NVM-mondhygiënisten organiseerde op 12 juli een werkbezoek van Patiëntenfederatie NL, het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en verschillende Nederlandse zorgverzekeraars aan mondhygiënepraktijk MondCleanic, de praktijk van mondhygiënist Mascha Nieuwenstein.
Taakherschikking en samenwerking
Het doel van het werkbezoek was het laten zien van hoe de dagelijkse samenwerking tussen tandartsen, mondhygiënisten en parodontologen verloopt in de praktijk. Ook werden de stappen besproken die nog moeten worden gezet voor het komende experiment van de taakherschikking.
Behandeltraject en uitdagingen in de mondzorg
De Patiëntenfederatie NL, het ministerie van VWS en de zorgverzekeraars hoefden zelf niet plaats te nemen in de behandelstoel, maar kregen wel alle informatie over het behandeltraject en de uitdagingen in de mondzorg. Anderzijds wilde NVM-mondhygiënisten graag van hen weten wat zij belangrijk vinden bij het experiment voor de taakherschikking. Aan het einde van het bezoek werd daarom een groepsgesprek gehouden waarin gesproken werd over de drempels en dilemma’s die bij het experiment verwacht kunnen worden.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/07/Patiëntenfederatie-NL-ministerie-VWS-en-zorgverzekeraars-op-werkbezoek-in-mondhygiënepraktijk.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2019-07-15 09:31:512019-07-15 09:31:51Patiëntenfederatie NL, ministerie VWS en zorgverzekeraars op werkbezoek in mondhygiënepraktijk
Op Praktijk Anno Nu sprak hoogleraar en geluksdeskundige Ap Dijksterhuis over geluk op de werkvloer. Hij vertelde over de voordelen van gelukkige werknemers en gaf tips hoe je het geluk van je werknemers kan vergroten
Vergroot geluk de levensverwachting?
Hoe belangrijk is geluk? Is geluk bijvoorbeeld iets wat ons leven verlengt? Dat is lastig te onderzoeken, omdat het met veel verschillende factoren verband houdt. Er is wel een onderzoek gedaan aan de hand van gegevens uit twee kloosters in Amerika. In 1930 werd daar aan nonnen gevraagd om een korte autobiografie te schrijven. Dit is een ideale onderzoeksgroep, omdat de leefomstandigheden van alle nonnen hetzelfde zijn. Aan de hand van de autobiografieën werden ze ingedeeld in vier groepen: ‘ongelukkig’, ‘een beetje ongelukkig’, ‘een beetje gelukkig’ en ‘gelukkig’. Omdat inmiddels bekend is hoe oud deze nonnen geworden zijn, kon een relatie gelegd worden tussen hoe gelukkig ze toen waren en hoe oud ze zijn geworden. Hieruit bleek dat geluk het leven met ongeveer zeven jaar verlengt.
Uit eerder onderzoek zijn al meer dingen over de relatie tussen geluk en gezondheid bekend:
Geluk geeft energie.
Geluk zorgt voor een lagere bloeddruk na stress.
Gelukkige mensen hebben een beter functionerend immuunsysteem.
Gelukkige mensen hebben een hogere pijngrens.
Factoren waarvan geluk afhankelijk is
Geluk is van een aantal factoren afhankelijk. Voor een deel is het genetisch bepaald. Zo komen in bepaalde families depressies veel meer voor dan in andere. Daarnaast is er een vrij sterk verband tussen geluk en de plek op aarde waar je woont. In de rijke landen (vooral Scandinavië, Nederland en Zwitserland) zijn de mensen het gelukkigst. Geluk hangt ook samen met intelligentie en uiterlijke aantrekkelijkheid.
Omstandigheden zijn dus belangrijk voor geluk. Geld is ook belangrijk, omdat je daarmee je omstandigheden kunt veranderen. Deze link is echter veel zwakker dan dat we denken. Er hangen heel veel zaken samen met geluk (correlatie), maar daarmee hoeft er geen oorzakelijk verband te zijn (causatie). Je kunt geluk weergeven in een soort formule: 40% komt door de genen, 10 tot 20% door omstandigheden en 40 tot 50% door eigen keuzes. Deze formule werkt echter niet op individueel niveau en deze formule geldt alleen in rijke westerse landen. In een land in oorlog wordt het geluk wel degelijk grotendeels door de omstandigheden bepaald.
Geluk en werk
Er zijn behoorlijk wat dingen die je kunt doen aan je eigen geluk. Het heeft te maken met een aantal belangrijk keuzes die je maakt. Een deel van je geluk hangt af van je werk. Daar gaat nog al eens wat mis. Veertig jaar geleden werd 75% van de uitval op het werk veroorzaakt door fysieke klachten. Tegenwoordig is dat andersom: 70 tot 75% wordt veroorzaakt door psychische klachten.
Er is in Londen een onderzoek gedaan naar het geluk van beroepen: bij welke beroepen voelen mensen zich het gelukkigst? Hieruit kwam naar voren dat de top drie gevormd wordt door bloemisten/hoveniers, kappers/schoonheidsspecialisten en loodgieters. Tandartsen staan op nummer acht. Juist deze beroepen staan zo hoog, omdat het ervaren van blijheid en dankbaarheid van andere mensen erg bijdraagt aan geluk.
Gelukkige werknemers
Waarom is het voor organisaties nu zo belangrijk dat de werknemers gelukkig zijn? Uit onderzoek is gebleken dat gelukkige werknemers productiever en creatiever zijn, beter samenwerken, langer in een organisatie blijven en minder ziekteverzuim hebben.
Factoren die bijdragen aan meer geluk op de werkvloer zijn:
Betekenis;
Autonomie;
Competentie (dat je dingen doet die je leuk vindt en dat je je kunt ontwikkelen);
Verbondenheid (collega’s hebben die je kunt vertrouwen en niet in te grote groepen werken);
Balans tussen werk en privé.
Betekenis en autonomie zijn hierbij het belangrijkste.
Betekenis
Uit onderzoek blijkt dat je gelukkiger wordt van iets weggeven dan iets voor jezelf kopen. Bij je werk is het belangrijk dat je gevoel hebt bij het eindproduct: wat ben je aan het maken, wat doe je? Wetenschappers zijn bijvoorbeeld over het algemeen gelukkig in hun werk. Dat komt omdat ze met cycli werken, waarin ze bij alle fasen zijn betrokken. Je moet je kunnen identificeren met je werk en je organisatie.
Autonomie
Autonomie is voor geluk in het werk erg belangrijk. Het gaat daarbij om waargenomen autonomie, dus of het door de werknemers zo ervaren wordt. Over het algemeen wordt autonomie ondermijnd door:
Regels (mensen in organisaties met strikte werktijden zonder noodzaak zijn bijvoorbeeld minder gelukkig);
Flexplekken (zorgen in grote organisaties voor onrust, omdat mensen van te voren niet weten of ze die dag wel een plek kunnen vinden om te werken);
Deadlines;
Werkdruk en het feit dat je bereikbaar moet zijn;
Bureaucratie en onnodige verslaglegging;
Verplichte vergaderingen met (bijna) alleen mededelingen;
Te veel competitie;
Onnodige hiërarchische lagen;
Een te grote rol voor extrinsieke beloningen (zoals geld);
Geen echte vakantie houden (de een kan daar beter tegen dan de ander).
Tips voor gelukkige werknemers
Er moet de komende jaren flexibeler omgegaan worden met werken. Meer werken betekent niet meer productiviteit. Over het algemeen ben je de eerste twee uur van de dag het productiefst, maar dat is niet voor iedereen hetzelfde. Het is nuttig om voor je zelf te weten wanneer je het productiefst bent. Het geluk van werknemers kun je vergroten door de volgende tips toe te passen:
Gebruik deadlines alleen om te plannen.
Zorg dat mensen zich af en toe terug kunnen trekken en dat ze niet altijd bereikbaar hoeven te zijn.
Stop met onnodige regels.
Stop met onnodige bureaucratie en verslaglegging.
Rem competitie.
Zorg dat geld nooit het doel wordt.
Laat mensen echt vakantie houden.
E-mailstress verminderen
Smartphonegebruik en de digitale bereikbaarheid van mensen begint wel een groot probleem te worden. De toename van burn-outs heeft onder andere hiermee te maken.
Je kunt e-mailstress verminderen door (een van) de volgende regels toe te passen:
Pas een strenger e-mailregime toe. Twee of drie keer per dag op vaste tijden je e-mail checken in plaats van heel de dag door, geeft al na een à twee weken minder stress.
Stel ‘transportregels’ in. Op bepaalde tijden (bijvoorbeeld in het weekend) kun je dan de e-mails van je werk niet ontvangen, zodat vrije tijd ook echt vrije tijd wordt.
Kies voor een van de volgende drie opties als je e-mail ontvangt:
a. Je beantwoordt het bericht onmiddellijk.
b. Je gooit het bericht weg.
c. Je bepaalt precies wanneer je het bericht beantwoordt (bijvoorbeeld morgenochtend), zodat je er in je hoofd tot dat tijdstip niet mee bezig hoeft te zijn.
Ap Dijksterhuis is hoogleraar, ondernemer, spreker en schrijver. Hij is hoofd van de afdeling sociale psychologie van de Radboud Universiteit Nijmegen.
Verslag door Yvette in ’t Velt van de lezing door Ap Dijksterhuis ‘Op naar een gelukkige organisatie’ tijdens Praktijk Anno Nu.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2018/12/Op-naar-een-gelukkige-organisatie.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2019-07-14 09:30:412019-07-15 10:59:06Op naar een gelukkige organisatie
Patiënten met diabetes hebben baat bij huisartsen en praktijkondersteuners die extra aandacht geven aan hun mondgezondheid. Uit een promotieonderzoek aan het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA) blijkt dat meer zorg de kwaliteit van leven voor deze patiënten verbetert.
Diabetes en mondgezondheid
Bij diabetes mellitus, ook wel suikerziekte genoemd, heeft het lichaam moeite met het in balans houden van het bloedsuikerniveau. Als gevolg kunnen patiënten problemen ondervinden met hun nieren, bloedvaten, ogen en voeten. Daarnaast kunnen ze ook problemen ondervinden in de mond, zoals een tandvleesontsteking, droge mond en schimmelinfecties.
Tandvleesontsteking veelvoorkomend
Met name tandvleesontsteking komt vaak voor bij mensen met diabetes. Dit heeft niet alleen een negatieve invloed op de kwaliteit van leven maar kan ook de balans van het bloedsuikerniveau verder verstoren. Het uiteindelijke doel van de zorg voor patiënten met diabetes is het voorkomen van complicaties.
Onderzoek naar extra aandacht
Om deze reden deed Martijn Verhulst onderzoek naar extra aandacht voor mondgezondheid bij patiënten met diabetes. Hiervoor werden vierentwintig Amsterdamse huisartsenpraktijken willekeurig verdeeld in twee groepen.
De eerste groep gaf extra aandacht aan mondgezondheid door patiënten te attenderen op het belang van hun mondgezondheid. Zij moedigden daarnaast het regelmatig bezoeken van de tandarts aan en deelden een introductiepakket met mondverzorgingsproducten uit. Binnen de tweede groep werden geen veranderingen aangebracht.
Significant verbeterd
Het resultaat dat hieruit volgde was dat bij de eerste groep de met mondgezondheid samenhangende kwaliteit van leven van patiënten significant verbeterd was, zeker in vergelijking met de tweede groep. “Wanneer de zorgverleners erin slaagden structureel meer aandacht te geven, verhoogde dat de kwaliteit van leven voor nog meer patiënten. Dit wijst erop dat patiënten met suikerziekte baat hebben bij extra aandacht voor mondgezondheid binnen de eerstelijns diabeteszorg.”
Screenen via tool
Het onderzoek van Verhulst heeft geleid tot een tool waarmee huisartsen op simpele manier kunnen screenen op parodontitis bij hun patiënten: www.perioscreening.com. Door middel van een aantal eenvoudige vragen worden biomarkers en een inspectie van de mond overbodig gemaakt bij een screening door een niet-tandarts.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/06/diabetespatiënten.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2019-07-14 09:15:052022-01-13 13:45:00Promotieonderzoek toont aan dat diabetespatiënten baat hebben bij extra aandacht voor mondgezondheid
Grootschalig Brits onderzoek heeft aangetoond dat een slechte mondgezondheid mogelijk verband houdt met een verhoogd risico op leverkanker. Het onderzoek bouwt voort op eerder onderzoek dat de mondgezondheid heeft verbonden aan een reeks ziekten.
Risico op kanker
Het onderzoek van Queen’s University Belfast analyseerde 469.000 mensen in het Verenigd Koninkrijk. Het onderzocht de associatie tussen mondgezondheidsproblemen en het risico op een aantal gastro-intestinale kankers, waaronder lever-, (endel)darm- en alvleesklierkanker.
Inconsistente aanwijzingen
“Slechte mondgezondheid is in verband gebracht met het risico van verschillende chronische ziekten, zoals hartaandoeningen, beroerten en diabetes,” verklaarde dr. Haydée WT Jordão, hoofdauteur van de studie. “Er zijn echter inconsistente aanwijzingen voor het verband tussen een slechte mondgezondheid en specifieke vormen van gastro-intestinale kanker.”
Van de 469.628 deelnemers ontwikkelden 4.069 gastro-intestinale kanker tijdens de gemiddelde follow-up van zes jaar. In 13% van deze gevallen rapporteerden patiënten een slechte mondgezondheid.
Link met leverkanker
Hoewel er geen significante associaties werden gevonden op het risico van de meerderheid van gastro-intestinale kankers en slechte mondgezondheid, werd er mogelijk een substantiële link gevonden voor leverkanker. Leverkanker is de zesde grootste vorm van kanker in de Europese Unie en eist de levens van bijna 60.000 mensen per jaar.
Microbioom
Een mogelijke verklaring is de rol van het microbioom van de darmen en het darmkanaal bij de ontwikkeling van ziekten. Dr. Jordão: “De lever draagt bij aan de eliminatie van bacteriën uit het menselijk lichaam. Wanneer de lever wordt aangetast door ziektes, zoals bijvoorbeeld kanker, zal de functie ervan afnemen. Bacteriën kunnen dan langer overleven en mogelijk meer schade aanrichten. Eén bacterie, fusobacterium nucleatum, vindt zijn oorsprong in de mondholte. De rol hiervan bij leverkanker is echter onduidelijk. Verder onderzoek is daarom van belang.”
Andere theorie
Een andere theorie bij het verklaren van het hogere risico op kanker suggereert dat deelnemers met een hoog aantal ontbrekende tanden hun dieet kunnen veranderen. Zij kunnen zachter en mogelijk minder voedzaam voedsel consumeren, wat op zijn beurt het risico op leverkanker beïnvloedt.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/06/Slechte-mondgezondheid-1.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2019-07-14 08:45:062019-07-15 10:46:12Slechte mondgezondheid is gekoppeld aan een toename van 75% aan risico op leverkanker
Veel patiënten zijn bang voor naalden. Daarom besloten wetenschappers om een methode te ontwikkelen die zowel voorziet in afleiding als in pijnverlichting. Dit gebeurt met behulp van een elektrische tandenborstel.
Gebruik van tandenborstel voor vibraties
De methode is gebaseerd op het gebruik van vibratie-anesthesie, wat met name op het gebied van esthetische dermatologie erg populair is. Het apparaat hiervoor is echter erg duur. Wetenschappers van de University of Chapel Hill (in de Verenigde Staten) vatten het idee dat een elektrische tandenborstel dit dure vibratietoestel nog wel eens zou kunnen vervangen.
Afleiding van zenuwen
Op het moment dat de trillende borstelharen naast de prikplaats worden gedrukt worden de zenuwen gestimuleerd. Door deze afleiding wordt het gevoel van pijn niet doorgegeven aan de hersenen. Daarnaast bleek dat kinderen en angstige patiënten hier extra baat bij hebben, omdat het ‘verkeerde’ gebruik van het alledaagse product zorgt voor een ontspannen atmosfeer waarbij de angsten in elk geval deels kunnen worden verdreven.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/06/Elektrische-tandenborstel-tegen-angst-voor-naalden-1.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2019-07-11 09:00:402019-07-10 10:13:05Elektrische tandenborstel tegen angst voor naalden
Meer dan 4,5 miljoen mensen in het Verenigd Koninkrijk stellen hun bezoek aan de tandarts uit vanwege tijdsgebrek. Hierna werden de kosten van een afspraak en tandartsangst het meest genoemd als redenen om niet naar de tandarts te gaan. Wat ziet u als de belangrijkste redenen voor patiënten om geen afspraak te maken voor een regulier mondonderzoek bij tandarts/mondhygiënist? Doe mee en vul de poll hieronder in. De uitslag plaatsen we op www.dentalinfo.nl
Verschillende redenen voor nalaten mondgezondheid
Bupa Dental Insurance deed onderzoek naar de meest voorkomende redenen voor Britten om niet naar de tandarts te gaan. Steve Gates, directeur van Bupa Dental Insurance: ‘Het onderzoek toont aan dat er verschillende redenen zijn voor mensen om niet goed op hun mondgezondheid te letten. Als gevolg van deze conclusie hebben we onze tandartsverzekeringsplannen zo aangepast om het makkelijker te maken voor bedrijven om hun drukke werknemers te steunen in het letten op de gezondheid van hun gebit.’
Niet naar de tandarts gaan
Uit het onderzoek bleek ook dat meer dan twee miljoen Britten al meer dan 10 jaar niet naar de tandarts zijn geweest. Voor 8,5 miljoen mensen is het niet zo ernstig, maar zit er alsnog meer dan twee jaar tussen hun tandartsafspraken. Een derde van de Britten bleek zelfs nog nooit naar een mondhygiënist te zijn geweest. Gezien de relatie tussen mondgezondheid en algemene gezondheid is het voor iedereen, én voor alle werknemers, van groot belang dat hier verandering in komt.
Tandartspatiënten gaan naar huisarts
Een andere studie toonde aan dat huisartsen jaarlijks zo’n 380.000 patiënten met gebitsproblemen langs zien komen. Het kwalitatieve onderzoek onder 39 van deze patiënten toonde aan dat mensen vaak sneller naar hun dokter in plaats van hun tandarts gaan vanwege meer keuze in beschikbare tijdstippen voor afspraken. Aangezien huisartsen echter lang niet zo effectief gebitsproblemen tegen kunnen gaan als tandartsen is het van groot belang dat hier verandering in komt.
Vraag: wat is uw ervaring?
Wat ziet u als de belangrijkste redenen voor patiënten om geen afspraak te maken voor een regulier mondonderzoek bij tandarts/mondhygiënist? Doe mee en vul de poll hieronder in. De uitslag plaatsen we op www.dentalinfo.nl
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/03/Tijdsgebrek-grootste-reden-voor-uitstellen-tandartsbezoek.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2019-07-08 14:35:032019-07-15 10:43:56Wat is belangrijkste reden voor uitstellen tandartsbezoek?
De Duitse politieagente Nadine Berneis (29) heeft na het winnen van de titel “Miss Duitsland” drie maanden geleden enorm veel reacties gekregen op haar meest opvallende externe eigenschap. Berneis heeft namelijk een opening tussen haar twee voortanden, waar ze nu veel lof en erkenning voor krijgt.
Positieve reacties
“In de overgrote meerderheid van de gevallen, wanneer mensen me schrijven of benaderen, gaat het om de opening tussen mijn tanden,” vertelt Berneis bij het Duitse persagentschap Freiburg. “De reacties die ik krijg, zijn altijd positief. Velen zeggen dat het bij me past en dat ik die met trots kan dragen.”
Berneis, die werkt als onderzoeker tegen cybercriminaliteit in Stuttgart, werd eind februari tot “Miss Duitsland” benoemt in het Europa-park in Rust. Deze titel draagt ze gedurende één jaar, waarbij ze haar taken als politieagent in de vorm van verlof neerleg.
Meer diversiteit
Eerder werd al een model met missende voortand opgenomen in een Primark-campagne. Diversiteit wat betreft gebit lijkt steeds meer geaccepteerd te worden.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/06/Duitse-politieagente.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2019-07-04 09:00:242019-06-26 10:48:38Duitse politieagente ontvangt veel lof voor opening tussen voortanden
De Associatie Nederlandse Tandartsen (ANT) stapt uit het bestuurlijk overleg met de NZa over de ‘ambities in de mondzorg’. De beroepsvereniging vindt dat zij wel mag meepraten maar niet mag meebeslissen.
Bekostiging mondzorg
In dit overleg van de NZa met beroeps- en brancheorganisatie wordt gesproken over knelpunten in de bekostiging van de mondzorg. “Toen de knelpunten niet onderbouwd konden worden door de NZa is het overleg omgebogen naar ambities voor de mondzorg. Waar deze ambities toe zouden leiden, wat voor maatregelen ze zouden opleveren en wanneer er beleid op gemaakt zou worden, kon de NZa steeds niet zeggen,” stelt Ravin Raktoe, vicevoorzitter en vertegenwoordiger van de ANT bij dit overleg. “Er zijn vervolgens ambities geformuleerd, en de NZa vindt het bijzonder belangrijk dat iedereen deze onderschrijft. Maar iets steunen zonder inspraak te hebben in het vervolgproces dat leidt tot beleid, is van geen waarde – tenzij deelname van veldpartijen zoals de beroepsverenigingen enkel nodig is om het beleid te rechtvaardigen. Als meepraten mag, maar meebeslissen niet, dan staan de conclusies blijkbaar al van te voren vast.”
De ANT vindt dat aanpassingen in de tarieven de uitkomst van het experiment met de taakherschikking vertekenen. Raktoe: “We hebben gesteld dat tijdens of vlak voor het experiment met taakherschikking er geen grote wijzigingen in het tariefstelsel kunnen worden doorgevoerd. Dat beïnvloedt de evaluatie van het experiment door de Tweede Kamer. Een kostenstijging zoals voorspeld door experts, zou betekenen dat het experiment zou zijn mislukt. Dat kan gemaskeerd worden door aanpassing van de tarieven of het introduceren van een abonnement-systeem bij kinderen, bijvoorbeeld. Dat is niet zuiver, het experiment moet op eigen merites worden beoordeeld.”
In goed overleg
De ANT is het eens met de geformuleerde ambities, die onder andere over transparantie, jeugd- en ouderenzorg gaan. De beroepsorganisatie heeft wel bezwaar tegen het proces: het steunen van ambities zou gelijk staan aan het steunen van de NZa maatregelen die daaruit volgen. Raktoe: “Niet de bekostiging van deze ambities is een knelpunt, zoals de NZa ons wil doen geloven, maar de politieke wil om deze te financieren. Realisatie van ambities kost geld en dus zullen maatregelen die hieruit voortvloeien, grote impact hebben op de financiering van de mondzorg en consequenties meebrengen voor de tarieven. De enige aanwezige in het overleg die daarover besluiten mag nemen is de NZa. Wij zitten dus alleen maar aan tafel, zodat de NZa straks kan zeggen dat de besluiten zijn genomen in goed overleg met alle veldpartijen – en daar passen we voor.”
De ANT vindt het bovendien vreemd dat de NZa een uitgesproken voorstander zegt te zijn van taakherschikking; het experiment moet nog aantonen of het werkt in de mondzorg. “Wat is dan nog het doel van het experiment als de uitkomst voor de NZa al vaststaat?
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/07/ANT-stapt-uit-overleg-NZa.gif230400Anita test Testhttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgAnita test Test2019-07-02 10:48:352019-07-02 10:48:35ANT beëindigt overleg met NZa over ambities mondzorg
Het Regionaal Tuchtcollege in Zwolle heeft een aanklacht tegen een tandarts vanuit haar werkgever als deels gegrond verklaard. De tandarts zou tijdens een traumageval niet voldoende gehandeld hebben door gebrek aan kennis.
Situatie
Deze klacht is gebaseerd op een klacht van een patiënt. Twee boventanden van deze patiënt waren door een val tijdens het mountainbiken verplaatst naar palatinaal. De tandarts concludeerde dat de tanden vast zaten. Zij heeft vervolgens een röntgenfoto gemaakt, op welke geen fractuur te zien was, en een spalkje aan de binnenkant van de patiënt zijn gebit gezet. De patiënt werd geadviseerd de volgende dag naar zijn eigen tandarts te gaan.
De werkgever heeft hierna de werkovereenkomst met de tandarts opgezegd met een opzegtermijn van drie maanden. De tandarts heeft vervolgens zelf de overeenkomst opgezegd, weliswaar op basis van een kortere opzegtermijn wat betreft de spoeddiensten. Een discussie over onder andere de opvulling van de spoeddiensten volgde.
Klacht
De behandeling van dit trauma is volgens de werkgever niet juist geweest. Tijdsverloop bij trauma maakt het lastiger en op een gegeven moment onmogelijk om tanden weer terug te plaatsen. De klacht betreft dan ook het gebrek aan kennis en onbekwaam handelen van de tandarts. Daar komt bij dat de tandarts geen poging heeft gedaan tot bijscholing en de spoeddiensten niet uitvoert.
De tandarts verzoekt het college deze klacht(en) af te wijzen.
Beoordeling
Het klachtonderdeel omtrent de spoeddiensten is volgens het college ongegrond. De partijen hebben geen overeenkomst kunnen maken, wat niet betekent dat de tandarts tuchtrechtelijk laakbaar heeft gehandeld. Het gebrek aan kennis op het gebied van traumatologie is wel gegrond. De tandarts had niet mogen afzien van het reponeren van de tanden van de patiënt. Daarnaast hoort het spalkje aan de buitenzijde te worden gevestigd, niet aan de binnenzijde. Dat de tandarts zich na dit voorval niet heeft laten bijscholen is ook geen reden tot tuchtrechtelijk aanspreken. De tandarts heeft tot slot haar excuses aangeboden aan de patiënt, haar fout erkend en zich laten bijscholen.
Uitspraak
Het Regionaal Tuchtcollege heeft een waarschuwing gegeven aan de tandarts in kwestie.
Samen hebben ze honderdvijftig jaar ervaring in de mondzorg. Vijf mondhygiënisten vertellen dertig jaar na hun afstuderen aan de Hogeschool van Utrecht over hun opleiding en werkervaring. Hoe kijken zij aan tegen de rol van mondhygiënist in het huidige werkveld?
Dertig jaar na afstuderen
Ze begonnen hun opleiding in 1987 in het gebouw van de studie Tandheelkunde in Utrecht, maar na het eerste jaar verdween die studie uit Utrecht en verhuisde de opleiding tot mondhygiënist naar de Hogeschool van Utrecht (HU). In 1989 studeerden ze af. Nu is het dertig jaar later; op 29 juni hielden ze een reünie. dental INFO sprak met vijf van de afstudeerders van dertig jaar geleden: Yvonne Buunk-Werkhoven, Elice van Berkel, Claudy Ennik-Peeters, Luke Lunter en Jacoline Baggerman-de Waal.
Divers werkveld
Het blijkt hoe divers het werkveld van een mondhygiënist is, als je ziet waar de vijf afgestudeerden van 1989 zijn terechtgekomen. Yvonne doet toegepast wetenschappelijk onderzoek: “Als onafhankelijk gedragswetenschapper (gepromoveerd sociaal psycholoog en mondhygiënist) en adviseur ben ik (inter)nationaal betrokken bij promotie- en preventiemaatregelen, voorlichting en gedragsverandering op het raakvlak van de gezondheidspsychologie en de preventieve mondzorg.”
Elice heeft jarenlang als mondhygiënist in de solopraktijk van haar partner gewerkt. Sinds die drie jaar geleden is verkocht aan een jonge tandarts is ze met vervroegd pensioen.
Claudy is na haar afstuderen gelijk bij een orthodontist gaan werken. En dat doet ze nog steeds, niet meer bij dezelfde overigens. Daarnaast werkt ze sinds een jaar een dag in de maand in de ouderen(mond)zorg: “Erg schattig om te doen, maar ook heel erg nodig!”
Jacoline werkt als praktijkmanager en Luke als officemanager in een tandheelkundige praktijk. Zij kan door een blessure niet zelf meer aan de stoel werken en ondersteunt nu de tandarts met het aansturen het team, bestaande uit tandartsassistentes, preventieassistente en mondhygiënist. Daarnaast houdt ze zich bezig met aligners. Ze is daar erg enthousiast over en heeft begin dit jaar een website gemaakt voor de behandeling met aligners.
Akademie voor mondhygiëne
Alle vijf zijn ze positief over hun opleiding aan de ‘Akademie voor mondhygiëne’. De onderlinge sfeer was erg goed. Doordat de opleiding maar twee jaar duurde was het wel een overvol programma. Het jaar daarna werd de opleiding uitgebreid naar drie jaar. Yvonne vertelt: “Het eerste jaar samen met de studenten tandheelkunde was top en is de basis geweest voor mijn visie op samenwerken. Het tweede jaar was bijzonder, omdat de kliniek bij de Hogeschool nog niet gereed was en we de klinische vaardigheden bij tandartsen in de regio moesten uitvoeren. Ook hadden we op zaterdagochtend practica röntgenologie.” Claudy vond het tweede jaar in het hogeschoolgebouw wat minder: “De opstelling naar studenten toe was erg ‘schools’ en niet gelijkwaardig.”
Verwachtingen
De verwachtingen die ze na het afronden van hun studie hadden zijn voor Jacoline, Luke en Claudy zeker uitgekomen. Zij zijn nog steeds met plezier in hun beroep aan het werk. Claudy: “Ik heb nooit iets anders willen doen. Rond mijn veertigste gingen veel vriendinnen omscholen, maar ik vind het nog steeds erg leuk.”
Bij Elice zijn haar verwachtingen niet helemaal uitgekomen. Zij ging bij haar partner in de tandartspraktijk werken. Ze vertelt: “In 1989 was de bekendheid met parodontologie bij de tandartsen, waaronder ook mijn partner, zeer gering. Hun opleiding was gericht op restaureren. Cariës was het enige probleem. Daarbij waren de patiënten ook sceptisch over de mondhygiënist. Het was nog zo nieuw. Waarom moet dat ineens, was hun reactie. Dat vroeg om een goede uitleg van de tandarts. Mondjesmaat kwam de bewustwording in de loop der jaren.”
Yvonne had geen concrete verwachtingen. Ze besloot al snel niet fulltime te gaan werken, maar een baan als mondhygiënist te combineren met studeren en reizen. Ze studeerde psychologie, werkte als docent bij de opleidingen tandheelkunde en mondhygiëne in Groningen, deed promotieonderzoek en was gedetacheerd bij een forensisch psychiatrisch ziekenhuis (Tbs-kliniek).
Rol van de mondhygiënist in het huidige werkveld
Met al hun ervaring hebben de vijf een duidelijke mening over de rol van de mondhygiënist in het huidige werkveld. Yvonne vindt de huidige ontwikkelingen zorgelijk:
“Een gezamenlijke visie op mondzorgbeleid en praktisch handelen mis ik. Onderlinge afstemming in wie welke zorg biedt, blijkt evenmin duidelijk of gelijkwaardig.”
Elice, Claudy en Jacoline wijzen op de preventieve taak van mondhygiënisten. Elice: Ik zie de rol van mondhygiënist als voorlichting gevend over mondgezondheid en het doen van gebitsreiniging. Boren vind ik persoonlijk NIET iets voor de mondhygiënist. Laat dat bij de tandarts, denk ik.” Graag zou ze zien dat er geld vrijkomt voor voorlichting aan de basis van het leven: bij de zwangere vrouw, het zuigelingenbureau, de basisschool, in de PABO-opleiding en voor verpleegkundigen. “Uiteindelijk zal dan de gezondheidszorg goedkoper worden.”
Claudy is het daarmee eens: “Ik hoop dat de mondhygiënisten vooral hun preventieve taak niet laten verslonzen. Ik denk dat de aandacht nu vooral uitgaat naar (be)handelen, omdat daar meer geld mee te verdienen valt. Met voorlichting op bijvoorbeeld scholen, opleidingen van verzorgenden en verpleegkundigen zou je een hele grote groep snel kunnen bereiken.” Volgens Jacoline is er voldoende werk voor de mondhygiënist op het gebied van preventie, paro en ortho-behandelingen. Ze geeft als tip: “Schoenmaker blijf bij je leest”.
Luke ziet een tweedeling in mondhygiënisten: “Er is een groep die net zo enthousiast en bevlogen is als wij. Zij stellen het belang van de patiënt centraal en scholen zich voortdurend bij. Daarnaast is er een groep die vooral wil boren en al snel tevreden is met zijn/haar kunnen en kennis.”
Toenemende vraag naar mondhygiënisten
Elice, Claudy, Luke en Jacoline denken dat de vraag naar mondhygiënisten de komende jaren zal blijven toenemen. Volgens Elice willen mensen tegenwoordig zelf graag naar de mondhygiënist, omdat ze mondbewuster zijn geworden. Claudy verwacht dat door het tekort aan tandartsen de (half)jaarlijkse controles en primaire vullingen helemaal door een mondhygiënist gedaan gaan worden en dat de tandarts dan de meer specialistische curatieve behandelingen doet. Luke benadrukt het belang van een gezonde mond:
“Ook uit studies blijkt steeds weer opnieuw hoe belangrijk een gezonde mond is. Een gezonde mond draagt in grote mate bij aan de preventie en een beter behandelresultaat van uiteenlopende (chronische) ziektebeelden.”
Yvonne vraagt zich af of de vraag naar mondhygiënisten daadwerkelijk is toegenomen, of dat het een organische ontwikkeling is. Volgens haar zou een adequate zorgverdeling (aanbod en afstemming op doelgroepen) een transparant beeld kunnen bieden, waarna er een betere inzet van krachten en zorgaanbod kan worden bewerkstelligd.
Taakherschikking
Over het experiment van de taakherschikking zijn ze geen van allen erg enthousiast. Yvonne: ”De tijd zal het leren. Ik vind het een vreemde move en kan de koers van de overheid, NVM-mondhygiënisten en de opleidingen Mondzorgkunde niet geheel steunen. In internationale contacten heb ik veelal het idee, dat ik me moet verantwoorden voor de ingezette mondzorgkoers in Nederland, en soms ervaar ik plaatsvervangende schaamte.”
Elice vindt boren niet bij een mondhygiënist passen en Jacoline zegt:
“Restauraties passen niet in het profiel van de mondhygiënist. We zijn niet voldoende opgeleid en hebben te weinig ervaring en routine. Waarom deze verandering? Ik verwacht dat er nog veel mis zal gaan op dit gebied.”
Luke vindt het takenpakket van de mondhygiënist groot genoeg en heeft geen behoefte aan een taakherschikking. Ze vindt het voor de patiënt niet duidelijk als er een gedeeltelijke overlap is bij verschillende behandelaren. “Daarnaast vind ik het jammer dat er eilandjes ontstaan en zie ik liever een intensievere interdisciplinaire samenwerking. Met respect voor elkaars expertise, zo heb ik het ook altijd zelf ingevuld en ervaren.”
Claudy is iets positiever: “Als men een gedegen opleiding krijgt, is het goed te doen. Maar wie controleert of je door de juiste persoon behandeld wordt?” Ze pleit er voor dat de titel van mondhygiënist beter beschermd wordt: “Nu al weten patiënten door alle (preventie)assistenten, assistenten-plus, mondhygiënisten, mondzorgkundigen niet meer wie waarvoor is opgeleid en wie er dan welke verrichtingen mag doen.”
Plannen
Wat hun plannen voor de komende jaren zijn? Elice is al gestopt met werken en ook Jacoline zal over een poosje het stokje overdragen, maar blijft tot die tijd nog bezig als praktijkmanager. Luke wil binnen haar praktijk de behandeling met aligners organisatorisch opzetten en ondersteunen. Claudy is tevreden met hoe het nu gaat. Ze wil misschien wel een dag per week bij de ortho inwisselen voor de ouderenmondzorg, en ooit nog eens in een schisisteam aan het AMC of VU-ziekenhuis in Amsterdam werken. Ook Yvonne wil gewoon verder waarmee ze nu bezig is: “Internationaal gezien heb ik met mijn toegepast wetenschappelijk mondzorgonderzoek school gemaakt. Ik zal mijn expertise en ervaringen vooral blijven uitdragen (samenwerken en publiceren) onder het motto ‘Pas als je kunt delen, kun je vermenigvuldigen’. Reizen is hiervan een onderdeel, dus je hoort mij niet klagen…”
Tips voor beginnende collega’s
Als afsluiting vroegen we de zeer ervaren mondhygiënisten om tips voor hun beginnende collega’s. En tips hadden ze! Yvonne: “Doe vooral wat je leuk vindt; zorg dat je natuurlijke talenten en persoonlijke passie volledig tot uiting komen; blijf nieuwsgierig en ontdekken en geniet vooral van het leven!” Elice: “Volg je hart en doe het!” Claudy: “Probeer veel verschillende werkvlakken uit. Ligt je interesse in de paro, zorg dan dat je basis goed is. Begin in een paro-praktijk en daarna pas in de algemene praktijk of als zelfstandige. Je moet namelijk nog heel veel leren in de praktijk.”
Jacoline: “Blijf kritisch op jezelf, werk netjes, collegiaal en streef naar voldoende aandacht voor de patiënt. Je zult zien dat je op deze manier heel veel voldoening uit je werk haalt!” En tenslotte Luke: “Het is een prachtig beroep! Hou je passie vast en blijf je vooral door bij- en nascholing verder ontwikkelen!”
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/06/Mondhygiënist-is-een-prachtig-beroep.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2019-07-01 12:45:102019-06-26 10:53:41Mondhygiënist is een prachtig beroep!
De Amerikaanse tandarts Dennis Abbott, DDS, bestudeert bloed, speeksel en bacterie profielen voordat hij zijn patiënten een bepaalde behandeling aanbeveelt. Hij vindt het van groot belang om regelmatig te praten met verschillende type artsen om samen voor een zo goed mogelijke patiëntgezondheid te kunnen zorgen.
Gepersonaliseerd gezondheidsmodel
Ook is Dennis Abbott een van de initiatiefnemers van een gepersonaliseerd gezondheidsmodel, dat streeft naar individuele patiëntenzorg met samenwerking tussen alle medische specialiteiten. Waar gepersonaliseerde zorg binnen de tandheelkunde nu nog erg niche is, hoopt hij dat dit in de toekomst de norm zal worden. De hoofdgedachte achter deze visie is dat de mondgezondheid belangrijk is voor de algehele gezondheid en vice versa.
Patiënten met kanker
Dennis Abbott begon met het op deze manier werken en denken toen hij te maken kreeg met een patiënt met kanker. Deze patiënt leerde hem hoe erg de verschillende onderdelen in het lichaam aan elkaar verbonden zijn. Naarmate de tijd vorderde leerde Abbott veel en kreeg hij steeds meer patiënten met kanker. Door zoveel mogelijk te lezen en te leren sturen veel artsen de patiënten nu eerst naar Abbott om te zorgen dat hij mogelijk mondgezondheid gerelateerde bijwerkingen kan voorkomen of verminderen.
Juiste behandeling en medicatie
Gepersonaliseerde zorg op alle vlakken is echter niet alleen goed voor kankerpatiënten, maar voor alle patiënten, aldus Abbott. Voor tandartsen houdt dit simpelweg in om naar een persoon in zijn geheel te kijken, in plaats van slechts naar zijn of haar gebit en mondgezondheid. Hier komt data als speeksel en bloed tests goed bij van pas. Op basis hiervan kan ook de juiste behandeling en medicatie worden aanbevolen. Abbott gelooft dat tandartsen die niet naar patiënten als een geheel zullen gaan kijken uiteindelijk achter zullen blijven.
Preventie en service
Dennis Abbott: “Er zal meer en meer focus komen te liggen op preventie en op services die verder gaan dan simpelweg het plaatsen van vullingen en het herstellen van tanden. Waar dat uiteraard de kerntaken van elke tandarts zijn zal er een sterkere integratie komen met technologie en klinische testen om tot kwantitatieve nummers te kunnen komen.”
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/05/Dennis-Abbott-steeds-meer-gepersonaliseerde-zorg-in-tandheelkunde.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2019-07-01 12:40:232019-06-26 10:55:23Dennis Abbott: steeds meer gepersonaliseerde zorg in tandheelkunde
Tijdens het SCEM-symposium Mondzorg bij het kind IX sprak Dagmar Vriends onder de titel ‘Kraak de code’ over motiverende gespreksvoering. Op welke manier kun je mensen aanzetten tot gedragsverandering, bijvoorbeeld om hun mond beter te verzorgen? Hierbij een verslag van haar presentatie
Mensen in beweging krijgen
De presentatie begon met een filmpje, waarin iemand heel hard om hulp riep. Wat bleek het geval? De roltrap stond stil… De meeste problemen zijn makkelijk op te lossen door zelf in beweging te komen. Hoe krijg je mensen in beweging vanuit een interne motivatie zonder te manipuleren? Dat was de vraag die centraal stond in de presentatie.
Externe versus interne motivatie
Een van de manieren om mensen in beweging te krijgen is via externe prikkels. Maar als de externe prikkel verdwijnt, verdwijnt ook de goede gewoonte. Zo is het krijgen van een flossdraad een soort ‘Oprah-Winfrey-momentje’. Je patiënt gaat hier wellicht enkele dagen enthousiast mee aan de slag. Maar dit enthousiasme verdwijnt. Daarom is de vraag hoe je iemand intern gemotiveerd krijgt in plaats van extern. Hoe zorg je ervoor dat mensen zelf hun gebit echt belangrijk gaan vinden?
Bedenk zelf eens wanneer je iets bent gaan doen wat je in eerste instantie niet wilde doen. Waarom ben je het gaat doen? Wat heeft je gemotiveerd? Zo houd je misschien helemaal niet van sporten, maar ben je gemotiveerd geraakt omdat je spieren moest krijgen omdat je rugpijn kreeg. Motivatie bestaat uit:
wens;
mogelijkheden;
redenen;
De code
Het interessante is dat voor iedereen motivatie anders is, dat is zijn code. De een heeft een wens en doet het gelijk en een ander heeft tien redenen. maar doet het niet. Je kent vast ook patiënten die redenen genoeg hebben om hun gedrag aan te passen, maar het niet doen. Of waarbij het zelfs noodzakelijk is, maar er niks gebeurt. Deze mensen hebben vaak het vertrouwen niet dat het gaat lukken of ze hebben de mogelijkheden niet. Zo kan het gebeuren dat mensen die dreigen dood te gaan doordat ze roken, toch niet stoppen met roken, zelfs artsen. Niet omdat ze niet willen, maar omdat ze ervan overtuigd zijn dat ze het niet kunnen. Deze code kun je kraken door goed te luisteren.
Stop met overtuigen
We vragen onze patiënten constant om iets te doen wat ze niet gewend zijn. Dat voelt oncomfortabel. Dus je hoeft ze niet meer te overtuigen van het nut. Mensen veranderen niet door wat andere mensen zeggen, maar door wat ze zelf bedenken en door wat ze zelf zeggen. “Als de tandarts tegen mij zegt dat het beter is om twee keer tanden te poetsen, dan zeg ik nee. Ik poets maar een keer per dag, maar heb geen gaatjes. Maar als ik mezelf hoor zeggen dat mijn kinderen wel eens klagen dat ik niet fris ruik, dan raak ik gemotiveerd. Als je me dat laat zeggen, dan trek je mijn triggers open.” Ontlokken van verandertaal van de patiënt is een van de belangrijkste dingen die je moet doen in een motiverend gesprek.
Ontlok verandertaal
Hoe ontlok je verandertaal bij mensen? Door open vragen te stellen, te reflecteren en te bekrachtigen. Door het Google-brein te gebruiken. Iedereen heeft een Google-brein. Stel bijvoorbeeld de vraag: “Hoe belangrijk is het voor je en geef een dit een cijfer.” Vraag dan niet waarom die 8 geen 9 is, maar speel met de cijfers. Vraag juist hierbij waarom het geen 6 is. Dan krijg je al het positieve te horen in plaats van al het negatieve. Vraag naar oplossingen in plaats van problemen. Dus als iemand je vertelt dat ze in elk geval wel een keer daags poetsen, omdat ze dat belangrijk vinden, vraag dan waarom ze dat zo belangrijk vinden. En vraag toestemming of je mag meedenken.
Omzeil weerstand
Mensen zijn eigenlijk altijd bereid om te veranderen. De een natuurlijk wel veel meer dan de ander. Ze staan hierbij voor de keuze om wel of niet te veranderen. Die twijfel is er continu. Zo wil men graag afvallen, maar ook heel graag lekker chocola eten. Deze mensen vinden zichzelf al een ‘loser’ omdat ze niet trouw naar de sportschool gaan, dus dat hoef je er niet meer in te wrijven. Als je dat gaat doen, dan zet je enkel de patiënt in de weerstand. Je pusht als je probeert te overtuigen. Neem patiënten serieus in wat ze te vertellen hebben door te herhalen wat ze zeggen en stel vervolgens een vraag. Dus bijvoorbeeld: “Wat ik zie, is tandplak en ik maak me er zorgen over.” De patiënt reageert met: “Maar dat hoeft niet, want…” Je kunt reageren met: “U vindt dat het goed gaat en maakt zich geen zorgen om de hoeveelheid tandplak!” Hiermee zorg je dat de patiënt het zichzelf gaat afvragen. Vraag vervolgens of je iets mag vertellen vanuit je expertise.
Wat kun je vanaf morgen doen?
Stop met overtuigen.
Ga van adviseren naar motiveren; onderzoek de ambivalentie.
Kraak de code: wens, mogelijkheden, reden en noodzaak.
Stel bewust vragen, maak gebruik van het Google-brein.
Laat het de ander zeggen!
Dagmar Vriends is eigenaar, hoofdtrainer en -coach van Siss trainingen. Zij is gecertificeerd trainer in Agression Replacement Training (ART), Trainer Huiselijk Geweld (BORG), Cognitieve Vaardigheden (CoVa), Cognitieve Vaardigheden voor mensen met een licht verstandelijke beperking (CoVa+), Sociale Vaardigheden (SoVa) en Gedragstrainer.
Verslag door Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist, voor dental INFO van de lezing Kraak de code – De volgende stap in motiverende gespreksvoering van Dagmar Vriends tijdens het SCEM-symposium Mondzorg bij het kind IX.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2018/11/Eric-van-der-Winden.jpg652011339anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2019-07-01 12:35:382019-06-26 10:56:14Kraak de code: hoe gaan mensen hun mondgezondheid belangrijk vinden?
Een van de belangrijkste elementen in de European Federation of Periodontology (EFP) toolkit voor de nieuwe classificatie van parodontale en peri-implantaire aandoeningen is de ‘decision tree’ voor het beoordelen van parodontitis. De decision tree helpt tandartsen en mondhygiënisten met het nemen van beslissingen rondom en het diagnosticeren van parodontitis.
Vier stappen van de decision tree
De decision tree zoals omschreven in “Periodontitis: clinical decision tree for staging and grading” omvat vier stappen:
De eerste stap maakt het mogelijk voor de mondzorgprofessional om te discrimineren tussen parodontale gezondheid, gingivitis en verdenking van parodontitis bij een nieuwe patiënt;
De tweede stad is een bevestigende stap om verschillende diagnoses te kunnen geven voor parodontitis en andere condities die worden gekenmerkt door gehechtheidsverlies;
De derde stap kijkt naar hoe ernstig en complex het managen van de parodontitis bij de patiënt in kwestie is;
De vierde en laatste stap beoordeelt het risico profiel van de aandoening bij de patiënt.
Proces achter creatie model
Het decision tree model is ontwikkeld door Maurizio Tonetti en Mariano Sanz. De bovengenoemde stappen worden in een pdf document van acht pagina’s grondig uitgelegd. In een uitgebreider artikel in de Journal of Clinical Periodontology wordt dieper ingegaan op het proces achter de creatie van de decision tree. Hier wordt onder andere uitgelegd dat het implementeren van een nieuwe classificatie methode vereist dat de huidige manier van denken wordt aangepast om diagnoses in klinische praktijken en opleidingen te kunnen optimaliseren.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/05/Decision-tree-voor-classificeren-van-parodontitis.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2019-07-01 12:30:322020-07-13 09:19:17Decision tree voor classificeren van parodontitis
Een tandarts uit het Duitse Landshut-district klaagt het universiteitsziekenhuis Regenburg en de Vrijstaat Beieren aan. De tandarts zegt te laat voor het examen toegelaten te zijn en eist nu de terugbetaling van een halfjaarlijks inkomstenverlies.
Ongebruikelijke zaak
De zaak is ongebruikelijk om twee redenen. Ten eerste wordt de zaak behandeld door de regionale rechtbank van Regensburg en niet, zoals normaal het geval is met klachten van studenten die niet slagen, bij de administratieve bank. Ook is dit geen gewone examenuitdaging: er wordt net iets minder dan 75.000 euro geëist.
Ontoereikend werk
De tandarts in kwestie zou niet geslaagd zijn voor de cursus “Prothetiek II”, waardoor zij vertraging opliep. Haar werk was naar verluidt ontoereikend geweest. Zij had verouderde lak voor de prothesen gebruikt, waardoor er complicaties bij de patiënten ontstonden.
Oordeel
De rechtbank moet nu beslissen of de actie, en met name de geldsom, gerechtvaardigd is. Indien er geen overeenstemming tussen de partijen ontstaat, zal de procedure medio juni worden voortgezet bij de regionale rechtbank van Regensburg.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/06/Duitse-tandarts-klaagt-universiteit-aan-voor-75.000-euro.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2019-06-27 09:00:032019-06-19 11:26:56Duitse tandarts klaagt universiteit aan voor 75.000 euro
Nederlanders zijn erg tevreden over hun tandarts. Patiënten beoordelen hun tandarts met een 8,8 gemiddeld voor vakkundigheid. Ook de persoonlijke aandacht van de tandarts tijdens de behandeling en de behandeling zelf geven zij een zelfde hoog cijfer. Deze gegevens blijken uit de klanttevredenheidstool Patiëntenvertellen.
Bejegening scoort het hoogst, gevolgd door hygiëne en uitleg over behandeling
Bijna 71.000 patiënten vulden de vragenlijst in tussen 2013 en 2018. Zij kregen die van hun tandarts naar aanleiding van een periodieke controle of behandeling. Bejegening door de tandarts kreeg van patiënten het hoogste cijfer: een 8,9. Ook hygiëne tijdens de behandeling kreeg eenzelfde cijfer. De uitleg over de behandeling werd gewaardeerd met een 8,5. Patiënten gaven de informatie over de kosten een 7,7.
Initiatief van de KNMT
Patiëntenvertellen is voortgekomen uit de vroegere patiëntenenquête van de KNMT. Klantenvertellen biedt deze vragenlijst nu met goedkeuring van de KNMT aan om klanttevredenheid te meten. Patiëntenvertellen is erkend door het Kwaliteitsregister Tandartsen (KRT). De beroepsvereniging ziet Patiëntenvertellen als een manier voor tandartsen om kennis te nemen van de ervaringen van hun patiënten en de kwaliteit van hun zorg waar mogelijk te verbeteren.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/06/patienten-boordeling-knmt.gif230400Anita test Testhttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svgAnita test Test2019-06-20 10:06:522019-06-20 10:09:19Nederlanders geven hun tandarts een ruime 8
Zowel het gebruik van esthetische restauratieve materialen als de consumptie van zure drankjes is de laatste jaren toegenomen. Hebben die drankjes invloed op de kwaliteit van deze materialen? In een laboratorium in Zuid-Korea is hier onderzoek naar gedaan.
Invloed van zure drankjes
Op de Konyang University College of Medical Science in Daejeon is de invloed onderzocht van sinaasappelsap, cola, koffie en energiedrankjes op de bevochtigbaarheid, de hardheid van het oppervlak en de kleurvastheid van esthetische restauratiematerialen.
Uit eerder onderzoek was al bekend dat het regelmatig drinken van drankjes met een lage pH de tanden aantast. De onderzoekers wilden nu meer te weten komen over de effecten van deze drankjes op verschillende esthetische restauratieve materialen.
Onderzoek
In het onderzoek werden drie algemeen toegepaste esthetische materialen gebruikt, namelijk een harscomposiet (Filtek Z250, 3M), een compomeer (Dyract XP, Dentsply Sirona), en een nano-hybride composiet (Beautifil II, Shofu), alle drie in de tandkleur A3.
Van elk materiaal werden 75 schijfvormige mallen gemaakt, die vijf dagen achter elkaar drie uur lang in de verschillende drankjes werden ondergedompeld. Vooraf, na een dag en na vijf dagen werden de bevochtigbaarheid, de hardheid van het oppervlak en de kleurvastheid van de monsters gemeten.
Per drankje en soort materiaal bleken de uitkomsten te variëren.
Bevochtigbaarheid
De mate van bevochtigbaarheid wordt weergeven in de contacthoek, waarmee de interactie tussen de vloeistof en de vaste stof wordt beschreven. Onderdompeling in alle drankjes, inclusief water, verkleinde de contacthoek van alle restauratieve materialen. De harscomposiet werd het meest beïnvloed door het energiedrankje, de componeer door de cola en de nano-hybride composiet door de koffie. Bij de harscomposiet werd de contacthoek het minst verkleind en bij de nano-hybride composiet het meest.
Hardheid
De hardheid van het oppervlak veranderde bij alle materialen. Bij harscomposiet en compomeer werd de hardheid het meest aangetast door het energiedrankje, terwijl dat bij nano-hybride composiet door cola was. De hardheid van harscomposiet werd het minst aangetast, die van compomeer het meest.
Kleurvastheid
De grootste verandering in kleur trad bij alle materialen op na onderdompeling met koffie. Bij harscomposiet was de kleurvastheid het grootste en bij nano-hybride composiet het kleinste.
Conclusies
Uit het onderzoek kwam naar voren dat hoe langer en vaker de esthetische restauratieve materialen worden blootgesteld aan de drankjes, hoe meer invloed dit heeft op de eigenschappen van de materialen. Blootstelling aan het energiedrankje en cola heeft de grootste gevolgen voor de bevochtigbaarheid en hardheid. Van de geteste materialen werd harscomposiet het minst beïnvloed door de drankjes. De onderzoekers achten nader onderzoek wenselijk om de fysiochemische reacties tussen specifieke componenten nader te kunnen bestuderen.
“3D printing en 3D-beeldvorming zijn de toekomst in de tandheelkunde en ook in de parodontologie voor patiënt-specifieke oplossingen. Ik denk wel dat we goed moeten nadenken dat we over innovatie spreken: goedkoper, beter en sneller. Als we dat in ons achterhoofd houden kunnen we de patiënt echt beter helpen en de zorg goedkoper maken”, zei Thomas Maal als terugblik op zijn lezing tijdens het NVvP-congres.
Doelen 3D-lab
Faciliteren en implementeren van technologische innovaties in 3D-beeldvorming en 3D-printing in de dagelijkse klinische praktijk.
Verbeteren van patiëntenzorg door het bieden van patiënt-specifieke oplossingen.
Het is belangrijk om als tandarts deze nieuwe mogelijkheden en technologische innovaties te omarmen, en in te zetten in het voordeel van de patiënt.
Cone Beam CT-scan
Het vooraf vervaardigen van een CBCT-scan kan van belang zijn bij diverse tandheelkundige behandelingen. Zo kan het zinvol zijn vooraf een CBCT-scan te vervaardigen bij het bepalen van de nervus-relatie bij extractie van M3’s in de onderkaak. De scan kan vervolgens gebruikt worden bij uitleg aan de patiënt waarom een bepaalde behandeling wordt voorgesteld.
Ook kunnen met de CBCT-scan cysten worden beoordeeld, intra-orale botdefecten en botdefecten ter plaatse van furcaties. De scan kan daarnaast dienen als educatie voor de patiënt.
Hoewel een CBCT-scan erg nuttig kan zijn, mag deze nooit routinematig worden vervaardigd; er moet altijd worden voldaan aan het ALARA-principe. Hierbij geldt dat de CBCT-scan alleen vervaardigd mag worden, indien conventionele röntgenfoto’s niet genoeg informatie verschaffen én er moet bij het vervaardigen van de scan gebruik worden gemaakt van een hoge resolutie en een laag volume. Elke 5 jaar moeten deze richtlijnen worden herzien.
Gelukkig zijn de scanners de afgelopen 10 jaar sterk verbeterd; hierdoor is er een stralingsreductie van 60%. Dit komt grotendeels omdat de computers beter in staat zijn te reconstrueren.
3D-scannen & 3D-printen
De intra-orale scanner en printer maakt een grote opmars. Het 3D scannen en printen kan (in de nabije toekomst) gebruikt worden voor:
3D geprinte kronen, er kunnen geen fouten ontstaan bij uitgieten van afdrukken, modellen kunnen niet kapot vallen of kwijt raken, alles wordt digitaal opgeslagen.
D geprinte immediaat-prothese op implantaten, de steg wordt volledig door de computer ontworpen. Hierdoor dalen de kosten met 60%, en is het voor meer patiënten financieel haalbaar.
3D geprinte gebitselementen, die direct na extractie geplaatst worden in de alveole.
3D geprinte boormal voor plaatsen van implantaten; hierdoor is er geen volledige opklap meer nodig en worden de implantaten nauwkeuriger geplaatst.
3D geprinte onderkaak of deel van schedel, na verwijdering tumor. Deze past als een puzzelstukje op het defect, waardoor de operatietijd fors afneemt.
3D gescande weke en harde delen, waarmee een voorbeeld gemaakt kan worden hoe de patiënt er na orthodontische chirurgie uit gaat zien, waardoor patent mee kan beslissen.
3D geprinte mallen bij complexe endodontische behandelingen. Door vooraf de computer o.a. de openingsrichting te laten bepalen, gaat er minder weefsel van het element verloren.
Toekomstbeeld
In de toekomst is er een grote rol voor computer intelligence weg gelegd. Zo kan met behulp van een hololens virtueel een complexe operatie worden geoefend, of bijvoorbeeld het reanimeren van een baby.
Bio-printing komt uit de stamcel technologie. Je oogt en kweekt dentale stamcellen, deze worden terug geplaatst in de buik van de patiënt waar het doorbloed raakt en groeit, en zo kun je je eigen kaak maken. Dit kan ook met huid gedaan worden, en ook nieuwe retinacellen oogsten en terug plaatsen waardoor iemand die blind is in ieder geval weer licht kan zien.
Verder zullen er horloges op de markt worden gebracht die een ECG kunnen maken, en deze met behulp van computers kunnen scannen op mogelijke afwijkingen.
Tot slot wordt het in potentie mogelijk om via details in iemands stem, vocal biomarkers, Parkinson, psychische aandoeningen en coronaire hartziekten in een vroeg stadium te diagnosticeren.
Prof. dr. Thomas Maal is associate professor en coördinator van het Radboudumc 3D Lab. Hij houdt zich bezig met de allernieuwste 3D technologieën in de gezondheidszorg. In het 3D Lab staat voortdurend de vraag centraal hoe we met 3D-technologie de zorg voor de patiënt kunnen verbeteren. In 1984 studeerde hij af als tandarts en kreeg zijn erkenning tot parodontoloog NVvP in 1990.
Verslag door Jacolien Wismeijer, tandarts, van de lezing van prof. dr. Thomas Maal tijdens het NVvP-congres Dentech innovatie in de parodontologie.
https://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2019/05/De-toegevoegde-waarde-van-3D-beeldvorming-en-3D-printing.jpg230400anitatesthttps://www.dentalinfo.nl/wp-content/uploads/2024/06/Logo-Dental-info-wit-2.svganitatest2019-06-17 15:05:332019-06-13 13:22:47De toegevoegde waarde van 3D-beeldvorming en 3D-printing
Voor het slagen van een behandeling is het motiveren van de patiënt én het geven van individuele instructies onontbeerlijk. In het verleden werd er veel gebruik gemaakt van de Tell-Show-Do methode voor gedragsverandering bij de patiënt. Nu gebruiken we regelmatig apps. Welke mondzorgapps zijn er en wat zijn de voor- en nadelen van e-health?
De tandheelkundige wereld is voortdurend onderhavig aan verandering en verbetering. Voor het slagen van een behandeling is het motiveren van de patiënt én het geven van individuele instructies onontbeerlijk. In het verleden werd er veel gebruik gemaakt van de Tell-Show-Do methode en motivational interviewing, om gedragsverandering bij de patiënt te bewerkstelligen. Door de introductie van nieuwe technische mogelijkheden zoals internet en de smartphone ontstaan er nieuwe mogelijkheden bij de stimulering van gedragsverandering.
Verslag van de lezing van Melle Vroom en Lodewijk Gründemann, beiden parodontoloog en implantoloog, tijdens het NVvP congres Dentech.
Op verschillende niveaus kun je inzetten op preventie:
Duidelijk maken welke risico factoren bij de klant een rol spelen
Herhaalde en geïndividualiseerde mondhygiëne-instructies en professionele mechanische plaque- en tandsteenverwijdering
Gedragsinterventies met het stellen van specifieke doelen, planning en zelfcontrole
Beheersen van risicofactoren
E-Health
E-health is het inzetten van internet en andere digitale middelen voor het ondersteunen van de gezondheid en de gezondheidszorg. M-health staat voor E-health op de mobiele smartphone, welke gebruik maakt van apps. Tegenwoordig heeft meer dan 93% van de Nederlanders (toegang tot) een smartphone. E-health kan door de mondzorgprofessional worden ingezet als extra stuk gereedschap naast de gebruikelijke zorg.
Bijvoorbeeld Oral-B, Philips Sonicare, Colgate. Gericht op poetstechniek, aanschaf van producten (reclame!), directe terugkoppeling. Deze apps lijken erg op elkaar, niet individueel.
Tandartspraktijk
Verlengde van de eigen praktijk-website.
Informatief
Bijvoorbeeld Ivoren Kruis, InformedApp. Gericht op geven van tandheelkundige informatie, en informatie over behandelingen.
Gedragsverandering
Bijvoorbeeld Wit Gebit, MondMaatje. Gericht op het vergroten van compliance van de doelgroep. Wit Gebit heeft als specifieke doelgroep jongeren die orthodontisch worden behandeld, met als doel het bevorderen van de mondhygiëne en het verbeteren van mondgezondheidsgedrag. MondMaatje (DentalCoach) is ontwikkeld door Melle Vroom en Lodewijk Gründemann, en heeft als doel het vergroten van de bewustwording van tandheelkundige risico’s en de compliance van de patiënt.
Compliance van de patiënt werkt het beste als er aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Simplificeer gewenst gedrag
Laat behandeling en adviezen individueel aansluiten op de patiënt
Maak reminders van de gemaakte afspraken
Registreer non-compliance gedrag
Informeer
Geef positieve feedback
Bekijk de patiëntenuitleg over Mondmaatje.
Mondmaatje oprichters Mello Vroom en Lodewijk Gründemann aan het woord op Dentech.
E-health
E-health geeft het beste resultaat indien er aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Individuele informatie
Doelen stellen
Positieve feedback
Reminder afspraken/therapie
Mogelijkheden tot registreren van gedragsveranderingen
Mogelijkheden tot sociale ondersteuning
E-health is werkzaam gebleken bij de behandeling van roken, dieet en bij bewegingsactiviteit. Bovendien kunnen goed geplande interventies de gedragsverandering langer vast houden.
E-health werkt op langere termijn wanneer de inhoud interessant blijft, interactief is, eventueel in game-vorm. Dit betekent dat de app regelmatig vernieuwd moet worden.
Voordelen van E-health
Nieuwe mogelijkheden voor preventie en gedragsverandering
Geeft structuur aan preventieve gedragsverandering
Werkt in bij de gedragsverandering bij de patiënt
Zorgt voor interne motivatie bij de patiënt
Individueel toegespitst per patiënt
De zorg voor de patiënt gaat verder buiten de praktijk
Het zien van een mondzorg-icoontje op smartphone herinnert patiënt al aan hun mondverzorging
Nadelen van E-health
Vraagt aanpassing van zorgverlener in de dagelijkse routine, met name in het begin om er aan te wennen en juist in te stellen.
Het is niet geschikt voor álle patiënten.
Patiënten moeten toegang hebben tot een computer met internet of smartphone
Extra aandacht nodig voor privacy van de gegevens (AVG-proof).
Technische problemen binnen de app kunnen ontstaan, maar ook na updates van IOS en Android moet de app nog steeds goed werken.
Als er voor elke niche in de mondzorg een aparte app wordt ontwikkeld, zien patiënten door de bomen het bos niet meer. Het actief zoeken van samenwerking in de ontwikkeling wordt sterk aangeraden.
De voorspelling is dat in 2030 E-health een onmisbaar instrument is in de tandartspraktijk, alhoewel het nu in Nederland nog in de kinderschoenen staat. Door E-health wordt de tandarts een onderdeel van een multidisciplinair behandelteam.
Melle Vroom studeerde in 1994 af als tandarts aan het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA). Van 1994 tot 1998 volgde hij er de MSc-opleiding tot parodontoloog. Per 2000 is hij mede-eigenaar van Parodontologie Praktijk Friesland. Hij is zowel erkend parodontoloog als ook erkend implantoloog.
Lodewijk Gründemann studeerde in 1988 af aan de rijksuniversiteit Utrecht. Daarna was hij werkzaam als militair tandarts in Blomberg (BRD) en als burger tandarts voor defensie. Van 1995 tot en met 1998 volgde hij de MSc opleiding parodontologie, aan het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA), waarna hij als Parodontoloog in de Parodontologie Praktijk Zwolle werkzaam was. Per 2000 is hij mede-eigenaar van Parodontologie Praktijk Friesland. Hij is zowel erkend parodontoloog als ook erkend implantoloog.
Verslag door Jacolien Wismeijer, tandarts, voor dental INFO van de lezing van Melle Vroom en Lodewijk Gründemann, tijdens het congres Dentech, innovatie in de parodontologie van de NVVP.
Bekijk drie posters gemaakt door vierdejaars studenten Mondzorgkunde van de Hogeschool Utrecht over ervaring van patiënten met astma of COPD in de mondzorg, veiligheid van reinigingsmiddelen voor protheses en relaties tussen medicatiegebruik en zwelling van zachte mondweefsels.
Deze posters werden beoordeeld met een cijfer 7 of hoger en zijn een selectie uit de gemaakte posters die interessant zijn voor werkzame mondhygiënisten.
1. Ervaring van patiënten met astma of COPD binnen de mondzorg en de weg naar de ideale preventie
Hoofdvraag
Hoe ervaren patiënten met astma/COPD de medicatie zelf, bijwerkingen, adviezen en rol van de verschillende zorgverleners met betrekking tot de informatieverschaffing?
Vervolgonderzoek bij een grotere onderzoeksgroep wordt aanbevolen zodat er een uitgebreider beeld kan worden geschetst over de informatieverstrekking en begeleiding bij astma/COPD patiënten in Nederland.
Conclusie
• Patiënten ervaren een negatieve invloed op hun dagelijks leven.
• Enkele participanten geven aan belemmingen te ervaren met betrekking tot het innemen van medicatie.
• Bijwerkingen, zoals een droge mond, worden ervaren.
• Participanten krijgen een goede informatieverschaffing over de instructies.
• Er wordt weinig tot niks verteld over voorlichtingen/adviezen met betrekking tot de bijwerkingen van het medicatiegebruik op de mondgezondheid.
Poster ontwikkeld door:
R. Gelink en M.S. van der Klauw, Hogeschool Utrecht
2. In hoeverre zijn reinigingsmiddelen voor protheses veilig?
Uit een recent uitgevoerd systematicreview in 2018, worden de meest gebruikte reinigingsmiddelen (tandpasta, bruistabletten en handzeep) voor het reinigen van de protheses onderzocht. Echter wordt er niet gekeken naar de veiligheid van de reinigingsmiddelen. De uitkomsten van dit recent onderzoek gaf een praktisch en klinische relevante aanleiding, voor het onderzoeken van de reinigingsmiddelen, op de meest gebruikte prothese. De polymethylacrylaat protheses blijkt ook uit de onderzoeken van De Graaf en Rustemeyer, (2018);Sharma(2016), de meest gedragen prothese is.
Hoofdvraag
In welke mate zijn de middelen om een (uitneembare) prothese te reinigen abrasief?
Deelvragen
In hoeverre is het poetsen met tandpasta/bruistabletten/handzeep op de polymethylmethacrylaatprothese abrasief?
• Het is aannemelijk dat het gebruik van tandpasta op de PMMA-prothese als abrasief kan worden beschouwd.
• Het is aannemelijk dat het gebruik van handzeep/bruistabletten/Polident tandpasta als niet-abrasief kan worden beschouwd.
• Mate van bewijs: B
• Niveau van bewijskracht: 2
Poster ontwikkeld door:
Inam Ul-Haq en Nwal Mulay, Hogeschool Utrecht
3. Relaties tussen medicatiegebruik en de bijwerking ‘zwelling van de zachte mondweefsels’
Zwelling van mondweefsels is een bekend verschijnsel, maar hoe bewust zijn mondprofessionals zich ervan dat medicatiegebruik hiervan de oorzaak kan zijn? 66% van de Nederlandse bevolking maakt gebruik van medicatie. Echter ontbreekt het aan onderzoek waarbij dit onderwerp benaderd wordt vanuit het oogpunt van de mondzorgprofessional die het klinische beeld tegenkomt.
Probleemstelling
Wat zijn relaties tussen medicatiegebruik en de bijwerking ‘zwelling van de zachte mondweefsels’ bij patiënten die medicatie gebruiken?
Deelvragen
Welke medicijnen zijn gerelateerd aan het optreden van de bijwerkingen ‘angio-oedeem’ bij patiënten die medicatie gebruiken?
Welke medicijnen zijn gerelateerd aan het optreden van de bijwerking ‘gingivahyperplasie’ bij patiënten die medicatie gebruiken?
Wat zijn relaties tussen medicatiegebruik en de bijwerking ‘angio-oedeem’ bij patiënten die medicatie gebruiken?
Wat zijn relaties tussen medicatiegebruik en de bijwerking ‘gingivahyperplasie’ bij patiënten die medicatie gebruiken?
Doelstelling en relevantie
Verkrijgen van wetenschappelijke kennis en inzicht in dit onderwerp, om zo aan patiënten en mondzorgprofessionals evidence based informatie te kunnen geven die leidt tot bewustwording en om een aanbeveling te kunnen geven voor verbetering van de kwaliteit van voorlichting.
Praktische richtlijn ontwikkelen voor mondzorgprofessionals
Onderwerp integreren in de opleiding
Voorlichtingsmateriaal voor patiënten
Conclusie
Medicatiegebruik is gerelateerd aan het optreden van zwellingen van de zachte mondweefsels in de vorm van angio-oedeem en gingivahyperplasie. NSAIS’s, ACE-remmers, een toename van dosering en een onregelmatige reactietijd zijn gerelateerd aan angio-oedeem (niveau 2,3). Calciumantagonisten, ACE-remmers, bètablokkers, immunosupressiva en anti-epileptica zijn gerelateerd aan het optreden van gingivahyperplasie (niveau 2,3).
Poster ontwikkeld door:
Sophie Brüsewitzen Miranda van de Ruitenbeek (2019), Hogeschool Utrecht
Een nieuwe cross-sectionele studie heeft verband tussen pijn aan het gebit bij ouderen en ondervoeding onderzocht. Hieruit kwam naar voren dat naarmate het aantal tanden afneemt, het risico op ondervoeding groeit.
In het Amerikaanse onderzoek werden gegevens van 107 patiënten van 65 jaar en ouder vergeleken, die tussen 2015 en 2016 een tandheelkundige behandeling kregen aan de Rutgers School of Dental Medicine in Newark, New Jersey. De patiënten hadden een gemiddelde leeftijd van 72,6 jaar oud. 50,5 procent van hen was vrouw en 49,5 procent man.
Status van gebit en (onder)voeding
In het onderzoek werd zowel naar de status van het gebit als van de voeding van elke patiënt. Om het aantal ontbrekende tanden te kunnen registreren werd gekeken naar het odontogram en de röntgenfoto’s. Om de voedingsstatus te kunnen beoordelen werd er een ‘Self-Mini Nutritional Assessment’ (Self-MNA) gebruikt, waarin elke patiënt een indicatie van hun eigen voedingsschema gaf.
Hoger risico op ondervoeding bij minder tanden
Uit de resultaten van de analyse van de gegevens bleek dat 25 procent van de patiënt een groot risico had op ondervoeding of zelfs al ondervoed was. Dit percentage was significant hoger voor patiënten die tussen de 10 en 19 tanden kwijt waren. Hiernaast hadden ondervoede patiënten vaak last van ziektes als dementie of depressiviteit.
Om de exacte relatie tussen tandverlies en ondervoeding vast te stellen is verder onderzoek noodzakelijk.
Voor een optimale gebruikerservaring maakt dental INFO gebruik van cookies. Als u deze site blijft gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies.