar het aantal urgentiebezoeken wel hoger.

Drempels
Overigens blijkt een groot deel van de respondenten (43 procent) geen reden te hebben voor het uitstellen van een tandartsbezoek. Een kwart (25 procent) verklaarde dat de afwezigheid van tandpijn de reden is om niet langs te gaan. Voor 18 procent vormt angst de reden van uitstel. Financiële drempels vormden voor 11 procent van de bevraagden een probleem.

Bron:
HBVL

Lees meer over: Thema A-Z
Medicijnen, pillen

Apotheker opgeroepen patiënten een standaard medicatieoverzicht mee te geven

Maak actief gebruik van de mogelijk om aan patiënten een gestandaardiseerd medicatieoverzicht mee te geven. Daartoe worden apothekers opgeroepen door de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP), de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers (NVZA) en de organisatie voor de informatiehuishouding van apotheken ORIA apothekers.

Tot nu toe waren er verschillende versies van medicatieoverzichten in gebruik. Dit was afhankelijk van het type ICT-systeem in de apotheek. Voor de zorgverleners en patiënten die deze overzichten nodig hadden, was deze diversiteit verwarrend en werkte fouten in de hand.

Gestandaardiseerd medicatieoverzicht
Op initiatief van KNMP, NVZA en ORIA is daarom een standaard opgesteld. Deze standaard is nu door de ICT-leveranciers ingebouwd in alle apotheekinformatiesystemen. Daardoor kunnen apothekers in ons land met één druk op de knop een A4-formaat, uniform medicatieoverzicht uitprinten en aan patiënten meegeven.

Met name in foutgevoelige situaties, zoals opname en ontslag uit het ziekenhuis, zal het medicatieoverzicht bijdragen aan grotere patiëntveiligheid.

Richtlijn overdracht medicatiegegevens
Bij het opstellen van de standaard is uitgegaan van de richtlijn Overdracht medicatiegegevens in de keten die eerder al was opgesteld door negentien verschillende koepels in de gezondheidszorg. Deze richtlijn definieert welke gegevens nodig zijn voor veilige overdracht van medicatiegegevens van de ene zorgverlener naar de andere zorgverlener: patiëntgegevens, gebruikte en gestopte medicatie, reden van voorschrijven, allergieën en relevante informatie over laboratorium waarden.

Ook gebruik van andere medicatie zoals zelfzorg- of homeopathiemiddelen is – indien bekend – opgenomen in het medicatieoverzicht. De komende tijd zal dit medicatieoverzicht met de negentien koepelorganisaties worden geëvalueerd en verder ontwikkeld.

De Staat van de Gezondheidszorg
In haar rapport De Staat van de Gezondheidszorg gaf de Inspectie voor de Gezondheidszorg zeer onlangs nog aan dat risico’s die in de zorg ontstaan door gebrekkige informatie-uitwisseling tussen zorgverleners en instellingen niet automatisch kunnen worden opgelost door de toepassing van ICT. Zeker nu het voor zorgverleners in veel gevallen nog niet mogelijk is om digitaal patiëntgegevens uit te wisselen, biedt het papieren medicatieoverzicht uitkomst.

In de maand november volgt een campagne van openbare apothekers, apothekers in het ziekenhuis, patiëntenorganisatie NPCF, de Nederlandse Trombosedienst en GGZ Nederland om patiënten op te roepen een medicatieoverzicht bij hun apotheek op te halen, bijvoorbeeld als zij naar het ziekenhuis gaan. Ziekenhuizen zetten zich ook in voor deze campagne via het VMS veiligheidsprogramma ziekenhuizen.

Bron:
VGN

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
Geld, pot

Kosten aanvullende verzekering omhoog

Voor een aanvullende zorgverzekering moeten consumenten volgend jaar fors meer betalen.

De premies stijgen met gemiddeld zo’n 15 procent. Een gezin met twee kinderen gaat gemiddeld 150 euro per jaar extra betalen. Sommige aanvullende verzekeringen gaan wel met 40 procent omhoog, terwijl de voorwaarden nagenoeg hetzelfde blijven. Dat blijkt uit gegevens van vergelijkingssite Independer.nl, die al inzage heeft gehad in de voorgenomen premiestijgingen.

Bron:
Telegraaf

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen
NOS Stories: Zijn al die beugels écht nodig? : De waarheid over rechte tanden

Scheve tanden: van celebs tot tandrage in Japan

De perfect rechte, spierwitte tanden lijken misschien overal de norm te zijn, toch hebben heel wat celebs vrede genomen met hun niet zo perfect gebit. Tot de lievelingetjes van de ‘schone scheve smile’ behoren ongetwijfeld Anna Paquin, Kirsten Dunst en Keira Knightley. Aan de andere kant van de wereld is deze imperfectie ondertussen een nieuw streefdoel. De ‘Yaeba’-tanden zijn een echte rage in Japan.

110 miljoen dollar voor mooie tanden
Volgens de New York times verwacht het Amerikaanse departement voor gezondheid en welzijn dat in 2012 zo’n 110 biljoen dollar gespendeerd zal worden aan het recht maken, witten en herstellen van tanden.

Yaeba
Ondertussen zien we dat in Japan met geld wordt gegooid net om rechte tanden in de war te brengen. De look heeft de naam ‘Yaeba’ gekregen, wat ‘dubbele tand’ betekent. Voor heel wat Japanse mannen zou dit aantrekkelijk zijn omdat het de gedachte van ‘het moet niet allemaal perfect zijn’ zou verpersoonlijken.

Er zijn blogs gewijd aan ‘yaeba’ en Aziatische celebs, die voordien hun scheve tanden liever voor zich hielden, lopen ermee te pronken. Heel wat vrouwen met rechte tanden betalen hun tandarts om valse, plastic ‘Yaeba’ te creëren die op hun eigen tanden worden aangebracht en gefixeerd.

Opening tanden vergroten
Toch heeft deze liefde voor imperfectie ook westerse tegenhangers. In de reeks ‘America’s Top Model’ heeft Tyra Banks vorig jaar zelfs een kandidate overtuigd de opening tussen haar voorste tanden te vergroten. Het model reageerde: “Make it as big as you want it”. Diezelfde Banks gaf in een andere, vroegere editie van deze reality show 1 van de modellen dan weer de raad de opening tussen haar tanden te verkleinen.

Bron:
HLN

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z
Angst, bang, vrouw

Gedragstherapie tegen tandartsangst

Mensen met ernstige tandartsfobie kunnen hun angsten overwinnen met een enkele sessie van cognitieve gedragstherapie (CGT). Dat suggereert een onderzoek dat onlangs gepubliceerd is in British Dental Journal (BDJ).

De auteurs van de studie baseren hun bevinding op een pilotstudy van 60 patiënten die normaal intraveneuze sedatie kregen toegediend voordat ze een tandheelkundige behandeling konden ondergaan. Zij adviseren practici om de benadering met cognitieve gedragstherapie nu al te implementeren in plaats van te wachten tot verdere onderzoeken. Patiënten hebben er baat bij om niet herhaaldelijk blootgesteld te worden aan gezondheidsrisico’s bij het gebruik van herhaalde intraveneuze sedatie.

Geen terugval naar sedatie
De eerste cohort van 60 patiënten hadden allemaal deelgenomen aan een pilot in een gespecialiseerde tandheelkundige kliniek in Sheffield voor mensen met ernstige tandartsfobie. De helft van de groep werd CGT aangeboden, waarbij 21 patiënten uiteindelijk de behandeling accepteerden. Twintig van hen kregen tandheelkundige behandelingen zonder gesadeerd te worden
Bij een controle van deze patiënten een decennium later bleek dat van de 19 gelokaliseerde patiënten die gebruik gemaakt hadden van CGT, niemand was teruggevallen naar sedatie in de tussenliggende periode van tien jaar.

Nieuwe generatie
In een tienjaarlijks onderzoek in Groot-Brittannië naar volwassen gebitssituaties blijkt dat maar liefst 12% van de mensen extreme tandartsangst kunnen ervaren. Professor Damien Walmsley, wetenschappelijk adviseur van de Brittish Dental Association, zei: “Tandartsfobie is een ernstig probleem, omdat het sommige mensen afschrikt om ooit naar de tandarts te gaan, behalve wanneer zij een ernstige pijn ervaren.

In dit stadium, kunnen zij meer invasieve behandelingen vereisen dan wanneer ze regelmatig naar de tandarts zouden gaan. Helaas wordt deze cyclus van angst, no-show en de pijn vaak overgedragen naar kinderen van mensen met een tandartsfobie. Uiteindelijk houdt dit het probleem in stand, om vervolgens een nieuwe generatie te voeden met orale gezondheidsproblemen.

CGT is een van een reeks van technieken die gebruikt kunnen worden om de behandeling voor angstige patiënten comfortabel te laten verlopen. De resultaten van dit onderzoek zien er veelbelovend uit voor degenen die last hebben van ernstige tandartsfobie.”

Bronnen:
BDA
Royal College of Psychiatrists
Nature

Sep 2011

 

Lees meer over: Pijn | Angst, Thema A-Z
Hoogleraar Out: afraden griepprik onverantwoord

Hoogleraar Out: afraden griepprik onverantwoord

Het ontraden van de jaarlijks griepprik is ongenuanceerd en onverantwoord. De werkwijze van het Geneesmiddelenbulletin is onprofessioneel. Ten onrechte nemen media een standpunt klakkeloos over.

Dit betoogt Henk Jan Out in NRC Handelsblad. Out is bijzonder hoogleraar farmaceutische geneeskunde aan het UMC St Radboud Nijmegen en vice-president clinical research bij MSD in Oss.

Nut
Zo’n prik heeft wel degelijk nut, aldus Henk Jan Out. Het is volgens hem bij alle deskundigen allang bekend dat het bewijs over het nut van griepvaccinatie niet sterk is. De meeste onderzoeken kunnen de strenge eisen van evidence-based medicine niet doorstaan, grotendeels wegens de intrinsieke beperkingen van grieponderzoek. Is het ontbreken van bewijs reden om de prik niet te geven? “Dit is iets te kort door de bocht. Niet-gerandomiseerd bewijs kan zeker relevant zijn”, aldus Out.

Onverantwoord
Wat meer zorgvuldigheid had het Geneesmiddelenbulletin gesierd, om het toch al broze vertrouwen van het publiek in het nut van vaccinaties niet verder te beschadigen, vindt hij. Geheel terecht noemde Roel Coutinho van het RIVM dit in de Volkskrant ‘onverantwoord’.

Out vindt dat GeBU-hoofdredacteur Bijl zich had moeten verzekeren van mede-auteurs met een virologische achtergrond en methodologen met specifieke kennis van systematische reviews. Daarna had hij het moeten sturen aan een medisch tijdschrift, opdat het een robuuste peer review had gekregen. “Nu is het een verhaal van de hoofdredacteur in zijn eigen blad, ogenschijnlijk op kruistocht tegen de farmaceutische industrie.”

Bron:
Nefarma

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
caries - tandarts

Speekselklieraandoeningen herkennen en behandelen

Cysten, tumoren en ontstekingen van de speekselklieren zijn aandoeningen waarmee u in uw praktijk kunt worden geconfronteerd. Een update door kaakchirurg-oncoloog Erik van der Meij van het Medisch Centrum Leeuwarden.

Op de praktijkgerichte nascholingsdag Dental Review 2011 sprak van der Meij de aanwezige tandartsen bij over de meest voorkomende speekselklierpathologie.

Circumscripte zwelling van de glandula parotis; het bleek te gaan om een goedaardige speekselkliertumor.

Aandoeningen
Aandoeningen kunnen zich bevinden in de:

  • glandula parotis (oorspeekselklier)
  • glandula submandibularis (onderkaakspeekselklier)
  • glandula sublingualis (ondertongspeekselklier)
  • accessorische speekselkliertjes

Sialoadenitis is de benaming voor virale (bijvoorbeeld de bof) en bacteriële ontstekingen van de klieren. Speekselklierkanker komt relatief weinig voor. “Een speekselkliertumor ziet u als tandarts misschien twee tot drie keer in uw leven”, stelde Van der Meij. “Het vervelende is dat het verschil tussen goed- en kwaadaardig niet eenvoudig te zien is.” Over het algemeen geldt:

  • hoe kleiner de klier, hoe groter de kans op kwaadaardigheid
  • een zwelling van de bovenlip is kwaadaardig tot het tegendeel bewezen is
  • een langzaam groeiende tumor is niet per definitie goedaardig

Sinds een jaar bestaande zwelling van de binnenzijde van de bovenlip; bij biopsie bleek het te gaan om een kwaadaardige speekselkliertumor uitgaande van een klein speekselkliertje.

Nauwkeurig lichamelijk onderzoek
Van der Meij adviseert tandartsen dan ook bij een zwelling van een van de speekselklieren nauwkeurig lichamelijk onderzoek te verrichten. Met een gaasje kan de uitvoergang van de speekselklier worden droog gemaakt. Vervolgens kan de klier worden gemasseerd. De karakteristieken van het vrijgekomen secreet (helder, troebel, vlokkerig of pus) geven veel diagnostische informatie.

Na massage van de glandula submandibularis komt pus vrij uit de ductus Whartoni.

Na massage van de glandula parotis wordt een speekselsteen verwijderd.

Aanvullend onderzoek
Aanvullend, beeldvormend onderzoek kan variëren van conventionele röntgen, echografie, MRI, CT, PET/CT tot CB-CT sialografie. Met deze laatste techniek kan met behulp van contrastvloeistof en CB-CT een 3D-beeld worden verkregen. Ook cytologische puncties bieden steeds meer mogelijkheden om op een paar cellen een redelijk betrouwbare diagnose te stellen.

Sialendoscopie
De nieuwste ontwikkeling is de sialendoscopie, waarbij met een scoop diep in de vertakkingen van de klier kan worden gekeken. Via sialendoscopie kunnen eventueel gevonden speekselstenen met een netje worden verwijderd en vernauwingen met een ballonkatheter worden verholpen.

Sialendoscopisch onderzoek kan o.a. worden verricht in het speekselkliercentrum van het Erasmus MC te Rotterdam en het Speekselkliercentrum Friesland te Leeuwarden. Deze speekselkliercentra zijn gespecialiseerd in de diagnostiek en behandeling van speekselklieraandoeningen.

Bron:
Verslag door dental INFO, gemaakt tijdens de Dental Review 2011, georganiseerd door Mark Two Communications, 30 september 2011, Jaarbeurs Utrecht

Dr. Erik H. van der Meij is opgeleid tot kaakchirurg aan het VU Medisch Centrum te Amsterdam. In 1994 behaalde hij het tandartsexamen en het artsexamen in 2000. In 2002 promoveerde hij aan het VUMC op het proefschrift: “The possible premalignant character of oral lichen planus and oral lichenoid lesions. A clinicopathological study”. Van 2004 tot 2008 was hij als staflid verbonden aan de afdeling Mondziekten en Kaakchirurgie van het Erasmus MC te Rotterdam. In die periode werd aldaar een fellowship Hoofd-hals chirurgie/oncologie gevolgd. Vanaf 1 januari 2008 was hij in het Erasmus MC werkzaam als kaakchirurg-oncoloog en hield hij zich bezig met de diagnostiek en chirurgische behandeling van tumoren in het hoofd-halsgebied. Sinds maart 2008 is hij werkzaam in het Medisch Centrum Leeuwarden. Zijn aandachtsgebieden betreffen de hoofd-hals oncologie, de orale pathologie en speekselklieraandoeningen.

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Medisch | Tandheelkundig, Scholing, Thema A-Z
kindergebit-art-van-loveren-90

Tandartsen ongerust over kindergebit

Het gaat slecht met het kindergebit. Deskundigen in de Amsterdamse tandzorg maken zich grote zorgen.
Tandartsen klagen dat ze steeds meer gaatjes bij kinderen zien, zegt Cor van Loveren, hoogleraar preventieve tandheelkunde aan de Universiteit van Amsterdam.

Alles wijst erop dat de staat van de kindergebitten achteruitgaat. Er zijn zelfs schrijnende gevallen van peuters die onder narcose hun verrotte melktanden moeten laten trekken. ‘Het leidt tot pijn en schoolverzuim, maar er kunnen ook blijvende gebitsproblemen ontstaan.’

Niet naar de tandarts
Uit cijfers van zorgverzekeraar Agis blijkt dat alleen al in Amsterdam-Zuidoost ruim drieduizend jongeren niet naar de tandarts gaan. Het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (Acta) onderzoekt waarom dat gebeurt. En de Stichting Jeugdtandverzorging Amsterdam, die op 220 basisscholen de schooltandarts levert, begint een campagne op middelbare scholen om deze verloren groep naar speciale tienerpraktijken te lokken.

Gemakzuchtiger en meer zoet
Volgens Van Loveren zijn ouders gemakzuchtiger geworden als het om het onderhoud van de tanden van hun kroost gaat. Ook is het dieet steeds zoeter geworden, zegt Jaap Veerkamp, kindertandarts bij het Acta. ‘Wie meer zoet eet, moet meer aan zijn gebit doen. Maar dat gebeurt niet.’

Te weinig poetsen
Slechts 38 procent van de vijfjarigen poetst twee keer per dag. Meer dan de helft van deze groep heeft al gaatjes. Bij negenjarigen is dat al 72 procent, blijkt uit onderzoek van TNO en het Acta. Het zijn oude cijfers, maar er is volgens de deskundigen geen reden om aan te nemen dat het nu beter gaat. Integendeel.

Meer voorlichting nodig
Er is meer voorlichting nodig, vindt Van Loveren. Maar door de invoering van vrije tarieven en de dus grotere concurrentie komt die juist onder druk te staan.

Bron:
Het Parool

Lees meer over: Kindertandheelkunde, Thema A-Z

Tand John Lennon brengt 19.000 pond op

Een tand van wijlen John Lennon heeft zaterdag zo’n 19.000 pond (22.600 euro) opgebracht tijdens een veiling in de Britse stad Stockport. Het bijzondere Beatle-relikwie werd gekocht door een Canadese tandarts. Dat meldde de BBC.

Tandarts Michael Zuk, die een boek over tanden van beroemdheden op zijn naam heeft staan, ”moest de tand hebben toen hij hoorde dat hij geveild werd”. De kies van de gitarist en zanger van The Beatles komt uit een collectie rockmemorabilia van voormalig platenbaas Alan McGee. Zuk wil de tand, die volgens het veilinghuis nogal griezelig en geelbruinig is, tentoonstellen in zijn praktijk en hem meenemen op tour langs andere tandartspraktijken en -scholen. ”Sommigen zullen het wel smerig vinden, anderen zullen juist gefascineerd zijn”, aldus Zuk.

Bron:
NU


Lees meer over: Opmerkelijk, Thema A-Z
IGZ, sluiten, tandartspraktijk

Weer een tandartspraktijk gesloten door de Inspectie voor de Gezondheidszorg

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft op 31 oktober 2011 tandarts Schneiderat van Tandarts Hippo te Hippolytushoef het bevel gegeven om met onmiddellijke ingang haar werkzaamheden als tandarts te stoppen.

Op 26 oktober bezocht de inspectie de praktijk in Hippolytushoef. Aanleiding voor het bezoek waren klachten over de wijze waarop de tandheelkundige zorg wordt uitgevoerd en georganiseerd is. De inspectie heeft besloten tot een bevel om de praktijk te sluiten omdat de situatie die de inspectie aantrof een groot risico voor de patiëntveiligheid is.

Tekortkomingen:

  • de WIP-richtlijn infectiepreventie in de tandheelkundige praktijk wordt onvoldoende nageleefd. Zo raakt de tandarts met haar handschoenen allerlei voorwerpen aan, terwijl ze daarvoor met dezelfde handschoen in de mond van de patiënt is geweest. Verder was de jas van de tandarts zichtbaar verontreinigd, waren niet alle zeep en handdispensers handsfree te bedienen, hingen mondneuskapjes onder de kin of in de nek en werd de spatbril op het haar gedragen. Ook de systematisch controle op een goede werking van de autoclaaf ontbreekt, waardoor desinfectie van de tandheelkundige instrumenten niet kan worden gewaarborgd.
  • er wordt niet voldaan aan de Kernenergiewet. Ondermeer een Nederlands stralingsdeskundigheidscertificaat kan niet worden getoond en het onderhoudsrapport van de röntgenapparatuur is niet aanwezig.
  • de praktijk voldoet niet aan de eisen, zoals gesteld in de Wet Geneeskundige Behandel Overeenkomst. Dossiers zijn niet up-to-date en toestemming voor behandeling wordt niet vastgelegd.

Vanwege dit risico voor de patiëntveiligheid heeft de inspectie het bevel gegeven om met onmiddellijke ingang geen patiëntenzorg te verlenen. Deze maatregel blijft van kracht, totdat de inspectie van oordeel is dat de kwaliteit van de zorgverlening voldoet aan de voorwaarden voor verantwoorde zorg.

Bron:
IGZ

 

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z
materialen, tandarts

Infectiepreventie: de stand van zaken

Vrijwel alle mondzorgers zijn druk bezig om hun praktijkvoering op orde te brengen op het gebied van praktijkhygiëne. Dit stelt tandarts en docent tandheelkunde Dorothé Voet, die gespecialiseerd is in infectiepreventie en patiëntveiligheid.

Simpel en snel
Veel tandartsen vragen zich af hoe de infectiepreventie goed aan te pakken. En waarom zijn de protocollen niet gewoon voorhanden? “Omdat elke praktijk anders is ingericht, over verschillende apparatuur en over een gevarieerd aantal overige hulpmiddelen en taakstellingen voor de medewerkers beschikt, zal elke praktijk echt zelf protocollen moeten schrijven”, zegt Voet. “Hou het zo simpel mogelijk, want hoe simpeler het protocol, hoe beter en effectiever het te gebruiken is.”
Er zijn praktijken die hun protocollen opstellen in samenwerking met gespecialiseerde bedrijven. Voet: “Die geven soms een certificaat af terwijl de inhoud van het protocol niet juist is, wat een vals gevoel van veiligheid kan geven. Een inspecteur van de IGZ kan een individueel protocol onder omstandigheden dus inhoudelijk afkeuren. Gelukkig zijn er ook ondersteunende bedrijven die wel heel nauwkeurig zijn inzake de inhoud van de protocollen en die men met een gerust hart kan inhuren.”

Gedetailleerde routing
“Belangrijk is dat de routing zeer gedetailleerd wordt beschreven. Werkelijk alle stappen horen in dit protocol te staan om de handelingen daadwerkelijk goed uitvoerbaar te laten zijn. Bijvoorbeeld ook met welk middel je bepaalde instrumenten reinigt en desinfecteert en de hoeveelheid hiervan. Iedereen dient daarvan op de hoogte te kunnen zijn door middel van een geschreven protocol.
Bovendien moet iedere betrokkene kunnen vertellen waarom dit precies zo moet. Ook de assistent draagt die persoonlijke verantwoordelijkheid, want wie voldoende kennis van infectiepreventie heeft, is beter toegerust om het te blijven doen zoals het hoort. Stel dat er iets mis gaat, dan moet de assistent dat zelf kunnen constateren en interpreteren en bovendien zelf een alternatief kunnen bedenken.

Uiteraard is het allerbelangrijkste dat het protocol daadwerkelijk wordt nageleefd. Alle teamleden worden geacht te werken volgens de opgestelde protocollen. Een protocol kan nog zo perfect zijn, als het niet wordt nageleefd is er mogelijk geen sprake van een goede hygiëne.”

Handhygiëne
Voet heeft inmiddels veel praktijken gezien, vooral tijdens waarnemingen. Het valt haar op dat veel praktijken nog tekort schieten betreffende de handhygiëne. Ze kent geen mondzorgers die geen handschoenen gebruiken, maar het gebruik van handalcohol is nog vaak ondermaats. “Ja, het vergt veel discipline, die handhygiëne. Maar het speelt een cruciale rol. Zonder goede handhygiëne heeft u namelijk niets aan die hele dure autoclaaf die u misschien heeft staan.
Bij slechte handhygiëne vinden de micro-organismen namelijk via aangeraakte en besmette oppervlakken hun weg naar de volgende patiënt. Deze besmettingsroute wordt smeercontaminatie genoemd. Daarom hoort er voor adequate handdesinfectie op strategische plaatsen handalcohol aanwezig te zijn: bij de tandarts, bij de assistent en ook in de sterilisatieruimte.”

Flessenunit
Voet is een groot voorstander van het gebruik van behandelunits met flessenwater. “De
fles kan, soms na enige noodzakelijke aanpassingen, op elke unit worden aangesloten. Op die manier kun je veilig doorwerken als er een wateralarm geldt en het water van het waterleidingnet niet ongekookt gebruikt mag worden. De fles wordt in dat geval met bronwater gevuld en de behandelingen kunnen zonder risico voor team en patiënten ongestoord voortgang vinden.

Steriel weefsel
Instrumenten die in contact zullen komen met steriel weefsel moeten verpakt worden gesteriliseerd volgens de WIP Richtlijn. Maar wat moeten we ons voorstellen bij steriel weefsel?
“Steriel weefsel is al het gezonde weefsel dat zich onder bedekkende huid of slijmvlies bevindt. Een hevel zal de ene keer wel en de andere keer niet in een steriele omgeving gebruikt worden, maar omdat het onderscheid voorafgaand aan het gebruik niet altijd te maken is, is het veiligheidshalve aan te bevelen om hevels en ook worteltangen altijd verpakt te steriliseren.”

WIP-richtlijn
Een effectieve manier van schoonmaken is weggooien… En tevens geldt: Schoonhouden moet als schoonmaken niet kan. Deze oneliners van Voet zijn de ultieme praktische vertaling van de WIP-richtlijnen en verdienen een plek in elke bedrijfsvoering.

Punten om nog eens bij stil te staan:

  • Zorg voor voldoende ruimte voor sterilisatie.
    Offer desnoods een behandelkamer op!
  • Vooraf instrumententray gereed maken
    Leg vóór de behandeling – buiten de behandelruimtes -zoveel mogelijk instrumenten op de
    tray zodat er in principe NIETS meer bij gepakt hoeft te worden.
  • Unit niet vasthouden
    Assistenten vergeten soms de delen van de unit die zij – vaak onbewust – hebben
    vastgehouden, te desinfecteren.
  • Gebruik van hygiënehoesjes (sleeves)
    Instrumenten en (delen van het) meubilair met ribbeltjes, richeltjes en naden zijn moeilijk
    schoon te houden. Het toepassen van sleeves (over bijvoorbeeld etsspuitjes) biedt dan een oplossing.
  • Tandsteenapparaat doorspoelen met chloor
    Het losse tandsteenapparaat vereist een strikt waterkwaliteitsregime, mogelijk zelfs met
    behulp van een chlooroplossing. Het gebruik van chloorhexidine tijdens het verwijderen van
    tandsteen is niet voldoende om het ontstaan van de schadelijke biofilm tegen te gaan!

Dorothé Voet studeerde in 1980 af als tandarts aan de Vrije Universiteit te Amsterdam. Ze heeft brede ervaring als algemeen practicus vanuit haar eigen praktijk en door vele praktijkwaarnemingen.
Daarnaast is ze reeds meer dan tien jaar actief in het onderwijs. De reguliere dagopleidingen alsook de diverse nascholingscursussen voor tandartsassistentes zijn haar vakgebied maar tevens is ze betrokken bij de opleiding van preventieassistentes en mondhygiënistes. Vanuit de combinatie van tandheelkunde en onderwijs heeft zij een aantal boeken geschreven voor de opleiding van tandartsassistentes.

Door: Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Okt 2011

 

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z

Helft Nederlanders denkt dat tandartscontrole onder basispakket valt

Nederlanders hebben weinig kennis over de inhoud van de basisverzekering. Ruim de helft van de Nederlanders denkt dat een tandartscontrole (voor 18 jaar en ouder) onder de basisverzekering valt. En ruim 40 procent denkt dat een bril vergoed wordt vanuit het basispakket, terwijl dit in beide gevallen niet het geval is. Één op de drie Nederlanders is onterecht in de veronderstelling, dat het eigen risico van de zorgverzekering niet voor een bezoek aan het ziekenhuis geldt. Dat blijkt uit onderzoek van de onafhankelijke vergelijker Verzekeringssite.nl onder 500 Nederlanders.

Inhoud basisverzekering onbekend
Uit het onderzoek komt naar voren dat de kennis van het basispakket onder Nederlanders gebrekkig is. Net als bij de vergoeding van de tandartscontrole bestaan er ook bij fysiotherapie misverstanden. 53 procent denkt dat deze behandelingen onder de basisdekking vallen. Terwijl alleen voor chronisch zieken fysiotherapie in het basispakket zit. Zorg in het ziekenhuis, huisarts, medicijnen, tandarts tot 18 jaar en kraamzorg vallen onder de basisverzekering.

Eigen risico
Bijna de helft van de Nederlanders weet niet of een behandeling in het ziekenhuis ten koste gaat van het eigen risico. In 2011 geldt een verplicht eigen risico van 170 euro, in 2012 wordt dit verhoogd naar 220 euro. Dat betekent dat de eerste 220 euro, die aan kosten worden gemaakt voor zorg binnen het basispakket, zelf betaald moeten worden. Voor zorg die gedekt wordt door de aanvullende verzekering geldt geen eigen risico.

Juiste keus
Uit het onderzoek blijkt dat Nederlanders niet volledig op de hoogte zijn van de basisverzekering. Maar op basis van deze informatie maken mensen wel een keuze of ze wel of niet een aanvullende verzekering nemen. Wij raden mensen aan om van te voren een wensenlijstje te maken. Maak op basis van dit lijstje een goede overweging of hier een aanvullende verzekering voor nodig is, aldus Erik Hordijk van Verzekeringssite.nl. Bovendien raden wij consumenten aan om alleen de risico’s te verzekeren die zij niet zelf kunnen betalen.

Niet gedekt
Een ander gevolg van de gebrekkige kennis is dat mensen met alleen een basisverzekering, denken dat bijvoorbeeld fysiotherapie en tandarts in dit pakket vallen. Zij zullen voor deze behandelingen een nota indienen bij de verzekering, die vervolgens niet vergoed wordt. Dit kan vervelende financiële gevolgen hebben voor de consument,zegt Erik Hordijk.

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen
contract

83% van de studenten vindt vergoeding tandarts via zorgverzekering belangrijk

De meeste studenten kiezen voor een zorgverzekering met uitgebreide dekking. Studenten vinden het belangrijk dat de tandarts vergoed wordt via de zorgverzekering.Student snapt eigen risico niet

Student snap eigen eigen risico niet
Bijna eenderde van de studenten weet niet wat het eigen risico van de zorgverzekering inhoudt. En zestig procent van de studenten vindt een uitgebreide dekking belangrijker dan een lage premie. Dat blijkt uit onderzoek van SUM.nl naar het verzekeringsgedrag van studenten. Niet alleen studenten waarvan de ouders hun zorgpremie betalen zijn vrijwel onbekend met het eigen risico. Ook 20 procent van studenten die zelf hun verzekering betalen, weet niet dat het eigen risico een deel van de zorgkosten is die je via de basisverzekering eerst zelf moet betalen

Uitgebreide dekking
De meeste studenten kiezen voor een zorgverzekering met uitgebreide dekking (32 procent), een lage premie (28 procent) of waar de ouders verzekerd zijn (19 procent).

Vergoeding tandarts
Studenten vinden het meest belangrijk dat de tandarts (83 procent), brillen/lenzen (41 procent) en fysiotherapie (35 procent) vergoed worden. Studentes zien ook graag dat de anticonceptie wordt vergoed (38 procent). Daarnaast vinden studenten het belangrijk om een goede buitenlanddekking te hebben.

Bron:
Skipr

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen
Euro, geld, goodwill

VVD: patiënt moet meer kostenbewust worden

De VVD wil patiënten meer kostenbewust maken door ze bij elke behandeling in het ziekenhuis inzicht te geven in de kosten. Zo hoopt de regeringspartij dat mensen beter begrijpen hoeveel de zorg kost en waarom de overheid op de uitgaven wil letten.

De liberalen hopen ook dat patiënten zo zelf gaan controleren of de juiste kosten in rekening worden gebracht. Dit gaat Tweede Kamerlid Anne Mulder van de VVD volgende week voorstellen bij de behandeling van de begroting Volksgezondheid, aldus een VVD-woordvoerder vrijdag na een bericht van de NOS.

Reacties
De SP reageert sceptisch. Dat geldt ook voor PvdA-Kamerlid Diederik Samsom. Volgens hem is er ‘niks mis mee’ om de kosten voor mensen in de zorg inzichtelijk te maken. Maar hij maakt ook duidelijk er ‘geen wonderen’ van te verwachten. Regeringspartner CDA steunt het pleidooi van de VVD. CDA-Kamerlid Margreeth Smilde was volgens haar woordvoerster van plan een soortgelijk voorstel te doen in het debat met Schippers over de begroting van VWS.

Explosieve kostentijging
VVD’er Mulder geeft aan dat de zorgkosten explosief stijgen. “Dat is een tikkende tijdbom onder de collectieve uitgaven. Maar dat besef is er niet onder de bevolking. Mensen willen geen hogere premie betalen, en ze willen niet bezuinigen op de zorg. Maar die twee gaan niet samen. Er moet iets gebeuren”, stelt hij.

Hartaanval
Zowel Mulder als zijn CDA-collega Smilde wil ook dat mensen beter de rekening kunnen controleren die door ziekenhuizen bij hun zorgverzekeraar wordt gedeclareerd. Daarbij benadrukt de VVD’er dat het niet de bedoeling is ‘dat iemand die met bijvoorbeeld een hartaanval bij het ziekenhuis komt, eerst een rekening onder zijn of haar neus gedrukt krijgt’.

Bron:
Skipr

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen