Tendens tandheelkunde: Harder werken en meer preventie
We kunnen ervan uitgaan dat er weer veranderingen komen in de tarieven, dat we harder moeten gaan werken en ons meer moeten richten op preventie. Alexander Tolmeijer van de NMT gaf zijn visie over de tendens in de tandheelkunde.
Wat gaat er in 2014 gebeuren met de tarieven? Alexander Tolmeijer van de NMT gaf ons zijn visie. We kunnen ervan uitgaan dat er weer veranderingen komen in de tarieven, dat we harder moeten gaan werken, maar dat elke gevolg in extra verdienen door de overheid wordt teruggehaald. Verder moeten we ons meer richten op preventie.
Verslag van de presentatie van Alexander Tolmeijer, tandarts en vice-voorzitter en penningmeester van de NMT, tijdens de Quality Practice themadag mondhygiëne.
Kostenonderzoek
De NZa is bezit met een kostenonderzoek onder mondzorgprofessionals. Zo wordt bekeken wat zij verdienen en welke kosten praktijken maken. Aan de hand hiervan zal de NZa de tarieven voor 2014 vaststellen.
Het norminkomen voor tandartsen bedraagt nu 109.000 euro bruto per jaar. Dit is dan de omzet minus de kosten voor praktijkvoering. Arbeidsongeschiktheidsverzekeringen en pensioen moeten daar nog van af. De NZa heeft nog geen norminkomen voor mondhygiënisten vastgesteld en beslist hier later over. Een norminkomen gaat uit van een standaard aantal gewerkte uren. En hierin schuilt het gevaar. Als een grote groep tandartsen en mondhygiënisten meer uren werkt dan de norm, wordt het feitelijke inkomen dus hoger. De NZA houdt geen rekening met dit effect en vergelijkt het inkomen inclusief overwerk met een gewoon norminkomen.
Mondzorgprofessionals doen veel meer dan alleen maar behandelingen. Denk maar eens aan de werkoverleggen in de pauze, het opstellen van protocollen, beantwoorden van patiënten e-mails, het bespreken van patiëntenbehandelingen met collegas, het opruimen en schoonmaken van de behandelkamer en het slijpen van de instrumenten. Dat is ook werk, maar dit wordt vaak niet meegeteld in het aantal gewerkte uren.
Meer werk
De minister spreekt niet van een tandartsen tekort, maar ondertussen groeit de bevolking door. Er komen steeds meer ouderen en deze groep behoudt veel langer hun natuurlijke dentitie. Het aantal Nederlanders met een prothese is de afgelopen 30 jaar met zon 100.000 per jaar gedaald. Als al deze mensen hun eigen gebit hebben, komt dat neer op 2,8 miljoen elementen die professionele reiniging nodig hebben. Ook is het type restauratie veranderd. We leggen nu haast geen goud meer in de mond, wat twintig jaar mee kon gaan, maar gebruiken vaak composiet wat een gemiddelde levensduur heeft van zeven jaar. En als tandartsen niet méér mogen werken, dan zijn er meer mondhygiënisten nodig, zei Tolmeijer tegen een knikkend publiek. Weet je hoeveel patiënten een tandarts ongeveer in zijn bestand heeft?, vroeg hij. Dat zijn er zon 2200. En hoeveel patiënten heeft een mondhygiënist? Als iedereen naar de mondhygiënist zou gaan, zou elke mondhygiënist 7000 patiënten in de stoel krijgen! Een geroezemoes ging door de zaal.
Oplossing
Hoe gaan we dat oplossen? De verbetering in de zorg zit niet in apparaten met allerlei bliepjes. Voor de tandheelkunde geldt dat er preventie moet worden ingezet. Want er valt nog veel te winnen als we zien dat 20% van de mensen niet twee keer per dag poetst en maar 30% interdentaal reinigt.
In gesprek gaan met de patiënt door middel van Motivation Interviewing zal hierin de sleutel zijn. Echt contact hebben met de patiënt is niet alleen belangrijk bij preventie, maar is ook een marketingtool. De patiënt beoordeelt je namelijk hierop, niet op de perfecte vulling. Patiënten die een goede band hebben met hun mondzorgprofessionals, zullen dit anderen vertellen. Mond-tot-mond-reclame is de beste reclame die er is.
Verslag door Lieneke Steverink-Jorna voor dental INFO van de presentatie van Alexander Tolmeijer, tandarts, vice-voorzitter en penningmeester van de NMT, tijdens de Quality Practice themadag mondhygiëne.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!