Tarieven

NZA: Toegankelijkheid zorg niet in gevaar bij gelijke tarieven orthodontie

De toegankelijkheid van orthodontische zorg komt niet in gevaar als er gelijke tarieven voor orthodontie komen. Dat blijkt uit onderzoek van bureau Significant voor de Nederlandse Zorgautoriteit naar de effecten naar effecten voor consumenten bij verlaging van de orthodontietarieven. Nu rekenen tandartsen en orthodontisten nog verschillende tarieven. De onderzoeksresultaten liggen nu voor aan het veld. Naar verwachting neemt de NZa eind mei een definitief besluit over gelijke tarieven.

Op dit moment zit er verschil in het tarief dat een tandarts kan rekenen voor het plaatsen van een beugel (het D-tarief) en dat wat een orthodontist voor dezelfde behandeling kan rekenen (het O-tarief), gemiddeld 2,77%. De NZa vindt dat het niet moet uitmaken wie de behandeling uitvoert en wil daarom de tarieven voor tandartsen en orthodontisten gelijk maken. Een verlaging per 1 januari 2011 werd uitgesteld omdat er nog extra gegevens nodig waren. Die zijn nu via een gerechtelijke procedure verkregen.

Gelijke tarieven
De NZa liet verschillende onderzoeken uitvoeren naar de mogelijke effecten van het invoeren van gelijke tarieven. De onderzoekers concluderen dat het niet aannemelijk is dat de tandheelkundige zorg in gevaar komt bij het invoeren van gelijke tarieven en een tariefsverlaging. Tandartsen kunnen wel overwegen te stoppen met orthodontische zorg, maar dan blijven er in de omgeving voldoende praktijken over die deze zorg wel leveren.

De resultaten van het onderzoek worden nu besproken met koepels van tandartsen, verzekeraars en consumentenorganisaties. Zij mogen vervolgens hun advies uitbrengen aan de Raad van Bestuur van de NZa. Die neemt eind mei een definitief besluit.

Vrije prijzen mondzorg
Los van het besluit over functionele bekostiging is de minister van VWS van plan om in 2012 vrije prijzen in te voeren in de mondzorg, inclusief orthodontie. Op dit moment bekijkt zij of aan de randvoorwaarden is voldaan die de NZa in 2008 gesteld heeft aan de invoering van vrije prijzen. Een belangrijke randvoorwaarde is het openbaar maken van kwaliteitsinformatie en prijsinformatie, zodat consumenten goed tandartsen en orthodontisten met elkaar kunnen vergelijken. Naar verwachting neemt de minister in mei een definitief besluit of de tarieven worden vrijgegeven.

Bron:
NZA

Lees meer over: Tarieven, Thema A-Z
chirurg -

Post-chirurgische mogelijkheden voor Computerized Tomography (CT)

Met de CT technologie kunnen behandelaars het helingsproces in de gaten houden als voorbereiding voor implantaten in de toekomst. Journal of Oral Implantology vergelijkt twee case studies.

Computerized tomography (CT) heeft zichzelf bewezen als een bruikbaar instrument in de reconstructieve implantologie waar een botgraft nodig is. Het levert betrouwbare informatie in diagnose en behandelplanning en wordt gebruikt om het botvolume voor grafts te bepalen. Nu heeft de tandheelkunde ook post-chirurgische mogelijkheden gevonden voor CT.

Helingsproces
Een artikel in de Journal of Oral Implantology vergelijkt twee case studies waarin CT een essentiële rol heeft gespeeld. De twee studies maken gebruik van CT-scanning voor en tot een jaar na de operatie bij patiënten. Met deze technologie waren de behandelaars in staat om na de reconstructie van de kaak, het helingsproces in de gaten te houden als voorbereiding voor implantaten in de toekomst.

De botgrafts zelf werden ook geoogst uit de eigen kaak. De locatie werd bepaald aan de hand van CT-scanning voor de operatie.
Tandartsen sturen deze technologie nu in een nieuwe richting door het helingsproces van de patiënten post-operatief te volgen. In één van de casussenasen werd de technologie niet alleen gebruikt om het succes van het implanteren te bepalen, maar ook om de donorplaats te beoordelen. In de andere case werd CT gebruikt om te bepalen of de patiënt al klaar was om zes maanden na de eerste operatie te krijgen drie implantaten te krijgen. De punten die geëvalueerd werden, waren de nieuwe botformatie, de conditie van het sinusmembraan en de radiografische veranderingen.

Remineralisatie en andere lange termijn veranderingen
Hoewel er tussen de twee kaakgedeeltes nog wel radiolucenties te zien waren, werd bij de ene case na 5,5 maanden en bij de andere case na een jaar geconstateerd dat het defect aanzienlijk minder was geworden. Na een jaar kon CT-scanning ook gebruikt worden om de remineralisatie en andere lange termijn veranderingen te evalueren.

Bron:
Dentistryiq.com
Joionline.org

 

Lees meer over: Implantologie, Thema A-Z
ouderen

Mondzorg voor de zorgafhankelijke ouder

Verslag van de lezing van prof. dr. Rob Schaub, tandarts-geriatrie tijdens het NVM voorjaarscongres van vrijdag 15 april.

Prof. dr. Schaub startte met de verwachting over de toename van het aantal kwetsbare ouderen in de komende jaren. Steeds vaker hebben zij hun eigen gebit waardoor alle mondzorgers hiermee te maken krijgen. Als de zorgafhankelijkheid toeneemt, zal ook de zelfzorg verminderen en helaas ook de professionele zorg. Meer zorgafhankelijke mensen moeten over minder of hetzelfde aantal zorgverlenende mensen verdeeld worden hiervoor. Dit is nu al een probleem. Hoe moeten we dit gaan oplossen?

De oplossing
Volgens Schaub moet de mondzorglevensloop bestendig worden. Ook bij verandering moet de mond nog steeds functioneel zijn. De oudere patiënt moet dat zeker niet als last ervaren.

Daarvoor is het volgende nodig:

  1. Zorgen voor een goede basis.
  2. Ons beseffen dat zorg meer is dan alleen behandelen.

Vroeg beginnen
Met een goede basis bedoelde Schaub dat er al vroeg begonnen moet worden met vooral preventieve zorg. Al vanaf het 55e levensjaar zal de patiënt geïnstrueerd moeten worden over een goed mondhygiëne. Een goede hulp daarbij is een instructie over hoe te poetsen met een elektrische tandenborstel. Op latere leeftijd passen patiënten zich niet zo gemakkelijk meer aan. Het is goed als ze dan aan preventie en aan het poetsen met een elektrische tandenborstel gewend zijn. Ze moeten vaak door anderen gepoetst worden, wat makkelijk is met een elektrische tandenborstel. Maar dan moet de oudere er wel aan gewend zijn, anders kan een elektrische tandenborstel ervaren worden als een onaangenaam gebibber en kabaal in de mond. Patiënten kunnen hiervan schrikken en dan is de kans groot dat de elektrische borstel vervolgens ergens ligt te verstoffen. Ook pleit Schaub voor stillere elektrische tandenborstels.

Organisatie
Er zouden meer mobiele mogelijkheden moeten komen voor controle en behandeling. Dus praktijkbussen, draagbare apparatuur en dergelijke.

Betrokkenheid
Een grote mate van betrokkenheid is nodig bij de ouder wordende patiënt. We moeten goed kijken en opletten. Verandert er wat bij de patiënt? Hoe is de mobiliteit? Wordt de patiënt vergeetachtig? Het is belangrijk om hierop in te spelen.

Zorgrichting
De zorg omvat screenen, monitoring, preventie en curatie. Aan het ‘bed’ van een patiënt staan zeer veel professionals. Het is de truc om de zorg goed op elkaar af te stemmen. Dan pas worden alle puzzelstukjes gevonden en passen ze op de juiste manier in elkaar. Het overleg moet gebaseerd zijn op zorgrichting (het plan voor de toekomst), zorginrichting en zorgplan.

De zorgrichting wordt bepaald door:

  • Wens van de patiënt: Wat wil hij en door wie wordt het uitgevoerd? Waar willen we naar toe?
  • De mogelijkheden

De wensen
We kunnen ouderen indelen in 3 leeftijdsgroepen:

– 55 – 64 jaar: Vitaal, hoog verwachtingspatroon: Wil nog graag mooi en sexy zijn.

– 65 – 74 jaar: Toenemende kwetsbaarheid, wil geen problemen: Als het maar geen pijn doet…

– 75+ : Omvangrijke kwetsbaarheid, laag verwachtingspatroon. Vaak geen zin meer om nog iets aan het gebit te veranderen ook al functioneert het niet meer (goed).

15% van de ouderen is zorgafhankelijk. Deze mensen gaan niet meer zo gemakkelijk de deur uit. Hierbij hebben we ook te maken met de wensen van de patiënt. Bij 10% van de kwetsbare ouderen hebben we te maken met familie omdat de kwetsbare ouder zelf vaak geen beslissingen meer kan nemen. 75% van de zorgafhankelijke ouderen is prima in staat eigen beslissingen te nemen.

De mogelijkheden
We moeten er rekening mee houden dat we tandheelkundig en mondzorgkundig ook een veroudering zien. Dit beïnvloedt de mogelijkheden. Zo wordt de pulpa kleiner, de gingiva minder sterk, verandert de microflora en gaat het ontstekingsproces trager. Het dentine wordt ‘bros’: tanden kunnen snel afbreken. Het parodontium bevat minder proteïne, de parodontaal spleet wordt dunner en geneest trager. De gingiva wordt dus fragieler en zo ontstaat er retractie (recessie). De oudere patiënt zal veel eerder tandhalscariës ontwikkelen. De oral clearance (zelfreinigend vermogen) neemt ook drastisch af.

Schaub is geen voorstander van ‘alles uit de kast halen’ bij ouderen. Hij behoudt liever wat er nog is. Ouderen kunnen namelijk een ‘hard time’ hebben om te wennen aan een nieuwe situatie zoals implantaten en/of een volledige prothese. Palliatief handelen kan al de wens vervullen. We moeten zorgen dat we terughoudend zijn. Door bijvoorbeeld knopimplantaten te plaatsen en geen steg. Een steg is namelijk haast niet schoon te houden door de oudere.

ART is mogelijk een hele goede methode om cariës te behandelen bij deze leeftijdscategorie.

Waarom is die mondzorg zo belangrijk?
Een gezonde mond draagt bij aan:

  • Algemene gezondheid
  • Levensvreugde

Door:
Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist

Bron:
NVM Voorjaarscongres 15 april 2011

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Ouderentandheelkunde, Thema A-Z
probiotica-foto-van-yakult-90

Mondgezondheid: Is er een rol voor probiotica?

De werking van probiotica ter verbetering van darmklachten, stoelgang en het immuumsysteem is de laatste jaren steeds duidelijker geworden. Is er ook een rol voor probiotica binnen de mondgezondheid?

Probiotica hebben de laatste jaren als middel ter verbetering van darmklachten, de stoelgang en het immuunsysteem een duidelijke plaats gekregen. De werking van probiotica op de genoemde gebieden heeft te maken met directe actie ten opzichte van pathogene micro-organismen, stimulering van de darm door uitgescheiden metabolieten en beïnvloeding van het (systemische) immuunsysteem door interactie met speciale cellen in de darm. De mechanismen achter deze effecten worden steeds duidelijker en daarmee ook de mogelijke toepasbaarheid van probiotica op andere gebieden. Een van de dingen waarbij dit het geval kan zijn, is de mondgezondheid. Net als in de darm leven in de mondholte vele, en veel verschillendesoorten bacteriën. Verstoring van deze “samenleving” heeft een effect op de (mond)gezondheid.

Wat is de stand van zaken met betrekking tot het bewijs voor een rol voor probiotica?
Uit verschillende studies is gebleken dat de consumptie van producten met lactobacillen of bifido bacteriën het aantal Streptococci mutans in speeksel kan verminderen. Dit zou in principe een effect moeten kunnen opleveren op het voorkomen van cariës. Helaas zijn de studies die tot nu toe zijn uitgevoerd te klein van schaal en te kort om dit effect te bevestigen.

Studies probiotica
De allereerste studie [1] waarbij gekeken werd naar de verbetering van mondgezondheid met probiotica richtte zich op de effecten op periodontale ontstekingen. Lokale behandeling met L. acidophilus bij gingivitis en periodontitis leverde significante verbeteringen op voor bijna alle behandelde patiënten. Ook meer recent is op dit gebied onderzoek gedaan met verschillende lactobacillus species. Voor L. reuteri en L.brevis werd een verbeterde gingivale gezondheid gevonden gebaseerd op verminderde tandvleesbloedingen. Met L.casei Shirota werd een verminderde tandvleesontsteking gevonden. Dit resultaat werd gebaseerd op de MPO activiteit. Ook hier moet echter opgemerkt worden dat de studies vaak klein van opzet en kort van duur waren. Onlangs is in een Duitse studie aangetoond dat het drinken van Yakult het effect van plaque-geinduceerde tandvleesontsteking reduceert [2]. Voor halitose werd ook effectiviteit gevonden. De bacteriën die hierbij een rol speelden waren o.a. E. coli Nissle 1917 en S. salivarius K12.

Bij de onderzoeken die tot nu toe zijn uitgevoerd op gebied van probiotica en mondgezondheid, is het besef dat als probioticum hierbij meestal stammen worden gebruikt die effectief zijn gebleken in het maag-darmkanaal. Een specifiek op de mondholte gebaseerd product zou wel eens tot veel duidelijkere resultaten kunnen leiden.

Effect op diarree
Naast deze effecten van probiotica op de mondgezondheid is natuurlijk het al bewezen effect op diarree bij antibioticagebruik van belang. Probiotica kunnen, wanneer ze gebruikt worden tijdens en na een antibioticakuur het risico op antibiotica-geassocieerde diarree significant verlagen [2]. Dit levert naast een vermindering van behandelingsklachten ook een grotere therapietrouw op. Gezien het feit dat antibiotica ook in de behandeling van tandheelkundige klachten belangrijk zijn, is een rol voor probiotica hier duidelijk.

Meer onderzoek
Concluderend kan dan ook gesteld worden dat op dit moment er veel positieve, indicatieve data zijn die wijzen op een therapeutische rol voor probiotica bij mondgezondheid. Om dit hard te maken zullen de onderzoeken uitgebreider moeten worden opgezet en mogelijk moeten worden uitgevoerd met bacteriën die speciaal zijn geselecteerd vanwege hun rol in de orale microbiota.
Data van dergelijke klinische onderzoeken worden in de komende jaren verwacht.

Referenties:
[1] Kragen, H. The treatment of inflammatory affections of the oral mucosa with a lactic acid bacterial culture preparation, Zahnarzt Welt 1954;9:306-308

[2]  Slawik S, Staufenbiel I, Schilke R, Nicksch S, Weinspach K, Stiesch M, Eberhard J., Probiotics affect the clinical inflammatory parameters of experimental gingivitis in humans. Eur J Clin Nutr. 2011 Mar 30. [Epub ahead of print]

[3] Jones, K., Probiotics: preventing antibiotic-associated diarrhea.
J Spec Pediatr Nurs. 2010 Apr;15(2):160-2.

Bron:
Yakult

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Onderzoek, Thema A-Z
goed, slecht, vinger, wijzen

Consumentenbond: zonder kwaliteitsgegevens geen vrije tarieven mondzorg

Zolang consumenten niet weten wat de kwaliteit van bijvoorbeeld orthodontisten, tandartsen en mondhygiënisten is, is de Consumentenbond tegen vrije tarieven in de mondzorg.

De minister is voornemens om de mondzorgtarieven – onder een aantal voorwaarden – per 1 januari 2012 vrij te geven voor de branche. Bart Combée, directeur Consumentenbond: ‘Een belangrijke voorwaarde voor een goed functionerende markt is dat consumenten een goede prijs/kwaliteit afweging kunnen maken en of ze een rechtvaardige prijs voor behandelingen betalen’. Het is de CB duidelijk dat consumenten deze gegevens voor het einde van het jaar nog niet kunnen hebben.

Onzekerheden
De Consumentenbond wil ook graag dat er meer mondzorgverleners komen. Dit kan door bijvoorbeeld de capaciteitseisen te verruimen of de numerus fixus af te schaffen. Ook is de CB er niet van overtuigd dat verzekeraars en mondzorgverleners goede afspraken met elkaar zullen maken over prijs en kwaliteit. Daarnaast is de rechtspositie van consumenten niet goed: er moeten nog algemene voorwaarden voor consumenten en de branche komen en het moet makkelijker worden om te klagen bij onjuiste bejegening of behandeling.

Bron:
Consumentenbond

Lees meer over: Tarieven, Thema A-Z
Geld

NPCF: Tandarts straks onbetaalbaar

Patiëntenvereniging NCPF is bang dat een bezoek aan de tandarts volgend jaar onbetaalbaar wordt. Als het aan het kabinet ligt, mogen tandartsen vanaf 1 januari zelf de tarieven bepalen voor vullingen en andere behandelingen, staat in het AD.

Effecten
Het kabinet denkt dat de concurrentie daardoor zal toenemen en de prijzen zullen dalen, maar de NCPF verwacht het tegenovergestelde. Daarnaast is er in sommige regio’s een tekort aan tandartsen, waardoor patiënten niks te kiezen hebben.

Bron:
Skipr

Lees meer over: Tarieven, Thema A-Z
samenwerken

Tandartsen kiezen steeds vaker voor coöperatie

Steeds meer aanbieders van eerstelijnszorg, zoals tandartsen, gaan samenwerken binnen een coöperatie. Belangrijke reden hiervoor is het vergroten van de onderhandelingsmacht ten opzichte van zorgverzekeraars.

De coöperatie biedt de mogelijkheid tot samenwerking zonder dat de tandartsen veel zeggenschap over hun eigen praktijk hoeven prijs te geven. Via de ledenvergadering hebben ze invloed op de coöperatie. De samenwerking levert daarnaast kostenvoordelen op, omdat materialen efficiënter kunnen worden ingekocht. Verder is het een methode om de aansprakelijkheid te beperken en kan het fiscale voordelen opleveren voor de leden-tandartsen.

Tandartscoöperaties
Als rechtsvorm is de coöperatie vooral bekend uit de agrarische en financiële wereld. Bekende coöperaties zijn zuivelbedrijf FrieslandCampina en vleesverwerker Vion; in de bancaire sector is Rabobank het meest sprekende voorbeeld.

In het Handelsregister van de Kamer van Koophandel staan nu vijftien tandartscoöperaties ingeschreven; negen daarvan hebben zich de laatste vijf jaar aangemeld. De tandartsen blijven daarmee achter bij de huisartsen, die in dezelfde periode 62 nieuwe coöperaties opzetten. Ook onder fysiotherapeuten en apothekers neemt het aantal coöperaties gestaag toe.

Vrije tarieven
Tandboog is een van de meer recentelijk opgerichte coöperaties in de mondzorg. Begin 2006 besloten 26 tandartsen in de regio Eindhoven hun krachten te bundelen, in reactie op wijzigingen in het zorgstelsel. Die noopten tot meer overleg met zorgverzekeraars. Tandboog zegt de laatste tijd meer vragen te krijgen van collega’s over de coöperatie. Oorzaak is vermoedelijk de komende vrijgave van de tarieven, denkt oprichter Jort Pels.

Het kabinet is al langer van plan vrije tarieven in de mondzorg in te voeren. Aanvankelijk zou dat gebeuren per 2011, maar door de val van het vorige kabinet werd dat uitgesteld. Minister Edith Schippers (VWS) meldde de Kamer in februari dat ze vrije prijsvorming nu wil invoeren per 2012, mits aan enkele voorwaarden (met name voldoende transparantie over de tarieven) is voldaan. Uiterlijk in juni neemt ze hierover een besluit.

Vennootschapsbelasting
Ook fiscaal juristen zeggen meer vragen te krijgen van tandartsen over de coöperatie. Volgens Yvo Burkink van Jongbloed fiscaal juristen in Enschede hangt dat samen met de invoering van het personenrecht in de vennootschapsbelasting, die al enige tijd boven de markt hangt. Via een coöperatie kan de daaruit voortvloeiende hoofdelijke aansprakelijkheid worden beperkt- een voordeel ten opzichte van de onder zorgaanbieders populaire maatschap.

Ander fiscaal voordeel van coöperaties is dat leden vrijgesteld zijn van vennootschaps- en dividenbelasting. Vanaf 2007 moeten aandeelhouder-bv’s met een belang kleiner dan 5% in een rechtspersoon belasting betalen over de winstuitkering. Dat geldt echter niet voor coöperaties. In de zorg is dit van ondergeschikt belang, omdat coöperaties daar veelal geen winstoogmerk hebben, zegt Caspar van der Winden van Holland van Gijzen advocaten.

Bron:
FD

Lees meer over: Samenwerken, Thema A-Z
mondwater

Discussie over werking mondwater

Volgens een onderzoek van de universiteit in Newcastle heeft de alcohol in mondwater een schadelijk effect op de tanden, wanneer het niet juist wordt gebruikt. The British Dental Health Foundation is het hier niet mee eens.

Volgens Robin Seymour, hoogleraar tandheelkunde aan de universiteit van Newcastle, is het ingrediënt alcohol de boosdoener. Mondwaterproducten bevatten vaak tot wel 26 procent alcohol om essentiële ingrediënten als menthol en eucalyptol te versterken.

”Alcohol onttrekt vocht, wat kan leiden tot plaquevorming, een slechte adem en een onaangenaam prikkelend gevoel in de mond. Naast alcohol, bevat mondspoeling de chemische stof chloorhexidine, wat vlekken op de tanden veroorzaakt. Chloorhexidine reageert op voedseladditieven zoals tannine in thee, koffie en rode wijn,” legt Seymour aan Daily Mail uit.

Nigel Carter, directeur van de Britse tandheelkundestichting, is het niet met Seymour eens. ‘’Veel van de actieve anti-bacteriële ingrediënten hebben juist alcohol nodig om goed te kunnen werken tegen plak- en tandvleesproblemen’’.

Mondkanker
Een paar jaar geleden werd mondkanker gelinkt aan het gebruik van mondwater. Wetenschappers publiceerden in 2009 in de Dental Journal of Australia een artikel over kankerverwekkende stoffen in mondwater op basis van alcohol.

De British Dental Health Foundation onderzocht recentelijk alle mogelijke bewijzen en concludeerde dat er geen verband bestaat tussen mondkanker en alcohol in mondwater.

Bron:
NU.nl

Lees meer over: Mondhygiëne
samenwerken

Organisaties van mondhygiënisten, jeugdtandverzorging, tandartsen en tandprothetici samen op de bres

Vijf organisaties van beroepsbeoefenaren en instellingen in de mondzorg gaan intensief samenwerken om de kwaliteit van de mondzorg verder te verbeteren. Het gaat om de volgende organisaties:

  • NVIJ, Nederlandse Vereniging van Instellingen voor Jeugdtandzorg
  • SRI, Samenwerkende Regionale Instellingen voor Jeugdtandverzorging
  • ANT, Associatie Nederlandse Tandartsen
  • NVM, Nederlandse Vereniging van Mondhygiënisten
  • ONT, Organisatie van Nederlandse Tandprothetici

Samenwerking
In de dagelijkse praktijk wordt er door mondhygiënisten, tandartsen en tandprothetici al goed samengewerkt. Deze samenwerking krijgt nu ook op beleidsmatig en bestuurlijk niveau structureel vorm. De kern van de samenwerking is het verbeteren van de kwaliteit van de mondzorg in het algemeen en meer specifiek voor de zorg die valt onder de basisverzekering. Hierbij wordt de aandacht gericht op preventie, transparantie van prijs en kwaliteit en de ontwikkeling van prestatie-indicatoren. De verschillende organisaties hebben zich tevens aangesloten bij de Stichting Garantiefonds Mondzorg, een garantiefonds voor patiënten.

Klepperman Overleg
Als voorlopige naam hanteert de groep het ‘Klepperman Overleg’. Dit naar aanleiding van de vergaderlocatie waar het eerste overleg in 2009 plaatsvond. Dit overleg stond toen in het teken van de gemeenschappelijke ondersteuning van een voorgenomen experiment met vrije prijsvorming van de vorige minister van VWS, Ab Klink. Het Klepperman Overleg steunde toen minister Klink en staat ook nu weer achter de huidige minister Edith Schippers in haar streven naar vrije prijsvorming voor de mondzorg juist omdat dit de mogelijkheid biedt om kwaliteit, innovatie en de zorg voor kwetsbare groepen ook in de toekomst mogelijk te maken.
De betrokken organisaties staan voor goede en betaalbare mondzorg die in voldoende mate toegankelijk en beschikbaar is en blijft en dat vrije prijzen en marktwerking daar een bijdrage aan kan leveren. Dus niet enkel op microniveau van de patiënt valt winst te behalen maar ook macro.

Ambitie: zorg op maat van de patiënt
Centraal staat de ambitie om iedere patiënt die zorg te geven die optimaal is in zijn of haar situatie. Uitgangspunt is daarbij het bieden van onafhankelijke zorg waarbij de relatie tussen de patiënt en de zorgverlener(s) centraal staat. Het moet weer gaan om de inhoud van de zorg, niet om de zaken eromheen. Een speerpunt is preventie. Dat kan namelijk curatie voorkomen en de zorg daardoor wellicht op den duur goedkoper maken, maar in ieder geval de mond en mens gezonder. De deelnemers aan het Klepperman Overleg nemen geen genoegen meer met het uitsluitend kunnen aanbieden van ‘standaardzorg’ die wordt opgelegd vanuit het huidige tariefsysteem. Hierin is geen plaats voor maatwerk en innovatie. Ook leidt het huidige systeem tot wachtlijsten, onderbehandeling en zelfs behandelachterstand. De Nederlandse Zorgautoriteit stelt dat het huidige systeem met gereguleerde tarieven zorgaanbieders mogelijk prikkelt tot onderbehandeling. Mede-initiatiefnemer en voorzitter van het Klepperman Overleg, Han Verhoeven (NVIJ): “Wij zijn een groot voorstander van vrije prijsvorming omdat dit volgens ons een centrale voorwaarde is om de kwaliteit van de mondzorg te garanderen. Juist voor de bijzondere groepen waar wij dagelijks voor werken: dit zijn de jeugd, ouderen, gehandicapten, risicogroepen en groeperingen binnen de samenleving die bijzondere zorg nodig hebben.

Zorgverzekeraars positief
Zorgverzekeraars reageren positief op het Klepperman Overleg. Verhoeven: ‘Verschillende zorgverzekeraars hebben ons laten weten dat zij dit een goed initiatief vinden. Zij willen immers zorg op maat voor hun verzekerden inkopen. Goede samenwerking tussen zorgaanbieders, op alle niveaus, is een randvoorwaarde. Wij gaan graag dus graag met deze verzekeraars om tafel om hun en onze ambities uit te werken.”

Ook accountmanager mondzorg Ron Bulder van Agis en manager inkoop mondzorg Karin Hoekstra van Achmea reageren positief: “Wij juichen dit toe. Samenwerking leidt vaak tot betere zorg voor onze verzekerden. Hierbij is onder meer de ervaring van klanten een belangrijk aspect om inzicht te krijgen in de kwaliteit van zorg. Met de deelnemers van het Klepperman Overleg zijn we in gesprek over een nieuwe manier van contracteren.”

Bron: NVIJ, SRI, ANT, NVM, ONT

Lees meer over: Samenwerken, Thema A-Z
mondzorg weer open

Tandartspraktijk Accres Purmerend mag weer open

De vestiging van Accres Tandartspraktijken in Purmerend mag weer open. De praktijk voldoet aan de randvoorwaarden voor verantwoorde zorg. Dat heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) vastgesteld. De inspectie heeft daarom de minister van VWS geadviseerd de verlenging van de sluiting van deze praktijk te beëindigen. De minister heeft dat advies opgevolgd.

Verscherpt toezicht
De overkoepelende organisatie Accres Tandartspraktijken blijft nog wel onder verscherpt toezicht van de inspectie. Reden is dat de inspectie zich zorgen maakt over de summiere en beperkte aansturing van medewerkers om veilig en verantwoord te werken.

Op 2 februari 2011 gaf de inspectie het bevel tot sluiten aan vijf tandartspraktijken in Noord-Holland. Er mochten met onmiddellijke ingang geen patiënten meer behandeld worden in deze praktijken, omdat de inspectie tijdens onaangekondigde bezoeken grote tekortkomingen constateerde die ernstig gevaar opleverden voor de patiëntveiligheid. Op 9 februari verlengde de minister van VWS het bevel tot sluiten van drie tandartspraktijken op basis van de Kwaliteitswet zorginstellingen. Op 24 februari beëindigde de minister het verlengingsbevel voor de Accres Tandartspraktijken te Den Helder en Medemblik. Nu mag dus ook de vestiging in Purmerend weer open.

De Accres Tandartspraktijk Hippolytushoef die om organisatorische redenen op eigen initiatief gesloten was, is na een bezoek van de inspectie sinds 25 maart 2011 weer operationeel.

Bron:
IGZ

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z
Informatie

Mondzorgkoepels informeren minister Schippers

Op 7 april 2011 hebben de gezamenlijke koepels van beroepsbeoefenaren in de mondzorg minister Schippers van VWS per brief geïnformeerd over de invulling van de door haar gestelde voorwaarden voor invoering van vrije prijsvorming in de mondzorg per 1 januari 2012. Naar verwachting neemt de minister eind mei een beslissing over invoering van vrije prijsvorming in de mondzorg.

Bron:
NMT

 

Lees meer over: Tarieven, Thema A-Z
Angst, bang, vrouw

Begeleidingstraject bij angst voor tandarts in Rolde

Het centrum Mondzorg in Rolde start eind april met een speciaal project rondom angstbegeleiding voor tandartsen. Tandarts Ianthe van den Berg begint met het project. Beluister het optreden van tandarts Ianthe van den Berg in uitzending van RTV Drenthe.

De bedoeling van het project is om mensen van de angst voor de tandarts af te helpen. “10 procent van de bevolking is extreem angstig en ongeveer 800.000 mensen durven niet naar de tandarts. En we gaan begeleiding bieden omdat er in het noorden te weinig behandelmogelijkheden zijn,” zegt tandarts Ianthe van den Berg.

“De patiënten komen eerst voor een gesprek en daaarna komen ze een keer terug dan gaan we het behandeltraject bespreken. Wat we vooral doen is aandacht tonen voor de patiënt. Ook met ademhalingsoefenen en bij extreme gevallen kan het zelfs dat de behandeling volledig onder narcose gebeurt.”

Bron:
RTV Drenthe

Lees meer over: Pijn | Angst, Thema A-Z
radiologie

Wie mag rontgenfoto’s maken?

Er blijkt nog steeds verwarring te bestaan over het onderwerp ‘stralingsdeskundigheid’. Wie mag röntgenfoto’s maken?

In iedere praktijk waar röntgenopnamen gemaakt worden, dient tenminste één persoon met stralingsdeskundigheid 5 A/M (fysiek) in de praktijk aanwezig te zijn. Deze deskundigheid dient aantoonbaar te zijn door middel van een kopie van het deskundigheidsdiploma, dus niet op basis van jaar van afstuderen. Deze kopie van het deskundigheidsbewijs dient in het VGT/RTD KEW-dossier te zitten (onder bijlage F).

Aanwezigheid tandarts met 5A/M
Het is dus niet zo dat alle tandartsen die in de praktijk werkzaam zijn allemaal de deskundigheid 5 A/M moeten hebben. Er dient tenminste één tandarts met 5 A/M (fysiek) aanwezig te zijn als er röntgenopnamen worden gemaakt. Die is dan ook verantwoordelijk voor het juiste gebruik van deze röntgentoestellen. Evenwel, als deze deskundige op vakantie gaat, ontstaat er dus een probleem want dan is het maken van röntgenopnamen niet toegestaan. Immers, er is op dat moment geen deskundigheid in huis.

Beschikt een tandarts niet over het certificaat stralingshygiëne dan is hij of zij niet zelfstandig bevoegd en zal voor iedere opname officieel toestemming vragen aan een tandarts die wel beschikt over een geldig certificaat. Ook mag een tandarts die geen certificaat heeft, het maken van opnamen niet delegeren aan bijvoorbeeld een assistente.

Deskundigheidsdiploma
Een tandarts is pas stralingsdeskundige 5 A/M als hij/zij dat kan aantonen met een (kopie van een) deskundigheidsdiploma. Er is nog steeds heel veel verwarring over wanneer deze deskundigheid onderdeel is geworden van het curriculum. Verschillende faculteiten geven daar verschillende gegevens over af. Zo zou dat bij ACTA en de KUN-Nijmegen vanaf 1995 het geval zijn, maar bijvoorbeeld in RUG-Groningen konden tandartsen tot 2003 kiezen of zij deze deskundigheid wilden opnemen in hun studiepakket.

Op cursus
Hoe het ook zij, als een tandarts deze deskundigheid niet kan aantonen omdat de opleiding hiertoe nooit is gevolgd of omdat de faculteit de verklaring hierover niet (meer) kan verstrekken, dan moet de tandarts op cursus voor het verkrijgen van deze deskundigheid, ongeacht of deze – misschien wel / misschien niet – in de opleiding is gegeven. Het criterium is dus de aantoonbaarheid, niet de afstudeerdatum.

In het laatste NT (nummer 7) staat het op bladzijde 6 toch weer net even wat anders, maar het bovenstaande is de werkelijke situatie. Het ‘automatisme’ wat in dit artikel genoemd wordt bestaat niet.

Buitenlandse tandartsen
Voor buitenlandse tandartsen die hun buitenlandse verklaring van deskundigheid gelijkgesteld willen krijgen aan een Nederlandse deskundigheid.

Dus : niet aantoonbaar deskundig = geen deskundigheid!

Bron:
VGT

Lees meer over: Röntgen | Digitale tandheelkunde, Thema A-Z
tandenborstel - tandpasta

Tanden poetsen achter het stuur: geen goed idee

In Nieuw-Zeeland moet een lerares voor de rechter verschijnen omdat ze een auto-ongeval kreeg terwijl ze haar tanden poetste achter het stuur. De 65-jarige vrouw bleek ook te veel gedronken te hebben gedronken. Dat meldt de krant Marlborough Express.

Cruise control
Volgens het politieverslag had Cherie Margaret Davis de cruise control van haar wagen ingesteld op 100 kilometer per uur. Vervolgens leek het haar een goed idee om haar tanden te poetsen.

Aardbeving
Mevrouw Davis bekent schuld. Als verzachtende omstandigheid haalt ze aan dat ze emotioneel niet alles op een rijtje heeft. Door de aardbeving in Christchurch, in februari, kwam haar job op de helling te staan. Daarenboven kampte de vrouw met familiale problemen.

Bron:
HLN

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z
inspectie

Tandartsenpraktijk kwaad op Inspectie

Tandartsenpraktijk De Verbetering in Hoogkerk is woest op de Inspectie Gezondheidszorg, IGZ.

Tijdens een onaangekondigd bezoek, vorige week, constateerde de IGZ dat noodzakelijke verbeteringen in de praktijk onvoldoende waren nagekomen.

De inspectie maakt zich zorgen over onder meer de hygiene en de deskundigheid van het personeel, Volgens tandarts Van Eekeren is er niets mis met de praktijk.

De inspectie viel vooral over het feit dat de benodigde certificaten niet ter plaatse aanwezig waren en dat het protocol rond het schoonmaken van de apparatuur onvoldoende was. Van Eekeren vindt de inspectie te kritisch. De IGZ zegt de praktijk de komende maanden extra in de gaten te houden.

 

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z
beoordeling - emoji - verdriet

Passieve patiënt is passé

De relatie tussen zorgprofessional en patiënt gaat de komende jaren drastisch op de schop. In plaats van een passief voorwerp van zorg zal de patiënt steeds meer veranderen in een actieve participant, die op voet van gelijkwaardigheid samen met de zorgverlener zorg draagt voor zijn eigen gezondheid. Deze boodschap was de rode draad van TEDxMaastricht die gisteren werd gehouden.

Gids
De omslag naar actieve verantwoordelijkheid van de patiënt dwingt zorgprofessionals tot een gedragsverandering. Volgens neuroloog Bas Bloem, medeoprichter van ParkinsonNet, moeten zorgprofessionals uit hun ivoren toren afdalen. De professional kan zich niet langer opstellen als een alwetende god, maar wordt veeleer een gids die samen met de patiënt optrekt. “Patiënten hebben een grenzeloos vermogen om ziekte te compenseren”, aldus Bloem tijdens zijn optreden op TEDxMaastricht. “Patiënten weten dat al heel lang, maar professionals hebben dit heel lang niet willen zien.”

Kern
Voor Bloem raakt het samen optrekken aan de kern van het vak van zorgverlener, dat volgens hem gebaseerd is op compassie en betrokkenheid. Daarmee is co-creation, zoals een in dit verband veelgebruikte Engelse term luidt, in feite niet meer dan een radicale herinterpretatie van waar het in de zorg in essentie om draait. Dit neemt niet weg dat er volgens Bloem ook pragmatische gronden zijn om de verhouding tussen dokter en patiënt te herijken: de kosteneffectiviteit wordt hoger naarmate de patiënt meer betrokken is en ook het medische resultaat verbetert. Collega’s die sceptisch zijn over participatory healthcare hoeven volgens Bloem niet te vrezen. “De rollen veranderen, maar dat betekent niet dat de patiënt de dokter kan rond commanderen.”

Netwerk
E-patient David de Bronkhart hamerde in Maastricht op het belang van patiëntennetwerken als kennisbronnen. “Want patiënten weten wat patiënten willen weten”, aldus De Bronkhart. Die motivatie heeft er volgens De Bronkhart alles mee te maken dat voor de patiënt –anders dan voor de zorgverlener- eigen lijf, leden en overleven op het spel zijn. “Uiteindelijk was het mijn leven dat gered moest worden”, aldus De Bronkhart. “Gezondheidszorg is uiteindelijk zorg voor onszelf.” Mede door actief gebruik te maken van de kennis binnen het digitale patiëntennetwerk van kankerpatiënten wist De Bronkhart deze ziekte ondanks slechte vooruitzichten te overwinnen.

Hulpmiddel
Ook Luciën Engelen, initiatiefnemer van TEDxMaastricht en directeur van het Radboud REShape en Innovatiecentrum, betoogde in Maastricht dat sociale netwerken een vitale bijrage kunnen leveren aan verbetering van de gezondheidszorg. Zo heeft Engelen een digitale applicatie ontwikkeld waarmee dankzij de input uit digitale sociale netwerken door heel Nederland automatische defibrillatoren in geval van nood snel zijn terug te vinden. “Saving lifes by crowdsourcing”, aldus Engelen in een verklarend woord aan het publiek bij TEDxMaastricht. Engelen kondigde in Maastricht aan het hulpmiddel over heel Europa en de VS te willen uitbreiden. Net als voor de meeste sprekers tijdens TEDxMaastricht geldt ook voor Engelen dat informatietechnologie een hulpmiddel is en geen doel op zich. Vertrekpunt is en blijft de patiënt. “De meeste ehealth-projecten falen omdat we gestopt zijn met luisteren naar de patiënt”, aldus Engelen. Om die reden heeft het UMC St Radboud volgens Engelen sinds kort zelfs een chief listening officer.

Bron:
Skipr

 

Lees meer over: Actueel, Thema A-Z
Nummer 1 - prijs

Ranglijst moet kwaliteit verzekeraars zichtbaar maken

Zorgverzekeraars moeten waar het hun prestaties betreft net als de ziekenhuizen met de billen bloot. Een nog te publiceren ranglijst wil op basis van keyperformance-indicatoren inzicht geven in de kwaliteit van de verzekeraars.

Verantwoording
Initiatiefnemer van de ranglijst is bestuursvoorzitter Jaap van den Heuvel van het Reinier de Graaf Gasthuis in Delft. Volgens Van den Heuvel is een prestatieranglijst van zorgverzekeraars broodnodig zolang er nog geen onafhankelijk Kwaliteitsinstituut is dat de prestaties van de zorgverzekeraars kan beoordelen. Van den Heuvel wijst er daarbij op dat het voor ziekenhuizen inmiddels gemeengoed is om zich tegenover de verzekeraars op allerhande wijze te verantwoorden over de kwaliteit van de geleverde zorg. Voor zorgverzekeraars zou het volgens Van den Heuvel derhalve niet meer dan vanzelfsprekend moeten zijn om zelf ook openheid van zaken geven.

Bron:
Skipr

Lees meer over: Thema A-Z, Zorgverzekeringen
mond, lachen, man

Plakcamera topper tijdens tentoonstelling Say Cheese

De plakcamera – voor het ontdekken van tandplak – was de topper van de geslaagde Say Cheese tentoonstelling. Ook voor de toekomst biedt deze camera veel mogelijkheden bij screening van de mondgezondheid.

De tentoonstelling Say Cheese! De kracht van de mond, in Museum Boerhaave te Leiden, sloot op
3 april haar deuren. Op de vrijdag daarvoor werd tijdens een afsluitende bijeenkomst voor bestuur en Adviescollege van het Ivoren Kruis en zijn partners/sponsors teruggeblikt op deze geslaagde tentoonstelling. De plakcamera – voor het ontdekken van tandplak – was de topper van Say Cheese! Tijdens de afsluitende bijeenkomst werd tevens de start van het onderzoek ‘Preventie van cariës bij kinderen at risk’ gepresenteerd.

Geslaagde tentoonstelling
Dirk van Delft, directeur van Museum Boerhaave waar Say Cheese werd gehouden, opende de afsluitende bijeenkomst. “We kunnen terugzien op een geslaagde tentoonstelling. Zowel vorig jaar als ook de eerste maanden van dit jaar, heeft Museum Boerhaave ruim meer bezoekers gehad dan het jaar daarvoor”, zei Dirk van Delft. Bezoekers van Say Cheese gaven ook een goede waardering aan de expositie voor de aspecten ‘mooi’, ‘plezier beleven’ en ‘iets ervan opsteken’.

Topper: Plakcamera
De plakcamera was de topper tijdens de tentoonstelling over de mond. Bezoekers konden een foto van hun tanden laten maken waarbij de aanwezige plak in het rood werd aangegeven met een plakscore. De foto werd op een scherm getoond en ook thuis konden bezoekers de foto nog een keer bekijken via de website www.inspektorpoets.nl. In totaal werden meer dan 10.000 foto’s gemaakt.

QLF-techniek
Dr. ir. Monique van der Veen, onderzoeker bij ACTA, legde de werking van de plakcamera uit: de QLF-techniek. Bij deze techniek worden blauw licht en filters gebruikt. Het blauwe licht fluoriseert groen licht terug indien er geen plak aanwezig is. Op plaatsen met plak, zie je rood licht waardoor je de plak goed kunt zien.

Gezond gebit zonder plak – Reguliere foto

Gezond gebit zonder plak – Foto plakcamera

Gebit met veel plak – Reguliere foto

Gebit met veel plak – Foto plakcamera

Plakcamera in reguliere mondzorg
Catherine Volgenant, MSc, PhD-student ACTA, toonde vervolgens een selectie verrassende foto’s van gemaakte ‘tandplak-scans’. Er was veel plak te zien rondom beugels en de tandvleesrand. Catherine gaf de diverse mogelijkheden aan voor gebruik van de plakcamera in de reguliere mondzorg:

  • Patiënten kunnen met de camera zelf zien waar zij tandplak hebben en waar zij dus beter zouden moeten poetsen.
  • Tandartsen en mondhygiënisten kunnen de plakcamera als extra hulpmiddel gebruiken bij het periodiek mondonderzoek.
  • Met de plakcamera kunnen risicogroepen opgespoord worden.

NMT voorzitter Rob Barnasconi – aanwezig bij de bijeenkomst – gaf aan dat de plakcamera interessant is voor gebruik in de reguliere tandarts- en mondhygiënepraktijk. Ook Gert Stel, tandarts-pedodontoloog en hoofd afdeling kindertandheelkunde UMCG-CTM, toonde interesse voor gebruik van de camera tijdens de opleiding.

Ontwikkeling plakcamera
Inspektor Research Systems is bezig met de ontwikkeling van de plakcamera voor gebruik in de mondzorg. In het buitenland zijn daarnaast diverse initiatieven gestart om ervaring met de plakcamera op te doen. In Liverpool loopt een onderzoek op dit gebied, in Japan werken diverse universiteiten er al mee en ook in de Verenigde Staten wordt gewerkt aan deze techniek.

Onderzoek ‘Preventie van cariës bij kinderen at high risk’
Denise Duijster, AIO bij ACTA presenteerde tijdens de afsluitende bijeenkomst van Say Cheese de opzet van het nieuwe onderzoek ‘Preventie van cariës bij kinderen at risk’: de preventie van gaatjes in het melkgebit van kinderen met een hoog risico.
Uit onderzoek blijkt dat 56% van de 5-jarige kinderen in Nederland cariës heeft. Een grote groep kinderen is cariësvrij. De groep met cariës heeft echter ook meteen veel gaatjes en vormt hiermee een hoog-risicogroep. Een innovatieve aanpak is nodig om deze groep te bereiken. De traditionele voorlichtingsmethoden blijken onvoldoende effect op lange termijn te geven en zijn onvoldoende succesvol bij de hoog-risicogroep. De kloof tussen laag- en hoog-risicogroepen wordt hierdoor steeds groter.

Risicofactoren
Twee keer per dag poetsen met een tandpasta met fluoride en beperking van het aantal eet-en drinkmomenten zijn de belangrijkste gedragsfactoren om cariës te voorkomen. Risicofactoren bij cariës zijn het laat beginnen met tandenpoetsen (na 2-jarige leeftijd) en het hebben van zoetmomenten voor het slapen gaan. Het gedrag, de routines en opvattingen van ouders hebben invloed op hoe zij zorgen voor de mondgezondheid van hun kinderen. Als ouders positieve opvattingen hebben, zullen hun kinderen minder gaatjes hebben. Ouders met negatieve opvattingen – bijvoorbeeld: je kunt toch niets aan gaatjes doen – zullen vaker kinderen hebben met cariës.

Studies
Voor het onderzoek worden diverse studies opgezet:

  • Wat zijn de risico-indicatoren en risicofactoren voor de prevalentie van cariës in Nederland?
  • Welke barrières en bevorderende factoren zijn er op het gebied van mondverzorgingsgedrag? Waarom lukt het sommige ouders niet hun kind goede mondverzorgingsgewoonten aan te leren?
  • Hoe kunnen ouders en kinderen met een hoog risico worden geïdentificeerd?
  • Welke interventie zal het meest effectief zijn voor de hoog-risico groep?

Het onderzoek wordt uitgevoerd door ACTA in samenwerking met Menzis, TNO en het Ivoren Kruis.

Lees meer over: Actueel, Kennis, Thema A-Z
kunstgebit

20% kunstgebitdragers loopt risico op kaakbotslijtage

In Nederland dragen zo’n twee miljoen mensen een kunstgebit. Een aanzienlijk deel (circa 20%) daarvan loopt het risico op kaakbotslijtage vanwege verkeerde belasting. Door “op tijd” tandwortelimplantaten te plaatsen wordt dit tegengegaan. Inmiddels wordt preventief implanteren in de onderkaak al veel toegepast, maar nog niet in de bovenkaak. Door ook in de bovenkaak “op tijd” tandwortelimplantaten te plaatsen, kan veel ellende worden voorkomen. Dit wordt op 1 april aanstaande toegelicht
door Hoogleraar Orale Implantologie Prof. Dr. Gert J. Meijer in zijn oratie.

Eén van de gevaren van het dragen van een kunstgebit is dat, vanwege de ongunstige belasting, het kaakbot langzaam verdwijnt. Het is lastig te voorspellen hoeveel botslijtage onder een boven kunstgebit gaat optreden. De kwaliteit van het bot en het eventueel “knarsen of klemmen” van de prothesedrager spelen hierbij een belangrijke rol. Jaarlijks ondergaan veel kunstgebitdragers een peperdure operatie waarbij slijtage van de bovenkaak wordt hersteld gebruikmakend van bot geoogst uit de bekkenkam. Vervolgens worden vier tot zes schroeven, zogenaamde tandwortelimplantaten, geplaatst, om te voorkomen dat het bot opnieuw wegslijt.

Veel goedkoper
Volgens Prof. Dr. Gert Meijer kan deze dure operatie (zo’n twintig duizend euro) worden voorkomen door het “op tijd” plaatsen van
tandwortelimplantaten. Prof. dr. Meijer vindt het verbazingwekkend dat dit in de bovenkaak nog nauwelijks wordt toegepast.

De laatste jaren is het succes van implantaten in de bovenkaak spectaculair gestegen, enerzijds omdat het oppervlak van het implantaat sterk verbeterd is en anderzijds omdat de implantaatpositie tegenwoordig driedimensionaal op de computer gepland wordt. Daarom roept Meijer tandartsen op om ook bij patiënten, waarbij sprake is van toenemende kaakslijtage in de bovenkaak, tijdig te implanteren en niet te wachten totdat het “te laat” is. Hiervoor is een tweejaarlijkse controle van kunstgebit dragers “een must”.

Oratie
Prof. dr. Gert. J. Meijer, hoogleraar aan de Radboud Universiteit Nijmegen / Faculteit der Medische Wetenschappen met de leeropdracht Orale Implantologie zal in een academische zitting op vrijdag 1 april 2011 om 15.45 uur precies zijn ambt aanvaarden, met het uitspreken van een rede getiteld: “Listen to the bone”

Bron:
Vers voor de pers

Mrt 2011

Lees meer over: Implantologie, Kennis, Onderzoek, Thema A-Z

Tandartspraktijk uit Groningen onder verscherpt toezicht

De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) stelt een tandartsenpraktijk in Groningen onder verscherpt toezicht. De praktijk is onvoldoende in staat om een goede kwaliteit van zorg te garanderen.

Tijdens een onaangekondigd bezoek aan de praktijk in juli 2010 constateerde de inspectie dat er verbeteringen nodig waren. Om te controleren of de noodzakelijke maatregelen waren gerealiseerd, heeft de inspectie op 22 maart 2011 opnieuw een bezoek gebracht aan de praktijk. Tijdens dat bezoek bleek dat de toegezegde verbeteringen niet of onvoldoende zijn uitgevoerd. De inspectie maakt zich dan ook zorgen over de summiere en beperkte aansturing van de medewerkers door de directie om de bewustwording, het belang en het handelen volgens richtlijnen en protocollen van veilig en verantwoord werken in de tandartspraktijk te ontwikkelen en te behouden.

Constateringen
De inspectie stelt vast dat de kwaliteit van de zorgverlening niet of onvoldoende voldoet aan de eisen voor verantwoorde zorg van de Kwaliteitswet zorginstellingen. Enkele bevindingen:

  • Er is geen sprake van een adequate praktijkorganisatie en aansturing. Ondanks eerdere toezeggingen van de directie zijn bijvoorbeeld de benodigde protocollen niet aanwezig en/of moeten nog worden opgesteld.
  • De directeur kan niet aantonen dat hijzelf en zijn medewerkers beschikken over een geldige hepatitis B vaccinatie. Hierdoor is ook niet bekend of iedereen voldoende is beschermd.
  • De praktijk heeft nog steeds geen klachtenregeling conform de Klachtwet.
  • De directie kan niet aantonen dat medewerkers voldoende geschoold zijn voor het gebruik van de CBCT-scanner (röntgenapparatuur).
  • De directie kan geen stralingsdeskundigheidscertificaat overleggen en voldoet daarmee niet aan het Besluit Stralingsbescherming.
  • Ondanks een cursus, beschikken de medewerkers op dit moment nog niet over een duidelijk bewustzijn op het gebied van infectiepreventie.
  • In de sterilisatieruimte is men zich niet bewust van de werkwijze voor de schone en vuile kant van de werkbladen.
  • Ondanks eerdere toezeggingen kan geen onderhoudscontract worden overlegd van de autoclaaf en thermo-desinfector voor reiniging en desinfectie van instrumenten.
  • De waterkranen in de praktijkruimte zijn weliswaar handsfree te bedienen, maar de ergonomische uitvoering maakt dit niet gemakkelijk.

De komende tijd gaat de inspectie de praktijk zeer nauwlettend volgen, onder andere door onaangekondigde bezoeken. Het verscherpt toezicht geldt voor drie maanden. Wanneer daarna niet genoeg verbetering te zien is, zal de inspectie de minister adviseren een aanwijzing te geven.

Bron:
IGZ

Lees meer over: Inspectie, Thema A-Z