https://www.dentalinfo.nl/thema-a-z/rontgen-digitale-tandheelkunde/modjaw-jaw-motion-tracker-system/

MODJAW: Jaw motion tracker system

Voor het probleem met de beetregistratie is het MODJAW systeem ontwikkeld. Dit is een digitaal systeem voor het bepalen van de kaakbewegingen. Nadat het systeem de bewegingen vastgelegd heeft, produceert het een generated surface. Dit is gelijk aan het pad dat de mandibula volgt bij articulatie. Eigenlijk is dit te vergelijken met de envelope of function.

Bij het uitvoeren van een complexe en uitgebreide behandeling is het vaak lastig om de relatie tussen de onder-  en de bovenkaak te bepalen, terwijl bij lokaal functieverlies het makkelijk is om gebruik te maken van een aantal vaste punten die niet aangetast zijn. Wanneer er echter sprake is van verlies van beethoogte of als er elementen verloren zijn, verliezen we ook deze referentiewaarden.

Tegenwoordig wordt voor uitgebreide rehabilitatie casussen regelmatig gekozen voor monolytisch zirkonium.  Door het monolytisch karakter worden bij het gebruik van dit materiaal fouten in de beetregistratie niet vergeven. Er zal geen stukje afchippen zoals bijvoorbeeld bij metaal porselein, maar ergens in de constructie zal een breuk optreden.

Dat is de reden dat de beetbepaling  hierbij extra belangrijk is. Veel patiënten hebben geen hele stabiele occlusie en kunnen niet altijd de juiste beet vinden.

MODJAW systeem

Voor het probleem met de beetregistratie is het MODJAW systeem ontwikkeld. Dit is een digitaal systeem voor het bepalen van de kaakbewegingen. Nadat het systeem de bewegingen vastgelegd heeft, produceert het een generated surface. Dit is gelijk aan het pad dat de mandibula volgt bij articulatie. Eigenlijk is dit te vergelijken met de envelope of function.

Uit dit generated surface blijkt vaak dat articulatie naar links en rechts asymmetrisch is. Dit is iets wat vaak ook terug komt in de kauwfunctie. We weten uit de literatuur dat wanneer sprake is van frontgeleiding tijdens het kauwen, dit vaak pijnklachten oplevert. Daarom vermijden patiënten frontcontact ook zo veel mogelijk tijdens het kauwproces. De kiezen daarentegen zijn met name gemaakt om deze kauwfunctie op zich te nemen.

Extra onderzoek

Deze bevindingen werden ondersteund door een extra onderzoek uitgevoerd door Bassam Hassan. Hierbij werden patiënten, terwijl ze in een fMRI scanner lagen, gevraagd om dicht te bijten: eerst op de voortanden, daarna op de cuspidaten en vervolgens op de premolaren. Er bleek dat verschillende regio’s van het brein gestimuleerd werden bij het bijten op verschillende elementen.

Figuur van Possel

Daarnaast is het middels het MODJAW systeem ook mogelijk om een figuur van Possel te maken en kan gecontroleerd worden hoe dit patroon tot stand komt. Interferenties kunnen zo opgespoord worden en verholpen.

Mocht het nodig blijken om de beet te verhogen om deze interferenties  te voorkomen dan moet dit altijd dusdanig gedaan worden dat de condylus zich nog in een positie van rotatie en niet van translatie bevindt.

Scans samenvoegen

Een laatste handige optie is dat het ook mogelijk is om twee scans samen te voegen. Zo kan een combinatie gemaakt worden van een scan voordat de preparaties gemaakt zijn en een scan van de situatie daarna. Zo is het digitaal mogelijk om het ontwerp te testen.

Dit onderzoeksgebied is nog geen onderdeel van de evidence based tandheelkunde, maar het is een new field of study.

Cursus over deze technologie

Als u zich meer wilt verdiepen in deze technologie dan kunt u op 6 en 7 juni de 4D dentistry Course in Amsterdam volgen.

 

Dr. Bassam Hassan is een tandarts gespecialiseerd in orale implantologie, prothetische en restauratieve tandheelkunde. Hij studeerde als tandarts af aan de Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA) en hij heeft zijn PhD naar de digitale implantologie planning m.b.v. CBCT aan de vrije universiteit te Amsterdam behaald. Hij beschikt tevens over een master diploma in orale diagnostiek van de katholieke Universiteit Leuven en over een master In Prosthodontics van de Universiteit van Wenen, Oostenrijk. Hij is parttime verbonden als gast hoogleraar prothetiek aan UCM Universiteit te Madrid en Medische Universiteit Wenen. In de afgelopen 12 jaar heeft hij meer dan 50 publicaties in geciteerde internationale tijdschriften geproduceerd en hij heeft meer dan 70 voordrachten in het binnen en buitenland gehouden. In 2017 heeft hij de eerste prijs bij de Europese vereniging van prosthodontie voor zijn onderzoek naar de digitale implantaten planning van edentate patiënten gewonnen.

Verslag voor dental INFO door tandarts Paulien Buijs van de lezing van dr. Bassam Hassan tijdens het NVVRT-congres Resto meets ortho.

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Röntgen | Digitale tandheelkunde, Thema A-Z
Chirurgische paro-behandeling: de puntjes op de i?

Onderzoek naar ontstekingsremmend dieet gingivitis maakt grote media impact

Een recent artikel in de EFP’s Journal of Clinical Periodontology over onderzoek naar het effect van een ontstekingsremmend dieet voor gingivitis, heeft aanzienlijke media-aandacht getrokken. De Amerikaanse New York Times schreef hier zelfs een artikel over.

Proef

Het onderzoek werd uitgevoerd bij de afdeling Operatieve Tandheelkunde en Parodontologie aan de Universiteit van Freiburg. De gerandomiseerde proef van acht weken was ontworpen om de invloed van een ontstekingsremmend dieet op verschillende parameters bij patiënten met gingivitis te evalueren.

Experimenteel dieet

De studie betrof 30 patiënten verdeeld in experimentele en controlegroepen. De experimentele groep moest gedurende een maand een dieet met weinig koolhydraten en dierlijke eiwitten, veel omega-3-vetzuren, antioxidanten, nitraten, vezels, en vitamine C en D hanteren. De controlegroep veranderde hun dieet niet. Beide groepen stopten interdentale reiniging tijdens deze periode.

De resultaten

Er waren geen verschillen tussen de groepen in termen van plaquewaarden of andere zaken. De experimentele groep toonde wel een significante vermindering in gingivale bloedingen, evenals een significante toename in vitamine D-waarden en aanzienlijk gewichtsverlies. De onderzoekers concludeerden daarom dat de studie liet zien dat gingivitis diepgaand wordt beïnvloed door voeding.

Voeding van invloed

“Ik denk dat de belangrijkste volgende stappen in deze richting zijn om het anti-inflammatoire dieet te evalueren als aanvulling op parodontale therapie, om de ontstekingsremmende en antibacteriële eigenschappen van individueel voedsel te evalueren, en om de correlatie tussen plaque en tandvleesontsteking opnieuw te evalueren onder verschillende voedingsomstandigheden,” aldus hoofdauteur Johan P. Woelber.

Grote media-aandacht

Woelber benadrukt hoe overweldigt hij was toen de New York Times om een telefonisch interview vroeg. Het artikel gaf de gelegenheid de boodschap over te brengen aan een breed scala van tandheelkundige patiënten. Ook andere media hebben sinds deze publicatie dit nieuws verspreid.

 

Bron:
Journal of Clinical Periodontology

 

 

Lees meer over: Thema A-Z, Voeding en mondgezondheid
Chinese robot tandarts plaatst zelfstandig implantaten bij mensen

Chinese robot tandarts plaatst zelfstandig implantaten bij mensen

Voor het eerst ooit heeft een robot een tandheelkundige operatie uitgevoerd zonder enige hulp van mensen. De robot voerde een implantaat behandeling uit bij een patiënt in Xian in China.

Geslaagde procedure zonder menselijke hulp

De robot plaatste twee nieuwe tanden, gecreëerd met een 3D printer, bij een vrouw. Voor de veiligheid was er een medisch team aanwezig gedurende de procedure, maar hun hulp hoefde niet te worden ingezet. De robot voerde een set van voorgeprogrammeerde opdrachten uit, maar kon zich aanpassen op het moment dat de vrouw bijvoorbeeld bewoog.
Bekijk de video op de website van South China Morning Post.

Vermijden van menselijke fouten

De robot is ontworpen en ontwikkeld in de Beihang University in Beijing en het Fourth Military Medical University’s Stomatological Hospital. Dr Zhao Yimin vertelde dat de robot met name is ontwikkeld om tandheelkundige procedures uit te kunnen voeren en om menselijke fouten te vermijden. Elk jaar worden miljoenen implantaten geplaatst, waarbij regelmatig fouten worden gemaakt. Dit is niet zo raar, aangezien tandartsen in een hele kleine ruimte in de mond moeten werken, waarbij sommige gebieden moeilijk te zien zijn. Het gebruik van robots zou kunnen helpen om dit probleem op te lossen.

Tandartsentekort in China

Daarnaast kampt China momenteel met een groot tekort aan gekwalificeerde tandartsen. Dit probleem dreigt ook te ontstaan in Hong Kong en Singapore. Indien dergelijke robots ingezet kunnen worden voor tandheelkundige taken kan ook het tandartsentekort worden verminderd. Experts erkennen de precisie waarmee robots ingewikkelde behandelingen kunnen uitvoeren, maar vragen zich wel af of deze operaties veilig zijn.

Bron:
South China Morning Post

Lees meer over: Implantologie, Opmerkelijk, Thema A-Z
Meer en meer tandartsen spuiten botox en fillers waar zij dit niet mogen

Meer en meer tandartsen spuiten botox en fillers waar zij dit niet mogen

Steeds meer tandartsen spuiten botox en fillers waar zij dit niet mogen. Bijna 500 tandartsen spuiten botox en fillers bij patiënten voor cosmetische doeleinden. Volgens het regionaal tuchtcollege in Amsterdam kan dit echt niet.

Aanklacht jegens botox behandeling door tandarts

Een vrouw in het Gooi klaagde een tandarts aan toen zij flinke schade aan haar gezicht opliep als gevolg van een behandeling voor hangende oogleden. Het regionaal tuchtcollege oordeelde dat de tandarts zich überhaupt niet met het gebied rond de ogen bezig had mogen houden. Het inspuiten van botox en fillers is namelijk een voorbehouden behandeling, die alleen mag worden uitgevoerd door bevoegde en bekwame artsen. Tandartsen zijn alleen bevoegd voor behandelingen met tandheelkundige doeleinden.

Steeds meer botox en fillers

Onderzoek van het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam heeft aangetoond dat in 2016 ongeveer 240.000 Nederlanders een behandeling met botox ondergingen, en 148.000 met fillers. Naar verwachting zal dit aantal in de komende jaren blijven stijgen. Hetzelfde geldt voor de groep tandartsen die zich mengt in de cosmetische markt: inmiddels houden al 300 tot 500 tandartsen zich bezig met cosmetische botox en fillers. Deze tandartsen geven aan zichzelf als de juiste persoon voor het uitvoeren van deze behandelingen te zien vanwege de vertrouwensband die ze met hun patiënten hebben, en al gewend zijn aan het werken met zogenoemde injectables in de mond.

Tandartsen als expert gelaatsesthetiek

Eric van Leeuwen, voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Dento Faciale Esthetiek (NVDFE), is het daarom niet eens met de uitspraak van het tuchtcollege: “De tandarts is een expert op dit gebied. De grenzen die in het gezicht worden getrokken zijn arbitrair.” De ANT wilt vooral zorgen dat het inspuiten van botox en fillers geen primaire taak wordt voor tandartsen. Wel zien zij in dat tandartsen prima in staat zouden moeten zijn om injecties te zetten, aangezien tandartsen veel bezig zijn met de gelaatsesthetiek en de anatomie van de hals en het hoofd. Mariska de Beijer van het KNMT sluit zich hierbij aan: “Tandartsen zijn juist bekwaam in het zetten van injecties in het gelaat. Wij staan er achter, maar de veiligheid voor de patiënt staat voorop.”

Duidelijkheid voor tandartsen

Catharina Meijer, voorzitter van de Nederlandse Vereniging Cosmetische Geneeskunde (NVCG) is juist wel blij met de uitspraak: “Heel fijn dat nu helder is dat tandartsen zich hier niet mee bezig mogen houden. Steeds meer tandartsen, huisartsen en schoonheidsspecialisten storten zich op botox. Dat is ons een doorn in het oog. We willen dat de Inspectie voor Gezondheidszorg dit aanpakt.”

Bron:
AD.nl
Volkskrant.nl
KNMT
ANT

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z

Aftermovie NVvP voorjaarsconferentie Inside Out-congres over perio-endo relatie

De Nederlandse Vereniging voor Parodontologie (NVvP) wijdde 5 april haar voorjaarsconferentie aan de relatie tussen parodontologie en endodontologie. Sprekers Michiel de Cleen, Paul Lambrechts, Bettina Dannewitz en Nicola West vertelling in deze aftermovie over het onderwerp van hun lezing.

 

 

Ruim 300 tandartsen, parodontologen, endodontologen en mondhygiënisten waren hier aanwezig. Het programma die dag was zowel praktisch als wetenschappelijk, waardoor deelnemers de conferentie met een 7,8 op 10 beoordeelden.

De maatschappij bereidt nu haar herfstconferentie, “ParoNextGen”, voor. Deze zal op 22 november plaatsvinden in Bussum.

Bron:
efp.org

 

 

Lees meer over: Parodontologie, Thema A-Z
Diversiteit in campagnes: Primark toont model met missende tand

Diversiteit in campagnes: Primark toont model met missende tand

“Hét perfecte lichaam” voor een model is er al even niet meer, maar een Primark-campagne laat nu zien dat dit ook geldt voor “het perfecte gebit”. In de nieuwe campagne van deze Ierse winkelketen schittert nu ook een model met missende voortand.

 Diversiteit in campagnes Primark toont model met missende tand

Interessant gezicht

 

Een foto van de nieuwste badmodecampagne waarin plus-sizemodel Lucy Knell en model Symone Lu te zien zijn, werd op Instagram gedeeld en ontving veel lof. Lu werd eerder getipt als een van de ‘meest interessante gezichten’ voor de New York Fashion Week. Naast haar schoonheid heeft het model nog iets anders speciaals: ze mist namelijk een voortand in haar gebit.

Diversiteit op alle vlakken

De campagne spreekt enorm veel mensen aan. Naast de druk om slank te zijn, ondervinden veel mensen ook druk om een perfect gebit te hebben. Meer diversiteit in de modewereld op alle vlakken kan dus goed zijn voor het zelfvertrouwen van velen. Primark is hierin in ieder geval goed op weg.

Bron: nieuwsblad.be

 

 

Lees meer over: Opmerkelijk, Thema A-Z
Volkoren koolhydraten verbeteren de mondgezondheid

Volkoren koolhydraten verbeteren de mondgezondheid

Volkoren koolhydraten zouden nog wel eens kunnen helpen bij het verbeteren van de mondgezondheid, zo bleek uit een studie van de World Health Organization (WHO). De consumptie van meer verwerkte vormen van zetmeel vergroot juist de kans op het ontwikkelen van cariës.

‘De resultaten van het onderzoek suggereren dat een dieet rijk aan volkoren koolhydraten zorgt voor een lagere kans op beschadiging van de mondgezondheid, dan een dieet met veel verwerkt zetmeel. Dit komt doordat speeksel makkelijker verwerkte koolhydraten in de mond kan afbreken en omzetten in suikers,’ aldus Paula Moynihan, de hoofdonderzoeker van deze studie.

Lager risico op mondkanker

Daarnaast bleek ook dat de consumptie van volkoren granen kan worden geassocieerd met een lager risico op mondkanker.  Deze bevinding is in lijn met andere recente studies, die een sterke correlatie ontdekte tussen patiënten met ernstige tandvleesaandoeningen en patiënten met diabetes type 2.

Screenen voor diabetes

Om die reden heeft het British Medical Journal gezegd dat het de moeite waard kan zijn om tandartspatiënten zo nu en dan te screenen voor diabetes. Op dit moment bestaan daar geen protocollen voor en is er ook geen budget voor trainingen beschikbaar, wat wel noodzakelijk is om een goed beeld te kunnen schetsen van het risico op diabetes van een patiënt.

Tandvleesaandoeningen voorkomen

Professor Damien Walmsley: ‘Los van het risico op diabetes van een individuele patiënt is het belangrijk voor alle patiënten om tandvleesaandoeningen beter te kunnen voorkomen. De beste manier om dit te doen is door zo weinig mogelijk suiker in te nemen, de tanden tweemaal per dag te poetsen met een fluoride tandpasta en door regelmatig naar de tandarts te gaan. Op deze manier kunnen eventuele problemen in een zo vroeg mogelijk stadium worden gedetecteerd en opgelost.’

Bron:
Journal of Dental Research
Newcastle University

Lees meer over: Thema A-Z, Voeding en mondgezondheid
Elektronische sigaretten verhogen de kans op ontwikkeling mondkanker

E-sigaretten verhogen de kans op ontwikkeling mondkanker

Elektronisch roken, ook wel bekend als vapen, kan de kans op het ontwikkelen van mondkanker vergroten, zo blijkt uit een nieuwe studie van de Universiteit van Minnesota.

Verhoogt risico

Volgens de studie zorgt vapen voor het verhogen van de niveaus van DNA-beschadigende chemicaliën, zoals methanal, acroleïne en methylglyoxaal, in speeksel. Blootstelling aan deze chemicaliën verhoogt de risico’s op mondkanker.

Onbekende impact geen groen licht

‘Het is duidelijk dat er meer carcinogenen ontstaan door de verbranding van tabak in gewone sigaretten dan door de damp van e-sigaretten,’ zei Silvia Balbo, de hoofdonderzoeker. ‘We weten echter niet wat de impact is van het inademen van deze combinatie aan verbindingen die door dit apparaat wordt geproduceerd. Dat de dreigingen anders zijn, betekent nog niet dat e-sigaretten volkomen veilig zijn.’

Populair

De populariteit van e-sigaretten blijft stijgen. Uit een recente studie blijkt dat al ruim 2.9 miljoen mensen in Groot-Brittannië vapen. Public Health England heeft eerder gezegd dat e-sigaretten 95% minder schadelijk zijn dan tabakssigaretten. Ook zou vapen rokers helpen met stoppen, dat concludeerde het rapport, getiteld E-cigarettes: an evidence update.

Mondgezondheidsproblemen

Volgens ditzelfde rapport is roken de oorzaak van veel ernstige mondgezondheidsproblemen, waaronder verergering van tandvleesaandoeningen. ‘Het is ook verantwoordelijk voor de meerderheid van mondkanker en is de directe oorzaak van duizenden doden per jaar,’ aldus Dr. Nigel Carter OBE, uitvoerend directeur van de Oral Health Foundation in het Verenigd Koninkrijk.

E-roken in plaats van roken

‘Er is de laatste tijd een grote trend in de richting van het gebruik van e-sigaretten geweest. Rokers zover krijgen dat ze veiligere vormen van nicotine gebruiken zoals deze kan effectief zijn in het helpen stoppen met roken. Dat is iets wat we volledig ondersteunen.’ De impact van e-sigaretten mag dan nog onbekend zijn, als het mensen helpt van tabakssigaretten af te kicken, heeft vapen voor nu toch de voorkeur.

Bron:
University of Minnesota 

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
Kindertandenborstel belooft plezier tijdens het tandenpoetsen

Kindertandenborstel belooft plezier tijdens het tandenpoetsen

Kinderen zover krijgen dat ze hun tanden gaan poetsen, is geen gemakkelijke opgave voor ouders. Hen de juiste poetstechniek leren, is vaak net zo moeilijk. De oplossing hiervoor is een nieuwe tandenborstel voor kinderen die eenvoudig te gebruiken is en voorkomt dat kinderen te hard poetsen en glazuur beschadigen.

uFunbrush

De ontwikkelaars van deze tandenborstel verzamelen hun kapitaal enkel via het crowdfunding platform ‘Kickstarter’. De “uFunbrush” is een U-vormige sonische tandenborstel, gemaakt van food-grade siliconen. Deze garanderen schone tanden na slechts tien seconden te poetsen.

Met één druk op de knop

Voor gebruik hoeft er enkel tandpasta aangebracht te worden op het U-vormige mondstuk van de tandenborstel. Vervolgens legt u deze in de mond en kan er op de aan/uit-knop gedrukt worden. Na tien seconden stopt het reinigingsproces automatisch en zijn de tanden schoon.

Financiering

Voor de ontwikkeling van de tandenborstel werd het financieringsdoel van 30.000 euro bijna vijfvoudig overschreden. Dit komt wellicht doordat het mondstuk tevens voor de volwassen mond beschikbaar is.

Ouders kunnen in ieder geval met gerust hart hun kinderen de badkamer insturen.

Bron:
Kickstarter

Lees meer over: Mondhygiëne, Thema A-Z
data

Follow the data in de mondzorg

Met (big) data en algoritmes is het makkelijker geworden om een meer feitelijke basis voor beslissingen aan te boren, ook in de zorg. Dat betekent dat wij niet langer enkel op basis van ons gezonde verstand beslissingen kunnen nemen, maar ook meer onderbouwd. Een ontwikkeling met veel potentie, maar ook veel risico’s. Dit artikel belicht de mogelijkheden en legt uit waarom u er als zorgaanbieder verstandig aan doet grip te houden op het gebruik van die data.

Betrokkenheid algoritmen en data

Algoritmen zijn ingewikkelde formules en bevatten gevoelige data. Zeker gelet op de Algemene verordening gegevensbescherming moet men hier voorzichtig mee omgaan. Het is dan ook lastig om hier als individuele praktijk grip op te krijgen. Echter, kan het u zowel als zorgaanbieder als ondernemer helpen.

De maker van het algoritme en de verzamelaar van de data kleurt de resultaten, door de gemaakte keuzes. Laat u dit over aan een ander, bijvoorbeeld de verzekeraar, dan kan dit in uw nadeel werken. Omdat de ontwikkelingen nog in de kinderschoenen staan, is er nog veel ruimte voor discussie. Daarom is dit het moment om met elkaar om de tafel te zitten om de invulling van dit soort toepassingen te bespreken. Eventueel kan dit gezamenlijk opgepakt worden via de branchevereniging. Kennis is en blijft macht.

Toepassing data

Nu hebben we het wel over algoritmen, data en het belang daarvan, maar hoe wordt dit nu ingezet in de praktijk? Binnen de zorg zijn er ontelbaar veel mogelijkheden. Een aantal opvallende is de volgende:

  • Behandelplan formuleren

    Een eerste toepassing is er één vanuit de zorggedachte. Namelijk computers die op basis van data de beste zorg kunnen uitstippelen. Op dit gebied bestaan al diverse initiatieven, zoals Watson Health van IBM maar ook de gemiddelde medicatiecheck bij een apotheek. Onderzocht kan worden wat voor wie de beste behandeling is. Met een hoeveelheid informatie waar wij als mens lastig een conclusie aan kunnen verbinden. Hier gaat het om de kwaliteit van zorg voor de patiënt, maar simpelere toepassingen op het gebied van kwaliteit zien we nu al vanuit de zorgverzekeraars.

  • Waardegedreven zorg

    In steeds meer zorgsoorten willen zorgverzekeraars zich er zeker van stellen dat de ingekochte zorg ook van voldoende kwaliteit is. Diversen systemen worden bedacht om de kwaliteit meetbaar te maken. Binnen de mondzorg komt dit vooralsnog weinig voor, maar gelet op de trends binnen andere zorgsoorten zullen verzekeraars er waarschijnlijk wel naartoe willen. Allerlei systemen worden ingezet en bijna alle systemen gaan uit van data. Soms gaat het om tevredenheidsonderzoeken bij patiënten, soms gaat het om het aantal behandelingen (behandelindex) of de (soort en hoeveelheid) prestaties die gedeclareerd worden. Zorgverzekeraars bepalen vervolgens aan de hand van dit soort data wat zij de maatstaf vinden als het aankomt op de kwaliteit van zorg. Op basis daarvan wordt de (hoogte van de) vergoeding bepaald of komt de zorgaanbieder wel of niet in aanmerking voor een contract.

  • Controles

    Ook achteraf kan via data gekeken worden naar de kwaliteit van zorg, denk aan controles. Een zorgverzekeraar is verplicht te controleren of de gedeclareerde zorg wel doelmatig is. Zij doet dit aan de hand van allerlei controles. Om dit zo efficiënt mogelijk te maken, beoordelen verzekeraars aan de hand van de beschikbare data, veelal vanuit Vektis, of een praktijk afwijkt van de gemiddelden. Wijkt een praktijk af, dan is de kans aanwezig dat een verzekeraar daarover vragen stelt. Vervolgens is het aan u als zorgaanbieder om de verschillen te verklaren. Voor die discussie is het handig als u uw eigen analyse van diezelfde data hebt gemaakt.

Privacy

In alle drie de situaties bent u afhankelijk van data; deze data kan tot veel goeds leiden. Een aspect om rekening mee te houden is de privacy. Verzamelde data bevatten binnen de zorg veelal bijzondere persoonsgegevens en zijn daarmee zeer gevoelig. Bij gebruik van deze data moet goed nagedacht worden over de grondslag en de toelaatbaarheid ervan. Zeker bij  het meten van de waarde van zorg, stuit dit nog op veel problemen. Meestal is toestemming van de patiënt vereist, voordat persoonsgegevens verwerkt mogen worden. In de praktijk kan het lastig zijn dit onderdeel te maken van het proces.

Conclusie

Data zijn de toekomst, mede vanwege de vele mogelijkheden. Pas wel op dat u als zorgaanbieder betrokken bent bij deze toekomst. U heeft bij uitstek zeggenschap over de behandelmethode, kwaliteit van zorg en doelmatigheid van zorg. Wettelijk gezien mogen (alleen) algoritmes met bijzondere persoonsgegevens ook niet leiden tot besluitvorming. De menselijke maat dient doorslaggevend te blijven in een zorgwereld, ook al is die omgeven van veel data.

Door:
Kitty ten Bras – www.eldermans-geerts.nl
Advocaten | Zorgmakelaars | Juristen | Adviseurs in de zorg

Lees meer over: ICT, Ondernemen, Thema A-Z, Zorgverzekeringen
Parodontale screening en behandelplanning in de algemene praktijk

Pluis of niet-pluis? – Parodontale screening en behandelplanning in de algemene praktijk

Je zou graag al je patiënten tijdens hun periodiek mondonderzoek op een efficiënte manier willen controleren op de aanwezigheid van parodontitis. Maar is dat niet te veel gevraagd? Verslag van de lezing van dr. Wijnand Teeuw, tandarts-parodontoloog.

Screening

‘Screening’ wordt gedefinieerd als het opsporen van ziekte in een preklinisch stadium door middel van een relatief eenvoudige test. Daarbij is de term ‘preklinische fase’ erg breed en kan er over de exacte definitie van een ‘relatief eenvoudige test’ gediscussieerd worden.

Screening: Wie, wat, waar en hoe?

Waar?

Het liefst zouden we iedereen willen screenen. Dit zou bijvoorbeeld kunnen door middel van een (eenvoudige) doe-het-zelf test die men thuis kan afnemen. Het voordeel van deze methode is dat er een bepaalde bewustwording wordt gecreëerd bij de bevolking.
Een veel zuiverdere manier van screenen is ‘screenen op locatie’, dus in de tandheelkundige of geneeskundige setting. Daarbij heeft de tandheelkundige setting (tandartspraktijk) een groot voordeel in vergelijking met een geneeskundige setting. Voor een ziekenhuis of huisartsenpraktijk geldt namelijk dat mensen hier zelden tot nooit binnen stappen in de preklinische fase terwijl in de tandartspraktijk grofweg de hele populatie periodiek langskomt. Familieverbanden kunnen op deze manier ook mee worden genomen bij het screenen. Daarnaast heeft de tandarts allerlei tools (o.a. röntgenfoto’s) tot zijn/haar beschikking om een zuivere diagnose te kunnen stellen. Ook bij verdenking op een bepaalde diagnose kan de tandarts de patiënt sneller terug laten komen waardoor de daadwerkelijke diagnose niet gelijk gesteld hoeft te worden.

Wat?

Grofweg betekent dit dat de tandarts het onderscheid moet kunnen maken tussen gezonde gingiva en parodontitis. Maar daar tussenin zit nog een grijs gebied. De vraag is dus: Wanneer wilt u dat u het niet-pluis gevoel krijgt? Wat wilt u zien bij de patiënt?

Wie?

Wie kunnen de ziekte allemaal ontwikkelen? In principe kan parodontitis op elke leeftijd ontstaan maar verschilt de prevalentie per leeftijdscategorie. Dus moeten we alle mensen screenen terwijl parodontitis bij kinderen heel zelden voorkomt? Aan de andere kan heeft parodontitis bij kinderen vaak een onderliggende oorzaak (afweer- of stofwisselingsziekte) en is de ernst vaker groter dan bij volwassenen. De tandarts kan de eerste zijn die de onderliggende ziekte screent.

Hoe?

De gouden standaard is om bij iedere patiënt een zuivere diagnose te stellen door middel van screening in de tandartspraktijk. Dit is echter een zeer tijdrovende manier van screenen (klinisch onderzoek, parodontiumstatus en röntgendiagnostiek). Aangezien ongeveer 15% van de bevolking parodontitis heeft, betekent dit automatisch dat er sprake is van overdiagnostiek. De vraag is dus of er altijd zuivere diagnostiek nodig is. Een andere methode is het invoeren van een werkdiagnose. Aan de hand van de werkdiagnose wordt er een inschatting gemaakt van de diagnose en gaat men daar eerst mee aan de slag, dus voordat er een zuivere diagnose wordt gesteld.

Screening: de gouden standaard

Een zuivere diagnose wordt gesteld aan de hand van het klinisch beeld, de parodontiumstatus en het röntgenonderzoek. Er moet gescreend worden op ontsteking en aanhechtingsverlies.

1. Ontsteking

– Aanwezigheid van bloeding na sonderen (>10%)
– Pocketdiepte ≥ 4 mm

2. Aanhechtingsverlies

– Direct: pocketdiepte + recessie
– Indirect: botverlies gemeten op röntgenfoto

De prevalentie van gingivitis wordt geschat op 46% en van parodontitis op 11%. Er vindt dus veel overdiagnostiek plaats bij het uitvoeren van deze methode. We moeten dus af van de gouden standaard, de consequentie is wel dat we minden zuiver worden in de diagnostiek.

Dutch Periodontal Screening Index (DPSI)

Door de jaren heen zijn er verschillende screeningsmethoden geweest. Het begon met de CPITN (1982), waarbij er gekeken wordt naar de eerste tekenen van ontsteking. In 1998 werd de DPSI geïntroduceerd waarbij zowel ontsteking als aanhechtingsverlies werd gekeken (de definitie van parodontitis). Aan de hand van de DPSI-score kan de patiënt ingedeeld worden in de volgende categorieën:
– Categorie A: DPSI 1,2
– Categorie B : DPSI 3-
– Categorie C: DPSI 3+,4

Aan de hand van de DPSI kan er een behandelplan opgesteld worden. Uit onderzoek blijkt dat met deze methode de ernstige groep er altijd wel uit gehaald wordt, maar de minder ernstige vormen niet (van der Velden, 2009). Baelum et al. (1995) koppelde de CPITN aan leeftijd en liet zien dat de prevalentie van een hoge CPITN-score toenam met het toenemen van de leeftijd. Teeuw et al. (2019, in progress) heeft met zijn resultaten laten zien dat van de patiënten in categorie A uiteindelijk een klein deel matige parodontitis heeft. Voor categorie B geldt dat het percentage matige parodontitis toenam en dat er een klein percentage ernstige parodontitis had. In categorie C werden nagenoeg geen gezonde mensen gezien.

Planning – Na de DPSI

Categorie A: Pockets ≤ 3 mm

– Mogelijke diagnoses (o.a. afhankelijk van leeftijd): gezond; gezond gereduceerd parodontium; gingivitis; gereduceerd parodontium met gingivale ontsteking.
– Behandeling is gericht op preventie

Categorie B: Pockets 4-5 mm, zonder zichtbare recessies

– Mogelijke diagnoses zijn (o.a. afhankelijk van leeftijd): gingivitis tot matige parodontitis; bij kinderen: gingivitis/zelden parodontitis; van 12-21 jaar voornamelijk gingivitis/ geringe parodontitis; Van 21-35: gingivitis/parodontitis; Bij >35 jaar: voornamelijk parodontitis.

– Behandeling kan eerst bestaan uit:
o Gebitsreiniging: lifestylefactoren en omgevingsfactoren
o Na de gebitsreiniging wordt altijd een afspraak voor evaluatie ingepland met eventueel ook nog een tussentijdse controle

Het is goed om bij kinderen op bloeding te letten. Bloeding na sonderen, ondanks een slechte mondhygiëne, is voor kinderen uitzonderlijk. Daarnaast zijn verdiepte pockets ook uitzonderlijk. Bij kinderen hoeft de DPSI alleen uitgevoerd worden bij de permanente elementen van de wisseldentitie.

Categorie C: Pockets 4-5 mm met recessies en/of pockets ≥ 6mm

– Mogelijke diagnoses zijn (o.a. afhankelijk van leeftijd): Gingivitis tot ernstige parodontitis (bijna altijd parodontitis!); gereduceerd parodontium na behandeling.
– Voor deze groep wordt altijd een parodontaal onderzoek uitgevoerd.

Ongeveer 75% van totale tandartspraktijkpopulatie valt in categorie B (+/- 50%) of C (+/- 25%) en dit betekent dus dat veel mensen het paro-protocol in moeten. Om die reden is het goed om voor de patiënten die in categorie B vallen, dus de patiënten met gingivitis tot matige parodontitis, een voorlopige werkdiagnose te stellen. Daarbij is de geschatte etiologie en behandeling erg van belang. Vaak kan er door het aanpassen levensstijl (Vnl. poetsgedrag en roken) en omgevingsfactoren (uitgebreide gebitsreiniging) al veel verbetering behaald worden. Voor categorie B geldt dat evaluatie ook enorm belangrijk is. Het advies is om bij elke patiënt de regie bij de tandarts te leggen. Dit betekent dat de tandarts bij elke PMO een DPSI uitvoert, ook al zit de patiënt in het paro-protocol.

Dr. Wijnand Teeuw, parodontoloog NVvP, behaalde in 2003 zijn doctoraaldiploma Biologie aan de Universiteit Utrecht met als afstudeerrichting Fundamentele Biomedische Wetenschappen. In 2006 studeerde hij als tandarts af aan ACTA waaraan hij sinds die tijd verbonden is aan de sectie Parodondologie. Van 2009 t/m 2012 volgde hij aldaar de MSc-opleiding tot parodontoloog, welke hij cum laude heeft afgerond. Sinds 2015 is hij hoofd van de Kliniek voor Parodontologie ACTA. In 2017 promoveerde hij op de relatie tussen parodontitis en de algemene gezondheid, in het bijzonder diabetes mellitus en hart- en vaatziekten. Daarnaast adviseert hij tandartsen en mondhygiënisten over het plannen en uitvoeren van parodontale behandelingen binnen de algemene tandartsenpraktijk.

Verslag voor dental INFO door Marieke Filius, tandarts, van de lezing van dr. Wijnand Teeuw tijdens het congres Paro van Bureau Kalker.

Bekijk ook het interview met dr. Wijnand Teeuw over screenen op parodontitis

Wij interviewden dr. Wijnand Teeuw kort na zijn lezing Screenen op parodontitis. Hij praat over de uitkomst van screenen: is het pluis of niet-pluis? Hoe ga je om met de uitkomsten van de DPSI-score, de nieuwe paro-richtlijn en zijn advies voor taakverdeling en regie over paro en preventie.

Lees meer over: Parodontologie, Thema A-Z
Effectiviteit van individuele gedragsinterventies in het voorkomen van cariës bij kinderen in de voorschoolse leeftijd

Posters door studenten Mondzorgkunde Hogeschool Utrecht (deel 2)

Bekijk twee posters gemaakt door vierdejaars studenten Mondzorgkunde van de Hogeschool Utrecht over de toegevoegde waarde van de intra-orale camera onder studenten mondzorgkunde en over de effectiviteit van individuele gedragsinterventies in het voorkomen van cariës bij kinderen in de voorschoolse leeftijd.

Deze posters werden beoordeeld met een cijfer 7 of hoger en zijn een selectie uit de gemaakte posters die interessant zijn voor werkzame mondhygiënisten.

De intra-orale cameraonder studenten mondzorgkunde: wel of geen toegevoegde waarde?

Hoofdvraag

Wat is de toegevoegde waarde van de IOC voor studenten mondzorgkunde?

Deelvragen

Wat zijn de meningen, verwachtingen, behoefte en ervaringen van studenten mondzorgkunde aan Hogeschool Utrecht (HU) en Hogeschool InHolland (IH) met betrekking tot het gebruik van de IOC? Het onderzoek is praktisch relevant voor de beroepspraktijk en voor studenten-, en opleidingen mondzorgkunde.

De intra orale cameraonder studenten mondzorgkunde wel of geen toegevoegde waarde

klik hier voor vergrote versie

Aanbevelingen

  • De IOC moet geïntroduceerd worden in het curriculum van de opleiding mondzorgkunde.
  • Voor de beroepspraktijk wordt de IOC aanbevolen om in te zetten voor preventieve handelingen, klinisch cariësdiagnostiek en intercollegiaal overleg.
  • De nevelafzuiger wordt aanbevolen tijdens het gebruik van de IOC (Van den Akker, 2015).

Conclusie

Op grond van de bevindingen uit het onderzoek heeft de IOC toegevoegde waarde binnen de mondzorg voor zowel het bevorderen van de cariësdiagnostiek en intercollegiaal overleg, als het ondersteunen van preventieve begeleiding en adviezen. Waarbij cariësdiagnostiek als belangrijkste toegevoegde waarde wordt gezien m.b.t. de taakherschikking.

Poster ontwikkeld door:
R. Dao en H. Halaby, Hogeschool Utrecht

 

Effectiviteit van individuele gedragsinterventies in het voorkomen van cariës bij kinderen in de voorschoolse leeftijd

Hoewel met interventies als NOCTP al een flink stap richting individuele preventie is gemaakt, is er nog weinig bekend over effecten en bereikbaarheid van ouders en kinderen met een individuele preventieve strategie gericht op cariës bij kinderen van 0-5 jaar. Dit terwijl de Nederlandse Vereniging voor Kindertandheelkunde (2013) in de richtlijnen voor mondzorg voor jeugdigen aanbevelingen geeft om vanaf het doorbreken van het eerste element aan te sturen op mondhygiënegedrag om mogelijke vroegtijdige problemen zoals cariës te voorkomen.

Doelstelling

Het verkrijgen van kennis en inzicht over de effectiviteit van individuele  gedragsinterventies in het voorkomen van cariës bij kinderen in de  voorschoolse leeftijd, zodat er een evidence based advies kan worden gegeven dat zowel praktisch als klinisch relevant is voor de beroepsgroep.

 Effectiviteit van individuele gedragsinterventies in het voorkomen van cariës bij kinderen in de voorschoolse leeftijd.

klik hier voor vergrote versie

Conclusie

Het is aannemelijk dat Motivational Interviewing  intensieve counseling / intensieve begeleiding een positieve invloed hebben op de mondgezondheid bij kinderen uit groepen met een lage SES. Maar mogelijk zijn MI en/of counseling niet effectief wanneer de begeleiding niet intensief / frequent genoeg is en/of de kinderen opgroeien in een extreem arme omgeving.

Poster ontwikkeld door:
Demi Adriaanse en Roxanne Rigter, Hogeschool Utrecht

Lees ook:  Posters door studenten Mondzorgkunde Hogeschool Utrecht (deel 1)
Twee posters gemaakt door vierdejaars studenten Mondzorgkunde van de Hogeschool Utrecht over taakherschikking en over de gevolgen van gastro-oesofageale refluxziekte op de mondgezondheid bij kinderen. Deze posters werden beoordeeld met een cijfer 7 of hoger en zijn een selectie uit de gemaakte posters die interessant zijn voor werkzame mondhygiënisten.

 

 

Lees meer over: Kennis, Mondhygiëne, Scholing, Thema A-Z
De beste voeding voor baby’s en peuters

De beste voeding voor baby’s en peuters

Tijdens het symposium Gezonde Peutermonden hield Jellie Zuidema een lezing over voedingsadviezen voor kinderen vanaf 8 maanden. Zij liet haar toehoorders kiezen uit een aantal onderwerpen. Er werd gekozen voor ‘aanleren van gezond eetgedrag’ en ‘borst en flesvoeding’. Hier haar tips en trics over deze onderwerpen.

Aanleren van gezond eetgedrag

Bij het aanleren van gezond eetgedrag van een kind speelt u als mondzorgverlener een grote rol. U kent vast de opmerking: “Mijn kind lust dit niet.” Hoe kunt u ouders aanzetten tot ander eetgedrag als een kind gewend is om voornamelijk zoet te eten? Het aanleren van andere voedingsgewoontes van jonge kinderen kan even duren. De baby heeft van nature een voorkeur voor zoet. Borst- en flesvoeding zijn ook zoet. Met het introduceren van bijvoeding introduceert men tevens andere smaken, zoals bitter en zuur. Deze verandering vraagt tijd. Kinderen moeten nieuwe voedingsmiddelen soms wel tien tot vijftien keer proeven voordat ze de smaak leren waarderen. Als u kinderen zoet wil laten afwennen, kost dat ook tijd. Ondersteun daarom de ouders hierin door aan te geven nieuwe voeding te blijven aanbieden en niet te snel op te geven. Ouders gaan er vaak snel in mee dat een kind iets niet lust. Vertel ouders dan dat ze even moeten doorzetten omdat kinderen tijd daarvoor nodig hebben.

Vaste voeding

Realiseer u dat een baby al vanaf 4 à 6 maanden bijvoeding krijgt. Als u kinderen voor het eerst ziet na doorbraak van hun eerste melkelementen, is er al een start gemaakt met de introductie van vaste voeding naast de melkvoeding. Vaak krijgen zij dit eerst in de vorm van een prakje of gepureerd. Dit hoeft niet persé, maar het wordt vaak wel zo gedaan. Naar mate de zuigeling ouder wordt, krijgt zij steeds grovere voeding. Dit is goed voor de vorming van de kaakspieren en zo leren zij goed te kauwen. Sluit hierbij aan met uw advies.

Ik ben twee en zeg nee

Kinderen van een jaar of twee hebben vaak een periode dat ze voeding niet accepteren. Hiervoor voelen ze zich één met de moeder, maar met twee jaar leren ze dat ze een individu zijn. Zo hoort een ouder vaak ‘nee’. Dit machtspelletje wordt vaak uitgevochten met voeding. Het beste kan de ouder hier met humor en zonder al te veel dwang mee omgaan. Dit hoort er nu eenmaal bij en gaat weer over. Laat de ouder er geen stressmoment van maken.

Aan tafel

Ouders moeten het goede voorbeeld geven. Laat de ouder dus bijvoorbeeld ook water drinken. Jonge kinderen leren namelijk het meeste van observeren. Een ontspannen sfeer aan tafel is heel erg belangrijk om te kunnen zorgen dat er ruimte en rust is om goed gedrag aan te leren. Dit kan niet als ouders niet op een lijn zitten. Een kind voelt dit gelijk aan.

Laat ouders niet belonen of straffen met eten. Bijvoorbeeld: “Als je je groenten niet opeet, dan krijg je geen toetje.” Zo krijgt groente juist een negatief imago.

Ondergewicht

Hoe zit het bij kinderen met ondergewicht? Wat doe je dan met het aantal eet- en drinkmomenten? Advies geven over voeding is dan niet geheel aan de mondzorgverlener. Overleg in dat geval met een deskundige zoals de consultatiebureau-arts, de consultatiebureau-verpleegkundige of een diëtist.

Borst- en flesvoeding

Bij het tweede onderwerp van deze bijeenkomst ‘borst- en flesvoeding’ kwam als eerste een vraag uit de zaal over nachtvoeding: “Als een kindje in slaap valt aan de borst, hoe maak je dat bespreekbaar?” Het zou voor de mondgezondheid niet goed zijn. Volgens Jellie Zuidema is het in slaap vallen aan de borst nooit schadelijk voor het gebit. Borstvoeding zou altijd gestimuleerd moeten worden, zeker bij een jonge baby.

Borstvoeding belangrijk voor het gebit

Borstvoeding bevat ontzettend veel belangrijke stoffen voor zowel de algemene afweer als voor de mond. Stoffen als calcium, lactoferrine, eiwit en fosfaat. Daarnaast is de techniek waarmee de baby aan de borst zuigt niet slecht. De tepel zit achterin de mond en het kindje moet eerst slikken voordat het de volgende slok melk uit de borst kan halen. De melk komt niet in contact met de voortanden. Bij het voeden met een fles is dat anders. Bij borstvoeding geldt: vraag is aanbod. Naar mate een kindje vraagt, wordt er vanzelf voldoende borstvoeding geproduceerd. Als je een moeder vraagt minder te geven, dan wordt er ook minder aangemaakt. Dat is jammer, want het kindje krijgt dan minder dan dat hij of zij nodig heeft. Zuidema adviseert mondzorgverleners altijd borstvoeding op verzoek van het kindje aan te moedigen.

Borstvoeding kan ook cariës veroorzaken

Over het onderwerp op verzoek borstvoeding geven, kwamen veel reacties uit de zaal. Menig mondzorgverlener merkt dat borstgevoede kindjes wel (veel) cariës kunnen ontwikkelen. Dat de borstvoeding meetelt in het aantal zoetmomenten zodra er bijgevoed wordt. Volgens de spreekster zal een kindje niet meer dan vijf eet- en/of drinkmomenten op een dag hebben en is er dan nog ruimte om twee keer per dag borstvoeding te geven. Mondzorgverleners merken echter dat bij voeding ‘on demand’ er regelmatig veel vaker borstvoeding wordt gegeven. Zeker bij kinderen die aan de borst in slaap vallen. De schade die hierdoor ontstaat, wordt dagelijks gezien. Vanuit de zaal wordt gezegd, dat hier ook bewijs voor is. Kinderen die op verzoek borstvoeding krijgen zouden meer cariës ontwikkelen dan kinderen die niet op verzoek borstvoeding krijgen. Ook de melk zou wat terugkomen en zo langer in de mond blijven.

Het verhaal kent dus twee kanten. Het is van belang dat mondzorgverleners hierover in gesprek gaan met medewerkers van het consultatiebureau om zo eenduidige informatie aan ouders te kunnen geven.

Hongerige kinderen

Aan ouders met kinderen die flesvoeding krijgen en om meer vragen gedurende de nacht, kun je het advies geven om de kinderen voor het slapen melk te laten drinken waaraan verdikkingsmiddelen zijn toegevoegd. Ook kan gedurende de nacht steeds meer water aan de melk worden toegevoegd tot het enkel water is. Het is belangrijk dat kinderen niet te lang aan de fles of tuitbeker blijven. Drinken uit een beker is beter voor de ontwikkeling van de motoriek. Ook helpt het drinken uit een beker tegen te veel zoetmomenten. Uit een beker drinkt een kind het sneller in een keer op.

Jellie Zuidema is onderwijscoördinator Vakgroep Voeding, hogeschooldocent Voedingsleer, auteur en diëtist.

Verslag door Lieneke Steverink-Jorna, mondhygiënist, van de lezing van Jellie Zuidema tijdens het symposium Peutermonden georganiseerd door Hogeschool Utrecht.

Lees meer over: Congresverslagen, Kennis, Thema A-Z, Voeding en mondgezondheid
Mensen met psoriasis meer kans op parodontitis

Mensen met psoriasis meer kans op parodontitis

Een nieuwe studie is erachter gekomen dat mensen met psoriasis een hoger risico hebben op parodontitis. Sirka Woeste en haar team van de Kiel University Clinic of Conservative Dentistry and Periodontology in Duitsland vonden een link tussen de jeukende, rode huidaandoening en de gezondheid van het gebit.

Auto-immuunziekte psoriasis

Psoriasis is een chronische auto-immuunziekte die dikke, rode en soms schilferende huid op verschillende plekken op het lichaam met zich meebrengt. Volgens Duitse onderzoekers zouden zowel psoriasis als parodontitis mede kunnen worden veroorzaakt door bepaalde genen die ontstekingen met zich mee kunnen brengen. Aangezien er nog maar weinig onderzoek is gedaan naar de mogelijke link tussen psoriasis en parodontitis besloten de onderzoekers uit Kiel om dit wel te doen.

Het onderzoek

Voor het onderzoek werden 100 patiënten met en 101 patiënten zonder psoriasis bestudeerd. Een tandarts evalueerde hun mondgezondheid, door onder andere te kijken naar bloedingen, de community periodontal index (CPI) en naar vervallen of missende tanden. Hiernaast werden de patiënten gevraagd om een vragenlijst in te vullen met vragen over onder andere hun leeftijd, rookstatus, opleidingsniveau en gebitsverzorging.

Statistische analyses

De onderzoekers voerden vervolgens twee statistische analyses uit. In de eerste werden patiënten met psoriasis gekoppeld aan deelnemers zonder psoriasis, met gelijke demografische en gezondheidsfactoren. Dit leidde tot 53 paren van soortgelijke deelnemers, met ongeveer de gelijke leeftijd, gebitsverzorgingsgewoontes, voedselpatronen, body mass index en opleidingsniveaus. De tweede analyse was een logistieke regressie met alle 201 deelnemers. Hieruit kon worden afgeleid of psoriasis wel of geen risico voor parodontitis met zich meebrengt.

Significant meer kans op parodontitis

Het bleek dat patiënten met psoriasis een significant slechtere mondgezondheid hebben dan de patiënten zonder psoriasis. De mensen met psoriasis scoorden zowel slechtere CPI scores en hadden meer last van bloeden. Dit toont aan dat het goed omgaan met psoriasis ook belangrijk is voor de gezondheid van het gebit, en dat bij deze groep mensen het gebit vaker moet worden gecheckt.

Bron:
Journal of Investigative Dermatology

Lees meer over: Parodontologie, Thema A-Z
reuma

Onderzoek naar reumatoïde artritis en de gezondheid van het oraal microbioom

Onderzoekers hebben parodontaal onderzoek uitgevoerd bij patiënten met reumatoïde artritis om te bepalen welke bacteriën aanwezig waren. Tevens onderzochten zij de baten van een parodontale behandeling bij deze aandoening.

Resultaat

Uit het onderzoek is gebleken dat patiënten die ontstekingsremmende geneesmiddelen gebruiken voor de reumatoïde artritis over het algemeen een gezonder microbioom hebben dan patiënten met remissie.

Doel

Het doel van het onderzoek was om de bacteriële component van het subgingivale microbioom te identificeren bij patiënten met verschillende gradaties van parodontale aandoeningen. Dit kan vervolgens helpen met het vaststellen van een associatie tussen reumatoïde artritis en parodontitis.

De patiënten

In totaal zijn er 78 patiënten met chronische, vastgestelde reumatoïde artritis onderzocht. Bij 45 van hen is actieve ziekte geconstateerd en bij 64 parodontitis.

Roken

De onderzoekers hielden rekening met de invloed die verschillende niveaus van gingivale bloedingen, parodontale sondediepte, ziektestatus, prednison-gebruik en roken kunnen hebben op de verschillende microbioom-samenstellingen. Met name roken bleek een significante associatie te vertonen met het microbioom-profiel van de subgingivale plaque.

Prednison

Vergeleken met patiënten bij wie de reumatoïde artritis in remissie was, hadden patiënten met actieve ziekte en degenen die daarom prednison gebruikten, een lagere bacteriële diversiteit. Het effect op de orale microbioom kon dus worden gerelateerd aan het gebruik van dit medicijn en niet aan de ziekteactiviteit.

Vervolgonderzoek

De onderzoekers hopen dat hun onderzoek zal leiden tot de ontwikkeling van gepersonaliseerde behandelingen. Hoe meer er bekend is over het subgingivale microbioom van patiënten, hoe beter het inzicht in de biologische mechanismen achter de associatie en hoe beter mensen geholpen kunnen worden.

Bron:
Plos One

Lees meer over: Medisch | Tandheelkundig, Thema A-Z
Beter begrip van beweging tanden

Beter begrip van beweging tanden

In een nieuwe studie is dieper ingegaan op de biologie achter de beweegbaarheid van tanden. Een goed begrip hiervan is belangrijk om behandelingen in een veilige, snellere en gecontroleerde manier uit te kunnen voeren.

Beter begrip voor kortere behandeltijd en hogere tevredenheid

Waar er vele innovatieve mechanische apparaten bestaan voor het bewegen van tanden, is het nuttig om een beter begrip te krijgen van de basis concepten van de beweegbaarheid van tanden. Dr. Asiry van de King Saud University College of Dentistry in Riyadh in Saoedi Arabië was van mening dat een verhoogd begrip de duur van behandelingen zou kunnen verlagen en patiënttevredenheid zou kunnen verhogen, en besloot daarom om dieper in te gaan op dit onderwerp.

Drie fases van tandbeweging

Hij deed dit door middel van een studie van literatuur omtrent de biologische veranderingen die plaatsvinden op moleculair niveau tijdens orthodontische beweging van de tanden, en onderzoeken en theorieën die op dit onderwerp inhaken. Op basis hiervan omschreef Dr. Asiry de drie fases van tand beweging:

  • De eerste fase vindt plaats direct nadat er kracht is gezet op een tand en duurt een tot twee dagen. Doordat de tand van zijn plaats raakt in de parodontale ruimte ontstaat er snelle beweging, waarin de ruimte wordt opgerekt.
  • De volgende fase duurt 20 tot 30 dagen, en bevat minimale beweging.
  • Tijdens de laatste fase neemt de beweging van de tand plotseling toe. Dit gebeurt doorgaans ongeveer 40 dagen na de start van de eerste fase.

Chemische bemiddelaars

Asiry omschreef ook dat chemische bemiddelaars een rol kunnen spelen bij de beweging van een tand – bijvoorbeeld op het moment dat proteïnen genaamd chemokinen loskomen tijdens een ontstekingsreactie en orthodontische beweging. Deze reactie kan beweging van de tand stimuleren. Hiernaast kunnen er neuronen loskomen die lokale ontstekingen opwekken en het bot kunnen aantasten.

Medicijnen

Hiernaast kunnen medicijnen directe of indirect effecten hebben op de beweging van een tand. Medicijnen die leukotrienes verminderen, zoals zafirlukast en montelukast, zouden bijvoorbeeld beweging kunnen verminderen, net als bijvoorbeeld zileuton, die de enzymen die komen kijken bij leukotriene synthese blokkeren. Waar veel patiënten NSAID’s innemen om de eerste pijn van orthodontische tand beweging weg te nemen, kunnen deze medicijnen dus ook helpen bij het verminderen van de beweging in de tand.

Hormonen

Ook keek Asiry naar verschillende hormonen, die een invloed zouden kunnen hebben op de beweging. Het parathyreoïd hormoon komt bijvoorbeeld los als er een lage concentratie calcium in het bloed zit, en laat de beweging toenemen. Estrogeen vermindert deze juist na de menopauze van patiënten.

Vitamines

Tenslotte zou ook vitamine D3 de niveaus van beweging van een tand laten toenemen. Deze vitamine reguleert namelijk de niveaus van calcium en fosfaat. Een gebrek aan deze vitamine kan leiden tot osteoporosis en een lage mineralisatie van het bot.

Om een volledig begrip te creëren rondom de beweging van tanden is verder onderzoek noodzakelijk, aldus Dr. Asiry.

Bron:
Saudi Journal of Biological Sciences 

Lees meer over: Orthodontie, Thema A-Z
endodontologie

Vitalere tanden na wortelkanaalbehandeling met behulp van hydrogel

Amerikaanse onderzoekers hebben een speciale hydrogel ontwikkeld die de vitaliteit van het gebit zou kunnen herstellen, na afloop van een wortelkanaalbehandeling. Ze hopen deze gel op zo’n manier door te ontwikkelen dat deze in de toekomst de initiële infectie zelfs bestreden kan worden.

Gebrek aan alternatieven voor wortelkanaalbehandeling

Wereldwijd behandelen tandartsen hun patiënten om hun tanden zo gezond mogelijk te houden. Het gebeurt echter regelmatig dat een wortel onherstelbaar ontstoken raakt, met als gevolg een wortelkanaalbehandeling. Tot op heden sterven deze tanden in de loop van tijd af en moeten daarom op een gegeven moment worden verwijderd. Er bestaat nog geen goed alternatief voor deze behandelmethode.

Peptide-hydrogel als alternatief

Om die reden besloten onderzoekers uit de Verenigde Staten op zoek te gaan naar een oplossing, die ze presenteerden op de recente bijeenkomst van de American Chemical Society. Door middel van vele tests ontwikkelden ze een peptide-hydrogel, die na de verwijdering van het pulp de tand op kan vullen, als vervanging voor de gebruikelijke gutta-percha.

De gel zou zowel angiogene, dentinogenese en proliferatie in de tand stimuleren, en de cellen omvormen in calciumfosfaatkristallen. Dit bevordert de vorming van dentine. Momenteel wordt de gel getest op wortelkanaalbehandelde tanden bij honden. Mochten deze tests slagen, dan zal een onderzoek op menselijke tanden volgen.

Toekomstperspectief: bestrijden van de infectie

Hiernaast zijn de onderzoekers van plan om de gel op zo’n manier te optimaliseren, dat deze ook een antimicrobieel effect heeft, waardoor deze niet in de gehele tand zou hoeven te worden aangebracht. De tandarts zou dan een klein gat in de geïnfecteerde tand kunnen boren om de hydrogel aan te brengen. Op deze manier zou de gel de infectie kunnen bestrijden en de tand stimuleren om cellen en bloedvaten te laten groeien. Het vergt echter nog veel onderzoek, en daarom veel tijd, voordat dit daadwerkelijk ingevoerd zal kunnen worden.

Bron:
ACS C – Cheimstry for life

Lees meer over: Endodontie, Thema A-Z
Joke-Kwakman

Joke Kwakman verkozen als nieuw bestuurslid KNMT

De KNMT heeft een nieuw bestuurslid: Joke Kwakman. De 59-jarige mka-chirurg werd vrijdag 19 april door de leden van de beroepsvereniging van tandartsen, mka-chirurgen en orthodontisten in het bestuur gekozen.

Joke Kwakman voltooide haar studie tandheelkunde in 1982 in Nijmegen, waarna ze daar is opgeleid tot specialist Mondziekten en Kaakchirurgie. Momenteel werkt ze als mka-chirurg in het Ikazia Ziekenhuis en de Havenpolikliniek in Rotterdam, en in het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis in Dirksland en Hellevoetsluis. Kwakman heeft diverse publicaties in (inter)nationale tijdschriften op haar naam staan over mond-, kaak- en aangezichtschirurgie. Naast haar werkzaamheden als mka-chirurg leidt zij sinds 2006 co-assistenten tandheelkunde op in Nijmegen.
Ook op bestuurlijk niveau is Kwakman al bijna dertig jaar actief. Zo was ze voorzitter van de Specialisten Registratie Commissie van de KNMT en secretaris van de Nederlandse Vereniging voor Mondziekten en Kaakchirurgie (NVMKA).

Kwakman ziet haar benoeming als bestuurslid van de KNMT als een nieuwe uitdaging: “Ik verheug me erop de belangen te behartigen van zowel de tandartsen als de tandartsspecialisten.”
Op de ledenvergadering waarop Kwakman gekozen werd, herbenoemden de leden ook de zittende bestuursleden voor 3 jaar. Dat zijn Wolter Brands (voorzitter), Henk Donker (penningmeester) en Richard Kohsiek (lid).

Lees meer over: Carrière, Thema A-Z
Vanaf 1 augustus gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding van start

Vanaf 1 augustus gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding van start

Vanaf 1 augustus 2019 gaat de wet ‘Gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding” in. Deze wet, ook wel het boerka- of nikabverbod genoemd, houdt in dat er geen gezichtsbedekkende kleding meer mag worden gedragen in overheidsgebouwen, het onderwijs, de zorg en openbaar vervoer.

Uitgesteld

Eerder was er sprake van ingang van de wet vanaf 1 juli 2019, maar minister Ollongren heeft besloten één moment van het in werk treden voor alle sectoren te kiezen. Op deze manier wordt er tevens rekening gehouden met de onderwijssector.

Implementatie

Deze wet werd in 2016 al in de Tweede Kamer aangenomen. De Eerste Kamer volgde echter pas op 26 juni 2018. De komende maanden werkt het parlement aan de implementatie van de wet.

Bron:
Rijksoverheid.nl

 

 

Lees meer over: Ondernemen, Werken met plezier, Wet- en regelgeving
Dreiging tandartsentekort in Verenigd Koninkrijk door Brexit

Dreiging tandartsentekort in Verenigd Koninkrijk door Brexit

Het is nog steeds onduidelijk of Europees gekwalificeerde tandartsen na de Brexit zullen worden erkend in het Verenigd Koninkrijk. Mocht dit niet het geval zijn dan overwegen veel tandartsen om het Verenigd Koninkrijk te verlaten, zo bleek uit een peiling.

Terug verhuizen naar land van herkomst

Uit een recent rapport van de General Dental Council (GDC) is gebleken dat ongeveer een derde van de immigranten overweegt om Engeland te verlaten na de Brexit. Veel van de respondenten in de studie zeiden dat ze in het geval dat hun kwalificatie niet meer geldig zou zijn terug zouden verhuizen naar hun land van herkomst of naar een ander Engelstalig land, desondanks het feit dat het niet makkelijk is om in deze landen een baan te vinden.

Behouden erkenning EU kwalificaties

Uit het rapport bleek echter ook dat veel van hen wel in het Verenigd Koninkrijk zouden willen blijven op het moment dat hun kwalificatie wel erkend zou blijven worden. Op het moment dat het Verenigd Koninkrijk geen tal aan tandartsen wil verliezen is het voor hun dan ook raadzaam om actief op zoek te gaan naar een verordening voor EU-immigrantentandartsen of – kwalificaties.

Negatief effect Brexit

Van de in totaal 2500 ondervraagde tandartsen verwacht 75 procent dat de Brexit een negatief effect zal hebben op de tandheelkunde in het Verenigd Koninkrijk. Ook verwachtte de meerderheid dat er door de Brexit een tekort aan tandartsen zal ontstaan.

Bron:
Dentistry.co.uk

 

 

Lees meer over: Markttrends, Thema A-Z